375 g bladerdeeg- 150 g gorgonzola- 4 rode uien, in ringen- 2 eetlepels olijfolie- 2 theelepels bruine suiker- 3 eetlepels balsamico- verse tijm- peper
1. Verwarm de oven voor op 200°C. 2. Bak de uien 10 minuten in de olijfolie. Doe er de suiker, de balsamico en theelepel gehakte tijm bij. Schep goed om. Zet van het vuur en laat een beetje afkoelen. 3. leg het bladerdeeg in een grote, ronde bakvorm, op bakpapier. 4. Schep de uien op de deeg bodem. Strooi er de verkruimelde kaas bij. Bak ongeveer 20 minuten in het midden van de oven.
4 kabeljauwfilets (of andere stevige witvis)- 150 g oudbakken brood- 100 g pecorino (of parmezaan)- 50 g zongedroogde tomaatjes- 3 eetlepels olijfolie- 1 bosje platte peterselie- peper en zout
1. Doe het brood (zonder korst) met de kaas en de peterselieblaadjes in een meng kom. Maal daarna met de keuken robot tot een fijn en kruimelig mengsel. 2. Kruid de visfilets met peper en zout. Leg ze op bakpapier op een bakplaat. Bestrooi ze met het kaasmengsel en besprenkel ze met de olijfolie. Leg er de zongedroogde tomaatjes bovenop. 3. Zet 10 tot 15 minuten in de oven op 200°C, of tot de vis gaar is. Lekker met groene salade en gebakken aardappelen.
2 uien, in ringen gesneden- 3 stengels selder, in stukjes- 2 teentjes knoflook, in plakjes- 1 Spaans pepertje- olijfolie- 2 dl witte wijn- 2 à 3 kilo mosselen, goed gewassen- 2 dl room- 2 eetlepels blad peterselie, fijngesneden
Fruit de uien, selder, knoflook en het Spaans pepertje zeer kort in olijfolie in een diepe pan. Overgiet met de wijn. Leg de mosselen erbovenop. Doe het deksel op de pan en breng op een hevig vuur aan de kook. Schud na 1 à 2 minuten goed op. De mosselen zijn gaar als de schelpen open zijn. Schep ze uit de pan in een schaal. Giet de room in de pan. Laat even inkoken en giet de saus over de mosselen. Garneer met peterselie.
Tip: Meng twee eetlepels mosterd met het sap van een citroen. Dit is een lekker dipsausje voor de mosselen. Serveer de mosselen met brood.
1 handvol verse blaadjes van citroenmelisse (en een takje ter decoratie)- 1 theelepel peperbolletjes- 1 citroen- 1/2 liter natuurazijn
Bereiding Pers de citroen uit. Voeg het sap samen met de andere ingrediënten en laat het geheel ongeveer een maand inwerken. Zeef de azijn en giet de vloeistof in een fles of glazen bokaal. Doe er nu een volledige tak verse citroenmelisse bij. Dat oogt mooi en accentueert verder de smaak.
Pimpernelolie.
3 eetlepels gedroogde pimpernel
1 eetlepel verse pimpernel
3 okkernoten
6 deciliter druivenpitolie
2 deciliter notenolie
Bereiding
Voeg de pimpernel en de noten aan de oliën toe, en laat de ingrediënten samen een drietal weken rusten. Zeef vervolgens de olie, giet ze in de fles en versier met een takje verse pimpernel en de drie noten die je kan hergebruiken.
