" De Afrekening"
Een West-Vlaamse oorlogsthriller in afleveringen
Zoeken in blog

Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 
05-12-2012
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Deel 157

             BOEKDEEL B2.

 

Beslaat de periode van september '’40 tot april '’41 en vertelt over zondige seks, rode pluche, zwarte markt, een Britse piloot en een lijk op het strand van Krokodil.

 

 

 

B16.    DE STEM UIT HET GRAF.

 

                   Westzijde, 15 augustus '40.

Het stond nu voor iedereen wel vast dat er tijdens de dramatische ontsnapping van de B.E.F. (Brits Expeditie Leger) uit de 'Zak van Duinkerke' veel schepen gekelderd werden. Niet alleen dicht bij het strand - want daar lagen de scheepswrakken nog goed zichtbaar met trosjes bijeen - maar ook ónder water ,dieper in zee. Dat hadden de kustbewoners kunnen afleiden uit het groot aantal lijken van soldaten en matrozen dat nog tijdens héél de maand juni op de stranden van de Westhoek aanspoelde. Maar tegen eind juli hield deze macabere vloed plots op, alsof de Noordzee eindelijk van een zware indigestie herstelde en uitgebraakt geraakte.

Er ontstond dan ook wat beroering toen er op 15 augustus met het hoogtij rond de middag wéér een drenkeling aanspoelde op het strand bij de 'Lac-aux-Dames'. Firmin Verbanck, de strandjutter van Sint Laurijns, was er het eerste bij en kon hem op 't droge trekken vóór de Duitsers van de kustbatterij de zaak overnamen en het toegelopen volk op afstand snauwden.

" 't Is dees keer in elk geval geen militair." wist Firmin de omstaanders te vertellen: " Een werkmens op z'n zondags, zoudt ge zeggen, maar heel zwaar geabimeerd."

      Enkel toen de Duitsers het afgedekte lijk op een berrie naar de dijk droegen kon het volk er een glimp van opvangen, zonder er overigens veel wijzer van te worden. Het is dan ook een raadsel waar opeens de ronk vandaan kwam dat het de schipper van de N25 'Eugenie' was: Corneel Lagae...En inderdaad: tegen vier uur kreeg Joseph op het gemeentehuis van Konrad de bevestiging dat het lijk zo geïdentificeerd werd, en of de garde de zaak als de bliksem verder wilde afwerken. "Bitteschön! "

" Maar verdomme, de Lagae is van Oostduinkerke! Had hem dan dààr niet kunnen aanspoelen! Nu zit ik met al die zever aan mijn kloten! "

 

Engelborghs was niet erg geestdriftig toen Joseph hem de volgende dag vroeg of de gemeente geen navraag kon doen wat er met de Birnbaums was gebeurd. Okee, hij was persoonlijk inderdaad dicht betrokken geweest bij de 'Weggevoerden van Mei' omdat hij ternauwernood zélf aan een deportatie was ontsnapt. Maar hij zag er het nut niet van in om veel moeite te doen voor een joodse familie, als de 'Kustwacht' al overduidelijk had laten verstaan dat al de joden nog wel een tijdje vast zouden zitten in de Zuid-franse interneringskampen...En dat de Birnbaums dààr zaten stond voor hem als een paal boven water.

" Maar allee Joseph: zelfs àls de Duitsers hen uit die kampen moesten bevrijden zouden die mensen geen enkele reden hebben om naar hiér terug te keren. Zéker niet als heel de familie daar samen bijeen zit in hetzelfde kamp. Dan gaan ze eerder proberen samen voort naar Amerika te reizen, in plaats van naar Westende in het hol van de leeuw te komen."

" Ja maar Burgemeester, de vrouwen zijn hier apart van de mannen gearresteerd geweest: dan kunnen ze toch ook apart gevangen zitten, zonder dat de enen iets weten van de anderen...Of kan Arthur toch denken dat zijn moeder nog hiér woont en zal hij toch àlles doen om naar Westende terug te keren...Dan zal hij alle hulp kunnen gebruiken om dat mogelijk te maken...Daarbij, ik heb hem indertijd beloofd alles te doen om hem op te sporen als ze hem zouden oppakken, en belofte maakt schuld, hé Burgemeester! Hij weet immers van in Duitsland dat niets zo erg is als gearresteerd te worden en gewoon te verdwijnen, zonder dat uw vrienden weten wààr ge zit, hoe ge het stelt, misschien ziek zijt of dood zonder het minste spoor na te laten..."

