" De Afrekening"
Een West-Vlaamse oorlogsthriller in afleveringen
Zoeken in blog

Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 
14-10-2013
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Deel 318
Klik op de afbeelding om de link te volgen

C36DE " LANGEMARCKER."                                                    

              Steglitz, 4 mei '45.      

 

De hemel zag er de volgende morgen maar overtrokken uit en Joseph dacht beklemd dat het wel eens zou kunnen gaan regenen. Dat kon een ramp worden ,met die scheur in het dak van de "roze kamer"... Maar op straat merkte hij dat de wind naar het noorden was gedraaid en de zon in feite schuil ging achter de brandwolken die van de binnenstad overwaaiden. Een verpestende lucht van verrotting pakte op de adem en de prikkelende rook van de alom nagloeiende vuurhaarden deed de ogen tranen. Binnen in huis had hij daar, ondanks de vele gebroken ruiten, weinig van gemerkt.               

Hij twijfelde even of hij wel zou doorzetten, maar volgens zijn planning moest hij vandaag de apotheek op de hoek onder handen nemen en daar kon hij zich beter aan houden , hoe dan ook.                     

Zijn prothese zat goed en Hildegarde had hem zojuist Vati's wandelstok geleend: zo'n echte met een stalen pin onderaan en versierd met ovale souvenirplaatjes van uitstappen in het Zwarte Woud en het Harzgebergte. Hij stapte makkelijk: een hele opluchting na het krammakkelijk gehuppel op die lompe krukken...                                 

Bij de buren hoorde hij timmeren en het gerinkel van glas: de eerste pogingen om de ramen te dichten met wat planken en stukken karton.

Bij de hoek viel hij op een groepje oude mannen die de puinhoop op de stoep van het uitgebrande huis begonnen weg te ruimen.

'Parteigenossen' in bevolen dienst? Ze keken niet op toen hij, opzettelijk zwaar mankend, midden op straat voorbij stapte. Hij herkende zijn buurman 'Feldwebel' Libovitz, die schijnbaar de leiding had, maar niet reageerde toen hij hem met de hand een vaag bonjourtje toewierp. Nou, dan ook goed, dacht Joseph, voor mij hoeft het niet...En hij pikkelde de Albrechtstrasse over, recht naar de ingestorte apotheek op de hoek.                          

  Links en rechts in de straat waren nog meer groepjes aan het puinruimen, maar Russen zag hij niet. Gelukkig maar, want dat zou vast en zeker plotse moeilijkheden teweegbrengen en dat kon hij bij zijn plannen best missen.                                                  

De officina van de pillendraaier aan de straatkant leek min of meer te hebben stand gehouden, maar lag bedolven onder een wirwar van vloerroosteringen en de brokstukken van de drie verdiepingen hoge voorgevel. De achterkant van het huis en de trapzaal stond nog recht...Hij merkte onmiddellijk dat hij langs de voorzijde nooit ongezien binnen zou geraken en besloot zijn geluk langs de koer te proberen.Uit ondervinding wist hij dat dit soort  gesloten huizenblokken rond een ruime gezamenlijk binnenhof waren gebouwd: de enige moeilijkheid bestond er nù in de toegangspoort te vinden...                                       

Het viel nog mee: vier huizen verder in de zijstraat geraakte hij via een oudere, reeds opgeruimde ruïne binnen. Ook hier was men alle tochtgaten volop aan het dichttimmeren en niemand lette op hem toen hij de bouwval van de apotheek langs de openhangende achterdeur binnendrong. Het stonk er naar een mengelmoes van ether en andere vluchtige producten en hij begreep dat hij voor het ogenblik beter geen sigaret kon opsteken! De kaars, die hij had meegenomen om de kelder te onderzoeken mocht hij dus vergeten, wilde hij niet met de rest van de bouwval de lucht invliegen...

Daarbij, bovenaan de stijle keldertrap merkte hij meteen dat de chemische walmen beneden niet te harden waren... Erg jammer, want hij kon zich voorstellen dat de apotheker juist dààr zijn grote voorraad opsloeg... Niets aan te doen, voorlopig...                

Dan maar eerst de achterkamer...Wat daar van overbleef wees eerder op een soort bureeltje: een stevige schrijftafel vol kalkpuin, twee scheefhangende rekken met boeken en klasseerfardes, en een hoge kast. Op slot, maar dat was voor de stalen punt van zijn wandelstok absoluut geen probleem. Hij trapte nog wat platen plafondpleister plat om de deur open te rukken, en voilà, dàt was het wat hij zocht! Op vijf schabben stonden een dertigtal identieke kartons mooi naast elkaar in het gelid, gemerkt van A tot Z...Hij trok de S1 naar zich toe en blies het stof van de bovenste doosjes. Maar hoe hij ook zocht en tenslotte de hele inhoud van het karton op de morsige schrijftafel omkieperde: geen Salvarsan te vinden...Sulfamine preparaten genoeg, in pillen of poeders, maar geen Salvarsan.

Verdomsemiljaardenondedju, dat was toch onmogelijk! Een apotheek zonder Salvarsan! En hij kende van heel die rommel te weinig om te begrijpen wat deze andere sulfaminedoosjes waard waren...De stock uitgeput misschien? Of bewaarde die vent zijn speciale geneesmiddelen in een afzonderlijke kast, bij de vergiften bij voorbeeld?  Een beetje ontnuchterd veegde hij alle medicijnen weer in het karton en zette dit terug op zijn plaats... Goed, dan zoeken we maar een beetje verder...                             

Bij de tussendeur naar de winkel twijfelde hij even: mensen lief, moest hij in deze duistere puinhoop dàt ene product vinden waar hij zijn zinnen had op gezet? Onbegonnen werk! De zoldering hing schuin omlaag en boog langs de straatkant door onder de geweldige druk van de ingestorte verdiepingen. Zo te zien kon het hele zootje ieder moment in elkaar klappen! ...Hoorde hij daar al geen sinister gekraak?... Hij hield de adem in en luisterde gespannen...

Neen, zijn verbeelding speelde hem parten: enkel de stemmen en het getimmer uit de huizen in de buurt drong vaag tot hem door en op straat klonk het geklepper van paardenhoeven en het knarsen van een panjekar. Misschien was het dàt geweest? ... In elk geval, erg gerust was hij er niet in, maar aan de andere kant: deze bouwval kon voor hetzelfde geld zo nog jaren stand houden...             

Nu zijn ogen aan de duisternis waren aangepast, sloop hij schoorvoetend een paar stapjes de winkel in, tot achter de toonbank. De trede lag bedolven onder een laag baksteenbrokken en de scherven van honderd bruine bokalen die van de hoge schabbenkast aan de achterwand naar beneden waren gedonderd. De schuifdeuren onder de toonbank zaten volledig geblokkeerd door het puin en ondanks het wrikken met de wandelstok was er maar bitter weinig beweging in te krijgen. Stevig meubel, dacht hij waarderend, maar hij wilde zich niet zo vlug gewonnen geven omdat hij door de spleet toch allerlei doosjes meende te ontwaren. Dus moest hij ergens een zwaardere koevoet vinden, want zoniet zou hij Vati's wandelstok helemaal om zeep helpen.                                                

Nu pas zag hij in de schemer de verst verwijderde schuifdeur halfopen staan en toen hij dichterbij kroop merkte hij duidelijk dat het was opengebroken. Tiens-tiens, dacht hij, hier is een illustere voorganger geweest! Waar mocht die vent zo'n dringende behoefte aan gehad hebben, om niet op het openingsuur te kunnen wachten? ! Maar hij begreep het vlug: de kast was half leeg en op de bovenrand zat een emailplaatje geschroefd, met...een doodskop...Bon, dié dief zal nooit geen last meer hebben van een snotvalling:

" Lebewohl, mein Freund...in het Walhalla, of hoe uw hiernamaals ook moge heten..." Zo te zien had zijn voorganger er een familiale 'uitstap' van gemaakt, want op de plank ontbraken aardig wat buisjes...De hemel-vaarder had z'n koevoet evenwel terug meegenomen en Joseph besloot eens verder rond te kijken of hij geen geschikt gereedschap kon vinden om de andere kasten onder de toonbank open te wrikken.             

De trapzaal achteraan het huis vertoonde weinig schade en hij waagde het er maar op. De eerste verdieping, of wat er van overbleef, leverde niets op...De tweede al evenmin...Verveeld waaide hij de vette bromvliegen weg die rond zijn hoofd gonsden...Verdomme, die vliegen! De rotte lucht kwam van boven, van het derde, waar het halve dak was ingestort. Toen zag hij daar de lijken liggen, half onder het puin, dicht op elkaar in de hoek van de krakende overloop.             

Hij wilde juist terug naar beneden vluchten, maar zijn oog viel op die uitgestrekte arm...Wat was daar in hemelsnaam zo bijzonder aan, dat het onbewust zijn aandacht vasthield? ...Een vuile grijze knuist stak uit de mouw van een SS uniform...Dàt was het natuurlijk: een SS uniform, herkenbaar aan het divisielint rond de manchet!                                     

Hoe het mogelijk was, mag God weten, maar voor hij met de punt van de wandelstok het kalkstof van het zwarte lint klopte, wist hij reeds wat er op zou staan...

"Langemarck"...Zie je wel: één van de onzen! Hoe was deze sukkelaar hier in Berlijn verdwaald geraakt? ... Het laatste wat hij van zijn oude divisie had gehoord, ging over de inzet tijdens het tegenoffensief rond Stargard, iets ten oosten van de havenstad Stettin, eind februari. De zeldzame brieven van Leon over de afweerslag aan de Oder, vanaf 20 april, hadden hem niet veel wijzer gemaakt...Maar wat daarna moet gebeurd zijn, kon hij zich heel goed voorstellen: voetje na voetje wijken voor de rode pletwals, compagnieverband uitéén gerukt, om tenslotte in kleine groepjes, op overvolle wegen door de sterke stroom radeloze vluchtelingen meegesleurd te worden naar het westen...Ja akkoord, naar het westen, maar toch niet naar het zuiden, verdomme! Berlijn lag een 2OO kilometer pal zuid van Stettin!...Hij begreep er geen snars van...               

Het tweede lijk droeg een Weermachtuniform. Plots zag hij het kleine sierringetje fonkelen aan die fijne vinger: een smalle hand, als van een kind...Een kind? Neen: meisje! Verrast duwde hij met zijn stok een paar steenbrokken van de geblutste staalhelm weg, een zwerm dikke vliegen opjagend...Maar voor hij vol weerzin achteruit week, had hij de lange bestofte haarlokken in de nek opgemerkt: ongetwijfeld een vrouw!...Plots moest hij aan Phil denken, die hij ook zo onder het vuil en het stof had teruggevonden...                                                        

Het hoofd van de "Langemarcker" zou hij niet zo gemakkelijk onder het puin vrij kunnen maken - vooropgesteld dat dit zijn bedoeling ware geweest - want heel het bovenlijf stak onder de bakstenen van de ingestorte tussenmuur en een versplinterde juffer uit het dakgebinte. De vieze vliegen, die agressief rond zijn oren zoefden, en de verpestende stank van ontbinding dreven hem op de wijk. Hier kon hij toch niets meer uitrichten...Hij graaide nog vlug de militaire broodzak mee, die tegen de trapleuning lag, hing hem aan de schouder en daalde voorzichtig de krakende treden af, goed uitziend waar hij zijn voet zette tussen al dit baksteengruis. Het ogenblik zou slecht gekozen zijn, om nu de trap af te donderen..                

Vanaf de tweede verdieping ging het wat makkelijker en op de overloop van het eerste rustte hij wat uit. Louter uit nieuwsgierigheid bekeek hij de draagtas wat nauwkeuriger..."Van Rennen, Jan", las hij op de achterkant...Tiens, Van Rennen? ...Dat kon toch onmogelijk die jongen zijn die samen met hem had dienst genomen in de zomer van '41! Neen, uitgesloten! Die was bij Zitomir gesneuveld, in één of ander Russisch boeregat daaromtrent...Bjelgorodka? ...Einde februari '44... ,rond de tijd van de smerige omsingeling tegen de Dnjester bij Jampol begon...Een mortierwond, herinnerde hij zich vaag... vlak voor de bloedige terugtocht uit de Ukraine begon...

Ja, inderdaad: reeds een trieste eeuwigheid geleden! Daarbij: zíjn Van Rennen van toén heette niet 'Jan'. Luc..., of zoiets. Of Gust... Ja: Gust Van Rennen, dàt was hem! Deze Jan hier was misschien zijn broer? Er waren méér van die dynastieën geweest in het Legioen, en later bij "Langemarck": als de oudste broer sneuvelde, nam een jongere de fakkel over, als een gouden kroon...Neen: doornenkroon, zoals ook hier bleek...                        