3 peren, geschild en in partjes- 2 mini-camembertkaasjes (van 150 g)- handjevol groene sla- 15 g boter- 1 chili pepertje, in ringetjes- verse rozemarijn- 1 theelepel bruine suiker- zwarte peper uit de molen
1. Haal de kaasjes uit hun verpakking. Verpak ze in bakpapier en zet ze 10 minuten in de oven op 180°C. 2. Verwarm de boter met een koffielepeltje fijn gehakte rozemarijn en het chili pepertje. Strooi er de suiker bij. Roer tot de suiker opgelost is. 3. Bak de peerpartjes een paar minuten in de kruidenboter. Kruid ze met zwarte peper uit de molen. 4. Verdeel wat sla over de borden. Halveer de kaasjes en schik ze op de borden. Leg er de peerpartjes bij en lepel er wat kruidenboter over. Serveer meteen. (Lekker met stokbrood)
500 g fusilli (of andere kleine pasta)- 600 g chipolata- 1 bokaaltje paprika's in olie- 100 g zwarte olijven- 1 dl olijfolie- 1/2 bosje vers basilicum- peper uit de molen en zout
1. Mix het basilicum met de olijfolie. Laat de paprika's uitlekken en snij ze in stukjes. Prik de chipolata in met een vork. 2. Bak de worst zonder vetstof in een pan met antiaanbaklaag. Doe er de paprika's bij. Laat een paar minuten verwarmen. Snij de chipolata in hapklare stukken. 3. Kook de pasta beetgaar in gezouten water. Giet af. Vermeng met de basilicumolie, de chipolata, de paprika's en de olijven. Kruid met peper en dien op.
Wat is gelei? Gelei wordt altijd gemaakt van sap. Gelei maak je, net zoals confituur, met fruit en suiker. Je laat de vruchten tot sap koken en voegt eventueel suiker toe. Het is wat meer werk, maar gelei is ook fijner van smaak en er zitten geen pitten of velletjes in.
Hoe maak je gelei? Schil de vruchten en maak ze fijn. Hak ze indien nodig. Pers ze uit door een doek en vang het sap op. Je kunt ook een sapcentrifuge gebruiken. Weeg het sap en neem evenveel suiker als sap. Laat het sap eerst tien minuten koken voor je er de suiker bij voegt. Laat de gelei koken tot de gewenste dikte. Je kunt ook gelei maken zonder het fruit op een vuur te koken. Plet dan warme vruchten en wrijf ze met een beetje water door een zeef. Voeg aan het warme sap -met kleine hoeveelheden tegelijk- hetzelfde gewicht aan suiker toe en roer 10 minuten tot de suiker gesmolten is. Giet de gelei in potjes en laat hem opstijven zonder af te dekken.
Tips: Voor gelei gebruik je best vruchten die rijk zijn aan pectine, een bestanddeel waardoor de gelei sneller stijf wordt: appels, aalbessen, bosbessen, braambessen, citrusvruchten, frambozen, kweeperen, zwarte bessen, sinaasappels of citroenen. Wil je gelei maken van fruit dat weinig pectine bevat, voeg dan altijd een pectinerijke fruitsoort toe of gebruik speciale geleisuiker. Pers het fruit nooit volledig uit, anders is de gelei niet helder. Gelei heeft als voordeel dat je ook onrijpe en beschadigde vruchten kunt gebruiken. Je kunt van bijna alle vruchtensappen gelei maken. Heb je sap over? Bewaar het in de diepvriezer om in de winter gelei te maken. Als de gelei overkookt, kun je een klontje boter toevoegen. Kleine potjes gelei bewaren beter dan grote.
Gelei in de microgolfoven Als je vers fruitsap over hebt, kun je er altijd gelei van maken. Je kunt het ook invriezen en 's winters verse gelei maken. Gelei uit de microgolfoven is lekker, maar bewaart slechts een maand!
Gnocchi bestaan uit een mix van aardappelpuree en bloem. Om ze goed te maken, hebt u wat tijd en oefening nodig. Maar dat probleempje omzeilt u feilloos door gnocchi panklaar te kopen (in de koelafdeling). Dan hoeft u ze alleen nog even te koken: -2 minuten (of tot ze bovendrijven) in gezouten water, en ze zijn klaar. Daarbij maakt u dan gebakken tomaatjes: Halveer 750 g kerstomaatjes, leg ze op hun snijvlak op een bakplaat. Kruid ze met peper en zout. Vermeng 50 g grof gehakte pijnboompitten met 20 g gemalen parmezaan en 2 eetlepels paneermeel. Strooi het mengsel op de tomaatjes. Besprenkel alles met olijfolie en zet 10 minuten in de oven op 225°C. Schep de gebakken tomaatjes en de warme gnocchi in diepe borden. Werk het geheel af met basilicum en dien op.
