De deur staat wagenwijd open.
De deur staat helemaal open.
Zij slikt de pil.
Zij gebruikt de anticonceptiepil.
Hij veegt daar zijn gat aan af.
Hij negeert dat op een onbeleefde manier.
De honger jaagt de wolf uit het bos.
Je kunt iemand die heel erg veel honger hebt tot alles dwingen.
Dat zijn noten met gaatjes.
Dat is niet in orde.
Hij is een man van de oude stempel.
Hij is iemand die nog de ouderwetse normen hanteert.
Mettertijd komt Jan in de broek en Griet in de rokken.
Met wat geduld zal alles goed komen.
|