" Bon, al goed: ik zal bij de hoofdredacteur van de 'Kustwacht' eens horen wat hij over deze situatie is te weten gekomen door al de getuigenissen in zijn gazet...Al heb ik mijn twijfels of alles wat de weergekeerde Dinaso-militanten vertellen wel hun éigen woorden zijn en met de volledige waarheid strookt. Voor mij zijn al die reisverslagen met een vette pro-Duitse saus overgoten, want ik heb bij het lezen van hun getuigenis nog nooit zo'n fanatieke Hitlerianen aan het woord gehoord. Véél radicaler dan ik van hen gewoon was. 't Is bij hen verdorie tegenwoordig allemaal SS dat de klok slaat..."

Joseph wilde beletten dat Engelborghs op dit verkeerde spoor zou voortrazen, en probeerde nog met "Als Arthur Birnbaum naar zijn oud adres zou schrijven..." maar de meester luisterde niet meer.

" De 'Volk en Staat' speelt daar in feite óók een vuile rol in want die redactie is volop vóór collaboratie met de Duitsers. En hoe rapper het Dietsland-ideaal van het Verdinaso begraven wordt hoe liever zij het hebben. Dat de 'verdachten', na hun terugkeer uit Frankrijk, héél dat Belgische circus willen opblazen is nog te begrijpen. Na alles wat ze onschuldig door de Staatsveiligheid zijn aangedaan, kan men hun dat niet kwalijk nemen...Maar dat Jef François, verdikke de leider van onze Dietse Militanten Orde, al pleit om op te gaan in de SS...dàt is er stukken óver. Dan volg ik liever de mannen die de koning Leopold oproepen onder Duitse leiding een sterke regering te vormen met ministers van Rex, V.N.V. én een paar Dinaso's! En met die nieuwe ploeg de oude stal uitkuisen! "

Joseph luisterde al niet meer. Hij wist ondertussen dat Engelborghs voor geen rede meer vatbaar was als hij eenmaal zijn politiek stokpaardje had bestegen...Over de Birnbaums doorzagen had nu geen zin meer. Daarmee kon  hij beter tot morgen wachten.

 

Maar zó lang wachten hoefde niet. Toen hij die avond thuis kwam lag er een opengescheurde brief op zijn soepbord. Marie monkelde tevreden:

" Allee, leest al rap, dat we eindelijk van uw gezaag over Arthur verlost geraken! Maar veel nieuwtjes staan er niet in, op eerste zicht. Wel veel vragen..."

" Arthur ? Heeft Arthur geschreven ? Hij leeft dus nog: da's al goed..." Ondertussen wierp hij een blik op  de hoofding van het wit lijntjespapier:" De Graeve, Aloïs, Bosmanslei 14 Antwerpen-Zuid, België..."   

 Joseph keek verbaasd op: " Wat is dàt voor iets zot! Zit Arthur in Antwerpen ?" Maar terwijl hij vluchtig het àndere blad keurde - een stuk bruin inpakpapier - en het potlood-schrift erop herkende, kwam Marie er tussen.

" Die De Graeve is een boyscout van Antwerpen die de brief van Arthur uit het kamp in Frankrijk naar hier heeft gesmokkeld. Die gast werkte daar in de keuken voor 't Rood Kruis, heb ik verstaan, en is nog maar een week geleden terug." Ze was blijkbaar zeer fier dat ze alles had kunnen lezen, maar Joseph was al in zijn lectuur verdiept. Niet zo duidelijk, want op het bruine papier scheen door regendruppels de aniline hier en daar wat uitgelopen. Of waren het soms tranen ?

" Camp de la Tuillerie, LES MILLES (près Aix-en-Provence) Département des Bouches-du-Rhone, France...

La Tuillerie, den 5/8/'40.