Marinade : meng in een kom de wijn, de olijfolie, peper, tijm en ui. Leg het wild in de marinade. Zet 1 uur in de koelkast. Neem het vlees uit de marinade. Zet opzij. Giet het vocht van de marinade en de bouillon in een steelpan. Doe de verkruimelde kruidenkoek erbij. Breng 5 minuten aan de kook, laat vervolgens sudderen om in te koken tot 2/3. Dit duurt 5 tot 10 minuten. De saus wordt ingekookt tot 6 eetlepels, net genoeg om er de steaks mee te napperen. Verhit de olijfolie in een bakpan met dikke bodem. Doe zout en peper op de steaks. Laat ze 5 minuten bakken aan elke zijde. Giet de cognac in de pan. Flambeer. Wikkel het vlees in aluminiumfolie. Laat 10 minuten rusten. Werk de saus af : giet de ingedikte saus in de pan. Schraap de bakbodem goed los. Doe de Worcestershiresaus erbij. Doe er zout en peper op. Meng goed. Verdeel de steaks over de borden. Overgiet met saus. Bestrooi met pijnboompitten.
Uitstekend met: Gestoomde schorseneren en spruitjes. Versier met galetten van parmezaan met pijnboompitten en pistaches.
Weetje: Als u een zoetzure saus verkiest, vervang de Worcestershiresaus dan door 1 eetlepel rodebessengelei.
Hoe het moet: Doe bij een ingekookte saus altijd pas op het einde zout, zodat ze niet te zout is. Kruidkoek lost op in de saus en maakt ze dikker.
N.B.: Dit feestelijke recept blijft heel correct op het gebied van totale vetten en verzadigde vetzuren, onder meer dankzij het vrij magere rendiervlees en de niet te vette saus (de alcohol verdampt volledig tijdens het inkoken).
4 peren- 2 eetlepels citroensap- 100 g fijne suiker- 50 g bloemsuiker- 4 eieren- kaneelpoeder- 1,5 dl slagroom
- Verwarm de oven voor op 210°C. Schil twee peren en halveer ze. Snij elke helft in fijne partjes, maar zonder ze helemaal los te maken van elkaar. - Leg ze in een ovenschaal. Besprenkel ze met citroensap en bestrooi ze met 20 g suiker. Zet ze 20 minuten in de oven. Laat ze vervolgens afkoelen. - Schil de andere peren, snij ze in stukjes. Doe ze in een pannetje met 50 g suiker en een mespunt kaneelpoeder. Zet ze 10 minuten op een vrij heet vuur, schep ze vaak om. Pureer en laat afkoelen. - Splits de eieren. Klop de dooiers schuimig met de rest van de suiker. Vermeng ze met de slagroom en de perenpuree. - Klop de eiwitten stijf met de bloemsuiker. Spatel ze door de mousse. Verdeel over kommetjes en zet 1 uur in de diepvriezer. - Werk af met de gekarameliseerde peerhelften en zet het dessert een paar uur in de koelkast, zodat de soufflé 'koelzacht' geserveerd kan worden.