Joseph zuchtte: zoveel inzet, zoveel bloed, om tenslotte toch nog op het laatste nippertje in deze chaos tenonder te gaan... Wat een verspilling! ...Ja-ja,  Berten Rodenbach: " Eind als een soldaat! " Wegrottend in een ruïne, opgevreten door de ratten ,de maden en de vliegen: voorwaar een mooi ideaal, zeg!                                                    

Mijmerend bleef hij voor zich uit staren, tot hij zich realiseerde dat hij reeds een hele poos dromend naar de ijzeren staaf had staan kijken, die los bengelde aan het versplinterde W.C.- raam .Was het dàt niet, waar hij reeds een hele tijd naar zocht? Twee-drie rukken volstonden om de spanjolet los te wrikken. Prima gereedschap, dacht hij. En inderdaad, beneden in de apotheek duurde het geen minuut of de eerste schuifdeur onder de toonbank moest het knarsend begeven.                                                                    

Zo, dat leek er al meer op: twee schabben vol doosjes allerhande...en weer viel hem de alphabetische schikking op. In de derde kast stonden de S-en bijeen, en jawel hoor, hier had je ze: vier doosjes Salversan! Goed voor vierhonderd mark, als hij het ietwat verstandig aan boord legde! En hij dacht zonder de minste schaamte terug aan de nood van de venerisch besmette vrouwen in Letland... Vierhonderd mark: voor minder verkocht hij ze niet! Hij moest tenslotte ook leven! En met dat bedrag kon hij het wel een tweetal maanden volhouden...                      

Bij de T graaide hij nog drie dozen talk mee en borg alles in de broodtas. Er zat nog allerlei rommel in van de Langemarcker, maar dat zou hij thuis wel eens van dichterbij bekijken...Toen viel zijn oog op de hoop vodden waarop hij al de hele tijd achter de toonbank stond te trappen: een uniform, zag hij, nu zijn ogen aan de schemer gewoon werden. Wéér een SS-er? En inderdaad, weer een oud-collega! ...De kraag zat onder de zwarte bloedkorsten. Daaronder viste hij hemd en broek op en wat verderop, in de donkerste hoek lagen de laarzen.

Raar...Een gewonde trek je soms wel de vest uit om hem beter te kunnen verzorgen, maar voor je iemand helemaal uitkleedt...En waar kon die poedelnaakte vent wel gebleven zijn? ...Maar komaan zeg, hij had al genoeg rond zijn hoofd!                          

Op de binnenkoer ging het timmeren onverminderd door en ongezien geraakte hij weer op straat. Bij de hoek trachtten een paar soldaten hun maat wild zigzaggend rijles te geven op een buitgemaakte 'velociped'. De star naar zijn stuur starende leerlingcoureur maakte, zohaast de duwers hem loslieten, een korte reeks vervaarlijke bochten en keilde de fiets rinkelend tegen de kasseien, om niet zelf tegen de vlakte te vliegen. De jonge Rus bleef een beetje beaat lachend op zijn achterwerk zitten, terwijl een duwer zich vlug van het rijwiel meester maakte: " Mijn beurt! ... Mijn beurt! "...Dat het stuur scheef stond, mocht niet deren... Man, wat hadden ze een pret! Je ziet het wel: het hoefde niet altijd een "Frau" te zijn om je mee te amuseren...                                         

Een paar 'Parteigenossen',die wat verderop puin stonden te ruimen, volgden de clownestreken van het drietal met gemengde gevoelens en toen Joseph aan hen voorbij mankte hoorde hij een oude knorpot-zonder-Hitlersnor sakkeren op " diesen verdammten Zirkus! " . Ja jongen,  dacht hij, als dàt het enige is wat je voor het ogenblik ergert, staan er je nog veel verrassingen te wachten...                                                     

Toen hij zijn eigen zijstraat inliep, zag hij reeds van ver de twee driekleuren uitsteken boven de voordeur. Vati had z'n best gedaan en er zelfs twee borstelstelen aan opgeofferd: een teken dat hij eveneens besefte dat dit schuilen onder een vreemde vlag voor een gestampte Pruis zo z'n voordelen kon opleveren. Want ten slotte maakte Joseph zich geen enkele illusie: het was niet voor z'n mooie ogen dat de Weimars hem in huis hadden gehaald, maar enkel als bliksemafleider tegen 'diesen wilden Bestien '. Wat had Hildegarde ook weer gefleemd, de eerste dag na zijn terugkeer? ..." Herr Joseph, Sie sprechen ja so schön Russisch! "... Hij moest er nog om lachen.. .Die sluwe Hildegarde toch!                                  

Het klimop-motief op het geel van de Belgische vlag misstond helemaal niet, vond hij: de groene bladslingers camoufleerden een beetje zijn eigen 'zakkendraaien',nu hij zich plots tegenover de Duitsers én de Russen als een overtuigde superpatriot moest voordoen...                                          

De Weimars waren volop bezig de andere kamers van het appartement wat leefbaar te maken en hij voelde zich wat schuldig omdat hij hen alleen voor al die rommel had laten opdraaien. Maar nu hij zich niet meer op krukken hoefde voort te slepen, kon hij hen gerust een handje toesteken.                   

Vreemd genoeg wezen ze zijn aanbod af.

Waarschijnlijk wilden ze hem niet te diep in hun privésfeer laten rondneuzen. Ook goed: Joseph hield er niet speciaal aan zich op te dringen. Zo kon hij ongestoord de broodzak van de Langemarcker eens grondig doorsnuffelen.                     

De Salvarsan en dozen talk borg hij ordelijk in zijn nachtkastje en kipte de rest van de inhoud op de secretaire. Een steenharde homp kommiesbrood en een eindje beschimmelde worst gooide hij meteen door het venster in de hovingen ;een opgerolde naainecessaire - zo te zien nog niet gebruikt - vuil scheergerief en een stukje zeep legde hij eventjes opzij, samen met twee nog verpakte "Fromms" condooms en een aanééngekoekte zakdoek.             

Hij vond zichzelf wat vies, om zo in de diepste intimiteit van zijn lotgenoot te graven, maar onbewust intrigeerde hem iets... Het met aniline-potlood volgekrabbeld school-schrift kon hij later wel eens op zijn gemak ontcijferen, maar op eerste zicht leek het een soort dagboek of reisverslag...                 

Wat was er dan nog? De klassieke opgeplooide gazet met uitgescheurde stukken - een kostbaar bezit voor elke frontsoldaat die zich een beetje proper wilde houden... Een paar verkreukelde brieven - waarschijnlijk al tienmaal herlezen - en een geldbeugel. Enfin, eerder een gemsleren zakje, dichtgesnoerd met een zijden koordje, maar nogal onpraktisch met een dubbele knoop verzekerd: onze Vlaamse vriend was blijkbaar niet van plan geweest zijn centen vlot uit te geven! Op de tast geschat, zat er een zestal markstukken in, of misschien munten van vijf mark, want het woog nogal zwaar...Dus maximum een dertig mark... Waarschijnlijk de laatste soldij van die sukkelaar: het loon van de angst om veertien dagen en veertien nachten doorlopend weerstand te bieden onder een moordend Russisch trommelvuur! Dikwijls zonder eten - tenzij een paar kruimels brood - en zonder slapen, of 't moest een hazendutje zijn in een slijkerige schutterskuil bij x-graden-onder-nul...Werkelijk, voor het geld had je het niet moeten doen, Jan!                        

Dan lag daar nog het potlood met een afgebroken punt, en een uitplooibaar eetbestek: het dierbaarste bezit van elke piot!            

En dàt was het dan...Een zielige bedoening, op de keper beschouwd...Juist genoeg om een hondeleven wat draaglijk te maken,  maar meer ook niet. Ja, Jan Van Rennen, zo te zien zal je geen diep spoor in dit tranendal nalaten, jongen...                                                       

Hij bladerde even in het volgekriebelde schoolschrift: het was inderdaad een soort dagboek, maar de hanepoten waren moeilijk te lezen en de korte notities stonden vol spelfouten. Zijn onfortuinlijke lotgenoot had zeker geen middelbare studies gedaan, zoals Joseph. Af en toe kon hij zich zelfs niet weerhouden even meewarig te lachen om de kinderlijke fonetische schrijfwijze van een paar moeilijke woordjes. "Kajutsoe" moest blijkbaar rubber betekenen, "Tsoech" stond voor een Duitse trein, en dan ontcijferde hij nog "mietraljet" en "vloegtsuig-alaarem" vooraleer het dagboek proestend dicht te klappen...

Arm Vlaanderen, dacht hij...Maar ja, je moest inderdaad geen groot licht zijn om op de laatste barricade van Berlijn je leven te gaan geven voor het Derde Rijk!                                                         

Hij schaamde zich onmiddellijk voor deze denigrerende overweging: deze jongen had misschien met meer overtuiging en met meer moed gevochten dan hijzelf had kunnen opbrengen, de laatste weken. De moed der wanhoop, weliswaar, der verblinding, of der verdwazing, maar toch...Gaf dat Joseph, met zijn middelbare studies, het recht uit de hoogte neer te kijken op een halve analfabeet, een stomme sukkelaar die er niet meer in geslaagd was onder het laatste bevel uit te komen? Hijzelf kon dan zonder fouten schrijven, maar dat had niet belet dat hij even stom was geweest om zijn poot er te laten afschieten in de Ukraïne...

In de Ukraïne, dacht hij bitter: verdomme, achteraf bekeken, wat was hij dààr in godsnaam gaan zoeken! ... Neen, onderwijs had er niets mee te maken: hij had mannen gekend, die 'Leuven hadden gedaan' en hun eerste week aan het front niet overleefden, terwijl anderen, die met moeite hun naam konden schrijven, meesters waren in de 'Nahkampf',het zuiveren van vijandelijke loopgraven met handgranaat en bajonet...Die gasten dekten misschien op ditzelfde ogenblik nog steeds de hopeloze vlucht van de burgerbevolking uit Pommeren naar het westen, terwijl hijzelf vuige plannen smeedde om met zwarthandelpraktijken als een rat in de ruïnes te overleven...                                                               

Hij schrok uit zijn somber gepeins op: Hildegarde riep voor het middageten. De oudjes zagen er beiden afgepeigerd uit en aan tafel werd weinig gesproken. Ze vroegen zelfs niet wat hij deze morgen had uitgespookt .

Hij voelde dat het hoogtijd werd om hen eens wat op te beuren en besloot na het eten onopgemerkt even een bezoek te brengen aan de rosse kamer van Dahlmann: zo'n pakket van het Rode Kruis zou hem wel weer op zijn voetstuk van Redder-in-de-Nood tillen, dacht hij.                                               .                                                                  

<!--[if gte mso


0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (9 Stemmen)
14-10-2013, 00:00 geschreven door jaakmaes
Reacties (0)
16-10-2013
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Deel 319
Klik op de afbeelding om de link te volgen

            C36Bis:  

VLUCHTEN OP DUITSE WEGEN


Reeds voor de uiteindelijke nederlaag van Duitsland startte het trieste drama van de dakloze volksverhuizers in Centraal-Europa.

De pletrol van de Sovjetlegers had eindeloze karavanen Duitse of Duitsgezinde vluchtelingen uit Oost-Pruisen, de USSR, Polen en de Balkanstaten voor zich uit gestuwd, samen meer dan 7,5 miljoen. Door de snelle opmars van het Rode Leger naar het westen kon slechts de helft van hen de Russen vóór blijven en tijdig bij de geallieerden in West-Duitsland geraken. Van de horden ongelukkige achterblijvers gingen ongeveer 750.000 vluchtelingen in het strijdgewoel ten onder of pleegden collectief zelfmoord, zoals begin mei 1945 in Demnin bij Rostock.

In dit kleine Mecklenburgse stadje geraakte een eindeloze colonne met 30.000 vluchtelingen uit Oost-Pruisen geblokkeerd toen de wegtrekkende Duitse troepen op 30 april de bruggen over de Peene-rivier te vroeg opbliezen. Uit panische angst voor de aanstormende "bolsjevistische monsters" pleegden toen hele families gezamenlijk zelfmoord. In één kerkhofregister staan voor 8 mei '45 achter 825 namen "Freitod" vermeld...                                  

Na mei '45 werd de nieuwe Poolse staat "etnisch gezuiverd" en de 5 miljoen overblijvende Volksduitsers, die ten oosten van de Oder-Neisse woonden, naar de puinhopen van het Derde Rijk uitgedreven. Het zelfde moorddadig procédé werd door de Tsjechen toegepast op 3 miljoen Sudeten-duitsers, uit wraak om wat henzelf was aangedaan in oktober '38, toen diezelfde Sudetenduitsers 1,2 miljoen Tsjecho-slovaken uit dit gebied verjoegen...                           

Maar niet enkel deze kleine 16 miljoen "Ostvertriebene" trokken in lange slierten langs de vernielde wegen: ook eindeloze colonnes Duitse krijgsgevangenen werden door de Russen op mars gezet, om in het verre Siberië aan de wederopbouw van de Sovjetunie te werken.

