Lucas 4, 16-22  Genade

16. Jezus kwam ook in Nazareth, waar hij was opgegroeid, en volgens zijn gewoonte ging hij op sabbat naar de synagoge. Toen hij opstond om voor te lezen, [

17. werd hem de boekrol van de profeet Jesaja overhandigd, en hij rolde hem af tot de plaats waar geschreven staat: De Geest van de Heer rust op mij, want hij heeft mij gezalfd!!

Om aan armen het goede nieuws te brengen heeft hij mij gezonden, om aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken en aan blinden het herstel van hun zicht, om onderdrukten hun vrijheid te geven, om een genadejaar van de Heer uit te roepen.

20. Hij rolde de boekrol op, gaf hem terug aan de dienaar en ging weer zitten; de ogen van alle aanwezigen in de synagoge waren op hem gericht.

21. Hij zei tegen hen: ‘Vandaag hebben jullie deze schrifttekst in vervulling horen gaan.

22. Allen betuigden hem hun bijval en verwonderden zich over de genaderijke woorden die uit zijn mond vloeiden, en ze zeiden: ‘Dat is toch de zoon van Jozef?’

‘Vandaag hebben jullie deze Schrifttekst in vervulling horen gaan’ zegt Jezus.  De inwoners van Nazareth hebben het zonder twijfel direct wel aangevoeld: Jezus bedoelt dat in Hem de beloofde Koning is gekomen.

Alleen koningen en priesters werden immers gezalfd met het oog op hun taak van God.

Jezus, wijst hen er op dat Hij gezalfd is met Gods Geest om een genadejaar van God uit te roepen. Jezus spreekt van een genadejaar. Er komt iets nieuws.

Het genadejaar’ van God’, waarin een verbinding wordt gezien met de gedachte van een jubeljaar uit de Thora. Het ‘jubeljaar’ was het aangewezen jaar om slaven vrij te laten en schulden kwijt te schelden. Dit had volgens de wet plaats om de 50 jaar.

Zo’n jubeljaar moest dan worden aangekondigd door een heraut die op de hoorn blies als teken dat de bevrijding was aangebroken.

Zo moet de verkondiging van Jezus begrepen worden.

Hij kondigt het aanbreken van het Koninkrijk van God aan, de tijd waarin God Zijn heil of verlossing aan de mensen geeft door het offer van zijn zoon Jezus.

In het jubeljaar uit de Thora ging het voornamelijk om een tijdelijke vrijheid onder de mensen. Maar als Jezus spreekt over het ‘genadejaar van de Heer’ gaat het om definitieve bevrijding van de mens door God.

Jezus spreekt hier over genade.

Wat wil God ons zeggen. Wat moeten we begrijpen onder genade.

Gods Genade is een geschenk. Als u Paulus zou vragen hoe hij gered werd, dan zou hij zeker gezegd hebben dat hij door de genade van God gered werd. God redt ons zonder reden en dat is genade.

Gods genade is niet iets dat we erbovenop krijgen om te volbrengen wat wij uit onszelf niet kunnen doen. Genade van God is geen aanvulling op het onvermogen van de mens. Gods genade is 100% beschikbaar voor ons, “om niet “.

Paulus zegt in zijn brief aan de Rom. hoofdstuk 3 vers 24:

En allen worden zij ‘om niet’ door Zijn genade gerechtvaardigd krachtens de verlossing die in Jezus Christus is. Gods genade gaat 100% van Hem naar ons. Een geschenk. Genade komt niet voor een deel van de mens en voor een deel van God. Het heeft niets te maken met onze menselijke inspanningen.

Door Jezus lijden en sterven is Gods genade bereikbaar voor ons.

Voor God komt alles tot ons door zijn Zoon Christus. Als we Christus niet aanvaarden vernederen we de Zoon van God en God zelf.

Gods genade is er voor iedereen.  Niet alleen voor hen die hun best doen.

God heeft alle zondaars dezelfde plaats toebedeeld. Als we dit niet geloven wordt het werk van Christus aan de kant geschoven als zou Hij voor niets gestorven zijn. Hij is gestorven voor alle zondaars.

Hij heeft ons eerst liefgehad. Met een liefde die mateloos en buitensporig is. Dat noemen we genade. God staat met open armen te wachten. Hij wil ons overladen met zijn liefde. Hij wil dat we allen gered worden en wil alles geven om dit mogelijk te maken. Ik kan en hoef niets te doen om Gods liefde voor mij groter te maken. Daarom is Gods genade er voor iedereen.

Gods Genade kent enkel éénrichtingsverkeer. Het is dus inderdaad God die de eerste stap zet, God zoekt ons.