1. Snij 5 gepelde vleestomaten in partjes, 3 groene paprika's in reepjes en 2 aubergines in plakjes. 2. Fruit 1 fijn gesnipperde ui glazig in olijfolie. Doe er 1 gepeld en geperst knoflookteentje bij, 1/2 koffielepel harissa, en - van elk 1 theelepeltje - ras-el-hanout, gemalen komijnzaadjes en paprikapoeder. 3. Schep goed om. Doe er de groenten bij, 1 koffielepel geconcentreerde tomatenpuree en 1 glas water. Laat 5 minuten sudderen tegen de kook aan. 4. Snij 800 g kabeljauwfilet in stukken. Leg de vis op de groenten. Laat nog 10 tot 15 minuten stoven tot de kabeljauw gaar is zonder uiteen te vallen. Werk af met gehakte verse koriander en/of gladde peterselie. Lekker met couscous of met rijst.
welke peterselie gebruik men het best, gladde of gekrulde?
Ik denk dat ik het al vaker bekend heb: mijn favoriet is gladde of bladpeterselie. Uiteraard is die van dezelfde familie als de gekrulde soort. De laatste oogt wel sierlijker, vandaar dat ik bijvoorbeeld wél krulpeterselie gebruik om te frituren en dan als garnituurtje te gebruiken (door het frituren verdwijnt de smaak trouwens toch bijna volledig). Gladde peterselie smaakt en geurt dan weer veel krachtiger en hoeft niet eens fijngehakt te worden: de blaadjes irriteren minder in de mond. Zowel de ene als de andere soort zijn (zeker in de zomer) onmisbaar in de keuken, bij salades, in pastasauzen en dressings.
250 g verse lasagnevellen- 200 g gehakt- 50 g bacon, in reepjes- 1 ui, fijn gesnipperd- 1 teentje knoflook, gepeld en geperst- 2 x 500 g tomaatblokjes- 3 eetlepels olijfolie- 3 eieren- 25 g broodkruim- 60 g gemalen parmezaan- 150 g fontina, in fijne plakjes- 1 eetlepel melk- gedroogde basilicum- verse gladde peterselie- peper en zout
1. Bak de bacon reepjes en de ui 5 minuten in de olijfolie. Doe er de tomaatblokjes bij. Laat 10 minuten sudderen tegen de kook aan. Kruid met een mespunt basilicum en peper. 2. Besprenkel vervolgens het broodkruim met de melk. 3. Meng het gehakt met de knoflook, 1 eetlepel gehakte peterselie, 20 g parmezaan, 1 ei en het broodkruim. Maak nootgrote balletjes. Bak ze in de rest van de olijfolie goudbruin. 4. Vul een ovenschotel met, in afwisselende laagjes: tomatensaus, lasagneveIlen, vleesballetjes en plakjes fontina. Begin met een beetje tomatensaus (zodat de lasagne niet aan de schotel plakt) en eindig met pastavellen.
5. Klop de 2 resterende eieren los met peper en (weinig) zout. Schenk ze over de pasta. Schep er de rest van de tomatensaus op en bestrooi met de rest van de gemalen parmezaan. Zet 25 minuten in de oven op 200°C.
Zet twee Fromage au Four kaasjes in hun mandje 20 minuten in de oven. Laat 160 ml porto tot ongeveer de helft inkoken. Leg 2 verse vijgen, in partjes, in de warme alcohol en laat 10 minuten trekken. Hak 80 g walnoten grof, snij 2 peren en 2 appels in partjes. Leg ze, op bordjes, met eventueel nog wat witte en blauwe druiven bij. Leg er een stukje kaas bij. Werk af met de vijgen in porto.
9 gepelde scampi's- olijfolie- 150 gram tomatenpuree- culinaire room- half rolletje kruidenboter met look en tuinkruiden- sla- tomaat- brood
1. Doe de scampi's in een pan samen met een scheut olijfolie. Geen kruiden op de scampi's doen. 2. Als de scampi's gaar zijn, voeg je 150 gram tomatenpuree toe. 3.Voeg een geut room toe en roer flink, zodat alles goed wordt gemengd. 4. Neem de kruidenboter, snij in schijfjes en laat smelten in de scampisaus. 5. Voeg nog een geutje room toe totdat de saus lichtroze kleurt. 6. Serveer met sla, tomaat en brood. Werk het bord af met paprikapoeder.