Tel daarbij de bijna twee miljoen Franse - maar ook Belgische en Nederlandse - krijgsgevangenen en arbeidsslaven die dan weer naar het westen trokken, evenveel Italianen, Joegoslaven en Grieken naar het zuiden; Polen, Hongaren en Roemenen naar het oosten... Die van de geallieerde legers, de Amerikanen, Britten, Canadezen, Australiërs, Indiërs, Nieuw-Zeelanders en Zuid-Afrikanen waren beter af: zij mochten met de trein naar het westen ,of kregen een zitje in een transportvliegtuig...                                  

Tijdens de oorlog had Duitsland ongeveer 13 miljoen vreemde militairen gevangen genomen, waarvan volgens de optimisten tweederden deze jarenlange zware beproeving had overleefd en in '44 en '45 uit de kampen, her en der verspreid over het Rijk, werd bevrijd. Maar de nazi's hadden - meestal onder dwang - ook nog eens 10 miljoen "Fremdarbeiter" naar het Derde Rijk gehaald, die nu ook dringend terug naar huis wilden en met pak en zak de baan op trokken...                  

In de twaalf concentratiekampen en de ongeveer vijftig grote Arbeitskommandolager hadden van de ruim 2 miljoen gedetineerden de helft de oorlog overleefd, maar uit de zes vernietigingskampen (waar naar schatting 5 miljoen het leven lieten ) kon slechts een zielig overschot tijdig bevrijd worden.                 

Een veertiental dagen nà de bevrijding van de eerste kampen begon het reusachtige geallieerde hulpprogramma op kruissnelheid te draaien, vooral dan in de Amerikaanse zone onder impuls van de voortvarende generaal Patton. Deze wilde zo vlug mogelijk van deze "zwervers" af die een gevaar betekenden voor rust en orde, de volksgezondheid en de openbare veiligheid. Zijn militaire politie trad meedogenloos op tegen het snel ontluikend banditisme onder de bevrijde - en losgeslagen - gevangenen.

Opgevorderde Duitse burgers werden ingezet om de sanitaire tijdbom in de kampen onschadelijk te maken, de opgehoopte lijken te begraven of te verbranden en alles of iedereen kwistig met bluskalk en DDT te ontsmetten. Telkens een barak in zo'n concentratiekamp vrijkwam werd ze platgebrand om epidemieën in te dijken.

Zijn medische troepen trieerden de kampbevolking: zij die nog goed te been waren werden haastig opgekalfaterd, gevoed, gekleed, volgens nationaliteit gegroepeerd en desnoods met militaire dwang per volledige treinlading naar hun oude geboorteland verscheept... Ook zij die bijvoorbeeld liever niét naar de Sovjetunie terugwilden...

Door deze drastische werkwijze werden soms joden samen met hun ex-Kapo's de trein opgedreven. Generaal Patton, die zoals de meeste van zijn tijdsgenoten géén jodenvriend was, werd door Eisenhower (onder druk van de zionisten) tot meer subtiliteit aangemaand en tenslotte geroyeerd, om kort daarna in nogal verdachte omstandigheden te "verongelukken"...                              

Maar eind juni 45 waren toch de meeste kampgevangenen  verpleegd en gerepatrieerd om in dezelfde barakken plaats te maken voor opgepakte nazi's en oorlogsmisdadigers. De evacuatie van de laatste 50.000 zeer verzwakte gevangenen moest evenwel over verschillende maanden uitgesmeerd worden wegens hun slechte gezondheidstoestand en 20.000 onder hen zouden het, ondanks dit uitstel, niet meer halen.                                                    

De geallieerden werden immers volledig verrast door de reusachtige omvang van het repatriëringsprobleem waarvoor zij zich plots bij de verovering van Duitsland gesteld zagen. Maar na de eerste chaotische weken slaagden zij er toch in vanuit de inderhaast opgerichte opvangkampen per dag tot 65.000 gedeporteerden naar hun vaderland terug te transporteren, eerst op de lege vrachtwagens van de "Red Ball Express" en later - na de herstelling van de vernielde bruggen en spoorwegen - per trein. Tegen einde 45 waren dat er reeds 7 miljoen, maar ondertussen kwamen iedere dag ook duizenden nieuwe vluchtelingen in de kampen aan. Doch dit waren meestal Oost-europese, concentratiekampgevangenen joden en krijgsgevangenen die de sovjets naar het Westen afschoven en die dààr dikwijls reeds maanden onderweg waren.

Als anderzijds de geallieerden van het vlot repatriëren van de westerse gevangenen en arbeidsslaven een voorrangskwestie maakten, dan viel dat niet altijd mee met de Russische en de Oost-Europese onderdanen, die er dikwijls niet eens zo gebrand op waren om weer naar het Sovjetparadijs terug te keren. Zeker de joden niet. Velen deden zich dan ook voor als statenlozen in de hoop naar het Westen te kunnen emigreren als "DisplacedPersons."                                                    

Uit de gebieden die de Sovjets reeds tijdens de vroege herfst van '44 bevrijd hadden (Oost-Polen), werden de westerse gevangenen naar Rusland getransporteerd en, na een wekenlange beproevende reis in gammele goederentreinen, per schip via Odessa naar Marseille gevaren.

Hun eigen bevrijde krijgsgevangen militairen en "Ostarbeiter" werden door het Rode leger met nog meer wantrouwen bejegend en stevig op het rooster gelegd om te achterhalen wie na al die jaren een "goed communist" was gebleven en wie niet. En zij die te licht werden bevonden wachtte het werkkamp in Siberië, de gevangenis of het nekschot. Daarom doken er tijdig veel "aangebranden" voorzichtig onder en vervoegden de massa dakloze landverhuizers die trachtten de Amerikaanse zone te bereiken. 

Onderwijl haalden ze allerlei bandieten-streken uit om in leven te blijven en zaaiden terreur over de Duitse boerenhoven.

Maar ze waren een luis in de pels van de bezettingsautoriteiten die in hun lapidaire rechtspraak geen last hadden van overdadige nuancering, maar wél van niét-bestaande of onaangepaste gevangenissen ,waar voor de plotse tsunamie van politieke ,militaire en criminele outlaws geen opvang meer bestond. Geen onderdak ,geen eten ,geen bewakers...En de rechters dus bij het bestraffen meestal énkel konden twijfelden tussen de dood met de kogel en de strop ,of de (voorlopige) vrijheid met een stamp onder de kont...Moderne Far-West, zeg maar...                                                                  

 


0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (9 Stemmen)
16-10-2013, 00:00 geschreven door jaakmaes
Reacties (0)
17-10-2013
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Deel 320
Klik op de afbeelding om de link te volgen

 C37 : OOG OM OOG...  

                 

                   Steglitz, 4 en 5 mei '45.               


Van zijn goede voornemens om de oudjes met een Rode Kruispakje uit Dahlmanns voorraad te verblijden kwam echter voorlopig niets in huis. Want toen Neumann Vati ophaalde voor de dagelijkse tocht naar de citerne in de volkstuintjes, zag de oude Weimar er zo belabberd uit,  dat Joseph zich zedelijk verplicht voelde voor te stellen hem te vervangen. Het kon hooguit een wandeling van een kilometer worden en hij vond het een geschikte gelegenheid om zijn kunstbeen eens grondig uit te testen.

Neumann deed niet erg geestdriftig, maar Wilhelm zuchtte opgelucht ten minste voor één dagje van deze zware karwei verlost te zijn.                              

Joseph ging even in zijn kamer de rommel van de Langemarcker wegbergen en profiteerde ervan om zijn dij-stomp grondig in te talken. Nu nog de kous erover, en klaar was Kees!  Neumann werd al ongeduldig, maar de Weimars waren blij, dat zag hij. Bij het buiten gaan fluisterde Hildegarde hem zelfs vlug in het oor: " Und heute abend gibt's Pfannkuchen!" Nou-nou, de oudjes schenen écht opgezet met zijn initiatief, zeg!                                   

De zon was door de brandwolken gebroken en de wind waarschijnlijk van richting veranderd, want het stonk reeds veel minder dan vanmorgen, vond Joseph. Zijn maat trok het karretje met de vijf lege kruiken de straat uit, zonder naar Joseph om te zien of die met het stijve been wel volgen kon...

" Een beetje nukkig, de oude heer! ", dacht hij." Maar ik ga daarom toch m'n poot niet verrekken: straks zal zijn marstempo wel wat zakken, als hij mij goed onder de neus gewreven heeft hoe kras hij nog is voor zijn leeftijd..."          

Juist om de hoek van de Albrechtstrasse stond Libowitz met zijn ploeg Parteigenossen nog steeds puin te ruimen, maar zo te zien waren ze nog niet erg opgeschoten. Joseph begreep dat ze dit ook niet écht van plan waren: zo'n leuke "Arbeitseinsatz" vlak bij huis mocht gerust wel eventjes duren, als je wist dat je andere lotgenoten bij het smerige lijkenruimen werden ingezet...Bij elke berg puin die hij verderop in de straat voorbij wandelde, merkte hij bij de ruimers dezelfde innige arbeidsvreugde: " Zachtjes aan, dan breekt het lijntje niet"... In een lange ketting van de rijweg tot bovenop de ruïne gaven ze sloom baksteen per baksteen aan elkaar door, als waren het stukken van een kostbare collectie.

Het deed hem denken aan de film "The Chaingang", die hij juist voor het uitbreken van de oorlog in Oostende was gaan zien, samen met Nadine...Ach, waar is de tijd!  Met z'n mollige, warme, zoete Nadine op de laatste rij van de cinema in het donker...En zeggen dat hij met véél moeite, over de rugleuning heen, na lang en schijnheilig graven, zijn hand tot onder haar oksel had gekregen...              

Hij botste bijna op Neumann, die met een verveeld gezicht op de hoek van een zijstraat op hem stond te wachten: " Na Herr Josef, geht's nicht ?", vroeg hij wat neerbuigend, om uitgestreken te vervolgen: " Oder laufe ich zu schnell ?"                              

" Ach, genau so wie allen Deutschen heutzutage, nicht Herr Neumann ?"                            

" Wie meinen Sie ?",vroeg de andere verwonderd.                              Joseph knikte betekenisvol naar een groepje vluchtelingen uit het oosten, die midden in de rijweg stug voorbij sloften, hun volgestouwde karretjes achter zich aan slepend... Geen opbeurend zicht, deze uitgebluste vrouwen met hun armzalige kroost en de bleke pubers die nu de rol van hun verdwenen vaders moesten overnemen... 

Schichtig keken ze naar groepjes Russen, die zich hier en daar op de stoep geïnstalleerd hadden met tafels en stoelen, zelfs met een lederen bankstel en het er goed van namen met flessen drank, zwart brood en blikvlees...Uit de raamopening van een huis vloog een schilderij de staat op - iets Hitler-achtigs - en dreinde een vermoeide accordeon voor de zoveelste maal het schokkerige Kalinka-lied af.              

Neumann zei niets meer, maar paste opeens gewillig zijn tempo aan bij de trage tred van Joseph.                                                                       

De zijstraat leidde na een paar honderd meter recht naar de volkstuintjes en hoe meer ze de citerne naderden, hoe drukker het werd op de smalle paden tussen de hoge ligusterhagen.

Bijna iedereen vervoerde zijn waterkitten en -kruiken op de populaire vierwielige 'Volkswagens', zoals de Berlijners deze miniatuur boerenkarretjes sarcastisch noemden. Slechts de minder gegoede burgers sjouwden met twee emailemmers aan een rudimentair juk. Elkaar kruisen op de enge wegels verliep niet altijd smetteloos en draaide dikwijls uit op een venijnige scheldpartij.                            

Bij de pomp heerste een wanordelijke drukte van belang. En nieuwkomers, die hun beurt niet wilden afwachten en brutaal naar voor drongen, werden luid honend door de kijvende vrouwen naar de staart van de rij verwezen.

Al wie in de slang sluiks een plaats vooruit wilde komen en zich niet door woorden liet intimideren, werd mits wat trekken en duwen tot betere gedachten gebracht.            

" Gisteren ",vertelde Neumann, "hadden de wijven bij een rel de kruiken van een onderkruiper over de haag gekipt!  Vooraan in de rij is het tamelijk makkelijk de volgorde te doen eerbiedigen: het venijn zit in de start!  Want hier wordt ook aangeschoven vanuit twee andere zijwegels, en op het kruispunt waar de drie rijen samen komen is er regelmatig heibel!  Het is hier verdomd slecht georganiseerd: 'vroeger' zou zoiets nooit bestaan hebben! ", voegde hij er bitter en veelbetekenend aan toe, " Onderkruipers en parasieten werden hard door de autoriteiten aangepakt, " damals! "...              

Deze heimwee naar "damals" (vroeger) zou Joseph nog dikwijls moeten aanhoren en vreemd genoeg ergerde hij zich daaraan. Maar had hijzelf zijn eigen glorietijd niet onder de nazi's beleefd? Ja toch ?... Snel verwierp hij echter deze overweging: glorietijd, glorietijd...je moet daarin niet zo  overdrijven, hé!  Zie me hier eens glorieus rondpikkelen op m'n ene poot!...Alles achteraf gezien hoefde niemand - en hijzelf wel allerminst!  - zo geestdriftig te doen over de verworvenheden van de vervlogen 'Nieuwe Wereldorde' ,waar hij zo hoog mee had opgelopen, vroeger...Inderdaad: " Damals..."                               

