Elke maand komen we samen met ouders die een kind verloren hebben door zelfdoding. Het is een open groep: kome wie komt. De gespreksinhoud wordt ook niet op voorhand vastgelegd. Nooit moet er om gespreksstof gezocht worden. Sommigen (zoals Karel en ik) nemen al jaren deel, anderen zijn nieuw. Sommigen komen elke maand, anderen af en toe.
Vorig jaar zijn we met al wie wou op uitstap geweest naar Antwerpen: rondvaart op de Schelde, etentje, niks speciaals, alleen samen zijn. Omdat dit zo meegevallen was, stelde men voor dat dit jaar opnieuw te doen, terug met een boottocht. Een uitstap naar Planckendael.
Dus met de trein naar Mechelen. Achter het station ligt de aanlegplaats voor de boot. We hadden een dagtrip genomen waarin treinreis, boottocht en ingang dierenpark was samengebracht. Het is warm, maar op de boot kon je wel een extra jas verdragen: de wind maakt het nogal koud. Na een goede twintig minuten varen stappen we uit, trappen af naar de ingang van Planckendael.
Eerst picknick bovengehaald, koffietje gedronken
en dan op weg.
We zijn met achten, een ideale groep. Je krijgt de gelegenheid om met iedereen een praatje te doen. Op zon uitstap ontdek je elkaar op een andere manier dan in de gespreksgroep. De ene kan goed gidsen, de andere speelt graag met woorden, nog iemand anders geeft een spannend verhaal cadeau. Er wordt veel gelachen. Soms denk ik: een groep pubers op uitstap. Het is niet te warm, wel lekker om te wandelen en af en toe een paar druppels regen, maar niet genoeg om een paraplu uit te halen.
Ondertussen naar de dieren kijken. Karel is weg van de elegantie van de giraffen, nochtans mastodonten van beesten. Maar met hun lange poten en nog langere hals schrijden ze over de aarde, geen koningskroon kan dit evenaren.
Tegen vijven vinden we een rustplaats waar nog iets warm kan gegeten worden. Tafeltjes worden bij elkaar geschoven, stoelen bijgehaald en we zijn gezellig geïnstalleerd. Erg veel warms is er niet meer te krijgen. Maar de vulling van een koninginnenhapje, of gyros of stoofvlees samen met een grote schep friet, smaken doet het wel
en ondertussen worden de plannen besproken voor volgend jaar.
We willen de boot van 18 uur halen, dus moeten we op tijd vertrekken. Aan de boot kunnen we meteen opstappen, zodat we niet hoeven recht te staan op die vermoeide benen. Wanneer de boot na een tiental minuten vertrekt en los is van de kade, komt er nog een koppel met een kindje aangelopen: jammer, die zullen een uur moeten wachten.
Er zitten veel kinderen op de boot en ondanks de vermoeiende dag hebben die nog massas energie te besteden. De voorbijrijdende fietsers worden uitbundig begroet en die groeten terug, wat het enthousiasme nog doet toenemen.
De twee eersten nemen afscheid bij het uitstappen van de boot. Op de trein moeten we nog even wachten. Naarmate het vertrekuur nadert, groeit het aantal reizigers dat mee wil. We vinden toch nog een plaats in de eerste wagon. Wij stappen uit in Haacht, terwijl de anderen naar Leuven verder rijden.
We zijn ontzettend blij thuis te zijn. Een dag slenteren en rondhangen is toch wel vermoeiend, maar zolang onze benen ons blijven dragen gaan we mee, zeker weten.
|