Gebruik baard, pruik en snor nooit om uw gezicht te verbergen!
Hoofdpunten blog wandelen
sinterklaas
31-08-2010
Een sinterklaasverhaal
Sinterklaas en het gebroken been (1)
Het is donker. Midden in de nacht. Af en toe valt er een beetje sneeuw uit de lucht. Hoog op het dak loopt het paard van Sinterklaas, heel zacht stapt het grote witte paard over de daken. Af en toe is Sinterklaas nog steeds verbaasd dat "Slecht Weer Vandaag" zo zacht kan lopen. Want dat is helemaal niet gemakkelijk hoor, over een dak lopen, en zeker niet voor een paard. Maar "Slecht Weer Vandaag" kan dat wel. Hij doet het al zo lang.
Zwarte Piet wijst naar een schoorsteen. "Daar moeten we nog heen, Sinterrrklaas. Daarr woont dat meisje wat haar been gebroken heeft. Gelukkig is haar been weer helemaal goed." Sinterklaas knikt, hij weet het. Het begint te waaien, Sinterklaas rilt een beetje en slaat zijn lange, rode das nog een keer extra om zich heen. Als het zo koud is dan verlangt hij wel een beetje naar zijn warme paleis in Spanje. Maar hij vind het niet erg hoor, om op de daken te lopen. Als hij denkt aan al de kinderen die morgen ochtend blij naar hun schoen toe gaan en daar hun kadootje vinden, is hij alweer blij, dan trekt er een glimlach over zijn gezicht.
Op het dak aan de andere kant van de straat lopen ook een paar Zwarte Pieten, huppelend lopen ze precies over de rand van het dak. Af en toe halen ze een pakje uit de zak en mikken het de schoorsteen in. Altijd precies goed. Maar de Pieten oefenen dan ook bijna het hele jaar. (wordt vervolgd) uit: Sinterklaasverhalen
Alles is anders, hier een brief van Sint. Handgeschreven speciaal voor ieder kind. Mijn Pieten normaal vrolijke snaken zijn danig in de war. Alle fabrieken zijn benaderd, ze kunnen niet aan snoepgoed geraken. Winkeliers wringen zich vol schaamte in allerlei bochten, omdat ze in september al jullie snoepgoed verkochten!
Zwarte Piet ging uit fietsen (Zingen op melodie: Zie ginds komt de stoomboot)
Zwarte Piet ging uit fietsen, toen klapte zijn band. Toen moest hij gaan lopen, met de fiets aan zijn hand. Hij kwam in 'n dorpje, en zei tegen de smid: 'k Geloof dat er in mijn achterband een pepernootje zit.
De smid moest toen lachen en plakte zijn band. Toen kon Piet weer fietsen door heel Belgenland. Och jongens en meisjes let nu toch eens op! Misschien zie je Piet wel fietsen met Sint achterop.
Lenzkirch De toren van de katholische Nikolauskirche met zijn 45m hoogte is het oudste bouwwerk van Lenzkirch en dateert uit het jaar 1569. Hij bezit zes klokken en overleefde talrijke branden in de gemeente. In 1934 heeft men aan de toren een eenbeukige kerk aangebouwd met strakke en rechtlijnige, blok-vormige gewelven. Onlangs werd de kerk heropend na een grondige opknapbeurt. Achteraan in de kerk onder het orgel zien wij een vrij groot borstbeeld van Nicolaas. Ps. Wie lust en liefde heeft voor het zingen, wordt hartelijk uitgenodigd iedere woensdag te 20u15. Raf Rumens uit: tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Schönenbach Schönenbach ligt zuidoostelijk van de stad Schluchsee. In een oorkonde van 1288 is er voor het eerst sprake van Schönenbach. In de 18e eeuw bouwden de bewoners van deze gemeente hun eerste eigen kapel ter ere van de H. Nicolaas. Bij de uitbreiding in nieuwgotische stijl van de kapel in 1909, werd een prachtig en kleurrijk vleugelaltaar in reliëf geplaatst. De linkervleugel toont een scene uit het leven van Nicolaas terwijl hij brood uitdeelt aan de armen, de rechtervleugel is bemand door de H. Fridolin, dit alles in laatgotische stijl. Het grote middenpaneel is een voorstelling van een jonge, baardloze Nicolaas met staf, boek en bollen, links geflankeerd door de martelares