Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
fietsen in Zeeland
een potje Olaba petanque
avond in Burgos
koninklijke glasblazerij tegen Segovia
Expo Oostende voor Anker 2009
terug in Vatan
Salers runderen
als smakelijk hapje in Valencia
fontein in Vejer de la Frontera
kathedraal van Cadiz
standbeeld Tio Pepe in Jerez
trol met Greta in Bergen (Noorwegen) (trol staat bovenaan)
met kaasboerin in Edam
als vrome bedevaarder
met mijn Baskische vriend Joseba aan het Guggenheim in Bilbao
m.a.w. de weblog van Greta en boB
de bloemige blog die de avonturen van Greta en boB in BEELD brengt in België, Spanje, Frankrijk, enz.
De foto´s zijn meestal van Greta en de tekst van boB. Ook eigen (makkelijk na te maken) ervaringen in het cuisineren worden neergezet, ter streling van het virtuele gehemelte van de kijker/lezer of amateurkok.
09-10-2010
KOKENETEN: de Mongool kent iets van witte kool
In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden, mag een witte kool niet wit zijn,
maar eerder lichtgroen.
Zorg ervoor dat de buitenbladeren stevig en glanzend zijn als je hem koopt.
Witte kool is wereldwijd een van de belangrijkste menselijke voedingsbronnen.
In Rusland, China, Oost- en Noord-Europa zijn winterharde koolsoorten gewoon
onmisbaar, en bijna dagelijkse kost.
Mongolen zien zelfs een beetje groen, omdat ze bijna constant witte kool eten.
Ook op Mars is deze kool het nummer één op het menu; kijk maar naar de groene
mannetjes die van daar komen.
Deze ultieme wintergroente mag dan wel de reputatie hebben zwaar
in het lichaam te vallen, in werkelijkheid is ze caloriearm, en vetarm.
Waar de witte kool wel bijzonder rijk aan is, zijn vitaminen en mineralen.
Aan amper 200 gram heb je genoeg om je dagelijkse behoefte aan vitamines A
en C binnen te krijgen, daarnaast zit er nog een stevige dosis mineralen in als ijzer,
calcium, fosfor en magnesium.
Men rekent 300 tot 400 g gekookte witte kool per persoon.
In tegenstelling tot wat men soms denkt, hoef je ze om de lieve lijn niet te laten,
want witte kool levert maar 24 kcal/100g.
Behalve voor zijn voedingswaarde, staat de kool in de traditionele Europese
kruidengeneeskunde bekend als middel tegen brandwonden en ontstekingen.
Maar… nu moet ik toch even een prangend en nijpend onderwerp aansnijden.
Kolen slepen een bijzonder slechte reputatie met zich mee.
Ze zouden moeilijk verteerbaar zijn en zodoende de vorming van ongewenste
gasbellen in onze darmen bevorderen.
Bij effectieve ontsnappingspogingen brengen die het fatsoen van de
gastheer/vrouw luidruchtig en/of geurig aan het wankelen.
Nochtans, en dat is dan het supergoede nieuws, mits inachtneming van enkele
voorschriften hoeft je metabolisme er hoegenaamd geen hinder van te ondervinden.
Tip 1:
Een van de voorschriften is dat je kool vooral niet te lang mag koken.
Bij langdurig koken ontstaan zwavelverbindingen, met het gekende gevolg
ter hoogte van de darm-exit.
Naar verluidt stoppen de Mongolen hun paarden trouwens vol met witte kool,
zodat na de maaltijd en de dierlijke vertering, die beesten soms als een raket
vooruit vliegen, gedreven door luide knallen en zwavelachtige dampen.
Kool bevat mosterdolie, dat is een vluchtige stof die het verteringsproces versnelt
en de zwaveltoestanden fors verbetert.
Om de mosterdolie van kool intact te houden, mag je dit slechts even stomen.
Tip 2:
Je kunt er ook op het einde van de bereiding een lepel mosterdzaad of -poeder
in mengen, wat hetzelfde effect heeft.
Hiermee gewapend is er geen enkele reden meer om geen (witte) kool te bereiden.
Dankzij deze twee tips kan iedereen onbezorgd aan de kool! Lang leve de Mongool!