Beste Vriend Jeepy, excuus voor slecht schrift, maar omstandigheden zijn dat ook: eten en huizing rot. Met Papa en Onkel samengeperst in groep van duizend joden, enkel mannen, veel grote namen, genies en virtuozen. Twee weken trein: verschrikkelijk. Heet, honger en dorst, plus kwelling door schildwachten en burgers onderweg. Uitputting oorzaak van ziekte en dood. Grote opluchting bij aankomst hier midden juni, maar échte hulp van Rood Kruis pas sinds begin juli. Nu verbetering: alle Birnbaums fit en gezond maar zeer ongerust over Mutti, Tante, Sonja en cousine Bette. Weten van hun Schutzhaft tot 13 mei, maar nadien geen nieuws meer. Also, beste vriend, dringende BITTE-BITTE: laat weten wat er hen gebeurde of zoek het uit, en schrijf ons hun adresse. Willen alle details kennen en volle waarheid, ook ergste. Maar vooral ADRESSE van levensbelang! Onzekerheid is hier dodelijk, dus veel zelfmoorden uit wanhoop. Ik reken en vertrouw op mijn enige vriend: ons leven ligt in u handen. HELP!

P.S. Groep Antwerpse Zee-scouts die ons laatste weken hielpen, keren morgen terug naar huis. 'Skipper' Aloïs De Graeve zal trachten u deze noodkreet over te maken. Zijn naam, maar ook de uwe, staat in mijn hart gegrift. Uw ongelukkige vriend 'Eiby' Arthur Birnbaum."

Joseph kreeg een krop in de keel: dit geschreeuw om hulp was niéts voor de fiere, zelfzekere 'Eiby' die hij kende! Zijn vriend, zijn bloedsbroeder moest héél wat harde slagen geïncasseerd hebben vooraleer hij zo schaamteloos om hulp durfde te smeken. En wat Joseph nog het meest naar het hart greep was zijn eigen machteloosheid om Arthur van de totale ondergang te redden...Hoe kon hij nu in godsnaam te weten komen waar die vrouwen Birnbaum ergens uithingen! Verdomme toch! ...

De begeleidende nota van die gast De Graeve - in paarse inkt op wit lijntjespapier - leverde niet veel nieuws op:

" Hierbij een brief van uw vriend A.B. die ik in het jodenkamp van Les Milles leerde kennen en appreciëren. Mijn totem van de Antwerpse Sea-scouts VVKS ging begin mei als werfreserve van het Belgische Leger naar Zuid-Frankrijk in stand-by, maar werden na de schandelijke capitulatie eerst ingezet om de Belgische vluchtelingen te helpen repatriëren, later om onze joodse geïnterneerde medeburgers naar beste vermogen bij te staan in de kampen, eerst in Rivesaltes, later in Les Milles. Daar werd ik bevriend met A.B. die ook in de keuken hielp en mij, bij ons vertrek terug naar het vaderland, bijgaande brief voor u toevertrouwde. In de hoop dat deze u goed moge bereiken, teken ik,

met een warme handdruk,

            'Skippy' Aloïs De Graeve! "

 

Hier werden ze dus écht met de neus op de tragiek van de weggevoerden geduwd. En dat kwam stukken harder aan dan het lezen van alle reportages en getuigenissen in de 'Kustwacht'! Heel de verdere avond werd dit nieuws aan tafel herkauwd en uitgeplozen, terwijl ze de zotste middelen bedachten hoe Joseph achter het huidige adres van madame Birnbaum kon komen. Tot Marie de knoop doorhakte: " We moeten trachten meester Engelborghs voor ons kar te spannen, ànders zal het niet gaan..."

En Joseph had schoon op te werpen dat hij de 'Burger' al vergeefs gevraagd had om Arthur te helpen lokaliseren, Marie hield voet bij stek: " Zegt maar dat IK het gevraagd heb! En laat hem die brief maar eens lezen: lijk hij een mens is met een goed hart zal hem dàt ook wel treffen! "

In bed kon hij maar moeilijk in slaap geraken. En toen hij over Arthur was uitgepiekerd dook plots de vraag op waarom Engelborghs speciaal voor Marie door de knieën zou gaan. Had zij dan zóveel invloed op hen ? En waarop mocht dit dan wel steunen verdomme? Het vermoeden dat die twee elkaar vroeger héél goed 'gekend' hadden, kreeg steeds vastere voet in zijn verbeelding. En gewiegd door allerlei zoete fantasieën over zijn nieuw ontdekte vader viel hij tenslotte in een diepe slaap.

 

Vreemd genoeg leek Engelborghs nogal graag zijn gewicht in de schaal te willen werpen, toen Joseph hem tijdens de koffiepauze de brief van Arthur liet lezen.