Genoveva met palm en ter rechterzijde de H. Katharina met boek en zwaard. Deze laatste is in Duitsland vaak te zien aan de zijde van Nicolaas. Dat Nicolaas de patroon is van vele beroepen is ons al langer bekend maar hier heeft men er nog de jeneverstokers en cafébazen aan toegevoegd. De kapel staat een beetje eenzaam aan de straatrand, mooi ingelast in het landschap maar ook uiterst verzorgd. Boven op de nok staat een klein maar sierlijk ajuinvormig torentje uit de baroktijd met bijpassend klokje. Het is de plaatselijke brandweer die instond voor de verbouwing en restauratie. (wordt vervolgd) uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Nicolaas grijpt weer in.... De bewoners van Schluchsee hadden de stenen klaargezet voor de bouw van hun nieuwe kerk. Tot tweemaal toe vond men 's anderendaags de stenen op een andere plaats, tot men besloot een nachtwacht op te stellen, tevergeefs, 's morgens vondt men de arme kerel dood naast de opnieuw verplaatste stenen. In het jaar 1253 werd dan de kerk gebouwd op de huidige plaats. De klokketoren met ajuinkoepel zou uit die tijd stammen. De kerk, met uitzondering van de toren, werd meermaals verbouwd en vergroot tot zij in 1985 haar huidige vorm kreeg. In het portaal staat een sierlijk bronzen kunstwerk, een staf en mijter waarond kinderen een rondedans maken. Het hoogaltaarschrijn uit de oude kerk (1895) werd integraal overgeplaatst in de nieuwe kerk. Het is meer een retabel, met gouden achtergrond. Op de rechterkant zien wij een baardloze Nicolaas met stukken fruit als patroonheilige van de kerk met aan zijn zijde de H. Konrad. (wordt vervolgd) uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Schluchsee (Schwarzwald) Schluchsee dankt zijn ontstaan aan het klooster van (St Blasius). In het jaar 1095 is er al sprake van een Nikolauskapel. Zij stond echter niet op dezelfde plaats waar de huidige Nikolauskerk zich bevindt. Keizerin Theophana. echtgenote van Otto II en moeder van Otto III, gaf de aanzet tot Nicolaasviering honderd jaar voor de overbrenging van het gebeente van Nicolaas van Myra naar Bari in 1087. De H. Nicolaas was medepatroon van het klooster St Blasien, maar tevens schutsheilige over het Benediktinessen klooster van Berau dat afhing van St Blasien.
Nog een legende..... Een plaatselijke legende vertelt ons dat bisschop Nicolaas persoonlijk in Schluchsee zou verschenen zijn. Het was op een koude winterdag, onder de voogdij van abt Rusten (1108-1125) dat een kloosterbroeder die op weg was naar Schluchsee, menselijke resten zou gevonden hebben in een grot. Bezorgd om een christelijke begrafenis en het zieleheil van de overledene, rende hij naar het klooster om een pater te halen. Onderweg kreeg hij het gezelschap van een onbekende priester die plotseling verdween en enkel zijn gewaden achterliet oa. een klokvormige kazuifel die zo in het bezit kwam van het klooster St Blasien in de 13e eeuw. Later duikt hij op in de Nikolauskirche van Lausheim, waar hij mirakuleus werd nadat talrijke zieken genazen door oplegging van de kazuifel. In die hoedanigheid werd hij later nog vereerd in de abdij van Wislikofen Zwitserland, om uiteindelijk in Wenen te belanden in het museum voor toegepaste kunsten. De kazuifel toont 17 taferelen uit het leven van Nicolaas. (wordt vervolgd) uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Zou de goede Sint wel komen (slot) Sinterklaasgedichten uit de Tweede Wereldoorlog Aangrijpend boek samengesteld door Hinke Piersma
(Europese Grootmachten) Ook de andere kant van het oorlogsspectrum greep het feest aan om te laten zien dat de Duitse bezetter goede bedoelingen had: Rijkscommissaris Seys-Inquart verscheen vaak als 'tweede kindervriend' met de Sint.