Witte kool is natuurlijk ook de basis voor zuurkool. Dit gerecht wordt gemaakt van
fijn geschaafde witte kool, die met een weinig zout en een scheut karnemelk in
een inmaakpot tot gisting wordt gebracht.
De lichtverteerbare zuurkool heeft bovendien een zeer hoog vitamine C-gehalte.
Tenslotte is witte kool heel geschikt voor salades.
Verwijder de buitenblaren, snijd de kool in vieren en haal de stronk eruit.
Was de vier delen apart. Schaaf de kool of snijd hem insmalle snippers.
Voor salades rekent men 75 tot 100g per persoon.
Eens geschaafd en geblancheerd kan ze makkelijk worden ingevroren.
Ik heb (zeer) persoonlijk ook nog een goeie reden om witte kool klaar te maken.
Het is nu midden april in Spanje, en ik heb me speciaal opgetut om de Semana
Sancta te vieren. Daarvoor heb ik een blits halssnoer uitgedacht, waarin
een paar kleine witte kolen verwerkt zijn.
Na afloop van de processie kan, en mag ik dit voedsel niet zomaar te grabbel
gooien, en moet het de keuken in. Ecologisch inzicht moet er ook zijn.
Hier zie je me nog in groot ornaat met mijn koolhangers.
Er staat op het menu: “kabeljauw met witte kool en spekjes”.
Het is een Spaans gerecht, dus heel eenvoudig te maken, en heel lekker.
Hier is het recept.
ingrediënten voor 4
bereiding
4 dikke kabeljauwfilets, of andere harde vis
bak het spek in een weinig olie krokant, zet het opzij
½ witte kool, fijn gesneden
kook de kool in weinig water gedurende 5’
150g kleine spekblokjes (Spanje: Serrano)
ze mag wat zacht worden, maar moet al dente blijven
een handvol verse peterselie, ruw gesneden
laat ze goed uitlekken, stoof ze in een pan
een glas witte wijn, of 2 el sherry
doe er de boter bij en de wijn, en roer regelmatig
20g boter
houd het vuur laag, laat de boter smelten
5 cl (soja)room
en laat staan tot de meeste wijn verdampt is
verse (cayenne)peper, zout
voeg het spek toe, met alle braadsappen, en de room
een beetje olijfolie
voeg de peterselie toe en wat verse peper en zout
zet borden in de oven op 75° als voorverwarming
paneer de kabeljauw intussen aan beide kanten
verhit een beetje olijfolie in een niet-kleefpan
bak de kabeljauwfilets hierin, 4-5’ aan elke kant
(hangt af van de dikte van de vis)
lepel de kool op de warme borden
leg de visfilets er boven op
garneer met krulpeterselie en dien op
TIP: geen zout gebruiken voor de vis, door het spek
De kool voelt zich blijkbaar beter in de pan dan aan mijn nek.
Ik denk er ook zo over.
Intussen strijkt Greta er duchtig op los, op het terras. Ze is gerust in de afloop.
Ook de kalme kabeljauwen voelen zich happy in de koesterende warme pan.
De groentjes (in twee betekenissen) gaan gedwee op het bord en het zwemmertje
komt er zachtjes bovenop.
Op het moment van de bereiding wist ik nog niets van het belang van de kooktijd.
TIP: laat de wijn niet inkoken, om zo de kooktijd in te korten, maar doe er
op het laatst 2 eetlepels sherry bij in plaats van de wijn.
Buen appetito!
Bereid in Spanje en gebaseerd op een recept uit de reeks “New Mediterranean Meals”
van de Engelsman Mark Harrison, van wie ik eens per post een CD kocht met recepten.
Het Nationaal Jenever- en Ossenmuseum van Hasselt (1)
In een 19de-eeuwse landbouwstokerij - midden in de stad Hasselt - brengt
het Nationaal Jenevermuseum het verhaal van de Belgische jenever. Je volgt onder meer het productieproces in een authentieke stookinstallatie.
Jenever is niet alleen de nationale gedistilleerde drank van België,
maar ook die van Nederland en Frans-Vlaanderen, de ‘Zeventien Provinciën’
uit de 16de eeuw.