Snij 600 g worteltjes en 300 g zoete aardappelen in blokjes. Laat in een kookpan met dikke bodem 2 gesnipperde uien goudbruin kleuren in 2 eetlepels arachideolie. Kruid met peper en zout. Schep er 1 eetlepel bloem door. Doe er 1 eetlepel verse geraspte gemberwortel, 1 eetlepel geconcentreerde tomatenpuree en 2 dl warm water bij. Breng aan de kook. Voeg de wortelen en de aardappelen toe. Dek af en laat 4 minuten zacht koken, of tot bijna al de vloeistof opgeslorpt is. Draai alles door de roerzeef.
Voor visfans: geef er in boter gebakken verse wijtingfilets bij.
Voor vegetariërs: schep er 250 g gemarineerde en gebakken quornblokjes door.
12 à 16 lamskoteletjes- peper- zout- olijfolie- een zak voorgewassen, jonge spinazieblaadjes- 1 rode ui, in ringen gesneden- een handvol walnoten, grof gesneden Bestrooi de lamskoteletjes met peper en zout. Bak ze kort aan in olijfolie. Schik de spinazie met de rode ui en walnoten op vier borden. Leg de lamskoteletjes erbovenop. Bedruppel met wat extra olijfolie en bestrooi met peper en zout.
Tip: Als je niet houdt van rauwe spinazie, roerbak ze dan zeer snel in een eetlepel olijfolie en 1 teentje knoflook. Serveer met puree
10 eieren- 1 dl melk- 2 trosjes kerstomaten- 1 ui- 75 g rucola- 150 g geraspte pecorino (of grana padano)- 2 eetlepels olijfolie- muskaatnoot- peper en zout
1. Verwarm de oven voor op 210°C. Pel en snipper de ui. Spoel de rucola en de kerstomaatjes, dep ze droog. 2. Klop de eieren los met de melk, een snuifje muskaatnoot, peper en zout. Doe er de uisnippers en de gemalen kaas bij. 3. Bestrijk een rechthoekige ovenschaal (20 x 30 cm) met olijfolie. Leg er de kerstomaatjes in. Schenk er de eieren bij. Zet de schaal 20 minuten in het midden van de oven. Serveer meteen, met de rucola.
Pel de sjalotjes en snipper ze fijn. Strooi ze op de bodem van een vrij grote ovenschotel. Leg er de gekruide vismoten op, besprenkel ze met de wijn en leg op elke moot een schijfje citroen. Strooi er het broodkruim (of paneermeel op) en leg hier en daar een vlokje boter. Zet ongeveer 15 min. in de voorverwarmde oven op 200°C. Schep de vismoten op voorverwarmde borden. Werk de saus af met wat ijskoude boter en kruid ze naar smaak bij. Lekker met gestoomde aardappelen.
1. Laat het hammetje 36 uur weken in koud water dat u af en toe ververst. Maak de groenten schoon en snij ze in fijne julienne. Stop het hammetje in een grote kookpan samen met de groenten. Overgiet alles met ruim koud water. 2. Breng aan de kook en laat 2 uur zacht sudderen onder deksel. Laat het hammetje afkoelen in het kookvocht. Snij de zwoerd eraf. Kerf met een scherp mes ruitjes in het vetlaagje en prik er de druidnagels in. 3. Klop de mosterd op met de cognac en de bruine suiker. Bestrijk het hammetje met het mengsel. Verpak het in aluminiumfolie en zet het gedurende 20 minuten in een op 200°C voorverwarmde oven. Neem de folie weg en laat het hammetje nog 20 minuten bijkleuren. 4. Laat het hammetje nog 10 min. in de uitgeschakelde oven staan
Verwarm de perziken in hun siroop. Schik ze rond het hammetje en serveer meteen .Lekker bij rijst en aardappelen