Bij de hoop op bevrijding en kritiek op de bezetting verpakt in Sinterklaasliedjes zijn Zie ginds komt de stoomboot en Zie de maan schijnt door de bomen het populairst geweest. Het is zoals Piersma haar inleiding afrondt: "iets laten zien van gewone Nederlanders in een ongewone tijd". Het boek bevat een ruim 50-tal gedichten, steeds met inleiding, toelichting en bron vermelding. Midden in het boek zijn op een achttal pagina's foto's opgenomen: cartoons met spottende kritieken, Sint in oorlogstijd én bevrijde gebieden. Soms in onderduik geschreven (Smulders, 7e couplet, 1943; Frank 1943) of in een kamp (Koops, Westerbork, 1943). Zoals gezegd een zeer innemend boek, waardevol aangevuld op een cd, dat laat zien hoe waardevol het Sinterklaasfeest is geweest in een periode die tot de donkerste van onze geschiedenis behoort: van hoop en vrees, ongenoegen, verzet en moed om tegen de verdrukking in te gaan. Guus Smits uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Zou de goede Sint wel komen? (2) Sinterklaasgedichten uit de Tweede Wereldoorlog Aangrijpend boek samengesteld door Hinke Piersma
Europese Grootmachten Stadssint van Amsterdam, Jeroen Krabbé, tekent voor het voorwoord. Niet zonder reden waarschijnlijk: hij werd geboren op 5 december 1944, de enige Sinterklaasviering die zijn familie (met een Joodse sterdragende moeder) ooit heeft overgeslagen. Voor hem is 5 december de spannendste dag van het jaar vol herinneringen en varwachtingen. Later hoorde hij dat zijn moeder door de gedichten bij de pakjes naar familieleden in Westerbork geheime informatie over andere familieleden doorgaf:naast uitlaatklep ook drager van persoonlijke info. In de inleiding legt Piersma uit hoe ze tot de bundel gekomen is. In een particulier archief van een Joodse familie, geschreven in Engeland, vond ze een lang gedicht met een felle aanklacht tegen de bezetting. Ze vroeg zich toen af of er meerdere gedichten uit die tijd bestonden en plaatste een oproep op de website van het NIOD. Vele reacties volgden en van de diversiteit aan gedichten is het boek de neerslag. Boeiende, persoonlijke verhalen gaan schuil achter soms korte gedichten, zeker als het lot van de maker of ontvanger bekend is. Ook de uiteenlopende toepassingen van het feest zijn bijzonder: van onderbreking van de oorlogszorgen tot verwondering van een onderduiker bij die Nederlandse traditie, van huiskamer tot mobilisatietroepen tot Radio Oranje. Zo had de Sint in 1942 in Kamp Amersfoort een mijter van krantenpapier, een baard van vuile watten, bijeen gehouden door termoplast en om zijn schouders een morsig deken. Voor Radio Oranje zong men in 1941: "zie de maan schijnt door de bomen, NSB-ers staakt uw wild geraas, de overwinning zal er komen, Oranje wordt hier weer de baas. Vol verwachting klopt mijn hart, wie de strop krijgt wie de gard" Aangrijpende verhalen zoals van een meisje dat voor de leden van een verzetsgroep een gedicht maakte en verneemt dat twee weken later bijna alle leder waren opgepakt en later stierven in een kamp. (wordt vervolgd) uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Zou de goede Sint wel komen? (1) Sinterklaasgedichten uit de Tweede Wereldoorlog Aangrijpend boek samengesteld door Hinke Piersma
(Europese Grootmachten)
De Tweede Wereldoorlog mag dan wel met pensioen zijn gegaan en Anne Frank zou dit jaar 80 jaar zijn geworden: de stroom boeken over beide onderwerpen blijft groot. Enig in zijn soort is het boek van Hinke Piersman van eind vorig jaar dat de hoopvolle kant van een zwarte pagina uit onze geschiedenis belicht. Piersma is historicus en verbonden als onderzoekster aan het NIOD, het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie. Zij wilde laten zien met de keuze van haar gedichten uit de bezettingstijd dat "het oer-Hollandse familiefeest werd aangegrepen om het moreel hoog te houden".