In die eeuw wordt de korenbrandewijn, soms gearomatiseerd met jeneverbes,
enorm populair.
Kort even de geschiedenis van de (Belgische) jenever.
Het is al gestart onder de voogdij van de Spanjaarden, einde 16de eeuw. In 1601 vaardigen de aartshertogen Albrecht en Isabella een plakkaat uit waarbij
de productie en de verkoop van brandewijn uit graan, fruit en groenten in de
Zuidelijke Nederlanden worden verboden.
De overheid maakt zich zogezegd zorgen over het overmatige brandewijngebruik
en vindt dat granen dienen voor het bakken van brood en niet voor het stoken
van korenbrandewijn.
Maar: Hasselt ontspringt de dans.
Sindsdien zijn de Limburgers altijd happy, tot op de dag van vandaag. In Hasselt, dat tot 1795 niet tot de Zuidelijke Nederlanden, maar wel tot het
Prinsbisdom Luik behoort, mag verder brandewijn of jenever gestookt worden.
De jeneverproductie komt er pas echt goed op dreef tijdens de bezetting van
de stad door een Hollands garnizoen in de periode 1675-1681.
Het feit dat de Hasseltse jenever meer dan andere jenevers in België
met allerlei kruiden, bessen en zaden wordt gearomatiseerd,
is wellicht aan deze Hollandse invloed toe te schrijven.
Vooral dan de jeneverbes wordt veel gebruikt, omdat de
struik overal groeit, en dus goedkope vruchten afleverde.
Vandaar dat de naam aan deze bes gekoppeld blijft.
Na verloop van jaren wordt jenever stoken opnieuw toegelaten. Onder het (wie is er hier eigenlijk NIET geweest?) Oostenrijkse bewind (1713-1794) wordt het
stoken van korenbrandewijn – behalve bij graanschaarste – weer toegelaten en zelfs gestimuleerd.
Het is de overheid niet zozeer om de brandewijn te doen, dan wel om de spoeling.
Dit niet-vluchtig restant van het stookproces wordt immers als veevoeder gebruikt
bij het overwinteren van de veestapel.
Let op: we moeten hier geen ouwe koeien uit de sloot halen, of niet over koetjes
en kalfjes praten, maar enkel over ossen.
Achteraf is het heel merkwaardig, maar zeker de waarheid, dat de grootste
inkomsten van de stokerijen niet afkomstig waren van de jenever, maar van het vetmesten van ossen.
Als we de gids mogen geloven, was er een doorloop van de ossen in de stokerij
van vier à vijf maal per jaar. Kassa kassa dus, en dan spreken we nog niet over de stalmest,
ook heel kostbaar en onontbeerlijk in die tijd, bij gebrek aan kunstmest.
Sommige stokerijen hadden tot tachtig ossen per keer in de stal om vet te mesten!
Hier zie je een (namaak) os, in het Hasseltse museum, aan de echte voederbak.
De ossen waren heel tevreden met de spoeling uit de stookketel, die al heel wat
gegiste materie bevatte.
Deze foto uit 1745 bewijst dat de ossen zich de alcoholpap lieten welgevallen.
Het lijkt er op dat het alcoholpercentage van 0.25 promille ruim overschreden werd.
De uitdrukking “slapen als een os” dateert uit die bewuste periode.
Nu begin ik eindelijk te begrijpen waarom.
Van toen af spande men trouwens altijd twee ossen in een span.
Dat was om de stabiliteit van het span en de rechtlijnige voortgang op de akker
beter onder controle te houden.
Terloops toch even wijzen op een kleine biologische oneffenheid:
verwar een os nooit met een stier.
Een stier zie je hieronder, op de foto. Zoek de zeven verschillen.
Haha, er is er maar één!
Een stier heeft een veel massievere nek en kop, zoals gedemonstreerd
door deze Spaanse stier, dank zij het wereldberoemde logo
van de Osborne sherry, op de Spaanse heuvels.
Het ligt allemaal een beetje moeilijk, want hoewel de stier
van Osborne is, duiden de eerste twee letters van de naam
op het tegendeel.
Daarenboven laten de Spanjaarden de stieren sherry drinken, in plaats van jenever.
Begrijpelijk dat deze dieren slecht gehumeurd zijn, tijdens hun arenavoorstellingen.
