" De Afrekening"
Een West-Vlaamse oorlogsthriller in afleveringen
Zoeken in blog

Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 
01-05-2012
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Deel 61

A38 ONTBINDING?                                         

          Gandesa, 3 september ’38.

Het deed pijn aan het hart om er zich bij neer te leggen dat de bloedrode vlag van de roemrijke 15. Internationale Brigade nooit boven de smeulende resten van Gandesa zou wapperen. Zoveel was nu wel duidelijk. Niet dat dit achterlijke nest militair nog veel belang had. Voor zover ze vanuit hun keldergat konden zien lagen alle straten vol puinhopen en zelfs de doorschoten kerktoren stond op instorten. Het was als strategisch wegenknooppunt waardeloos en wie met gerij door het stadje zou willen trekken kon het - door de met puin versperde straten - voorlopig zéker vergeten!  

Dit puinveld zouden ze met plezier aan de vijand nalaten indien ze eerst niet zoveel moeite hadden gedaan om het te veroveren. Al die opgeofferde mensenlevens, het mateloos vergoten bloed, de geleden pijnlijke ontberingen...voor niets!     

Een overwinning, ja, dàt zalft de wonden en doet dergelijke emotionele schokken vlug vergeten. Maar bij een mislukking komen ze des te harder aan en vreet de twijfel of al dit bloedig leed, koel beschouwd , wel de moeite waard was.

De zwaarste morele klap kregen ze rond de middag. Tijdens de eindeloze uren van de dageraad en de druilerige morgen hadden ze op de toppen van hun zenuwen hun frustratie verbeten. Een stormloop van die bruine wilden opvangen met niets dan een bajonet betekende hoe dan ook het einde, hoe stoer de anciens zich ook voordeden om hun jonge onervaren Spaanse rekruten niet te doen doorslaan. In de schijthoek van de kelder zat er al één te grienen en een andere stond naast de uitkijk met dichtgeknepen ogen aan zijn paternoster te friemelen.

Marco liet nors begaan. Hij wist uit ondervinding dat een brutaal ter orde roepen de meesten over de klif zou jagen en dan waren ze nog verder van huis. In de loop van de voormiddag merkten ze ten andere dat de vijand zijn artillerievuur geleidelijk verder naar achter had verlegd, meer op de grote steenweg waarlangs de 15°I.B. vanavond hoopte ordelijk terug te kunnen trekken...Maar naar wat ze vernamen over de anarchie bij de staf van hun brigade ,was er weinig kans dat deze tweede poging daartoe zou willen lukken...En ook ten noorden van de steenweg, in de heuvels rond de Monte Gaeta, leek de slag al te zijn losgebarsten. Enfin, beter dààr dan hier, besloot hij fatalistisch !

Nu de bommenregen op het station emplacement geluwd was, wilde Marco zijn anciens buiten, achter het gebouw in stelling zetten waar ze met de bajonet een eerlijke kans zouden hebben tegen de Moren. De Spaanse melkmuilen hield hij in de kelder omdat ze toch niet met het blanke wapen konden omgaan en zo minder kans kregen om onverhoeds de benen te nemen.

Zijn bevelen waren nog niet koud of de loper van de compagnie bracht een nieuwe lading noodtijdingen. Kogels waren er nog steeds niet, maar daar hadden ze zich al bij neergelegd. Doch uit de detailorders voor de komende nachtelijke terugtocht bleek al vlug dat peloton Marco weer de hoofdvogel had afgeschoten. Alle eenheden van de brigade die voor Gandesa lagen zouden om beurt door de stellingen van hun rechter buur terugtrekken naar de enige nog open aftochtweg die van het station naar de brug over de Ebro voerde...Te beginnen met de compagnies die hier het verste vandaan lagen.

"“ Dat maneuver noemde de kameraad-kolonel:'’de kous die ge binnenste-buiten uittrekt’' voegde de loper bereidwillig toe.

Marco hoefde geen diploma van de Sorbonne te bezitten om te snappen dat zijn peloton op deze manier de twijfelachtige eer kreeg hier als laatste het licht uit te doen. Tegen die tijd wisten de apen aan de overkant natuurlijk al een eeuwigheid wat in onze stellingen gaande was en konden wij ons aan een leuk afscheidsvuurwerk verwachten!  Normaal gezien zouden wij tegen vier uur in de morgen kunnen vertrekken, maar als er iets mis liep tijdens de aftocht van onze voorgangers kon dat makkelijk zés-zeven uur worden, '’t is te zeggen: in klaarlichten dag!  Een zelfmoord, hoe je het ook bekeek!