Na een uurtje aanschuiven geraakten ze zonder kleerscheuren voorbij 'het kruispunt' en de achterdochtige naijver tegenover de omstaanders zakte als bij toverslag. Ieder sprak nu rustig met zijn buur af wie voor wie aan de beurt zou komen. En tegelijk begon de geruchtenmolen op volle toeren te draaien en vlogen de nieuwtjes heen en weer door de rij wachtenden. Waar ze het vandaan haalden, mocht de duivel weten, want in Duitsland waren de gewone radiotoestellen reeds jaren verboden. De burgers beschikten enkel over een zogenaamde " Volksempfänger" waarop slechts vijf nationale zenders konden beluisterd worden, kwestie van de Groot-Germaanse hersenen niet door buitenlandse propaganda te laten vergiftigen...En op de koop toe was er in Steglitz en omstreken al twee weken geen elektrische stroom meer om deze toestellen te laten werken!         

Nu werden plots nieuwtjes rondverteld, die zogezegd door de BBC of de Zwitserse zender Beromünster waren uitgezonden:  de plaatsvervanger van Maarschalk Kesselring had met zijn legergroep in de Po-vlakte van Italie gecapituleerd, en de Armeegruppe Nord - drie miljoen man tussen de Hollandse Rijn en de Baltische zee onder bevel van Dönitz - had zich overgegeven aan de Britse Maarschalk Montgomery... Enkel het front tegen de Russen tussen Rostock en Magdeburg werd nog in stand gehouden, om zoveel mogelijk vluchtelingen uit de oostelijke provincies toe te laten de geallieerde linies te bereiken...Ook de 300.000 soldaten van het Ruhrleger, die in Westfalen omsingeld zaten,  hadden er de brui aan gegeven. De "Fransozen" beweerden in het Zwarte Woud eveneens een half miljoen man gevangen te hebben, om niet voor de Yanks in Beieren onder te moeten doen...,de blaaskaken!                     

Naast Joseph leek de grijze heer met zijn jagershoedje bijzonder goed ingelicht te zijn: de Duitse troepenmacht uit de Balkan week, onder lichte druk van het Rode leger " ordnungsvoll" en traag terug uit Tsjecho-slowakije, Oostenrijk en Joegoslavie, in de richting van Beieren, om zich daar aan de Amerikanen over te geven... En hij drukte op ordnungsvoll. In hun zog voerden ze de diverse collaborerende legioenen uit Servië, Kroatië en Slovenië mee, alsook de Russische Vlassov-divisies, die alle redenen hadden om aan de klauwen van de Sovjets te ontsnappen...Daar hoefde hij zeker geen tekeningetje bij gemaakt: dat begreep nu het kleinste kind wel...                                           

Joseph overwoog bitter hoe  koel en luchthartig deze Pruis sprak over de ex-medestanders van het Derde Rijk, die hun inzet aan de zijde van hun Duitse wapenbroeders nu zouden bekopen met een nekschot...Stank voor dank...En stond zo'n lot hemzelf ook niet te wachten ?       

Maar het meest intrigerende gerucht kwam uit de Italiaanse Alpen: daar waren Franse koloniale troepen slaags geraakt met de Amerikanen, omdat ze weigerden op de eis van president Truman in te gaan. Deze gebood hen terug te trekken uit het Aosta-gebergte dat ze zojuist op de Macaroni's hadden veroverd. De Yanks wilden niet horen van een Franse aanspraak op Italiaans grondgebied, maar een zekere generaal De Gaulle had zijn soldaten bevel gegeven te schieten op elke Amerikaan die zijn plannen wilde dwarsbomen. En nu zat het er dus lelijk tegen!                                  " Je ziet wel dat de geallieerden het onderling niet eens zijn, hé! ", kraaide zijn buurvrouw, " Vroeg of laat krijgen ze het met de Russen aan de stok!  En dan zullen ze nog spijt krijgen van alles wat ze ons Duitsers hebben aangedaan! ...Niet meer of ze vragen ons om mee op te trekken tegen de Bolsjevieken! ..."              

" In Beieren is het reeds zover", wist een andere te vertellen." Op de Elbe boven Dresden staan ze neus aan neus met de Russen en weigert de Amerikaanse generaal terug te trekken uit een gebied dat volgens een vroeger akkoord toekomt aan de Sovjets...Daar zal het er ook hard aan toe gaan: luister naar m'n woorden! "               

" Ja, op de Zwitserse radio zegden ze gisteren dat de overwinnaars ons land onder elkaar gaan opdelen, zoals de spieën van een taart, met Berlijn als gemeenschappelijk middelpunt...De Russen krijgen het stuk van Lübeck naar hier, en van hier naar Bregenz aan de Bodensee...De Yanks krijgen alles onder de lijn Berlin-Köln, en de Britten alles wat daarboven ligt..."                                 

" Dan hoop ik maar dat wij in Steglitz bij de Amerikanen terecht komen!  Ik denk dat die nog veruit het makkelijkste te bewerken zijn...Wij hebben hun vaderland tenslotte nooit gebombardeerd, dus kunnen zij moeilijk een reden vinden om kwaad te zijn op ons, alles goed beschouwd..."            "Ze schijnen anders lelijk de pest in te hebben ", grijnsde de oude man, juist voor Joseph, " want ze noemen ons barbaren en onmensen!  En weet je waarom ?... In het gebied dat ze de laatste twee weken veroverden, hebben ze naar het schijnt een paar KZ-Lager en gewone gevangenkampen gevonden waar de tyfus is uitgebroken, nadat het bewakingspersoneel zich samen met de Weermacht teruggetrokken had. Maar ge weet hoe dat gaat, hé: zonder onze strenge organisatiegeest dachten de boeven natuurlijk dat plots àlles was toegelaten! ...Ge kent dat wel hé: niemand wou nog de toiletten gaan schoonmaken, en de persoonlijke hygiëne was niet meer verplicht, dus werd er niet meer gewassen! ...Binnen de twee dagen was dat één kolossale zwijnenboel!  En als er dan ziektes uitbreken krijgen wij de schuld, ook al hebben we daar al lang de leiding niet meer..."                      

Neumann knikte: " Zo is het, Genosse ja...Trouwens, nu we de oorlog verloren hebben, zijn wij natuurlijk de kop van Jut, of wat dacht je!  Alles wat door hun schuld verkeerd gelopen is, zal wel op onze rekening geschreven worden, dat zal je zien! ...Eerst gooien ze alles kapot en dan is het onze schuld als er niets meer werkt! ...Ja-ja, zo is het! ..."                                           

Joseph mengde zich niet in dat schijnheilig gebazel, tot zijn afzijdigheid de vrouw achter hen begon te intrigeren: " Sind Sie Kriegsverletzter ?" (oorlogsinvalide), vroeg ze ongegeneerd, " Sie sehen noch so jung aus "...En inderdaad, buiten ouderlingen en pubers bleek hij ver de enige twintigjarige man in de rij. Maar voor hij kon antwoorden, sprong Neumann in de bres: " Er ist ein sehr netter Französischer Fremdarbeiter.. und ist von einer Britische Bombe verletzt worden..."     

  "Ach so...ein Franzose...", zei ze bedachtzaam en had moeite het eeuwenoude Duitse antagonisme tegenover de historische aartsvijanden te verbergen. " Unser Benjamin ist in Frankreich gefallen, in '40 ", zeurde ze voort met een beschuldigende ondertoon, alsof Joseph er voor iets tussen zat. " Sechsundzwanzig Jahre, von den Franzosen erschossen worden..."             Even viel het gesprek stil en de omstaanders bekeken hem wat hautain, maar aangezien hij zijn mond niet had opengedaan gingen ze er van uit dat hij van hun gekanker niet veel had opgestoken.          

"Wir haben sein Grab besucht in Zwazoon."  Hij knikte medelevend: " Ach ja: Zwazoon..." en hield zich behoedzaam op de vlakte.                               " Ist Ihnen die Gegend bekannt ?" ,drong ze hoopvol aan." Eine schöne Stadt an die Zoom..." Met die Zoom bedoelde zij de Somme, had hij begrepen, maar het duurde even voor hij Zwazoon ontmaskerd had als Soissons...                                                     

" Nein, leider nicht..." Hij had weinig zin te pogen dat mens te laten inzien dat haar Benjamin in Zwazoon niets te zoeken had, in '40, en dat de Fransen hem daar met recht en reden door zijn pels hadden geschoten. Hij vreesde dat zo'n uiteenzetting gemakkelijk uit de hand kon lopen en voelde zich te erg in de minderheid tussen al deze verbitterde Duitsers. Die vonden het heel normaal om destijds in Zwazoon alles in gruzelementen te schieten: tenslotte had Frankrijk hén de oorlog verklaard en was op de koop toe nog zo stom geweest de zelf ontketende veldtocht te verliezen!                  

Voor alle veiligheid wierp de vrouw het toch maar over een andere boeg en vroeg haar buurman of hij " Herr Doktor Kreglinger"  niet had gekend. Neen ? Die woonde in het huis naast haar, met vrouw en dochter: " Ganz nette Leute"...Hadden gisteravond samen vergif ingenomen... Wilden deze zwijnerij niet langer overleven...De Russen hadden hen heel de namiddag in de slaapkamer schaamteloos behandeld, zéér schaamteloos, als je begreep wat ze bedoelde...En alles kapot geslagen, in huis en in zijn kabinet, volledig zinloos...Ze had de vrouwen uren horen schreeuwen, maar wàt kan je doen ?!...'Der Herr Doktor' was weliswaar 'iets' geweest in de Partij,  maar dat is toch nog geen reden, hé ?..." Solche nette Leute! "...               

'Parteimitglied' of niet, daar keken de Russen niet naar, meende haar buurman: ze namen gewoon wie hen toevallig beviel!  De dochter van op het derde, bij hem thuis, had zich ook opgehangen, na een inval van deze beesten, en de moeder was reeds twee dagen verdwenen: "Ganz wahnsinnig geworden"...Die wordt vast vroeg of laat uit het Teltowkanaal opgevist...                                             

" Mein Gott! ", dat kanaal dreef nu reeds vol lijken!  Veel gevallenen van de Hitlerjeugd en de Volkssturm, natuurlijk, maar ook veel nazi's en vrouwen die het niet wilden overleven...Als die er niet vlug uitgevist en begraven werden, zou zeker de pest uitbreken...Dat water mocht zelfs niet meer gebruikt worden om de vloer te schrobben, stel je voor!                               " En ook het water uit de blusvijvers is verdacht ", mengde een andere vrouw zich in het gesprek, " wij hebben met de buren die 'Löschteich' van ons eerst helemaal uitgedregd, om er zeker van te zijn dat er niets in lag te rotten, maar het viel nogal mee..."         

" In die van ons lag een Rus, maar die hebben de Sovjets er nog dezelfde avond uitgehaald en in het afschuwelijke rode mausoleum op het rondpunt van de Sedan-strasse begraven..."                       

" Ja, bij ons in het parkje ligt ook zo'n opzichtig rood monument...afgrijselijk!  Ik hoop dat het maar voorlopig is, want het is werkelijk een vloek in het landschap...Volledig gebrek aan goede smaak, nietwaar ? "

Daar was iedereen het roerend over eens...Alhoewel ,met al die grauwe puinhopen rondom ,in datzelfde landschap...                                                                                                                                              


0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
17-10-2013, 00:00 geschreven door jaakmaes
Reacties (0)
18-10-2013
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Deel 321
Klik op de afbeelding om de link te volgen

RASTALJAT !

Bij de citerne, een dertig meter verderop ,stopte plots een kaki legervrachtwagen. De wachtende waterdragers versteven van de schrik toen uit de laadbak een vijftal soldaten klauterden, die drie burgers hielpen bij het uitstijgen. De Duitsers zagen er bleek uit en verschrikkelijk mager, één stapten houterig naar de stuurhut van het voertuig, waar een officier in lederen jek het portier opende. Rechtstaand op de treeplank gaf hij een kort bevel aan zijn ondergeschikten. Die salueerden en liepen op hun gemak langs de rij verschrikte vrouwen om er hier en daar, schijnbaar willekeurig, een paar uit te pikken. Een wind van paniek waaide over de hoofden heen en achter Joseph vluchtten er al drie-vier weg, hun karretje met lege kruiken zonder meer achterlatend. De soldaten hielden de kop van de slang in bedwang, zodat daar niemand het hazenpad kon kiezen.       

" Meine Volksgenossen! ...Habt keine Angst! ...",  schalde een krakerige stem plots door een megafoon, " Wij vragen u enkel...getuige te willen zijn...bij de berechting van een moordenaar..." Joseph zag, over de koppen van de bang wegduikende burgers heen, hoe één van de houterige Duitsers, op de treeplank naast de officier,  kortademig door de trechter stond te schreeuwen.