Als de Spanjaarden hier waren gebleven in de zestiende eeuw, dan hadden ze met het Hasselts
jenever voedingssupplement veel betere resultaten kunnen boeken!
Terug nu naar het andere product: jenever.
Jenever is sinds 2008 door de Europese Unie geografisch beschermd, net als al eerder het geval
was voor whisky en cognac.
Jenever krijgt dus zijn eigen “appelation d’origine contrôlée”. De ‘Verordening Nr. 110/2008 van het Europese parlement betreffende de definitie, de aanduiding,
de presentatie, de etikettering en de bescherming van geografischeaanduidingen van gedistilleerde
drank’ is het officiële document waarin de volledige regelgeving vermeld wordt.
Niet simpel, al die reglementen. Gelukkig is dit niet te proeven aan het eindproduct.
Concreet mag enkel in België, Nederland, Frankrijk (Nord en Pas-de-Calais) en
Duitsland (Nordrhein-Westfalen en Niedersachsen) drank geproduceerd worden die de naam
jenever, genièvre of genever draagt.
De tijd en de jenever is nu rijp om het museum zelf te bekijken.
Topstuk is de 19de-eeuwse stookinstallatie uit de voormalige stokerij Servais.
Een stoommachine en graanmolen uit dezelfde tijd maken de installatie compleet.
De volledige installatie werd vakkundig gerestaureerd en terug in werking gesteld.
Het is de enige stookinstallatie in België en Nederland die volledig op stoom werkt.
Het museum stookt er naar een 19de-eeuws recept zijn museumjenever in.
We hadden onlangs de gelegenheid om de stokerij te bezoeken, met meer
dan honderd mensen van het Seniorennet.
Onder hen waren er twee die het absoluut wilden meemaken: Lieve en (mijn) Greta,
respectievelijk Mentor en Administrator van de Seniorennet Photoshop Mailgroep.
Voor sommigen Seniorennetters, vooral die van de fotografische strekking, zijn
ze wellicht beter gekend onder de pseudoniemen Lila en Gaviota.
De gids - we zullen hem Frederik noemen – staat rechts, en dan komen Gaviota
en Lila respectievelijk. Ze lijken wat scheef te hangen, maar dat komt door de vloer.
Hoog boven Lila torent een Nederlander (uit Breda), die we Wim zullen noemen.
We hadden ook de eer om met Wim en zijn dame achteraf internationaal te tafelen.
deze foto is gemaakt door Mick
Momenteel loopt er in het museum een interessante fototentoonstelling, onder de
sprekende titel:
Vrouwentongen (let wel: in één woord) en mannenpraat - Volkscafés
in Vlaanderen.
Met vrouwentongen bedoelt men natuurlijk de Sanseveria’s, die eeuwenlang de
raamdorpels van de volkscafé’s bevolkten.
De ludieke foto’s gaan over droge worsten, filterkoffie’s, kickertafels, lelijke
stenen vloeren, buitentoiletten, enz.
Door hun alledaagse en ongedwongen karakter maken volkscafés
onlosmakelijk deel uit van ons cultureel erfgoed.
De originele kleurbeelden geven getrouw de
levendigheid van het volkscafé weer.
Daarbij kunnen de nodige relativering en een vleugje
humor niet ontbreken. Met een knipoog dus.
Terloops gezegd, over Frederik heb ik toch mijn twijfels.
Je moet eens goed kijken: in zijn lichtjes omhoog gaande rechterhand
past geen klein borrelglaasje, maar wel een stevige pint. Het lijkt er op
alsof Frederik geen jeneverfanaat, maar eerder een fervente bierdrinker is.
Waarschijnlijk hebben we hier te maken met een gecamoufleerde biergids
(uit brouwerij Alken)?.
Het resultaat van jenever of bier drinken achteraf (in volume) is natuurlijk
niet hetzelfde, wat gedemonstreerd wordt op de foto rechts onderaan.
Of dit bezoek al dan niet de goede kant opgaat, kom je te weten tijdens een van
de volgende dagen.
Come and see…voor de nieuwe avonturen van Lila en Gaviota!!
Als je zolang niet kan wachten, en ook voor echte interessante informatie