" Als Maria dat vraagt, kan ik mij maar beter reppen, zekers ?!" gekte hij. Om na een goedkeurende blik op de 'brief' te besluiten: " Die jood schrijft verdikke goed Vlaams, en bijna zonder fouten! "

De garde werd erbij gehaald om te bevestigen dat de vrouwen Birnbaum na hun arrestatie op 10 of 11 mei - dat wist hij niet meer zo juist - recht van de Rijkswacht-kazerne in Nieuwpoort naar het gevang in Diksmuide werden gevoerd. Maar wat er dààr verder mee gebeurde ?...

" Bon " zei de burgemeester: " Ik zal eens een paar telefoontjes plegen, en tegen vanavond weten we méér..."

Maar het énige wat hij om vijf uur had achterhaald was dat de vrouwen uit het gevang van Diksmuide daar al lang vertrokken waren. Waarschijnlijk met dezelfde autocar die op 19 mei heel onverwacht een groep echtgenoten en kinderen van Duitse spionnen naar Oostende had gevoerd en leeg terug was gekomen, volgens de hoofdcipier. Zijn toenmalige directeur was afgezet, het oude register 'Entrees-Sorties' spoorloos verdwenen en de opvolger wist van niets. Maar de hoofdcipier was héél zéker dat die Duitse spionnen op 19 mei naar Oostende waren vertrokken want de Stadskommandantur had bij hem daar ook al achter gevraagd. Hij had toen ook ontdekt dat rond die tijd  alle schepen uit de Noordzeehavens geëvacueerd waren naar Frankrijk en Engeland. Er bestond dus een goede kans dat zij daarop waren ingescheept en afgevoerd naar 'veiliger oorden aan de overkant'. Want als het de bedoeling was geweest ze naar Frankrijk te sturen, had de bus beter recht naar Rijsel kunnen rijden in plaats van naar Oostende,nietwaar...

Dat leek wel allemaal logisch, zei Joseph later aan tafel tegen zijn moeder, maar hij vond deze veronderstellingen toch wat mager om dàt al naar Arthur te schrijven. Daar had zijn vriend niks aan. 

 

De volgende morgen kreeg hij Engelborghs door de plotse drukte niet te spreken. Konrad had hen een verordening van de Kommandantur gebracht dat de traditionele 'Westende-kermis' van midden september niet zou doorgaan. Pappie vreesde wrijvingen tussen de Duitse soldaten en bedronken jonge burgers. In gemoede moest de burgemeester hem gelijk geven, want vechtpartijen in de cafés hoorden nu eenmaal bij de folklore en een messteek was vlug gegeven. Maar als het slachtoffer per ongeluk een Duitser zou zijn, konden de gevolgen niet worden overzien. Neen, beter voorkomen dan genezen, maar dat de schrapping hem niet populairder zou maken wist hij nù al. En dat voelde hij vlug bevestigd toen hij in de loop van de dag de kraamhouders en de neringdoeners aan de lijn kreeg.

Georgette mocht al deze afzeggingen dan nog eens schriftelijk bevestigen en had 's avonds dode vingertoppen van het typen. Maar ze wist wél te vertellen dat haar 'chéri' gisteren nog een seintje had gegeven naar zijn vriend bij de 'Kustwacht' om na te gaan of die iets wist van een inscheping van vrouwelijke gevangenen op 19 mei in Oostende.

Joseph kon haar wel zoenen, maar hield zich tijdig in toen de garde goed aangeschoten binnenviel. Die sukkelaar was heel de middag 'op trot' geweest om alle café-bazen in de verre omgeving mondeling te verwittigen dat - door de schuld van de Duitsers - het jammer genoeg niéts werd met Westende-kermis...    

Thuis was Leon juist verslag aan het uitbrengen over de begrafenis van Corneel Lagae in Oostduinkerke. Veel volk natuurlijk en vooral vissers, maar ook een paar Duitse soldaten: wat die daar kwamen doen wist geen kat. Hij had er ook schipper Pylieser gesproken die zei dat er van vissen het eerste half jaar niets in huis zou komen. Maar nonkel René verguldde de pil met het nieuws dat hij zich op 1 september op de chantier van aannemer Berenbiet in Middelkerke mocht aanbieden als metseldiender...