Kardinaal Danneels zegt: Geloven is de vrucht van Gods genade en onze vrije instelling. Hij zegt dus dat ons geloven verbonden is met Gods genade, maar dat we vrije mensen zijn om te beslissen. Ja, te zeggen tot God. Alleen wanneer de vrije mens zijn eigen hulpeloosheid inziet en zich keert tot God op dat moment zal Gods genade hem bereiken. De stap zetten naar God, door geloof, maakt dus het verschil.

Zo dikwijls ontmoeten we mensen die blijven zoeken naar bewijzen alvorens de stap te zetten naar geloven.

“Geloven is aannemen wat wij niet zien en de beloning voor geloof is zien wat wij aannemen.” zegt Augustinus. Het is inderdaad juist dat we door te geloven de antwoorden krijgen. Het is een voortdurend groeiproces en dat maakt het zo boeiend om christen te zijn. Elke keer wordt het nieuw en ontdekken we een nieuw gegeven dat Jezus ons wil vertellen.
Het is door Gods voort durende genade dat Hij alles voor ons kenbaar maakt. Hij wil dat we weten, dat we in het licht kunnen staan, dat we redding vinden en Hij wil dat we ons leven op de waarheid bouwen en niet op het wereldlijk denken. We geloven maar al te graag wat we zelf eigenlijk willen en gemakkelijk vinden. Ook de waarheid passen we aan, aan wat we verlangen.

De uitdrukking ‘Ik kan het niet geloven, betekent dat we iets niet kunnen aanvaarden omdat het haast te moeilijk is om te aanvaarden of soms ook te overweldigend.

Het is inderdaad moeilijk om te geloven dat God ons intens liefheeft. Het kan te overweldigend zijn. Het vraagt nederigheid en blijheid om wie je bent. Daarvoor ontvangen we genade, om toch in nederigheid en met rotsvaste overtuiging te kunnen geloven dat God ons liefheeft in alle omstandigheden en ook al denken we niets te betekenen in vergelijking met zovele anderen.

Door Gods genade ontdekte ik dat mijn partner een geschenk is van God.

Ik kan u verzekeren dat de meeste mensen nu zeggen, dan had ik dat geschenk liever niet gehad. Aanvankelijk vond ik het ook kinderlijk dit te geloven. Maar door te groeien in mijn geloof en door Gods genade kon ik het zien.

Het ontdekken van mijn partner als geschenk van God maakte het me opeens mogelijk te glimlachen wanneer ik hem de zoveelste keer in de tuin zag staan, genietend, met zijn handen in zijn broekzakken. In wezen verlang ik ernaar dat hij onmiddellijk zou starten om het onkruid te wieden. Maar nu was het anders. In plaats van ongeduld en boosheid om zijn traagheid, kwam er deze keer opeens een lach bij mij, een blijheid toen ik hem daar zo zag staan.

Dit noem ik Gods genade. Ik kan kennis hebben door het lezen van Gods woord. Maar opeens, door Gods genade wordt mijn kennen, een ervaren. Ik ervaar dat mijn partner een geschenk is, opeens wordt die kennis leven, iets dat in me opborrelt zonder dat ik het bedenk of er moeite voor doe. Het is iets wat ik krijg, gratis en opeens nieuw en vernieuwend voor mijn relatie met mijn echtgenoot. Het maakte me echt blij en van daaruit kan ik een betere partner worden voor hem.

Maken we nu even tijd om te bidden.
Lieve God, dank u voor zoveel moeite, voor het overladen met uw genade.We zijn ons slechts bewust van een fractie van uw genade.

We kunnen u daarom loven en prijzen, maar woorden schieten tekort.

We worden omringd door uw warmte, uw armen zijn overal, zo worden we omhoog getild als uw kinderen.

Heer we danken u daarvoor.

Heer, hoe graag zouden we in een wereld willen leven waar iedereen U zoekt en begrijpt.

We weten dat we Uw genade krijgen en daardoor kunnen we groeien. We krijgen van U de kracht door uw Heilige Geest om te handelen en te spreken, maar angst overvalt ons als we uw naam uitspreken naar mensen rondom ons. En dikwijls denken we dat mensen ons zo niet waarderen.

Maak ons sterk en laat ons getuigen zijn van wat we allemaal ontdekken door ons geloof in U. Leer ons goed luisteren naar mensen om zo de juiste dingen te kunnen doen en de juiste woorden te kunnen spreken.

Wij bidden u Heer, verhoor ons gebed .

God, Gij biedt ons uw vergeving aan, zomaar onvoorwaardelijk.

We worden vergeven, onverdiend, we hebben er niet om gevraagd en toch krijgen we het. Hierin ligt een appèl voor ons om hetzelfde te doen naar de naaste. God, U bent in alles voorafgegaan en blijft altijd kansen geven. God in Uw onvoorwaardelijke genade roept U ons op, geen gemakkelijke opdracht maar toch niet onmogelijk. Help ons hierbij.

Wij bidden u Heer, verhoor ons gebed

18-10-2011 om 23:56 geschreven door GODKENNEN