" De Afrekening"
Een West-Vlaamse oorlogsthriller in afleveringen
Zoeken in blog

Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 
16-01-2013
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Deel 215

     B51: NIEUWS VAN THUIS...  

 Wolchovfront, maart 1942.

        Zijn dubbele ‘waterfleures’ evolueerde goed en toen na twee weken die klem van zijn gebroken neus af mocht, kreeg hij eindelijk wat meer lucht in zijn zieke longen.. Overdag lag hij meestal wat koortsig te soezen, want de ontsteking had hem blijkbaar erg verzwakt. Toch staarde hij dikwijls halve nachten in het donker rond, piekerend over hoe het nu verder met hem moest. Met die wonde aan zijn voet vreesde hij niet meer naar zijn makkers van het derde peloton terug te kunnen. Maar toen een week later die jeukende plaaster er af mocht, zag het er plots stukken beter uit dan hij had gevreesd.

        Doch hoe hij het genezende litteken aan zijn gevoelige hiel ook aftastte, het intrigerende raadsel van die (verdwaalde?) mitraillettekogel geraakte er niet mee opgelost... De vreemde houding van Steiner, na het kille bevel van zijn officier tot '‘rastaljat'’, spookte nog steeds door zijn dromen... En dat hij er met niemand over kon spreken, zonder zijn twijfelachtige afstamming te verraden, lag nog het meeste op zijn maag...

        Ook toen Penny hem eind februari even vluchtig kwam bezoeken, moest hij zich op de vlakte houden. Zijn vriend zag er barslecht uit, vermagerd en met een getrokken gezicht. Sinds het opblazen van de propagandazender waren ze bij het Legioen voortdurend in gevechten verwikkeld geweest, vertelde hij. Maar ondanks de verwoede tegenaanvallen van de Russen, waren ze er tot nu toe toch in geslaagd een drietal kilometer op te rukken en het gat in de oude frontlijn langs de spoorweg en de Wolchovrivier gedeeltelijk te dichten...Ze hadden daarbij wel veel makkers verloren– - onder andere eergisteren sneuvelde nog luitenant Reimond Tollenaere –- maar daar scheen iedereen in te berusten als onvermijdelijk deel van hun inzet...

        Penny kwam feitelijk even langs om hem vier brieven van thuis te bezorgen en hem een aanvraag te laten tekenen om de opleiding tot onderofficier-pionier te volgen. Zowel hijzelf als John Aspeslaghs zouden ook hun kandidatuur indienen, en door de zware verliezen van de laatste weken bij 'het kader' was de kans groot dat ze aanvaard zouden worden..."Om de gaten te vullen hé" spotte hij kil.

        “ "Korporaal of sergeant, voor het vechten tegen de Russen maakt dat weinig verschil... Maar als wij er, zoals al die anderen, ook onze ‘kaas’ bij moeten inschieten, dan krijgen ze thuis in Oostende tenminste een groter pensioen! ”"... Helemaal de stijl van ‘klotenveger’ Penny.

        Dus tekende hij het documentje ook maar...

        Er was één brief die hem sterk intrigeerde, en daarom scheurde hij dié eerst open...Hij kwam van G.Pylieser en het duurde even vooraleer de afzender kon plaatsen: ja natuurlijk, de schippersbaas van Leon! Maar wat kon die in godsnaam te vertellen hebben ?...

         Nieuwpoort, Nieuwjaarsdag 1942.


       "Beste Joseph..."

        Beste Joseph ? Wat krijgen we nu ? Ik ken die vent van haar noch pluim!


       "Ge gaat waarschijnlijk zeer verwonderd zijn dezen brief van mij te ontvangen... "
         Nou, en óf!