Voor de loper zat zijn taak erop: Marco was de laatste in de rij aan wie hij het bevel moest afgeven en hij besloot even in de veilige kelder uit te blazen vooraleer de terugweg aan te vatten. Zijn pijptabak geurde aardig wat pittiger dan de rommel die ze hier te paffen kregen. Martini maakte van de gelegenheid gebruik om hem de pieren uit de neus te halen over wat ze “hogerop” over de toestand dachten. Maar de loper hield zich wijselijk op de vlakte:

“ "Breek mijn bek niet open, compañero! Of moet ik je soms een tekeningetje maken?! Wat verderop zijn er gisteren weer twee Rosbiefs tegen de muur neergelegd op beschuldiging van defaitisme...Nu de Russen wegtrekken wordt kameraad-commissaris Marty héél zenuwachtig met de revolver!" ”

 Even ging een engel voorbij. Toen mengde Marco zich in het gesprek: “" Wat is dat van die Russen?! ”"

“ "Weet ge dat niet, kameraad?  Het is geen militair geheim meer want we hoorden het op Radio Madrid. Alle Russische techniciens, de piloten en de tankisten vertrekken binnenkort terug naar het sovjetparadijs van de arbeiders en boeren. En Vadertje Stalin overweegt de kraan van de militaire uitrusting helemaal dicht te draaien vanaf volgende maand, want ons krediet is op..."”

“ "Is het daarom dat we hier geen munitie meer hebben, misschien? ”"

“ "Neen kameraad, dàt ligt aan de bommen van de Condor op de bruggen over de Ebro: daar komt niets meer door... voorlopig. Dat de aanvoer uit de Sovjetunie stremt zullen ze pas binnen vier-vijf maanden voelen. Maar dan zijn wij al weer thuis bij ons lief, hé?!" ”

Wéér een stilte. Toen Martini nors bromde, druipend van jaloersheid :"Gaat ge soms met verlof? "” schoot de loper in een verbaasde lach: ”" Natuurlijk ! Wie niet!" ”

Steiner vond het hoogtijd wat klaarte te brengen in dit duister dovemansgesprek :"Zeg makker, hoe zit dat hier ?! Die raadseltjes hangen mijn strot uit, hé!  Wilt ge nu voor éénmaal duidelijk zeggen waar het op staat?! Hoe zit dat met ons verlof?! ” Na al die maanden wil iedereen wel weer eens een normaal vrouwmens zien!"

De loper leek nog even te twijfelen maar stootte toen van wal :" Het is toch simpel, of leven jullie hier soms op de maan? ...Vorige week in de 'Humanité'” stond dat Engeland aan ‘'t bemiddelen is tussen Stalin en de Duce om langs beide zijden 10.000 vrijwilligers van het front naar huis te sturen: twee Italiaanse divisies tegen al de Internationale Brigades... Onze nieuwe president Azaña zou zijn akkoord al gegeven hebben omdat de brigades toch al vol Spanjaarden zitten...En Stalin wilde ons al langer kwijt: de tijd dat wij propaganda waren voor zijn winkel is voorbij nu wij er zo slecht voorstaan...De beslissing kan dus ieder moment vallen en dan worden de I.B. ontbonden...En kunnen wij naar huis, met de beste wensen van de republiek !... Het verwondert mij dat ge dat hier nog niet wist...”"

Er viel een pijnlijke stilte in de kelder: alle anciens leken wel door de bliksem getroffen. “ Ontbonden, hoorden ze wel goed?  En wat betekende dat in godsnaam, ontbonden? ” De Spaanse jongens hadden van het gesprek geen woord verstaan en bibberden ongestoord voort. Bij het zien van al die verbijsterde smoelen klopte de loper stilletjes zijn pijp uit, mompelde met opgestoken vuist "“Adios !"” in plaats van "Salut !" en verdween.

 

Als de naschokken van een aardbeving braken de rest van de dag steeds onverwachts discussies uit: was die vent geen smerige provocateur, geen defaitist?  Konden ze niet beter onmiddellijk de staf inlichten over deze verspreider van valse geruchten vóór ze zelf in verdenking werden gesteld, met alle gevolgen van dien? De anciens herinnerden zich nog duidelijk hoe Amalia en Consuela hun pelotonsoverste Rodrigo mee hadden gesleurd in hun eigen val...Als Marco nu eens een loper naar de staf stuurde met een verslag van het incident dan wisten ze meteen of het een kwakkel was, of misschien tóch de waarheid...