Achter in het boekje is een cd opgenomen die met Rick Hoogendoorn is ingesproken, waarop 12 liedjes te horen zijn (veelal oorlogsvarianten op bekende Sinterklaasliedjes, zoals Zie ginds komt een jeepje....) en het verhaal van Ben Stroman dat al heel wat jaartjes geleden in de Tijdingen is opgenomen geweest Waarom Sint-Nicolaas in 1944 niet bij de Rotterdamsche kindertjes kom komen rijden. (wordt vervolgd) uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Speelgoed wordt volgend jaar vijf tot zes procent duurder. Dat zegt Johan Geerooms, algemeen directeur van speelgoedketen Dreamland. "En dan hou ik nog geen rekening met de mogelijk opwaardering van de Chinese munt, de yuan", klinkt het. Veel speelgoed is namelijk "Made in China".
Drie redenen voor de prijsstijging:
1. Lonen in China stijgen. 2. Grondstoffen worden duurder. 3. Vervoer wordt duurder omdat China flink wat containerschepen uit de vaart nam. uit: Het Belang van Limburg
Zo vader zo zoon (slot) Ontmoeting met de zoon van tweede tv-Sint Adrie van Oorschot
Het kostuum van Adrie. Ik verbaasde mij over de keurige afwerking van het kostuum, ieder detail was tot in de puntjes verzorgd. Een deel van het oude haarwerk werd uit de doos gehaald. De oude snorren en wenkbrauwen liet ik door mijn handen gaan. Dat maakte toch iets in mij los. Zelfs het grote boek was er nog. Omdat alles eigendom was van Adrie heeft hij alles meegenomen en is nu eigendom van zijn zoon. Daarna de staf met een kleine krul die nu zelfs niet meer na te maken is omdat het buigen van deze kleine bocht bijna onmogelijk is. Een stukje handwerk, gemaakt kort na de oorlog. Adrie had zelfs zijn eigen Sint-schoenen, een sierlijke instapper met op het voorvlak een rood gedeelte met daarop een gouden kruis en de rest van de schoen was goudkleurig. Oog voor detail dus! Adrie heeft twee kostuums gehad. Het goudgalon van het eerste kostuum was smaller dan die van het tweede kostuum en ook de mijter is bij het tweede kostuum wat kleiner geworden. Toen ik goed naar het kostuum had gekeken constateerde ik dat het kostuum van Adrie van Oorschot in essentie hetzelfde is als het kostuum van Bram, dus min of meer een kopie van het ontwerp van Van Oorschot. Dit is goed te zien aan de pelerine. Alleen het goudgalon is anders en de franje is langer. De klapmijter is vervangen voor de kokermijter maar dat is het. Zelfs de staf is nagemaakt. Zoon Kees is zelf ook actief als Sinterklaas. Ik had al eerder wat foto's van hem gezien en ik moest goed kijken of het nu zijn vader of Kees zelf was. Vreemd dat ook blikken van vader op zoon zo over kunnen gaan. Ik ging weg bij Kees en was weer even gelovig geweest! Hans Groenewegen uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Zo vader zo zoon (4) Ontmoeting met de zoon van tweede tv-Sint Adrie van Oorschot
Het kostuum van Adrie. Kees vroeg of ik het kostuum van zijn vader wilde zien. Natuurlijk, welke Sint "gek" zou daar geen belangstelling voor hebben. Er werd een koffer de kamer ingesleept en opengemaakt. Daar was het oude-vertrouwde kostuum, gemaakt van zwaar fluweel, een kwaliteit die al jaren niet meer te koop is. Ik herkende het kostuum direct aan het speciale goudgalon. Kees vertelde dat dit kostuum door zijn moeder was gemaakt van een oud theater gordijn. Zo ging dat in die tijd. De mijter was de bekende klapmijter gemaakt op een frame van karton. Sint Adrie was van mening dat het een eenvoudig kostuum moest zijn zodat iedereen na de intocht voor Sint kon spelen. Aan alles was gedacht. De Albe was voorzien van twee zakjes waar de bril in gestoken kon worden. In de paarse rijbroek zat een opening waardoor de Sint zijn hand kon steken om zo in de broekzak van zijn eigen pantalon te komen. Het concept was heel eenvoudig. Adrie schoof zijn sokken over de pantalon, trok dan zijn paarse rijbroek aan en daarover de Albe. Alles was zo gemaakt dat hij zich zelf kon kleden. (wordt vervolgd) uit : Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Zo vader zo zoon (2) Ontmoeting met de zoon van tweede tv-Sint Adrie van Oorschot