       " Het nieuwe jaar begint met de beste wensen voor u en goede voornemens voor mij: wij hebben het alle twee stijf vandoen in deze triestige tijden. En gij zékers, daar aan het front met gevaar voor lijf en leven. Ik dacht in het begin van het Oostfront, lijk de meeste mensen, dat het daar binnen een paar maanden opgekuist zou geraken, lijk dat den Duits er overal in Europa met vuile voeten is doorgegaan. En ik dacht toens van binnen kort persoonlijk met u onze toekomstplannen te kunnen bespreken, na uw terugkomst, van man tot man. Maar dat schijnt daar langer te gaan duren dan voorzien, en daarom leg ik nu alvast schriftelijk onze toekomstplannen voor."

        ONZE toekomstplannen ? Waar heeft die klootjanus het verdomme over ? Heb ik vóór mijn vertrek soms iets gemist of wat ? Of heeft die triestige tweezak misschien al eens een brief geschreven die onderweg verloren is gegaan ?... Of iets mondeling aan Leon voorgesteld - op de ‘Astrid’ of tussen pot en pint - met de opdracht het in een brief naar Rusland te verwerken ?... Natuurlijk goed mogelijk dat die kloot van een broer dat rats vergeten is...

       " Ik weet dat uw nonkel René zaliger uw peter was, van u en van Leon, en het beste voorhad voor u getwee. Ongelukkiglijk is hij ons te vroeg ontrukt door omstandigheden die wij kennen! En daarom voel ik mij als kristenmens zedelijk verplicht het peterschap in kwestie van de aflijvige over te nemen en voorts voor uw welzijn te ijveren, alsook voor de Leon."

        Dat kan die vent nooit zelf geschreven hebben, dacht Joseph: een kustvisser die nauwelijks naar school is geweest kan zo'’n vlotte zinnen niet uit z'n duim zuigen! En dat zo'’n hoerenbok als Pylieser staat te pronken met zijn geweten van kristenmens deed de deur dicht! Daar zal wel de paster of de notaris achter zitten...

       " Weet dus, Beste Joseph, dat ge na uw terugkeer uit Rusland altijd op mij zult kunnen rekenen kwestie van burowerk of zo in mijn bedrijf, waar volop toekomstmogelijkheden zijn voor een flinke student als gij waart. Maar mocht er voordién iets met mij gebeuren door den oorlog, moogt ge u altijd wenden tot de heer notaris Legein van Nieuwpoort. Hij weet ervan..."

        Zie je wel dat die pretentieuze pennenlikker hier achter zit! Die twee duitenklievers kennen elkaar! Twee handen op één buik, sinds de notaris schipper Pylieser in mei '’40 sponsorde om, samen met Leon, die bende joden naar Engeland te smokkelen! En ons daarvoor nog altijd veel geld moet! Die krijgt zeker angst dat wij hem gaan afdreigen, nu ik voor den Duits vecht, en hij tracht ons al flemend op te vrijen, de bangschijter! ...

       "Ik hoop u dus weldra persoonlijk in betere omstandigheden te ontmoeten en teken hoogachtend,

                  Uw peter,Pylieser Gerardus."

        Wat een gatlikker, zeg! ...“Uw peter”, da'’s het toppunt!... Dat epistel moest hij in elk geval bewaren, dacht Joseph: als Nieuwjaarsbrief kon dat tellen, ook al was hij ruim twee maanden over tijd! Een wildvreemde die belooft zijn toekomst te verzekeren! Dat komt ge niet alle dagen tegen hé!

        Alhoewel... Het schoot hem te binnen dat die Gerardus in feite helemaal niet zo'’n ‘wildvreemde’ was! In elk geval niét van zijn moeder! Had hij hem destijds niet aan Marie horen vragen “" Hoe gaat het feitelijk met ONZE oudste ?”" en had z'’n moeder daar niet erg aangedaan op gereageerd ? En was Gerardus niet de éérste waar hij instinctief aan dacht, toen hij per ongeluk Marie in bed betrapte met een blote vreemde vent op haar lijf ? Heel die ruzie met zijn moeder, en het feit dat hij later in Oostende voor het Oostfront was gaan tekenen, was toch ontstaan omdat hij Marie er verkeerdelijk van verdacht met de rijke Pylieser te willen HERtrouwen. Zij had hem toen verontwaardigd een muilpeer verkocht, waarschijnlijk ook terecht, gezien haar latere romance met Jupp, maar toch... Die brave Gerardus had héél wat op zijn kerfstok!