" Ik denk dat ik die post maar ga aannemen..." zuchtte Leon. Waarop Marie vinnig inhaakte: " Denken ? Denken ? Zéker weten hé vent! Dat rondhangen heeft nu lang genoeg geduurd ! Hop-hop ! "

 

Twee dagen later riep de burgemeester Joseph bij zich op bureel: " Mijn vriend bij 'De Kustwacht' heeft het laten opzoeken en denkt dat de reportage over die loods Louagie in de editie van eergisteren ons nog het best op weg helpt...Ik had die hier nog liggen: ge moet die op uw gemak maar eens lezen. De gevangenen waarvan hij in zijn eerste overtocht spreekt zouden héél goed de Birnbaums kunnen zijn. Zie maar eens..."

Hij moest niet lang zoeken want Engelborghs had het verslag rood omlijnd: 'Oostendse loods terug uit hel van Duinkerke'. Joseph overvloog het verhaal van 'Kapitein Louagie' op zoek naar dàt wat hem écht interesseerde.

De gepensioneerde zeeloods werd op 19 mei opgeëist ("Ha-ha: 19 mei! Dàt klopt al! ) door de Franse marine om het bevoorradingsschip 'Côte d'Argent' geladen met munitie van Oostende naar Folkestone te loodsen. Het schip was tijdens de laatste bevoorrading van een Franse divisie in Walcheren door Duitse vliegtuigen getroffen en voor een spoedreparatie in Oostende binnengelopen. De stuurman was gesneuveld en Louagie kreeg opdracht het schip veilig naar Folkestone in Engeland te loodsen, omdat hij als oudgediende van de maalboten de koers op zijn duimpje kende. Bij het vertrek werden nog rap een duizendtal vluchtelingen ingescheept, waaronder zelfs een buslading landverraders en hun bewakers, die hij allemaal veilig naar de overkant bracht.

" Verdikke, dàt is het hé! " dacht Joseph en las haastig verder. Maar het vet was van de soep: Louagie had met de 'Côte d'Argent' nog vier reizen heen en weer gemaakt tussen Duinkerke en Dover om de ingesloten Tommy's van de B.E.F. te redden uit die hel. Het schip werd zevenmaal door bommen geraakt en op 4 juni was het met de laatste troepen aan boord, maar ditmaal zónder Louagie, met een brandend achterdek naar Engeland overgestoken. Toen de strijd rond Duinkerke uitgedoofd was kon onze held te voet terug in Oostende geraken "...waar hij nu van de doorstane emoties bekomt..."

Haastig herlas hij nog eens de passage van de eerste overtocht en raakte er steeds meer van overtuigd dat hij ditmaal béét had: negen kansen op tien waren de dames Birnbaum daarmee naar Engeland vertrokken. Van slachtoffers onderweg sprak Louagie niet, dus zullen ze wel levend aan de overkant ontscheept zijn. Maar naar de rest kon hij hoogstens raden...Hoe dan ook, dit goede nieuws kon hij beter zo vlug mogelijk aan Arthur overbrieven, ook als later moest blijken dat het niet helemaal met de waarheid zou kloppen. Béter hem nu met mogelijk overdreven optimisme een hart onder de riem steken, dan hem onwetend in wanhoop te laten wegkwijnen.

Dat vond Georgette Gunst, de secretaresse ,ook en dus zette hij zich met haar zegen aan het werk: " Westende, den 28 oogst '40. Beste Vriend Eiby! ..."

 

Twee uur later was zijn epistel af, en uitgeblust liet hij het aan Georgette lezen. Hij vond het wel vervelend dat hij haar ook al hun geheime namen en zinspelingen in het lang en breed moest uitleggen, maar dat versterkte hun vertrouwensband, meende hij. Zij wilde niet achterblijven en vertelde hem dat zij in het geniep de oudste kiezerslijsten had nagekeken en maar één man met de voornaam 'Rudolf' had ontdekt, namelijk de vishandelaar Lemot op de hoek van de Dorpsstraat en de Zeelaan. 