Maar Marco weigerde. In deze kritieke toestand van het front, terwijl ze zonder munitie de aanval van de vijand zaten af te wachten en ze in de staven koortsachtig de details van de aftocht afspraken, kon hij het zich niet permitteren een mannetje op kwakkeljacht te sturen. Als, ja àls er werkelijk van dit rampspoedig bericht iets waar was zouden ze dat de volgende dagen wel horen. Maar één goed aspect zat er alvast wél aan:  ze waren een paar korte momenten hun angst voor de komende aanval van de Moren vergeten!

 

Vreemd genoeg kwam die er ook de rest van de dag niet. Het rommelde wel zwaar een vijftal kilometer meer naar het noorden, aan de Gaeta berg, en op de 666 àchter hen. Maar hier aan de rand van Gandesa bleef het tergend rustig. De Moren zonden zelfs geen patrouille uit om eens te komen kijken...Onbegrijpelijk.

Eten kregen ze niet. Enkel wie in zijn tas nog een harde verdroogde taco vond van de vorige dagen had wat te kauwen. Delen met een kameraad zat er meestal niet in, en werd ook niet verwacht. Vooral de Spaanse jongens keken sip. De anciens zochten gelaten hun posities rond het stationsgebouw weer op en Marco nam Steiner mee naar de uitkijkpost op zolder. 

De pannen lagen er aan scherven en het druilerige weer had alle kranten doorweekt tot één grijze smurrie. Maar geen van beiden voelden ze ook maar de minste lust om daarin aan nieuwsgaring te doen. De kwakkel-van-de-dag volstond voorlopig ruimschoots om hun geestelijke dorst te lessen...

“ "Moest ik in uw savatten staan, Marco, ik zou die defaitist aangeven...Het is verdomme nu toch de moment niet om ons te demoraliseren met zo’'n prietpraat, hé!" ”

“ "Neen, '’t is zéker de moment niet!  Maar ’'t is de vraag of ge dat wel zo'’n prietpraat kunt noemen...”"

“ "Hoezo?  Trapt gij in die leugens? "”

Marco was compleet doodop, lijkbleek onder zijn ruige stoppelbaard. Zijn bloeddoorlopen ogen staarden nietsziend vanonder de klep van zijn helm over de mistige ruïnes in de verte. Met een diepe zucht haalde hij zijn schouders op:" Ach, leugens... Wie zal het zeggen?... Mijn gedacht zal er wel iéts van waar zijn... Onze brigades zijn geboren uit de politieke wil van de Komintern, en er is niets zo veranderlijk als de politiek... Voor het goed van de partij moet àlles wijken... En als wij geen nut meer hebben in de ogen van de Grote Stalin, zoals de loper zei... Ik heb al lang afgeleerd mij nog over iéts te verwonderen, weet ge... '”De nada' zeggen ze in 't Spaans..."

“ "Maar die kwibus sprak van ontbinden!" ”

“ "Wel, wees blij: ontbinden is de properste oplossing voor ons. Ze hadden ons ook in deze zak van Gandesa kunnen achterlaten en ons tot de laatste man laten uitmoorden door de Moren. Dan was Moskou óók van ons af geweest:  wel geen goede reclame, maar wie spreekt daar binnen een maand nog over?... Binnen drie dagen zijn we vergeten ,man ! In de plaats van ons dood te zwijgen mogen we achteruit trekken, wég uit de omsingeling! Nog nooit vertoond bij de brigade! Normaal worden daarvoor een zootje officieren gefusilleerd!" ”

“ "Swat!  Maar hoe moet het dan verder met ons? ”"

“ "Och, ik denk dat we binnen dàt en een maand, als de toestand gestabiliseerd is, uit het front getrokken worden naar achter. Naar een kamp bij de zee, Tarragona of Barcelona, ik zeg zo maar iets. De tijd om weer mens te worden en propere burgerklamotten te vinden die min of meer passen. We krijgen wat centen en nieuwe papieren en een treinbiljet terug naar huis...En dàt was dàt!  Of als ge er nog een decoratie bij wilt: geen probleem!" ”

“ "Hoezo, terug naar huis?  De helft van ons weet wel beter! Ziet ge al de linkse Garibaldis al terug naar het Italië van de fascisten trekken?  Of de communistische Thälmannen terug naar nazi-Duitsland? Om er direct in den bak te vliegen, zeker? Juist zoals ik waarschijnlijk in België? Bedankt hé, Grote Stalin, vadertje van alle onderdrukten !"”

Marco monkelde wat bitter maar antwoordde niet.