Niet erg gezond, die jongen, dacht hij...Maar hij schrok zich een bult toen hij plots de loop van een stormgeweer tegen z'n ribben voelde porren. De Mongool aan zijn zij maakte hem met een hoofdknik duidelijk dat hij naar voor moest lopen en een ogenblik dacht hij dat zijn laatste uur geslagen was, en ze hém als moordenaar gingen berechten. In een reflex stak hij zijn vrije hand op ten teken van overgave en terwijl hij zo, zwaar leunend op zijn wandelstok naar voor strompelde, hoorde hij de astmatische schreeuwer verder oreren:

"...Daartoe zullen...de zegevierende Sovjetautoriteiten...vijf mannen en vijf vrouwen...uit uw rangen aanwijzen...om hier ooggetuige te zijn...van de uitvoering ...van het vonnis..."                                                    

" Ooggetuigen ? Het is dan toch niet voor mij! ",flitste het door z'n hoofd en opgelucht liet hij de hand zakken, want voor hem uit werden nog een paar 'vrijwilligers' tot wat meer spontane civiele geestdrift aangepord. Het grauwe groepje werd bij de motorkap van de vrachtwagen bijeen gedreven en één van de Duitse Houten Klazen noteerde nors, met de slijkweerder als schrijftafel, onderaan een blad: naam, voornaam, leeftijd, beroep en burgerlijke stand van elk der uitverkorenen. Joseph hoorde dat de meeste vrouwen weduwe waren. De oude heer voor hem verklaarde stram " Friedrich-Wilhelm von Birkenheim " te heten, maar de scribent reageerde er niet op.                                        

" Pétèrs...Jean, Marie, Gustave...",gaf hij op, met een zwaar Frans accent. De Duitser keek hem verrast aan :"Sie sind keine Volksgenosse ?... Was machst du denn uberhaupt hier ?"...               

" Ah, non!  Keen Volksgenoss!  Suis pas Allemand, moi! ",zei hij verontwaardigd. " Je suis Belge, travailleur belge, versteen ? Belgien Fremdarbeiter...Travail obligatoire, versteen ?", en hij haalde demonstratief zijn valse paspoort boven. " Voilà! " Hij wees op de driekleurige bies over de hoek en vervolgens op de nationale kokarde aan zijn revers: " Belgien! ..."                                         

De Duitser bekeek vluchtig het document, tot zijn oog op de Russische tekst viel op de achterkant, met de stempel en de handtekening van de commandant der stormtroepen. Hij keek Joseph een ogenblik geïntrigeerd aan en wenkte naar de officier. Deze ontcijferde het zotte geschrift, zijn gezicht klaarde op en reikte Joseph hartelijk de hand. Hij was blij een vriend van de Sovjetunie te mogen begroeten, meende Joseph te verstaan.

" Spasibo, Tovaritch Kommandant! " ,kon hij er met moeite uitbrengen, terwijl hij zijn vingers terug in model trok, " Deswidanja! ": bedankt en tot weerziens, kameraad!  En hij wilde discreet de benen nemen. Maar zo verstond de Rus het niet:  die legde vertrouwelijk beide handen op Josephs schouders en liet hem vriendelijk verstaan dat hij beter nog een ogenblik kon wachten.                         

" Also: Fremdarbeiter.", noteerde de Duitser, met opmerkelijk weinig geestdrift," Zweiundzwanzig Jahre alt...Nächste bitte! "... Maar Joseph zag zijn kans schoon: " Bitte schön, ein Moment! "  Of de Duitser aan de Sovjetofficier niet kon vragen op een briefje te schrijven: "Hier wohnen gute Belgische Fremdarbeiter ", liefst in drukletters ?

Maar de scribent had geen tijd en gelastte zijn collega met die karwei. Na wat over en weer gepraat in een mengelmoes van taaltjes voldeed de Rus groothartig aan zijn verzoek en zette er als toemaatje een handtekening onder.                          

Ondertussen was de lijst met de namen van de tien getuigen klaar gekomen en iedereen wachtte in angstige spanning het verdere verloop der gebeurtenissen af. Hun geduld werd niet lang op de proef gesteld: de Houten Klaas stapte na een korte onderhoud met de officier terug op de treeplank en schraapte zijn keel door de trechter van de megafoon, alsof hij zijn t.b.c.-bacillen zo ver mogelijk over de hoofden wilde verspreiden.

In een paar hortende zinnen bracht hij de moord op Frau Helga Sindermann in herinnering, drie dagen geleden, op deze eigenste plek. De dader was gesnapt en door de 'Divisionaire Krijgsraad' ter dood veroordeeld. Het vonnis werd door Generaal Konjev, bevelhebber van het Eerste Oekraïnische Front bevestigd, om hier voltrokken te worden. De originele tekst en de Duitse vertaling moesten op de plaats van de misdaad worden aangeplakt.

Terwijl de stem van de spreker rochelend uitstierf en iedereen zich verbijsterd afvroeg wat dit allemaal te betekenen had, zag Joseph hoe twee soldaten de Mongool uit de cabine hielpen. Die op de rug gebonden handen verdreven meteen elke twijfel...                 

  Toen ging alles zó bliksemsnel, dat maar een paar omstaanders een flits opvingen van de executie. De gevangene werd op de knieën gedwongen door de twee bewakers, maar bood geen enkele weerstand. 

Even zag Joseph de uitdrukkingsloze spleetogen en kwijlende mond in het getaande vollemaansgezicht. Een bevel van de officier en de jongen neeg het hoofd, onder de druk van de pistoolloop in de nek. Het schot wierp het slachtoffer plat voorover in het slijk en met een vloeiend gebaar stak de beul zijn wapen terug in de holster, net zo gevoelloos alsof het een sigarettenétui betrof.                                    

De knal stootte een schokgolf onder de omstaanders, die met een kreet van afgrijzen uiteenstoven als een verstrooid mierennest. Twee vrouwelijke 'getuigen' vielen als vodden in zwijm. De bewakers grepen het lijk prompt bij de laarzen en sleepten het door het slijk naar de laadklep van de vrachtwagen, een bloederige sleuf in de modder achterlatend. Geholpen door hun maats wierpen ze in één-twee-drie het geslachte varken op de camion en dàt was het dan...                                                  

Joseph zag één van de Houten Klazen wenend op de treeplank zitten, terwijl een andere zijn vriend bemoedigend op de schouder klopte. Later zou men beweren dat dit de echtgenoot was van de vermoorde vrouw, Horst Sindermann, de plaatselijke leider van vooroorlogse Kommunistische Partei Deutschlands, die juist door de Russen uit een concentratiekamp was bevrijd.                             

De derde Duitser had ondertussen de roze tweetalige tekst van het vonnis op de citerne geplakt. Op bevel van de officier kroop de hele troep weer op de vrachtwagen en een minuut later verdwenen ze in een zuur-stinkende wolk uitlaatgassen, ontsteld nagestaard door de fel uitgedunde groep waterdragers. Velen hadden immers de benen genomen vooraleer het fatale schot viel en zij, die door de soldaten belet werden te vluchten, kakelden als hersenloze kippen verward door elkaar hoe schokkend ze deze bestiale vertoning wel vonden!  Wat een onmens, die brute bolsjeviek!  Een paar aasgieren begluurden sluiks de bloedvoor in de modder die reeds half in de plassen oploste. Binnen vijf minuten zou van het drama geen enkel spoor meer overblijven...                                                

Joseph pikte vlug weer aan bij de alledaagse realiteit en liep de rij karretjes af waarvan de meeste eigenaars veiliger oorden hadden opgezocht. Ook Herr Neumann was in geen velden of wegen te bekennen en dus trok hij hun wagentje met de kruiken wat dichter naar de pomp toe. Alsof dit het signaal was voor de andere waterdragers om ook hun gerij te grijpen en naar voor te dringen,  vormde zich in een oogwenk een nieuwe rij opportunisten in de slijkpoel voor de citerne, die elkaar met verse moed bitsig de voorrang betwistten. Joseph stond nu derde en had door de verwarring zeker een vol uur wachttijd ingewonnen. De éne zijn dood is d'ander zijn brood...                                                     

Juist toen hij aan de beurt was, kwam Neumann met hangende pootjes weer opdagen, één en al welwillendheid omdat Joseph hem zijn vaandelvlucht niet voor de voeten wierp: " Bitte, lassen Sie doch, Herr Josef, das mach ich schon ..."                                              

Ook op de terugweg naar huis onderhield hij geforceerd opgewekt de conversatie, alsof niet zojuist voor hun ogen een mens koelbloedig was afgeslacht. In het begin antwoordde Joseph nog met monosyllaben, tot hij het op zijn heupen kreeg en zijn buurman diens onverschilligheid verweet tegenover de dood van die jongeman: kon deze moord hem dan werkelijk niets schelen ?                       

Neumann hield het karretje staande en keek Joseph een ogenblik neutraal aan: " Ich habe das erschiessen nicht persönlich angesehen, aber mit einem Mordhund ist sowas doch selbstverständlich, nichtwahr ?"  Joseph was nog jong en had van de oorlog niet veel meegemaakt, maar wist hij wel dat in Berlijn naar schatting een 200.000 mensen vermoord werden door de Amerikaanse bommengangsters ? Onschuldige mensen, géén moorddadige honden zoals die Mongool van daarjuist ? Moeders en kinderen, die aan de oorlog niet de minste schuld hadden...

" Ruik je deze rotte vislucht, hier in de straten ? Er liggen nog duizenden mensen onder het puin te vergaan, voor zover ze niet verkoold en verast zijn...Elke Berlijner heeft de helft van zijn gezin en een tiental familieleden verloren en niét noodzakelijk aan het front, weet je...Vraag me dus niet een traan te plengen voor een dooie bolsjeviek, die door z'n eigen volk werd terechtgesteld, en ik druk op 'terecht',begrijp je ? Daarbij, Herr Josef: ik heb allang geen tranen meer, niet voor mijn eigen doden en zeker niet voor die van de overkant! "...                        

Hij nam traag de dissel van het karretje weer op, herhaalde nog eenmaal bitter: " Nein bitte, keine Tränen mehr"...en sloeg als een gebroken man de hoek van de Albrechtstrasse om.                       

De rest van de terugweg zei Neumann geen woord meer, als een slaapwandelaar verzonken in zijn eigen nachtmerries. De brallende Russen gunde hij geen blik in het voorbijgaan en sjokte als een blinde afgejakkerde knol mee in de trieste sliert 'Ostvertriebene' die gestaag tussen de puinhopen de helling afzakten naar de Bahnhofplatz Steglitz en de Schlossstrasse, de grote lokkende uitvalsweg in de  richting Potsdam.                                                        

Potsdam met als welsprekend uithang bord 'Schloss Sans-Souci', het betoverende westen, de Amerikanen...Het leek Joseph alsof half Duitsland op de vlucht was geslagen, met maar één doel voor ogen: naar het westen, over de Elbe, wég van de Russen! ...Naar hun allerlaatste kans om aan de hel van de voorbije maanden te ontsnappen. En misschien dan tóch de oorlog te overleven, "um Gottes Willen..."                                                          

" Binnenkort kan het net zo goed mijn beurt zijn om op de vlucht te slaan ",overwoog hij bedrukt.  " Maar dan liefst zo laat mogelijk: want te poot geraak ik nooit tot aan de Elbe...Als het waar is wat ze bij de pomp vertelden en de Amerikaanse zone zou tot in Berlijn reiken, dan vind ik met mijn valse pas wel een plaatsje op één van hun vrachtwagens naar het westen "...                                            

Alhoewel, als de Amerikanen naar hier kwamen zag hij zo niet direct waarom hij naar het westen zou moeten vluchten...Om zich in België te laten oppakken en tegen de muur gezet te worden ?            

Neen, niets overhaast doen en de kat uit de boom kijken: dat was nog altijd de beste manier om door de mazen van het net te zwemmen: " Laissons pisser le rhinocéros", zoals Bill Berghmans altijd zei...Want naar het schijnt neemt dat beest daar ook volop de tijd voor...


0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (9 Stemmen)
18-10-2013, 00:00 geschreven door jaakmaes
Reacties (0)
19-10-2013
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Deel 322
Klik op de afbeelding om de link te volgen

 

 C38 OVERLEVEN TOT ELKE PRIJS.

 

            Steglitz, van 6 tot 12 mei 1945.

Tijdens de week van zondag 6 mei bereikten de Russische uitspattingen en baldadigheden hun hoogtepunten en al wie niet absoluut de straat op moest, dook weg in de donkerste hoek van de kelder, als een radeloos konijn in zijn hol. Niet dat het veel hielp, want de oversexte losgeslagen soldateske schuimde dagenlang hele wijken grondig af, op zoek naar 'trofeeën', jong vrouwenvlees en sterke drank, en dan nog liefst een combinatie van deze drie opwindende ingrediënten samen.