Met mijn dvd's op stap.... Kees vertelde dat moeder had gezegd dat vader naar Brussel was. Maar bij de uitzending van de intocht herkende Kees zijn vader aan zijn neus. Mensen die Adrie van Oorschot nog goed voor de geest kunnen halen weten genoeg! Op een zeker moment val je als "hulpsinterklaas" ergens door de mand en dat overkwam dus ook papa Adrie. Na een tweede bak koffie met een plak lekkere natte cake van een bekende bakker uit Spakenburg werd het eerste schijfje in de speler gestoken. Het was een interview met Adrie van Oorschot opgenomen kort voor een intocht. Kees reageerde verbaasd over deze opname: hij had hem nog nooit eerder gezien. Hij herkende zijn vader en de hoes waar de staf destijds in zat toen zijn vader hem vervoerde: het bleek nog steeds dezelfde te zijn die Kees gebruikt! Ook enkele andere oude intochten en musicals bekeken wij. Jammer dat deze Adrie van Oorschot, min of meer de grondlegger van de intochten op tv op merkwaardige wijze aan de kant is geschoven. Dat voelde niet alleen zo bij de afgezette Sinterklaas zelf maar ook bij vele Nederlanders. Kees vertelde mij dat er in Hilversum op de dag van de intocht jarenlang een vrouw bloemen kwam brengen bij zijn vader omdat ze het erg vond dat hij de intocht niet meer deed. De wijze waarop Adrie was 'afgezet' door Aart Staartjes heeft hem veel verdriet gedaan. (wordt vervolgd) uit : Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Zo vader zo zoon (1) Ontmoeting met de zoon van tweede tv-Sint Adrie van Oorschot.
Hoe de zoon niet slechts het uiterlijk van zijn vader meekreeg! Op een zonnige zaterdag in juni had ik een afspraak met Kees, de zoon van Adrie van Oorschot. "Vol verwachting klopte mijn hart", om in Sinterklaas sfeer te spreken. Adrie van Oorschot was in die tijd dat ik nog gelovig was de persoon die achter de baard en snor schuil ging. Dat waren nog eens intochten met Mies Bouwman, Wieteke van Dort en anderen! De intochten van die tijd waren in mijn optiek sfeervoller. Gewoon een Mies Bouwman aan de kade en geen gezap van het Sinterklaasjournaal waar Dieuwertje Blok steeds in beeld komt met spannende verhalen.Ik vraag mij vaak af of de kinderen het allemaal nog kunnen volgen. Het is al spannend genoeg. Sinterklaas komt aan en dan moet je ook nog eens zijn boek laten verdwijnen of zijn paard laten stelen.
Met mijn dvd's op stap.... De intochten met Adrie van Oorschot en Piet Römer als hoofdpiet waren mooie intochten. Van 1963 tot 1985 was Adrie van Oorschot Sinterklaas. Het werd duidelijk dat Kees niet wist dat er nog zoveel video en dvd materiaal bewaard gebleven was over zijn vader als tv-Sint. Met de collectie dvd's met intochten (dank André van Leusden!) ging ik op stap. Tja, daar zat ik nu met de zoon van de Sinterklaas uit mijn tijd! Een van mijn brandende vragen was "hoe ontdekte jij dat jouw vader de Sint van de tv was?" (wordt vervolgd) uit : Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Sinterview met de Zweedse schrijver Arne Norlin (slot)
Vindt je bepaalde elementen in de volksgebruiken storend? Niet echt. Mensen hebben, de eeuwen door, sprookjesfiguren verzonnen die hen kunnen helpen in hun leven. Natuurlijk zou ik de excessen met Kerstmis - hier in Zweden kunnen de ouders verschrikkelijk dure cadeautjes kopen voor hun kinderen - wat van het goede teveel kunnen noemen, maar wie ben ik om te oordelen. Dit jaar zal ik de Kerstperiode in Nieuw-Zeeland doorbrengen, met een telefoontje naar de kinderen op Kerstdag zelf. Geen geschenken!