        Joseph besloot zijn licht eens op te steken bij tante Jetje, of voorlopig beter éérst bij Leon.

        ” Die zal ondertussen toch wel weten waar Abraham de mosterd haalt hé! En hij staat dicht genoeg bij schipper Pylieser om voorzichtig uit te vissen waar dat plotse peterschap vandaan kwam. 

        Want zovéél had hij ondertussen wel geleerd, dat ‘grote mensen’ nooit iets doen zonder goede reden... Nadat Steiner, zijn eerste kandidaat-vader, zijn vel riskeerde door het bevel van zijn luitenant te weigeren, kwam hier papa-nummer-twee aandraven met een verdacht aanbod tot peterschap! Het begon wat druk te worden aan het guichet, vond hij...

        De volgende brief wàs van Leon. Opnieuw had Nadine blijkbaar zijn pen vastgehouden, want hij vond weer niets terug van diens gebruikelijke stuntelige stijl. Veel opwindend nieuws stond er niet in, buiten het overlijden van Lowietje Maenhout en Roger DE Ceuster. Ze waren alle twee gestorven aan wat de mensen ‘de rode pest’ noemden.. Zij vertoonden dezelfde symptomen als destijds de kleine Trotsaert, na de ontploffing van Dis zijn obussen in maart ’38...

        "”Volgens ‘goede oude Ferdy’, de maat van Jupp, zou het gaan om mosterdgasvergiftiging, maar die gast is zot en denkt aan niks ànders... Want zoo’n gasontploffingen zijn er niet meer geweest in de duinen, de laatste tijd... Daarbij, de meeste duinen en het strand zijn nu afgespannen met pinnekesdraad en verboden terrein voor burgers... Dààr kunnen ze dat niet opgedaan hebben."”

        Over Arthur Birnbaum konden ze geen goed nieuws vertellen. Nadine had een brief van hem gekregen waarin hij opnieuw inlichtingen vroeg over zijn moeder en zus!

        “" Dus blijkbaar had ‘uwen vriend’ de voorgaande brieven van ons nog steeds niet ontvangen, wat stijf jammer is want dan scheelt er iets met de post naar dat adres van hem! Nadine zal nog één keer proberen, maar het begint ook haar voeten uit te hangen.”"

        Ondanks Leons zware werk in de ijzige vorst op zee, ging het leven daar blijkbaar zijn ‘normale’ gangetje. Want hij vermelde koudweg alsof het niets was de schipbreuk van de schuit N-5 ‘Sint-Pieter’ van schipper Joseph Verbanck, gemitrailleerd door een Engels jachtvliegtuig: de scheepsjongen Odiel, 16 jaar, morsdood! En de N-145 van schipper Karel Depotter, die vorige week zwaar geladen met haring op een zeemijn liep en in de lucht vloog met de vierkoppige bemanning: heel de zee rondom zag zilverwit van de dode vis! En tóch stuurde Gerard Pylieser de ‘Astrid’ zes dagen op zeven uit, want de vangsten waren echt kolossaal - tot vijf ton per dag! - en de winsten navenant! Leon verdiende al tienmaal méér dan destijds vader Dis zaliger met zijn metselen...