Daarbij kon je niet zeggen dat ze erg kieskeurig te werk gingen. Polshorloges, zakuurwerken en...keukenwekkers lagen bij iedere Rus het best in de markt, kort gevolgd door ringen, juwelen en mondharmonica's bij een meer kunstzinnig onderdeel van de troepen. De meeste vrouwen lieten de oude buurman met zijn tang hun weerbarstige trouwringen afknippen, want er werd in de kelders gefluisterd dat de ongeduldige soldaten al eens met de bajonet een vinger durfde afhakken als het gewone aftrekken niet vlug genoeg lukte. Tenslotte, welke waarde had dat symbool van echtelijke trouw nog in een tijd van collectieve verkrachtingen, als men wist of vreesde dat de heer des huizes ergens in het buitenland - tussen Noorwegen ,Libye en de zeven wereldzeeën - reeds lang naar de eeuwige jachtvelden was vertrokken ?...

Dergelijke échte of vermeende weduwen keken dan ook  meestal minder paniekerig aan tegen de abrupte avances van al deze bronstige Russen. Temeer daar ze de laatste dagen hun voorzorgen hadden kunnen nemen, en een paar liter boorwater bij de hand hielden tegen het gevaar van besmetting en bevruchting. Als ze dan onverhoopt een stinkende Mongool over de vloer kregen die zijn lust in een 'Frau! ' uitschreeuwde, hoefde dat niet noodzakelijk een ramp te worden: misschien kende de jongen zijn manieren en beet hen niet te bloedig in de hals...En de ongenode gasten een borrel aanbieden om hen van hun vleselijke lusten af te leiden kon soms korte tijd soelaas bieden, maar meestal liet dat compleet uit de hand. Want bij één borrel bleef het niet: die mongolen zopen àlles wat in een fles zat en min of meer geestrijk rook. Ook de brandalcohol voor de kookvuurtjes die 'wettelijk' in alle Berlijnse schuilkelders aanwezig moest zijn...Waardoor veel van die woestelingen hun geboortedorp nooit meer terugzagen, simpelweg omdat ze blind waren geworden... Dit was misschien één van de oorzaken die de legerleiding er na een week toe aanzette de troepen in de kampementen te consigneren. Maar ondertussen was het kwaad geschied en zwol de zelfmoordgolf, die uit de hysterie van de godendeemstering was geboren, aan tot waanzinnige proporties.

Door het rudimentaire vlaggenvertoon aan de voordeur, vrucht van Hildegardes huisvlijt, was de 15B aan veel miserie ontsnapt. En omdat Joseph als beschermheilige door de dankbare Weimars zo de wolken werd ingeprezen, besloot hij grootmoedig met een Rodekruispakket vanonder Dahlmanns bed voor sinterklaas te spelen.

En opgetogen dat ze waren: Vati stak met gesloten ogen genietend een Lucky Strike op en Hildegarde leek tien jaar te verjongen met haar doosje zoete condensmelk.

"Mensch!  Herr Josef!  Wo holen Sie das denn her ?"

Maar hij wimpelde hun hebberige nieuwsgierigheid geheimzinnig lachend af. Ze moesten het eens weten! Ze zouden hem op staande voet de kop inslaan!

 

Toen Neumann de volgende middag Vati kwam ophalen voor hun dagelijkse tocht naar de citerne, kregen ze een nauwkeurig overzicht van al de gruwel die in het omliggende was gebeurd. De plunderingen en verkrachtingen werden er nogal dik opgelegd, vond Joseph. Maar na wat rond-de-pot-gedraai, over de tricolore vlaggen en de schijnbare onschendbaarheid dat het 'Russisch' plakkaat aan de voordeur van 15B bezorgde, kwam eindelijk de aap uit de mouw:...

In de kelder van het vernielde huis naast de Neumanns had de kleindochter van de Krugers - "de vroegere blokoverste, je weet wel..." - gisteren een baby gekregen, haar eerste. Frau Libovitz had met nog twee andere vrouwen bij de bevalling geholpen en moeder en kind waren in leven, zonder meer...Maar in dat donkere vochtige hol kon die sukkel toch niet blijven liggen, nietwaar...daarom moest hij vanwege de buren vragen of deze arme schapen niet voorlopig hier hun toevlucht konden zoeken, kwestie van even tot rust te komen, begrijp je ?...Het appartement van 'die Belgier' - hij bedoelde de familie De Bens - was toch vrij, nietwaar, en dààr zouden de Russen het vrouwtje niet zo vlug lastig vallen, hé...Als de mannen van de buurt de handen in elkaar sloegen, kon er nog vandaag één slaapkamer bewoonbaar gemaakt worden...

"Wat denk je ?" vroeg Neumann zogenaamd aan de Weimars, maar ze keken alle drie peilend naar Joseph. Ze begrepen ook wel dat de broze onschendbaarheid van het huis helemaal van hém afhing en dat hij als énige officiële bewoner van het appartement zijn veto kon stellen...Maar Joseph vreesde vooral dat, indien er nóg meer Duitsers bescherming zochten onder de Belgische driekleur, de wijn zódanig aangelengd zou worden dat de Russen het niet meer zouden slikken...    

Omdat hij niet stante pede antwoordde, suggereerde Neumann voorzichtig: " Die Gerda könnte Ihre Ehefrau sein...Zwanzig Jahre, und ein hübsches Mädchen..." Maar toen Joseph verontwaardigd opkeek, corrigeerde de oude vlug: "Solange die Russen hier sind, meine ich...Den Soldaten gegenüber könnten Sie ein Ehepaar vorstellen, verstehen Sie ?"

Ja-ja vent, trek nu je staart maar in!  Phil ligt nog maar pas onder de grond en ze wilden hem al een àndere vrouw aan z'n been lappen!  En dan nog wel één die juist een blètend snotjong gekregen heeft!  Stel je voor: hij had al last genoeg om voor zichzelf te zorgen...Nee, bedankt!  Vooral omdat niemand er zéker van was dat haar echtgenoot, na de geallieerde landing in Zuid-Frankrijk, tijdens de gevechten in de Provence inderdaad gesneuveld was. Zijn laatste verlof dateerde van augustus vorig jaar en sindsdien had niemand meer van hem gehoord...Maar ze hadden evenmin het zo gevreesde 'Führerbericht' ontvangen, of een standaard doodsbrief van zijn compagniecommandant. Die jongen kon voor het zelfde geld gevangene zijn van de partizanen of de Amerikanen. Of gedeserteerd en hier binnen een maand voor de deur staan...

"Nee, nogmaals stevig bedankt" dacht Joseph: "Aan mijn lijf geen polonaise! "

Neumann zag dat het de verkeerde kant opging en deed er in zijn verwarring nog een schepje bovenop: Oma Kruger kon met haar kleindochter meekomen om voor haar te zorgen ;Joseph zou van die mensen helemaal geen last hebben ...Een oma ? Ook dàt nog!

Hij keek de zwetende oude man nors aan: was Opa Kruger niet die nazi die zoveel poeha had verkocht toen hij met Phil bij de familie De Bens wilde intrekken, een maand geleden ? Omdat er zogenaamd duizenden "ausgebombte Berliner" geen dak boven hun hoofd hadden, en dié normaal voor gingen ? Waren dat niet zijn eigen woorden geweest ?

Neumann wist niet meer waar hij moest kruipen: Herr Josef moest toch begrijpen dat de omstandigheden toén helemaal ànders lagen hé ? Nù, met de terreur van de Russen op straat, en zónder de hulp van Herr Josef dreigde dat kind in haar donker hol te creperen.

Joseph begreep dat hij zijn rol van nazi-slachtoffer niet té ver moest drijven. Nou, Okee...gaf hij grootmoedig toe, maar dan wél op twee voorwaarden: als de familie De Bens terug moest komen, dienden zij onmiddellijk de plaats te ruimen, en van de inboedel mocht niets verdwijnen, "als ge begrijpt wat ik bedoel..."

"Aber selbstverständlich, Herr Josef!  Es sind doch nette Leute, und keine Gauner (gauwdieven)!...Der alte Kruger war vielleicht ein Nazi, aber er ist immer sehr korrekt mit uns gewesen...Und jetzt hat er Wurst an diese ganze Scheisspolitik, glauben Sie mir! "...

Nogal wiedes, dacht hij: wie het nu nog niet begrepen heeft, leert het nooit!  Al moest je bij die oude ijzervreters van niéts meer verschieten. Hij wierp Vati een vragende blik toe, maar die wilde zich duidelijk liever op de vlakte houden.

"Goed dan, " zei hij tegen Hildegarde ;"Neem de kamer van de twee dochters maar...Maar leg in hemelsnaam een tafelzeil op dat ene bed: ik zou niet willen dat er vlekken op de matras kwamen...je weet wel..."

" Wird gemacht, Herr Josef, " stelde ze hem gerust, " Keine Angst! ...Und herzlichen Dank! "                                                     

Neumann was nog maar pas samen met Vati vertrokken om water te halen, of Bompa Kruger ging met twee maats aan de slag op de tweede verdieping en Joseph, die gewoon bij hen bleef om een oogje in 't zeil te houden, moest toegeven dat de oudjes bijzonder handig waren in het opruimen van de ravage. Twee jaar lang overleven onder steeds weerkerende luchtaanvallen had hen een zekere routine in dat soort dingen bijgebracht, veronderstelde hij...Hoe dan ook, het ene raam na het andere raakte vlug tochtvrij en ze kiepten emmersvol kalkpuin en glasscherven zonder veel omhaal van twee-hoog de straat op.

Hildegarde vloog er om vijf uur met een paar buurvrouwen in als een witte tornado en tegen het avondeten waren de keuken, de badkamer en één slaapkamer opgeruimd en bewoonbaar.                                                           

De intocht van moeder en kind was een zielige bedoening. Het jonge vrouwtje zag eruit als een spook, vuil en smerig van het kolenstof, en zichtbaar uitgeput van de doorstane emoties. Maar een grondige wasbeurt met het opgespaarde water van drie-vier gezinnen beurde de sloor al wat op en toen ze met haar hummeltje insliep in het hagelwitte bed van Francoise De Bens, dankten Oma en Opa Kruger Joseph met tranen in de ogen "voor de geboden gastvrijheid". Dit zouden ze nooit vergeten...zeiden ze in koor...Ja watte !                                                                           

In de late avond verdreef een hevige wolkbreuk niet alleen de zurig stinkende hitte van de laatste dagen uit de straten, maar eveneens de plunderende soldaten, wat voor iedereen een ware opluchting was. De voorlopig met kartonpapier en planken dichtgespijkerde ramen hielden bijna overal stand onder de gutsende regenvlagen,  maar Joseph dacht bedrukt aan het grote gat in het dak van Dahlmanns rose kamer...Als al die stromen inslaand water de macaroni en het pumpernickelbrood onder het bed maar niet bedierf! ...De matras zou wel de eerste regengolf opvangen, maar hij besloot toch de volgende morgen even discreet op inspectie te gaan.                                            

De sfeer in huis veranderde op slag na de intocht van de Krugers. Ook al hoorde je de kleine nauwelijks, toch waren alle oren gespitst op het minste geschrei dat van de tweede verdieping tot de Weimars doordrong, en de Oma kwam regelmatig bezorgd verslag uitbrengen over de kleur van zijn luiers en de povere melkproductie van haar kleindochter... Günter - zo noemden ze de hummel - zoog niet stevig genoeg, liet geen boertjes zoals een Duitse baby hoorde te doen, en Günter dit en Günter dàt. Joseph werd er tureluurs van en vluchtte naar de roze mansarde van de bisexuele Kapitein Dahlmann.                                                

De matras leek inderdaad wel een spons, maar de kartons onder het bed waren droog gebleven. Voor alle zekerheid borg hij de niet-waterdichte verpakkingen toch maar in de kleerkast, achter de hoerenjurken en het geurige ondergoed. Maar ook het tapijt op de plankenvloer sopte van het vocht. De kamer die hij met Phil bij de familie De Bens betrok lag hier vlak onder: bij de eerste de beste gelegenheid moest hij het plafond daar eens onderzoeken, want met al dat water kon de zoldering het wel eens begeven!  Maar zolang de Krugers daar in de àndere kamers schuilden, bleef hij er liever buiten...                                             

Toen Vati en Neumann van hun tocht naar de citerne terug kwamen, brachten ze sensationeel nieuws mee.

Gisteren, dinsdag de achtste mei, had Duitsland zich definitief en onvoorwaardelijk over gegeven: eindelijk was de oorlog gedaan!  In een schoolgebouw van Karlshorst, een weinig beschadigde voorstad van Oost- Berlijn, hadden de overlevende kopstukken van het Algemene Führerhoofdkwartier de volledige capitulatie van alle krijgsmacht onderdelen ondertekend. Het was voorbij, ... eindelijk voorbij! ...                                      

Hildegarde brak in tranen uit: "Endlich vorüber"..., snikte ze," endlich vorüber...So eine Schande...Al diesen Toten umsonst: eine Schande! ...Ohne diesen Wahnsinn ware unsere liebe Otto und Ilse noch da gewesen! ...Danke, mein Führer ",voegde ze er giftig aan toe, terwijl ze naar haar man loenste.              "Kom-kom, Hildegärtchen", troostte Vati haar," vergeet toch deze zwijnerij en begin nu niet opnieuw over het hoe en het waarom: het is voorbij, en daarmee uit."                                                                    

"Voorbij ?...Ja, misschien," vond Neumann, "maar nu moest de rekening betaald worden voor de gebroken potten, zoals na de Grote Oorlog, met Versailles...Niet de vernielingen die de vijanden ons hebben aangedaan, met alle Duitse doden en gewonden: daar zullen we zelf ons plan mee moeten trekken... Maar alle schade en verliezen aan mensenlevens, die wij bij de vijand hebben veroorzaakt, ja-ja Wilhelm, dié zullen wij moeten vergoeden..."

