PRIVACY-MISKLEUN
Tot voor kort hadden genealogen en archiefwerkers in ons land af te rekenen met de honderdjaargrens: persoonlijke documenten jonger dan een eeuw waren alleen toegankelijk met een schriftelijke toelating van een rechtbank van Eerste Aanleg. Toelating die wel praktisch automatisch werd verleend.
Dit lineaire embargo was een gemakkelijkheidsoplossing. We kunnen aannemen dat tachtigjarige dames liever niet zien dat nieuwsgierigen hun geboorteakte opsporen, te meer omdat daar eventueel details over een laattijdige erkenning van het vaderschap in kunnen staan. Maar op de vraag waarom een overlijden uit 1920 geheim moet blijven, zal wel niemand een zinnig antwoord kunnen geven ...
De Nederlandse overheid heeft blijkbaar wel gezond verstand, want daar geldt als begrenzing honderd jaar voor geboorten, 75 jaar voor huwelijken en 50 jaar voor overlijdens. Een regeling om na te volgen, zou je denken, maar onze beleidsmakers vonden de tijd gekomen om hun onkunde op dit gebied nog eens extra in de verf te zetten.
Begin 2014 werd een nieuwe regeling bekendgemaakt. Omdat de mensen tegenwoordig ouder worden en eeuwelingen geen zeldzaamheid meer zijn, wordt het embargo nu opgetrokken tot 120 jaar over de hele linie. Tweede verandering: de paperasserij van Eerste Aanleg wordt opgedoekt, de onderzoeker moet alleen kunnen bewijzen dat de gezochte informatie over een voorouder gaat.
Het is duidelijk dat alleen de bedienden van de rechtbank hiermee gelukkig zijn. Als de regeling strikt wordt toegepast, moet voor nu eenvoudig te raadplegen registers vanaf 1895 een legitimatie onderzocht worden. Opzoekingen naar ooms of tantes zijn strikt genomen niet meer toegelaten, want de onderzoeker is geen afstammeling. Kinderloze echtparen zijn sowieso taboe. Oudere genealogen die moelijk ter been zijn, worden nog extra gehandicapt, want anderen de opzoekingen laten doen zit er niet meer in.
Dat de toch snel groeiende scharen genealogen niet furieus hebben gereageerd, is veelbetekenend: niemand neemt dergelijk broddelwerk van de overheid serieus, en de vele familiekundige verenigingen hebben via alternatieve bronnen al klappers en familiestambomen samengesteld. Eén dergelijke bron zijn bijvoorbeeld de oude kiezerslijsten, officieel niet toegankelijk, maar altijd gul ter hand gesteld aan politieke partijen om gericht kiespropaganda te kunnen versturen. Na de verkiezingen werden die weggegooid of meegegeven aan belangstellenden, zodat ze nu af en toe zelfs op rommelmarkten opduiken .
Dit wordt dus eens te meer een verhaal van de letter van de wet en de realiteit ...
(Freddy Pille)
|