        “" Waart gij hier gebleven, dan had gij mee kunnen gaan varen en waren wij nu miljonair! Om maar te zeggen dat ik in mijn eentje al halverwege zijn geraakt en al kan dromen van de ‘Astrid’ over te kopen! En dat wij er op de koop toe thuis rijk van leven! En als ik eens mijn mokkel wil trakteren, dan moet ik op geen brieftje zien! Moeder weet daar vaneigens van, door al die tetterwijven in de straat, maar zij heeft mij nog nooit aan de oren getrokken! Ze zal niet meer durven, peins ik, want ik moet erbij zeggen dat ik al zo groot zijn als zij en tien keer zo struis! En nu ik al dat geld binnenbreng, zijn ik zowat de vent in huis geworden, hé! Plezant zunne, makker! "”

        Die verdomse stoefer! Dat dit apenjong met z'’n stomme kop en enkel z'’n brevet van lagere school tóch goed verdiende en in feite het gezin rechthield, was een oud zeer dat Joseph maar moeilijk kon verkroppen. Die debiel had hém, “Joseph-met-al-zijn-studies”, al dikwijls deze anomalie onder de neus gewreven: al sinds hij voor den oorlog ging ballenrapen op de tennis voor tien frank per dag! Terwijl Joseph hier aan het Oostfront voor nauwelijks het dubbele iedere moment per etmaal een gat in zijn geleerde kop riskeerde! Daar kon hij beter niet te veel over dóórdenken of hij begon te schuimbekken van woede en te grienen van gekwetste trots en spijt! Hij, die zo graag het etiket van ‘klootjans’ aan ànderen gaf!

       " Doordat ik heelder dagen op zee zit en s’avonds gecreveerd thuis kom, heb ik genen tijd meer over om uwen hof nog voort te onderhouden. Al de groensels zijn bevroren, dus al uw moeite is voor niks geweest. Maar wat erger is: het duin achter den abri is volop aan '’t schuiven! En de vlierhaag aan de achterkant gaat dat stuifzand niet lang meer kunnen tegenhouden, zodat ik vrees dat zowel den abri als den hof zélf binnenkort helemaal gaan verzanden. Ik heb wél al de konijnenkoten uit den abri naar de stal van tante Jetje kunnen verhuizen, en zij zorgt er nu voor, met de groenteafval dat moeder uit de soldatenkeuken kan meenemen. En als ze er eentje slacht, dan maakt zij hem gereed met veel ajuinensaus en krijgen wij de helft! Mjam-mjam !"

        Die verdomse smeerlap, dacht Joseph. Met zijn naïef geleuter is broerlief écht met opzet mijn moreel aan '’t ondergraven! Stel je voor: gestoofde ‘keunenbil’ met dikke bruine ajuinsaus en een pint bier! Hadden de Russen met hun propagandazending dàt beloofd, in plaats van al die politieke zever, dan was onmiddellijk héél het Vlaams Legioen in blok overgelopen!    

        “ En wat kan mij verdomme die schuivende duinkam nog schelen ! ” dacht Joseph misprijzend... Dat hij zich, vier jaar later op een duistere nacht, een breuk zou scheppen om al het ingestoven zand weer uit de abri te krijgen, kon hij nù natuurlijk nog niet weten...

        Verder had Leon blijkbaar niets meer te vertellen.

        “" Ik moet u nog de groeten doen van tante Jetje en uw vriendin Nadine, die alle twee beloven van u weldra weer eens te schrijven. Ook de beste groeten van burgemeester Engelborghs en mijnen baas Gerard Pylieser.

        Tot slot nog een stevige handdruk van

        uw liefhebbende broeder, Leon Petré."

Van zijn moeder dus nog altijd niks..

"'Ik wou dat ze stikte verdomme! ”"

       De twee andere brieven kwamen inderdaad van Jetje en Nadine. En om zichzelf te pesten besloot hij ze ook in deze volgorde te openen. Jetje had moeite om tegen hem de juiste woorden te vinden: als vroegere boezemvriendin én pispaal van Marie zat zij duidelijk gewrongen om vertrouwelijk met ‘de verloren zoon’ te zitten kouten... Ze had het dus vooral over de ijzige winter en het totaal gebrek aan brandstof om eten te koken of de keuken wat te verwarmen.

