VOORWOORD.
De Commissie van Enquête naar de Huisindustrie in Nederland heeft, in overleg met het Bureau, gemeend naar aanleiding van de Opening der Tentoonstelling van Huisindustrie eenige gegevens te moeten publiceeren, die als voorloopige resultaten der enquête zijn te beschouwen. In deze korte rapporten worden een vijftigtal takken van huisindustrie in ons land behandeld. Daarmee wordt geenszins het algemeene rapport, dat echter op zijn vroegst in den loop van het jaar 1910 zal kunnen verschijnen, overbodig gemaakt. Het hierachter afgedrukte bedoeld slechts een zeer algemeen beeld van de betreffende industrieën te geven en put in geenen deele het rijke materiaal uit, dat de Enquête-Commissie tot haar beschikking heeft. Ook worden in deze rapporten niet alle branches van huisindustrie behandeld, daar de Enquête-Commissie nog niet met haar onderzoek over geheel Nederland gereed is. Naar schatting is eerst de helft der huisarbeiders bezocht, zoodat het ontbreken van vele en soms belangrijke takken van huisindustrie hier niet behoeft te verwonderen.
Bij het verschijnen van dit werk moet nog dank betuigd worden aan de velen, die bij de samenstelling ervan behulpzaam zijn geweest, met name aan den heer J. G. VAN DILLEN, docts. i d Stw., te Amsterdam.
Mr. N. W. POSTHUMUS, Secr. der Enquête-Commissie.
|