"Herstelbetalingen, zoals in '18, maar dan wel tienmaal zoveel!  En aangezien we er toén ook nooit in geslaagd zijn de rekening te vereffenen, zal het nu nog tienmaal erger worden dan met de devaluatie van de jaren '20...Weet je nog ? Eén miljard mark voor een klein grijs brood ?!...Neem het van mij aan: het is nog lang niet voorbij, de miserie begint pas!  We hebben een waanzinnig hoog spel gespeeld, tot ver boven onze mogelijkheden, ...én verloren!  Toen Goebbels ons vorige winter vroeg of we de totale Krieg wilden, hadden we moeten weten dat ons "Jawohl! " veel kans had op een totale nederlaag uit te lopen, een totaal fiasco, en totaal failliet...En wie failliet gaat kan zich beter voor de kop schieten, dàt is geweten... Neen-neen, Liebe Frau Weimar, de laatste dode is nog lang niet gevallen, geloof me vrij! "                               De Weimars aanhoorden met stijgende wrevel de lange monoloog van hun plaatselijke Cassandra, maar toen ze zich niet verwaardigden op zijn gezeur in te gaan, vervolgde hij met verse moed: " Hé Vati ? Of is het soms niet waar ? De Russen geven ons al een klein voorproefje van wat ons te wachten staat, in de nieuwe krant die ze tegen de citerne hebben geplakt. "Die Nachrichten" heet het ding, in zuiver Duits opgesteld door een bende collaborateurs. Wie niet blind is kan het lezen:  'Opruiming',staat er. Elk gezin zal, met ingang van 10 mei, minstens één persoon tussen de 15 en de 65 jaar onbezoldigd inzetten bij het volledig puinvrij maken van de straten rond hun eigen woningblok...De ex-nazi's worden gevorderd voor de volksgezondheid: lijken opgraven en opnieuw ter aarde bestellen op de officiële kerkhoven, ofwel de rioleringen ontstoppen en herstellen...En dàt is nog maar een begin!  Enkel de zogenaamd erkende anti-fascisten worden van deze "Arbeidskommandos" vrijgesteld...en ook de "politiek gezuiverde Kultuurdragers en Kunstenaars"!  Wat dàt voor beesten zijn en waar ze dié gaan vinden, mag de lieve God weten!  Kunstenaars zónder partijkaart: ha-ha!  Alsof niet iedereen, die hier "damals" een liedje wilde zingen of een goocheltoer uithalen, een partijkaart moest hebben! ...En officieel erkende anti-fascisten: op welk kerkhof gaan ze dié nog opgraven ?"                              

"Wel", zei Joseph," zij die uit de kampen en de gevangenis werden vrijgelaten, bij voorbeeld..."                                                   

" Das sind doch nur alle Verbrecher (misdadigers)!",viel Neumann hem in de rede. De échte anti-fascisten heeft "Hij" reeds lang laten ombrengen, of wat dàcht je: na tien jaar...Wie met "Hij" bedoeld werd wist blijkbaar iedereen.                                                             

Hoe dan ook, die opruiming is een goede zaak, vond Hildegarde, en als alle burgers dit niet samen ter hand namen, zal niemand het in hun plaats doen...En dan brak gegarandeerd de pest uit!  Dus...      

"Ja, gaf Neumann toe, maar als het hier proper is, vliegen al deze 'Arbeitskommandos' naar Frankrijk en Rusland, en dààr hebben ze nog jaren werk, misschien wel twintig! ..."                 

"Ach wat," vond Vati," daar dienden toch onze soldaten voor, die ze gevangen hebben genomen. Tenslotte moeten die jongens zelf de boel maar opruimen, die ze in deze landen hebben achter gelaten: ik persoonlijk heb daar niets kapot gemaakt tijdens de laatste oorlog!        "

"Nanun, Weimar, da hast du Schwein gehabt! ",lachte Neumann." Voor de oorlog van '70 was je te jong, en voor die van '14 reeds te oud! Maar de meeste onder ons kregen minstens één oorlog aan hun been. Ik ben echter niet akkoord dat wij voor alle schade daar zouden moeten opdraaien: de Fransozen hebben ons de oorlog verklaard en tijdens hun terugtocht in '40 hebben ze tenslotte hun eigen bruggen en zo in de lucht laten vliegen, hé... Daarbij hebben hun kanonnen toch ook de dorpen platgeschoten, die wij op hen veroverden, of niet soms ?...En de Ami's hebben met hun bombardementen, daar in de Franse steden, het laatste jaar meer burgers gedood dan wij gedurende de ganse oorlog, als je dàt maar weet...En de bolsjevieken, met hun tactiek van de verbrande aarde, lieten tijdens hun terugtocht tot Stalingrad ook niet veel bruikbaars achter, nietwaar ? Het is niet eerlijk om dat allemaal in onze schoenen te schuiven,  vind ik..."        

" Weet je wat Ik vind ?",onderbrak Joseph hun zelfbeklag, " Ik vind dat jullie er nogal gemakkelijk onderuit trachten te komen!  Hitler heeft deze puinhoop veroorzaakt, nadat jullie voor hem hebt gekozen. En zolang hij won hebben wij, de overwonnen volken van Europa, de gebroken potten betaald!  Met onze goederen en onze arbeid, die hij ons dwong te leveren...Of denk je soms dat de 'Fremdarbeiter' naar hier is gekomen voor de gezonde lucht ?...Een paar misschien wel, ja, maar niet die vijftien miljoen mannen en vrouwen die jullie naar hier hebt gesleept om het vuile werk te doen...Ja-ja, je hoort het goed: vijftien miljoen Fremdarbeiter, het stond in één van de laatstverschenen "Völkischer Beobachter"!  En vergeet alsjeblief ook de vijftien miljoen gedeporteerden niet,  en evenveel krijgsgevangenen die jullie hier aan het werk hebt gezet...Je ziet: tot nu toe hebben wij betaald " - en hij klopte hard op z'n beenprothese - " met ons vlees en bloed! ...Nu de ànderen gewonnen hebben, is het uw beurt: dàt is eerlijk!  Of niet soms :Wat dénk je?"                

Ze zwegen éénstemmig in koor, toch wat gegeneerd misschien, maar God hoorde hen zékerlijk brommen.                  

Neumann nam vlug afscheid: met die stomme 'Auslander' viel niet te redeneren...   

<!--[if gte mso 9]>


0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
19-10-2013, 00:00 geschreven door jaakmaes
Reacties (0)
20-10-2013
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Deel 323
Klik op de afbeelding om de link te volgen

EINDELIJK VREDE ?

De stemming tijdens het eten was wat kil en Joseph besloot na de middag zelf eens op nieuwsjacht uit te trekken, nu Vati het verdomde hem nog iets te vertellen over z'n bevindingen bij de pomp. De Russen schenen wat uitgeraasd na de losbandigheden van de laatste dagen, en hadden hun interesse verschoven van het rijden op "Frau!" naar idem-dito op een stalen ros. Hij kon dus met een gerust hart even weg , zonder direct een inval in huis te moeten vrezen. Hildegarde keek wel wat schichtig, maar hij kon hier toch niet eeuwig de wacht optrekken bij haar voordeur. Voor alle zekerheid liet hij zijn kunstbeen thuis en vertrok op de onhandige krukken: hoe sjofeler hij eruit zag, hoe kleiner de kans dat ze hem op straat zouden lastig vallen.                              

Na de hevige stortbui van vorige avond was het aardig wat frisser geworden buiten, maar de zurige lijkenstank verpestte nog steeds de hele buurt. Libovitz was met zijn groepje 'Parteigenossen' nog even kalm aan het puin ruimen en erg veel waren ze nog niet opgeschoten, maar ditmaal kon er wél een vriendelijke groet af: de kleine Günter zal er waarschijnlijk voor iets tussen zitten, dacht Joseph.               

Aan de hoek twijfelde hij een ogenblik of hij rechts de Albrechtstrasse omhoog zou nemen in de richting van de citerne,  maar besloot toch maar naar links af te zakken, naar Steglitz-Bahnhof en het Rathausplatz. Aan de overkant stond een ploeg bij de ingestorte apotheek het voetpad vrij te maken en de grote gevelbrokken op de straatweg met voorhamers stuk te kloppen. Joseph vroeg zich af of ze de lijken van de 'Langemarcker' en de vrouwelijke soldaat al van de derde verdieping hadden gehaald...Die sukkelaar Jan Van Rennen... Bij gelegenheid moest hij het dagboek van die jongen toch eens trachten te ontcijferen en de twee brieven die hij in de broodzak had gevonden...Misschien kon hij later een woordje sturen naar de familie, als de algemene toestand wat verbeterde...Hen thuis van de bange onzekerheid afhelpen... Voor een échte SS-er was sneuvelen tenslotte minder erg dan doodhongeren in één of ànder Russisch gevangenkamp...                                

Even trok in de traag voorbij sjokkende groepjes Saksische vluchtelingen een hoge boerenkar bespannen met twee paarden zijn aandacht. De vermoeide menner op de bok droeg het versleten uniform van een Franse krijgsgevangene en tegen zijn schouder lag een jonge vrouw te slapen. Vanonder de vaal grijze huif staarde een dreumes van een jaar of drie-vier Joseph recht in het gezicht, alsof het kind niet verwacht had in de Grote Stad een mankepoot op krukken tegen te komen. Opzij van de bok wiegde aan een bezemsteel de Franse driekleur slap mee met de schokken van de knarsende wielen in het beschadigde wegdek... Joseph kon wel raden dat die besnorde Jules er met zijn boerin vanonder trok, maar wat wil je: die man werkte misschien reeds vijf jaar als krijgsgevangene op de hoeve, waarvan de boer ergens in de verre vreemde was gesneuveld... L'amour, toujours l'amour, nietwaar! ...Als hij maar voor dit "slapen-met-de-vijand" van de patriotten thuis geen last gaat krijgen...Want volgens de geruchten kregen de vrouwelijke "bijslapers" in Frankrijk door de verzetshelden een gratis scheerbeurt aangeboden ;vraag was wat hun mannelijke soortgenoten bij hun terugkeer uit Duitsland konden verwachten... 

En nu maar trachten met je zondig gezin, "cette Boche" en haar jong, in Straatsburg over de grens te geraken...Ik weet niet of het er echt inzit, beste man, maar in elk geval: " Bonne chance! "...                                                                                         

Verderop in de straat waren nog verschillende puinploegen aan de slag en de rijbaan was er volledig vrijgemaakt, op de wrakken van de twee uitgebrande T 34 tanks na. Ook de zware versperring onder het viaduct van de spoorwegberm, waar voor tien dagen nog dat groepje HJ-soldaatjes in flarden werd geschoten, was nu samen met de lijken discreet van de aardbol verdwenen...                           

Toen hij onder het donkere viaduct uit wandelde, leek een nieuwe wereld voor hem open te gaan. Het plein tussen Bahnhof en Rathaus wemelde van ontluikend leven. Tegen de geteisterde toren van het stadhuis hing een reusachtig plakkaat met de grijnzende kop van vadertje Stalin, " Sieger des bestialen Faschismus": je kon er onmogelijk naast kijken...Over de volle breedte van de Schloss Strasse bejubelde een schreeuwerige slogan op een rode banderol het glorierijke Sovjetleger en in de parterre voor het station waren werklieden bloemen aan 't planten rond een houten hamer-en-sikkel-grafmonument, ter nagedachtenis van de vele gesneuvelde helden. Russische helden, wel te verstaan...               

Over de Schloss Strasse reden gestaag de legervrachtwagens in colonne op en af, hier en daar onderbroken door panjekarren bespannen met één of twee vrolijk trippelende steppepaardjes. Maar de blikvanger stond midden op het drukke kruispunt : een opgepepte vrouwelijke sovjetsoldaat regelde er het verkeer, twee vlaggetjes zwaaiend met de fikse snokkerige bewegingen van een keurgymnaste. De trommelmitraillette op de rug scheen haar daarbij helemaal niet te hinderen en af en toe bracht ze de voorbijrijdende oversten lachend een snedig saluut.

Al met al kreeg deze 'straatmadelief' veel bekijks van de grauwe voetgangers, die nochtans tijdens de laatste oorlogsjaren veel Duitse vrouwen het uniform van hun mannelijke collega's hadden zien aantrekken. Maar vrouwelijke militaire politie: dit was iets nieuws ! Een vrouw met een mitraillette ,een "Flintenweib" !     