       " “Vroeger konden we nog turf gaan steken op het strand, maar dat is nu verboden. Er zijn mensen uit de geburen die bij valavond de hoge reclameschuttingen langs de straten durven afbreken, sluiks een paar planken met ne keer, of de houten planchers en de meubels uit de leegstaande villa’s halen...In de avondschemer na vijf uur ziet de garde toch niet goed meer uit z’n ogen van de zattigheid! En den Duits laat meestal begaan als de dieven de ‘SPERRSTUNDE’ van tien uur niet schenden en niet afkomen met paard en kar... Maar als alleenstaande vrouw kunt ge daar moeilijk aan meedoen, al zijn er van hier omtrent die zich voor niks meer generen. Goed dat de Leon van tijd eens een zakje koks achterlaat op mijn koer, al mag de moeder gods weten waar HIJ die is gaan scheefslaan...Ook Marie neemt al eens een bruinkoolbriket en een pot hete ersatzkaffee mee als ze nog eens komt kouten, maar al bijeen is het een zware winter...”"        

        Verdomme, tegen wie zegt ge'‘t, dacht Joseph!

       " “Ten andere, mijn vriendschap met Marie is niet meer zo straf lijk vroeger, moet ik bekennen. Sinds ik in Oostende een oude vriendin zijn tegengekomen, klikt het al wat moeilijk tussen ons. Wij verschillen op teveel gebied van gedacht, zodat wij regelmatig woorden hebben. Ik vind dat ze wat minder opzichtig met Jupp zou moeten omgaan, omdat het de mensen choqueert. Maar in tegendeel, zij veegt daar haar voeten aan en zij leeft met hem steeds openlijker lijk man en vrouw. Luisteren naar mijn goede raad doet ze al lang niet meer en zo komt ze met de dag meer op haar eigen te staan. Niet alleen ik, maar ook Jupp, proberen haar regelmatig te overhalen het geschil met u weer bij te leggen, maar ze blijft ons koppig afwijzen. Ge moet u dat niet aantrekken, want als ge in congé moest komen en ze laat u niet binnen, kunt ge altijd zolang bij mij intrekken: klinkt het niet dan botst het maar!"

        Verdomme, dacht Joseph, wéér een die risico’s neemt om mij onder haar vleugels te nemen: het houdt niet op!

        De rest van haar epistel was wat bla-bla over de dure eten op de zwarte markt en dat ze blij was dat haar kippen af en toe eens zélf een eitje (van 20 frank!)– legden... Maar over de konijnen van de Petré’s repte ze met geen woord. Wél over twee soorten honger..

       " Al chance dat Leon mij altijd goed voorziet met ijlen haring of een dikke pladijs van zijn zooitje, of het was hier hongersnood! Ik zou wel, lijk veel vrouwen in het dorp, voor goed geld kunnen gaan kuisen in de villa’s op den dijk bij de Duitse soldaten en dààr aan broodafval voor de beesten geraken, maar die mannen staan véélst te scherp als ze een rok zien en zijn niet te vertrouwen... Ik versta dat wel, als ge als vent zo lang van huis zijt, maar niet met mijn! Al zijn er wel een paar kuisvrouwen die niet zo kuis zijn als de paster zou willen! Zo nauw zien die niet, en die denken dan weer, met al hun goedkopen aantrek, dat ze Miss Belgique zijn, och arme!"

        Wel-wel, dergelijke ondeugende overwegingen had hij bij Jetje niet verwacht...Zou hij misschien haar saai bestaan van uitgebluste oude vrijster toch een beetje verkeerd ingeschat hebben... Dat moest hij toch eens van dichterbij proberen te volgen, vooral nu ze haar brief afsloot met drie kruisjes...

       De brief van Nadine had hij met opzet voor het laatst gehouden, en dat sloeg tegen. Hij rook wel lekker naar eau de cologne, maar begon dodelijk kil met een vormelijk “'Beste Joseph!' ”...Niets meer van het vroegere '‘Liefste'’, of heel de zoölogie van ‘'Mijn konijntje'’ of '‘Mijn klein Pietevogeltje' ’: die troetelnaampjes schenen voltooid verleden tijd...