 

Tegen de avond steeg de grondmist op: waarschijnlijk de druilregen die verdampte. Een onverhoopte meevaller die de aftocht zou afschermen, dàt wél, maar meteen ook een dekmantel waaronder de Moren ongezien konden naderen om hen onverhoeds de nek af te snijden met hun coupe-coupe.

De volle maan kwam op rond tien uur. Dat veronderstelden ze toch want geleidelijk lichtte de melkachtige nevel op tot een bleekblauwe spookachtige klaarte waarin de omliggende ruïnes wegdeemsterden. Tergend traag kropen de minuten voorbij. Iedereen lag nu buiten op de uitkijk naar de eerste groep kameraden die ieder ogenblik ergens van links uit de mist konden opdagen. Maar het werd elf uur en ze hadden nog geen kat gezien.

Tegen middernacht meende Steiner een heel eind in het hinterland gedruis te horen. Maar Marco wees hem terecht: met die nevel droeg het geluid veel verder dan normaal en wist je nooit juist uit wélke richting het kwam. Hij was er echter van overtuigd dat de eerste kameraden nu wel vlug zouden langs komen.

Om één uur in de morgen stuurde Marco de Spaanse rekruten terug in de kelder om te beletten dat ze er in paniek alleen vanonder zouden muizen. Maar ook bij de anciens begon de onrust te knagen. Niets te zien, noch vóór noch links van hun stelling, en tóch dat onheimelijke gedruis dat van de schrikwekkende heuvel 666 àchter hen scheen te komen...Die, volgens ze allang begrepen hadden, opnieuw bezet was door de Moren...Dat voorspelde niets goeds gezien de énige aftochtroute van de brigade juist langs de voet van de 666 liep. Goddank bleef hier aan het front ondertussen alles rustig. Té rustig zelfs!

Marco kon zijn mannen nog een half uur in bedwang houden maar toen brak de muiterij definitief los. Martini verwedde er zijn kop op dat het lawaai in de rug van hun stelling van de Moren kwam die hun lijnen op de flanken van de 666 meer naar beneden verlegden. Steiner veronderstelde luidop dat de staf van de brigade de aftocht door die mist zeker uitgesteld had en hun uitkijkpost in het station vergat te verwittigen. Of de loper met het tegenbevel had onderweg iets gekregen,  dacht Simplet, één van de weinige overlevenden van het reservepeloton die sprekend leek op de jongste dwerg van Sneeuwwitje. Drie pessimisten waren het roerend eens dat de hele brigade al vertrokken was en hen vergat mee te nemen. Of erger nog: had achtergelaten om de aftocht te dekken. Hoe dan ook iedereen drong er steeds harder fluisterend bij Marco op aan om een verkenner uit te sturen naar hun buurman, het tweede peloton, drie stationloodsen meer naar links. Even poolshoogte nemen kon toch geen kwaad, en misschien wisten die wel méér...

Tenslotte gaf Marco zich gewonnen en duidde Martini aan om eens een kijkje te gaan nemen.

 

Al leek het een eeuwigheid, binnen het kwartier was Martini terug. De bebloede Moorse coupe-coupe nonchalant in de hand, liet hij er geen twijfel over bestaan: in de stelling van het tweede peloton zat geen kat meer. Hij was er enkel een bruine aap tegen het lijf gelopen,  waarschijnlijk een verkenner van de overkant, die hij eerst met een baksteen buiten westen had geslagen vooraleer met '‘s mans eigen dolkmes meer definitieve vragen te stellen...

De gedachtenwisseling onder de anciens die daarop volgde liet Marco weinig keus. Hij wist dat hij zijn kop riskeerde door zonder uitdrukkelijk bevel het station te ontruimen maar kon zijn mannen uiteindelijk overhalen tot slechts een gedeeltelijke aftocht in twee trappen. Ze zouden allen samen stelling nemen achter de rotsmuur op het einde van de olijfgaard, een driehonderd meter achteruit, en vandaar een verkenning doen in de richting van de 666 om de oorsprong van het zenuwslopend gedruis te achterhalen...

Zo stil mogelijk slopen ze het station uit, in een lange slang tussen de oude gedrochtelijke olijfbomen, maar toch kort genoeg opeen om elkaar in de mist niet uit het oog te verliezen. Steiner, die voorop liep, schrok zich plots een beroerte!  Achter het rotsmuurtje dat hij, een twintig meter voor zich, uit de melkachtige nevel zag opdoemen, hoorde hij duidelijk het klikken van geweergrendels die doorgeladen werden. Geheel onbeschermd zoals zij hier lagen in het open veld, op nog geen steenworp van de vijandige vuurlijn wist Steiner dat zijn portie geluk óp was.