Als de Duitse soldaten vroeger zo'n paar "Flintenweiber" gevangen namen ,of jonge jodinnen uit de steppedorpen ,mochten die nog drie weken (en niet méér) in een frontbordeel meedraaien vooraleer ze door het commando wegens hygiënische redenen geluidloos "vervangen" werden...Voor zover je een nekschot geluidloos kunt noemen, natuurlijk...In de rustkantonnementen àchter het front werd de aanvoer van vers meisjesvlees altijd smekkend becommentarieerd ,maar geen kat durfde na te denken hoé ,wààr en in wélke omliggende ravijn de versleten "Anusjka's" beseitigd werden...Ach ,voor de repos-du-guerrier zal wel in alle legers op een zelfde manier gezorgd worden...De Russen zullen met de gevangen Duitse "Blitzmädel" (telefonistes) vàst op een gelijkaardige manier zijn omgesprongen, meende Joseph...                        

Hij schudde de deprimerende gedachte van zich af: dit meisje hier was blijkbaar zonder kleerscheuren door alle rottigheid heen gerold...De zielige sjokkende stroom karren met 'Ostvertriebene' liet ze enkel het kruispunt oversteken, als heinde en verre geen Russisch verkeer te bespeuren viel. Het waren vooral deze opstoppingen die op het Bahnhofplatz voor een ongewone drukte zorgden.

Maar het meest opvallende bewijs dat het openbare leven als een feniks uit de nog warme assen opstond, vond Joseph in de ateliercamions van de Berlijnse trolley-bussen, waarvan de technici het luchtnet van voedingskabels vernieuwden en de afgeknakte steunpalen vervingen. Eindelijk een sprankje hoop op een toekomstig hervatten van een min of meer normaal bestaan!                                    

Hoe dit 'normaal bestaan' er overigens zou kunnen uitzien, moesten de mensen uit de "Berliner Nachrichten" opmaken, een krant van vier bladzijden die op een rood geschilderd uithangbord bij het Rathaus stond uitgeplakt en waarvoor een tiental nieuwsgierige lezers samentroepten. Het begon Joseph op te vallen dat de Sovjets alles wat ze aan de ogen van de bevolking opdrongen stevig rood schilderden, als om hen er goed van te doordringen dat rood de kleur van de toekomst was, en zij de meesters waren.                                           

Met moeite trachtte hij zich een weg te banen tot voor het bord. De Duitse vrouwen, bij wie vroeger een heilige eerbied voor oorlogsverminkten was ingehamerd, gunden hem nu slechts een korte misprijzende blik over de schouder, toen hij zich met een beleefd " Kriegsbeschädigde! " voorzichtig een plaatsje vooraan probeerde te veroveren. De tijden waren wel veranderd...Misschien droegen ze hun haat tegenover de Russische soldaten over op hun eigen mansvolk, dat hen onvoldoende tegen de geweldplegingen had beschermd, en aan de oorsprong lag van de chaos waarin ze nu moesten zien te overleven...       

Na een paar minuten wringen geraakte hij toch vooraan. De krant dateerde van 9 mei: waarschijnlijk de zelfde uitgave als deze welke aan de citerne was uitgeplakt en waar Neumann het vanmorgen over had...

" Deutschland Kapituliert", blokletterde de voorpagina boven een foto van Feldmarschall Keitel die in Karlshorst de onvoorwaardelijke overgave van alle land-, lucht-, en zeestrijdkrachten ondertekende en daarmee met één pennestreek het Derde Rijk van tafel veegde. 

Vluchtig doorlas Joseph het hoeraproza en plots viel zijn oog op een zinsnede die z'n mond deed openvallen van verbazing: "....ook al de omsingelde troepen in het achterland capituleren, zoals de Atlantische havensteden La Rochelle, Royan, Lorient en Duinkerke..." Dus hadden die verdedigers het daar acht maanden op hun eentje volgehouden, in Duinkerke, op nog geen boogscheut van Westende! Broertje Leon had beter dààr zijn toevlucht gezocht, bij de bevrijding van '44, in plaats van hier aan de Oder de Grote Jan te komen uithangen!                                              

    Maar vooral het landkaartje op de tweede bladzijde, met de frontlijn op het ogenblik van de overgave, trok zijn aandacht. Daarbij vielen hem twee zaken op: eerst en vooral, dat de Amerikanen tot voorbij Magdeburg waren geraakt, op nauwelijks 80 kilometer van Berlijn. Indien die kerels wat meer op de gas hadden geduwd, de laatste dagen, had niets hen kunnen beletten tot hier door te stoten. Waren zij dan soms niet geïnteresseerd in de Rijkshoofdstad, of bestond er een afspraak om deze cadeau te doen aan de Russen ?                  

Indien de laatste veronderstelling juist was, zag Joseph de toekomst maar donker in, want als Stalin hier de baas bleef kon het voor Joseph op den duur héél onaangenaam worden...Hij moest de verdere evolutie van de toestand goed in 't oog houden, vond hij,  en zijn burgervaliesje maar alvast klaarzetten...               

Verder intrigeerde hem de open ruimte tussen de frontlijnen in de oostelijke Alpen: zo te zien waren de Duitsers nog steeds meester in Noord-Joegoslavie, Zuid-Oostenrijk en het Italiaanse Süd-Tirol. Zouden de overwinnaars dan toch bang geweest zijn hun vingers te verbranden aan de mystieke 'Alpenfestung' ? Misschien was de aftocht van de Duitse troepen en hun Balkanvazallen uit dit wespennest naar de Amerikaanse lijnen toe een stuk stugger verlopen dan voorzien ? Het kon daar nog een leuke boel worden, op die smalle bergwegen, met al deze aftrekkende militaire colonnes tussen de vluchtende slierten burgers!                                                              

De vierde bladzijde stond propvol verordeningen voor de Duitse burgerbevolking. Deze over het opdoeken van alle nazi-organisaties en de opvordering van alle partijleden voor de werken van algemeen nut, kende Joseph al van buiten, al had Neumann er nooit bij verteld dat die 'verbranden' eveneens alle wedden, lonen, vergoedingen en pensioenen op hun vette bierbuik konden schrijven... 


"Miljaarde-potverdomme, daar gààt het mooie invaliditeitspensioen voor m'n afgeschoten poot! ", dacht Joseph vol zure zelfspot, al had hij in feite nooit iets anders verwacht...             

De voedselrantsoenering zou vanaf 20 mei 1945 terug ingevoerd worden, maar de rechthebbenden werden voorlopig opgesplitst in vijf groepen. Groep één omvatte alle erkende antifascisten en nazi-slachtoffers, die recht kregen op 1.800 calorieën per dag: veel was het niet, maar je kon ervan leven...Iets dergelijks moest groep vijf, de ex-nazi's, niet verwachten, want dié kregen slechts 800 calorieën per dag...Maar iedereen die aan de wederopbouw en het puinruimen meewerkte, kreeg een bijkomende rantsoenkaart met 1.200 calorieën per gepresteerde werkdag van 12 uur: een hint om niet op je kont te blijven zitten...,of als oudje meteen door het venster te springen, veel méér keus hadden ze niet...                           

Uit pure overlevingsdrang nam Joseph zich voor, zo vlug mogelijk zijn statuut van " Fremdarbeiter" te laten verzilveren met het aureool van erkend nazi-slachtoffer én een gepast baantje te zoeken:  hij had aan het front al genoeg honger geleden!                                  

Prijzen - ook huurprijzen - wedden en lonen werden geblokkeerd op het niveau van 1 januari 1945 en de Reichsmark bleef voorlopig in omloop...                                                                                                   

" Tiens-tiens, mijne groete patron Petré! ", bromde een lage mannenstem achter zijn rug.                  

Joseph schrok zich een beroerte... Bliksemsnel keek hij om. Hoe kénde die vent hem ?... Die kop zegde hem niets: een éénoog met een rosse baard...Nooit gezien!                           

  " De vuile colle-pot in den hoek..." ,grinnikte de andere: "Al die schone speechkes van Ward Hermans en konsoorten voor ons maandbladje..."       

Nu herkende hij de sarcastische plooi om de mond en de valse, spottende blik in dat éne oog...Het buikschot met de grote bek,  die op de redactiekamer de teksten voor "De Vlaamse SS Man" aan elkaar plakte!                                                                                  

"Martens, verdomme ?...Wat doet gij hier ?!"                

" Kalmkes aan, Winnetoe! ...Martens is dood, gevallen op het veld van eer, zoals ze zeggen, voor Vlaanderen en Christus...Een berkenkruis met A.V.V-V.V.K., weet ge wel ?...Ik heet nu Jansen, ...Herman Jansen...En gijzelf, Groot Opperhoofd ? Ook fameus gedegradeerd, zie ik! "                                                               

Hij trok zijn ex-ondergeschikte vlug weg uit de groep lezers, die echter nauwelijks aandacht hadden geschonken aan hun vreemd taaltje.                                        

" Komaan, heu...Herman Jansen: de vijand luistert mee!  Onze soldatentijd is voorbij en ik zie tot mijn groot genoegen dat ge er nog deftig zijt door gerold...op dat oog nà dan..."                     

" Tot uw groot genoegen ?... Niet overdrijven, hé Winnetoe!  Ik durf wedden dat ge me hier op staande voet naar den duivel wenst: een lastige getuige van 'Uw Zondig Verleden", die kunt ge missen lijk de pest! ... Ik ook, ten andere..."                                          

Joseph meesmuilde wat, zonder er evenwel op in te gaan. Maar als die Martens-Jansen zo'n last had van zijn zondig verleden, waarom had hij hem dan verdomme in volle straat aangesproken ?                  

" En droog uw krokodilletranen maar voor dat oog van mij..." Hij hief het zwarte klepje op en aan zijn gezichtsvermogen bleek niets te mankeren." Dat spel is een stuk van m'n uitgangsuniform:  als ik thuis kom steek ik het op zak. Ik verwissel het wel iedere dag van kant, om niet scheel te zien, op den duur...'t Is zo al moeilijk genoeg om met twee open ogen de wonderen van de rode wereldrevolutie te volgen, hé!  Laat staan wat het zou zijn moest ik dubbel zien!  Maar ik merk dat het bij u ook carnaval is en dat ge uwen zondagse poot in de kast hebt laten staan, hé Winnetoe..."                       

    " Is dat de nieuwe stijl, dat Winnetoe-gezever ?", vroeg Joseph wat geërgerd. Hij had die vent nooit gemogen: te groot, te sterk, en op de koop toe te brutaal.                                  

" Ha Baas, maar weet ge dat dan niet ? Op den bureau noemden wij u altijd zo...De Winnetoe ! Achter uw rug, wel te verstaan, want toen waren we nog bang voor uw graad, hé...Oberscharführer Petré was wel wat te lang voor zo'n klein boerke lijk gij, nietwaar ?..."                                                          

Die hufter legde het er werkelijk op aan hem op z'n paard te krijgen!  De wraak van de zuigeling...               

" En hoe gaat het met ons Philomeentje ? Nog altijd een pront wijfke ?...Doe haar de groeten van de colle-pot, als ge wilt! "          

" Phil is dood! ",onderbrak hij ijzig het onbeschofte gesar van die vent.        

Even hield de andere verrast zijn mond.             

" Ja ?...Zie Baas, dat vind ik nu oprecht jammer,  serieus..."       

Hij scheen het echt te menen, maar kon niet nalaten er aan toe te voegen: " Ge weet het misschien niet, maar voor dat gij verleden jaar de Grote Manitoe werd op onzen bureau, heb ik langen tijd achter haar rokken gelopen... Och, wees gerust: ze moest me niet hebben,...ik weet niet waarom...Maar 'k heb er altijd van gedroomd haar in m'n beddebak te trekken...Van gezicht was ze wel niet van de netste, zelfs verre van, met die paardenkop vol pokkegaten...Maar wat een heet lijf, hé! ...Zo'n ferme poep, miljaarde! ...En dan die bumpers, hé! ..."       

Joseph vond het nu welletjes: " Phil is vermoord door de Russen, Martens!  Hou die vuile praat dus maar voor u!  Een beetje respect voor de doden zou u geen kwaad doen! ...En zeker niet voor zo'n brave ziel, die ge...goed gekend heb, gelijk ge beweert!  Ik kan niet zeggen dat het mij plezier deed u weer te zien...Salut! "               


0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (9 Stemmen)
20-10-2013, 00:00 geschreven door jaakmaes
Reacties (0)
Archief per week
  • 18/11-24/11 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 27/11-03/12 2017
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2016
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 02/09-08/09 2013
  • 26/08-01/09 2013
  • 19/08-25/08 2013
  • 12/08-18/08 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 09/01-15/01 2012
    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    Blog als favoriet !
    Inhoud blog
  • Deel 400
  • Deel 399
  • Deel 398
  • Deel 397
  • Deel 396

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!