Herinneringen aan de achttiendaagse veldtocht in Eeklo (vervolg)
Rechtover onze herberg stond het huis bewoond door burgemeester Lionel Van Damme en zijn echtgenote. Zo zag ik de laatste dagen voor de inval van de Duitsers in Eeklo, veel hoge Belgische officieren deze woning binnengaan om na enkele tijd te vertrekken richting Veldekens. Vele jonge Eeklose mannelijke Eeklonaren besluiten per fiets de biezen te nemen naar Frankrijk.
In de nacht van vrijdag 24 mei hoorden we een heel grote ontploffing in de verte. Ze hadden de brug van Balgerhoeke in de lucht doen vliegen. Gedurende die nacht werd er weinig geslapen, veel paternosters gebeden, vooral door twee oude tantes die zelfs beiden een kussen op het hoofd hadden gelegd. In al onze miserie lachten mijn moeder en ik daarmee. Op zondag 26 mei 1940 maakten we ons klaar om al die ellende te ontvluchten. Vers ondergoed, boter, kaas, zeep en handdoeken verzamelde moeder, terwijl vader een groot stuk uit de gerookte hesp sneed, die hij in een propere schotelhanddoek wikkelde. Het spaargeld werd tussen mijn moeder en mijn vader verdeeld en beiden staken de bankbiljetten in twee gelijke oude brieventassen en staken ze onder hun klederen op de borst. Onze vluchtreis ging naar Blommekens, langs de Rabautswegele en dan naar de Roze. Vandaar door de Peperstraat waar we een grote kolonne Duitse soldaten te paard tegen kwamen die ons amper een blik gunden. Uiteindelijk konden we slapen in een grote hoeve te Bassevelde. De boerin bakte eieren met boerenbrood en boter en ook koffie werd voor ons gezet. Ondertussen liep de droeve mare dat er zelfs vier burgers door de Duitsers waren doodgeschoten aan het stadhuis van Eeklo.
Dinsdagmorgen 28 mei 1940. We vernemen dat Koning Leopold III gekapituleerd heeft en deze oorlog in Eeklo gedurende die achttien dagen ten einde is. We mogen allen terug naar Eeklo. Ganse slierten Eeklose vluchtelingen zagen we uit alle straten die tot de weg naar Eeklo leidden, komen en de ene familie op de andere volgde langsheen de Vrombautstraat. Bij het passeren aan de Gouden Leeuw was de rolluik gedeeltelijk vernield doordat de Duitsers er binnen waren gedrongen en was ook de juwelierszaak Minne opengebroken.Onze herberg en huis had enkel vernietigde ruiten en gaten in de rolluiken door de stukken schrapnels. Toen de herbergdeur geopend werd, kwamen een tweetal Duitse soldaten binnen die me een stuk chocolade gaven, die ik echter van mijn vader niet mocht opeten, daar er vergif zou kunnen inzitten. De definitieve bezetting van de Eeklose bevolking begon en duurde tot vrijdag 15 september 1944, toen Eeklo rond de middag door de Canadezen werd bevrijd.
(Door Jan Martens)
|