Hoe het hem ineens te binnen schoot heeft hij nooit kunnen achterhalen maar plots hoorde hij zichzelf schel schreeuwen :"Niet schieten verdomde klootzakken!! Hier derde peloton Marco!  Niet schieten! ”"

Een eeuwigheid bleef het stil. Toen hoorde hij in het Frans vanachter het muurtje roepen: ” "Hoe heet jij, stronthoerenzoon? ...Je naam?!"”  

“"Steiner, Rocco Steiner, nummer 73474, derde peleton Marco!  Uit het stationsgebouw!" ”

Weer gleed er in de mist traag een engel voorbij...

 

Even later bleken het de mannen van het tweede peloton te zijn die net als zijzelf het bevel tot de aftocht hadden gemist –- indien dit al ooit werd gegeven - en uiteindelijk hetzelfde besluit als Marco hadden genomen, maar dan wél een halfuur vroeger. Ook hun chef had een verkenningspatrouille naar achter gestuurd om te weten waar dat geruis vandaan kwam en in afwachting van het resultaat overlegde hij nu druk met Marco hoe ze zich met hun post-verlaten het veiligst uit dit wespennest konden werken.

Lang moesten ze niet wikken en wegen want tien minuten later vielen de verkenners binnen. Met goed en slecht nieuws: het lawaai kwam niét van de Moren maar van de 15. Brigade die wegtrok langs een wegel die evenwijdig aan de frontlijn liep en een kilometer landinwaarts uitkwam op de grote vluchtroute naar de Ebro. Erg kalm en ordelijk zoals gepland ging het er niet aan toe. Van de voorziene losse groepjes van een honderd man met tien minuten tussentijd viel niets te merken: het was één onafgebroken lange slang piotten met het vuur in hun broek !  Ongeveer op dit ogenblik moest de achterhoede voorbijtrekken. En inderdaad het werd geleidelijk stiller in de richting van de 666...

Hamvraag was waarom de staf hén niet verwittigd had van de gewijzigde orders...Een fout of een vergetelheid door de stress in het hoofdkwartier?  Een breuk in de transmissies of een loper die onderweg gesneuveld was?  Tot Steiner plots verwoordde waar niemand op dùrfde doordenken :"Ik wed dat ze ons opzettelijk wilden achterlaten, als dekking, zogenaamd... Om ons, als zij veilig en wel voorbij de 666 geslopen waren, een loper te sturen met de toelating om op te kramen...”

Martini stelde het cru: ” Die vuile Rosbiefs wilden ons er in luizen, ja!  Ces fils de putain de merde! ” Het eeuwenoude Franse atavisme tegen het perfide Albion stak weer de kop op!

Nu waren, sinds hun aanhechting bij de Engelstalige 15.Brigade twee maand geleden, de contacten op menselijk vlak van het frans-Belgische bataljon '“Six février'” met het Britse “Mackenzie” bataljon of met de Yanks van de “Lincoln” en de “Washington” nooit zeer hartelijk geweest. Respectvol wél, want véchten konden die Rooineks als de besten. Maar als je elkaars moppen niet verstaat weet je maar nooit of ze je toe- of uitlachen, hé. Erger nog, als ze het onder elkaar soms uitbrullen van de pret vrees je altijd dat die rosse debielen jóú in de maling nemen...Wat een Fransman érger vindt dan horens gezet krijgen.

Al bij al konden Steiner en Martini het wel eens bij het goede eind hebben, meenden de twee pelotonchefs. Indien de brigade hen met opzet als dekking had achtergelaten -– weliswaar zonder uitdrukkelijk bevel - stond op eigen houtje terugtrekken gelijk met desertie vóór de vijand...En dat betekende de kogel, zonder pardon. Dus als ze tóch weg wilden moesten ze van een of andere hoge piet een boterbriefje zien te krijgen. En hoge pieten lagen hier in de olijfgaard zéér dun gezaaid.

Wat nù gedaan? ...





Geef hier uw reactie door
Uw naam *
Uw e-mail *
URL
Titel *
Reactie *
  Persoonlijke gegevens onthouden?
(* = verplicht!)
Reacties op bericht (0)

Archief per week
  • 18/11-24/11 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 27/11-03/12 2017
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2016
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 02/09-08/09 2013
  • 26/08-01/09 2013
  • 19/08-25/08 2013
  • 12/08-18/08 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 09/01-15/01 2012
    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    Blog als favoriet !

    Klik hier
    om dit blog bij uw favorieten te plaatsen!
    Inhoud blog
  • Deel 400
  • Deel 399
  • Deel 398
  • Deel 397
  • Deel 396

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!