Waarom is het belangrijk de nicolaiaanse traditie verder te zetten? Hoe wordt dat best aangepakt? Ik weet het niet, en , echt : ik lig er niet wakker van. Ik zie Nicolaas als een interessant cultureel fenomeen, niet als een belangrijk religieus icoon. Maar ik denk dat mensen goed voor elkaar moeten zijn, niet alleen maar tussen 5 en 6 december en met Kerstmis. Luc Vermeulen uit : Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Sinterview met de Zweedse schrijver Arne Norlin (4)
Wat is je meest markante "Sint-Nicolaaservaring"? Al de aardige mensen die ik ontmoette tijdens mijn reizen naar Turkije, Italië, Frankrijk, Duitsland, Nederland en België. Ze waren allemaal zeer enthousiast om hun kennis met mij te delen. Zelfs in Turkije, waar de bevolking voor 99% moslim is, waren de mensen zeer behulpzaam en zeer fier op hun geschiedenis. Maar van de Sint lagen ze niet bepaald wakker.
Wat betekent Sinterklaas voor jou? Als heilige zo goed als niets. Als cultureel fenomeen wellicht de interessante heilige in de geschiedenis van de kerk. Waar je ook komt in de wereld, kent men zijn "vertakking", Santa Claus. (wordt vervolgd) uit : Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Sinterview met de Zweedse schrijver Arne Norlin (3) Op bezoek in Sint-Niklaas en bij SNG Vlaanderen
Arne, hoe leerde je Sinterklaas kennen? Ik wist dat het Kerstpersonage Santa Claus gebaseerd is op een heilige uit Turkije, de heilige Nicolaas. Maar ik had geen idee hoe dat gebeurd was.Daarom besloot ik mezelf te scholen door boeken te lezen over godsdienstgeschiedenis, cultuurgeschiedenis en geschiedenis. Hierbij kwam ik tot de vaststelling dat het verhaal van deze heilige een groot verhaal is, nooit echt gescheven.Daarom besliste ik 4 jaar geleden het zelf te schrijven. De titel van het boek wordt wellicht "Op zoek naar Santa Claus" Een bemerking hierbij: Zweden is niet bepaald een godsdienstig land. Ikzelf ben geen lid van een kerk. Mensen die naar de kerk gaan (2 à 3%) zijn protestants en over heiligen hoor je bijna nooit. (wordt vervolgd) uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap
Sinterview met de Zweedse schrijver Arne Norlin (2) Op bezoek in Sint-Niklaas en bij SNG Vlaanderen
Even een korte biografie: Arne 62 jaar was meer dan 30 jaar journalist bij Zwedens grootste dagblad "Aftonbladet".Hij begon als schrijver van misdaadromans. Vier van zijn boeken zijn in het Nederlands vertaald. Sinds 2002 is hij fulltime schrijver. Hij schrijft vooral kinderboeken, nu al meer dan 60. Elk jaar schrijft hij minstens 1 prentenboek en 1 boek voor 9 tot 13 jarigen. Op dit ogenblik staat hij nummer 12 op de toplijst van de bibliotheken in Zweden: de 12de meest ontleende schrijver. Arne woont in hartje Stockholm, is getrouwd en heeft 2 kinderen en 1 kleinkind. Hij is een sportfanaat: speelde voetbal tot zijn 50ste en heeft zich nu op golf gegooid. Wij stelden hem via de digitale snelweg onze klassieke sinterviewvragen: (wordt vervolgd) uit: Tijdingen van het Sint-Nicolaasgenootschap