" Die kleine Lemot ?! Die zelfs in z'n zondagse kleren nog stinkt naar de vis ?! Daar kan ik niets mee aanvangen! "

Geogette leek een beetje in haar gat gebeten en als om zich te wreken voegde ze er wat giftig aan toe: " En 'k heb ook gezien dat Marie drie jaar OUDER is dan onze burgemeester, dus dààrvan moet ge ook niet meer wakkerliggen. Toen zij er achttien was, en u "kreeg", was hij ocharme vijftien! Wat jong om een misstap te doen hé! "

En plots proestte ze het uit, alsof ze het écht een goede mop vond. Maar Joseph kon er niet mee lachen.

Zijn laatste werkdagen op het gemeentehuis vóór de school opnieuw begon meed hij Georgette als de pest.Die vrouw leek plots behept door een jaloerse afkeer tegen Marie en liet hém in de brokken delen, zonder dat hij de reden begreep. Maar dat het iets met Engelborghs te maken had stond als een paal boven water: haar laatste sneer sprak boekdelen.

Haar bewering dat de meester een kleine drie jaar jonger was dan zijn moeder klopte wel, maar was dat voldoende om hem te schrappen als zijn mogelijke vader ? Het zou verdikke toch de eerste keer niet zijn dat een gast van vijftien een kind verwekte! Maar er was véél meer, wat hem tenslotte aan het twijfelen bracht. Door de laatste dagen links en rechts zijn licht op te steken kreeg hij een realistischer beeld over de jeugdjaren van de meester...

Dat hij de jongste zoon was van een deftige, welgestelde drukkersfamilie uit Middelkerke, wist Joseph al. En thuis kort gehouden zoals dat bij dat goed volk hoort...En dat hij géén Rudolf heette had Georgette al beklemtoond. Op het college van Oostende bleek hij een slim ventje geweest: een idealistische student, en later op de normaalschool van Blankenberge een uitgesproken Dietser. Joseph zag zo'n fijne jongen moeilijk een prolomeisje als zijn moeder achter de haag zwanger maken...En érger nog: haar nadien laten stikken!

Alhoewel, misschien wist de jongen destijds niet dat hij haar had bezwangerd en verloren ze elkaar daarop uit het oog ?...Daarop dóórdenken durfde hij bijna niet, want de twee kilometer tussen Middelkerke en Westende was wel érg weinig om elkaar uit het oog te verliezen. Tóch kon zijn aanhoudende zorg voor het gezin van Marie er op wijzen dat hij iets had goed te maken, ook al deed de stijfburgerlijke afkomst van de meester Joseph sterk twijfelen of hij ooit in staat zou geweest zijn Moeder te verleiden...Maar was deze twijfel voldoende om meester Engelborghs daarom als kandidaat-vader te schrappen ? Of érger nog: hem om te ruilen tegen die stinkende visboer Lemot, de énige dorpeling op de eerste naoorlogse kieslijst die volgens Georgette wél Rudolf heette ? Neen, bedankt, écht waar!

 

De laatste dag van zijn werk op het gemeentehuis vertelde hij met een zekere schroom aan de burgemeester dat hij hem bij de speurtocht naar de dames Birnbaum niet meer lastig zou vallen en wel op eigen houtje verder zou zoeken.

" Maar jongen toch! Wat wilt GIJ op uw eentje nog ontdekken dat IK met al mijn relaties niet aan het licht heb kunnen brengen ?!"

" Ik zou die meneer Louagie kunnen vragen of hij zich nog iets herinnert over de gevangenen die de 19de aan boord van de 'Côte d' Argent' werden gebracht voor de eerste overtocht naar Folkestone. Maar ik weet die mens niet wonen, en op de 'Kustwacht' zullen ze zijn adres niet willen geven, tenzij gij mij een briefje meegeeft met een aanbeveling..."

Engelborghs glimlachte een beetje vermoeid: " Allee, als afscheidskado dan. Komt het vanavond maar halen..."

 





Geef hier uw reactie door
Uw naam *
Uw e-mail *
URL
Titel *
Reactie *
  Persoonlijke gegevens onthouden?
(* = verplicht!)
Reacties op bericht (0)

Archief per week
  • 18/11-24/11 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 27/11-03/12 2017
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2016
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 02/09-08/09 2013
  • 26/08-01/09 2013
  • 19/08-25/08 2013
  • 12/08-18/08 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 09/01-15/01 2012
    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    Blog als favoriet !

    Klik hier
    om dit blog bij uw favorieten te plaatsen!
    Inhoud blog
  • Deel 400
  • Deel 399
  • Deel 398
  • Deel 397
  • Deel 396

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!