        Ze draaide ook niet om de pot waarom ze verdorie nù pas schreef, neen.

       " “Na je vertrek naar Rusland heb ik het een tijdje lastig gehad om te aanvaarden dat je de voorkeur gaf aan het waanbeeld ooit op een witte merrie voor een bende soldaten uit te rijden, boven het droombeeld ooit met een witte bruid naar het altaar te schrijden. Dat ge eerder een paard verkoos, vóór een vrouw, vond ik een zonde tegen de goddelijke schepping, niet normaal en in strijd met de goede zeden, temeer daar ik mijzelf de rol van schrijdende bruid had toegedeeld... Maar naar ik verneem zit je daar wat zielig verlaten in de wijde toendra en heeft je wit paard nog steeds niets van zich laten horen. Daarom besloot ik uit kompassie mijn gekwetste trots te vergeten en zelf maar de pen in de inktpot te doppen! ”

        Joseph moest even grinniken: geen melig tranendal bij Nadientje, maar bittere afstandelijke humor, sarcasme en zelfspot! Wat een sterk karakter, dacht hij vol bewondering! Hij moest vlug een krop doorslikken om een weemoedige traan te bedwingen en overliep haastig met opeengeklemde tanden de rest van haar ontboezemingen.

        Eerst nog wat schijnheilige steken onder water die hem nog méér in z'’n hemd zetten : "” Maar verdikke, wat hoor ik daar ? Laten die stoute bolsjevieken zich niet zo rap kelen als men je had voorgespiegeld ? Dat is niet eerlijk hé! ” En wat verder: ” Wie had dàt nu verwacht, dat het daar, na die schone warme zomer, opeens zou beginnen regenen ?!... Wat zeg ik: zelfs zou sneeuwen! En vriezen begot! Vriezen, dat de kraaien dood uit de lucht vallen, zegt men... Dat is ook niet eerlijk hé! Dat had toch niemand kunnen voorzien hé, mijn arme kleine sukkelaar!..."

        En dan de doodsteek: ”" Ik neem aan dat ge het daar in uw Rusland voorlopig wel heel druk zult krijgen. Ik verwacht dan ook zo rap geen antwoord van je te ontvangen maar hoop toch dat ge mijn beste groeten zult willen overmaken aan uw schone witte merrie , indien mijn plaatsvervangster daar ooit zou verschijnen."

                  Nadine. XXX

      Wat moest hij daar nu van denken ? Dat ze ferm met zijn kloten rammelde, dat was zeker! En schijnheilig verdoken al haar bitter venijn uitspoog, daar kon hij ook niet aan twijfelen! Dat ze erg geleden had onder zijn keuze om te vertrekken lag er duimdik op. En ergens, diep in zijn binnenste genoot hij daar van, want het bewees dat hij vroeger voor haar héél veel betekende... Haar verbeten tranen streelden zijn eigendunk, dat wel...

        Maar bleek daaruit niet overduidelijk dat hij, door haar achter te laten en met z'’n neus in de wind naar Rusland te vertrekken, een reuze stommiteit had begaan ?! Letterlijk in zijn eigen voet had geschoten ?!

         Klootjanus!

<!--[if gte mso 9]> </





Geef hier uw reactie door
Uw naam *
Uw e-mail *
URL
Titel *
Reactie *
  Persoonlijke gegevens onthouden?
(* = verplicht!)
Reacties op bericht (0)

Archief per week
  • 18/11-24/11 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 27/11-03/12 2017
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2016
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 02/09-08/09 2013
  • 26/08-01/09 2013
  • 19/08-25/08 2013
  • 12/08-18/08 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 09/01-15/01 2012
    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    Blog als favoriet !

    Klik hier
    om dit blog bij uw favorieten te plaatsen!
    Inhoud blog
  • Deel 400
  • Deel 399
  • Deel 398
  • Deel 397
  • Deel 396

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!