" De Afrekening"
Een West-Vlaamse oorlogsthriller in afleveringen
Zoeken in blog

Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 
26-09-2013
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Deel 307

C30: DAAR ZIJN ZE! ...      


Steglitz, 27 april '45.                                                                                                  

 

In de donkere kelder van de 'Kleine Albrechtstrasse  15 B' klitten de negen bewoners angstig in de verste hoeken bijeen. De brandende kaars op het tafeltje in het midden bescheen hun bleke schimmen, maar ze hadden geen oog voor elkaars van spanning verwrongen gezicht. Alle aandacht was gespitst op de scherpe geluiden, die tegen de verre achtergrond van hels oorlogskabaal vanaf de straat tot hen doordrongen.                                    

" Daar zijn ze! ",mompelde Joseph schor en Phil dook nog wat dieper in de bescherming van zijn oksel weg. Het klepperen en snerpend piepen van de rupskettingen was nu helder te horen: een T 34..., neen, een stuk of drie van die monsters kwam met brullende stoten van de motoren steeds duidelijker dichterbij. Het was of hij weer in zijn schutterskuil lag, daar ergens verloren in de Russische steppe, met dàt verschil dat hij hier door geen enkele wapenbroeder gesteund werd en géén Panzerfaust in de hand klemde om de vijand af te slaan...De nachtmerrie, die hem zo dikwijls in angstzweet had wakker doen schrikken, was nu opnieuw de beklemmende werkelijkheid geworden.         

De tankkanonnen schoten er driftig op los en ze voelden de keldervloer onder hun voeten daveren, als verderop met zwaar gedruis een huis instortte...De vrouwen kreunden telkens wanneer de granaten dichterbij ontploften en de kaarsvlam flakkerde in een neerruisende sliert kalkstof.       Niemand durfde de paniekerige gedachten verwoorden die door hun hoofd flitsten, maar de mannen wisten hun laatste uur geslagen en trokken in wanhoop hun lief, vrouw, of kind troostend dichter tegen zich aan.

Phil en de dochters De Bens doken zo diep mogelijk weg voor het schrikbeeld van de onweerstaanbaar naderende overweldiging door de wrede steppebeesten.                    

Het einde kwam nog verrassend vlug. Na een paar zware krakende ontploffingen hoorden ze door het keldergat in het Duits een paar haastige bevelen schreeuwen en spijkerlaarzen voorbij hollen onder het geratel van machinepistolen. Een ogenblik later - het scheen wel een eeuwigheid - snerpten "Hoeree! " kreten door de  straat, knalden een paar handgranaten en weerklonken commando's in een onverstaanbaar koeterwaals: ze komen!                                    

Phil kreeg een zenuwtoeval en ook de dochters De Bens begonnen te janken, maar werden links en rechts door de oudere vrouwen sissend tot de orde geroepen. Joseph schoof met de hulp van Pa Weimar vlug een paar zandzakjes in het keldervenster als bescherming tegen een mogelijke handgranaat.

In de gang boven hen hoorden ze plots gestommel en schorre dierlijke kreten bij het brutale openstampen van de binnendeuren in de hal. Joseph voelde instinctmatig dat hij iéts moest doen om het onheil af te weren en ging aarzelend op z'n krukken de schuilplaats uit en onderaan de keldertrap staan, een wit fluwijn in de hand. Waar hij dàt vandaan haalde heeft hij nooit geweten.                                                     

" Nu of nooit! ",flitste het door zijn hersens en zo hard als hij kon schreeuwde hij naar boven: " Drousja, Tovaritch! Drousja , Tovaritch! "  Vrienden, kameraad! Hij herinnerde zich plots dat de Russen dat ook altijd riepen als ze zich overgaven! Soms hielp het...Soms niet.                                                       

De kelderdeur zwaaide krachtig open en scherp afgetekend tegen het harde daglicht verscheen traag, achter de nog rokende loop van een machinepistool met schijflader, de ronde gedrongen gestalte van een achterdochtige mongoolse soldaat. " Drousja, ...drousja! ",riep Joseph nogmaals naar boven en zwaaide onhandig met het witte fluwijn. De Rus riep schor iets, waarvan hij enkel "Stoy!" verstond. Achter de soldaat verscheen diens tweelingbroer en terwijl ze hem beiden onder schot hielden met hun stormgeweren stommelden ze de keldertrap af. De eerste porde hem venijnig met de loop van zijn wapen achteruit tegen de muur, zodat hij bijna van zijn krukken viel, en vroeg: " Germanski soldatt?"                     

" Njet, drousja! ",hield Joseph benepen vol. De tweede drong verder de donkere kelder binnen in de richting van de angstig jankende vrouwenstemmen en schamperde, wantrouwig rondloerend: " Drousja?..Niks drousja!.." Een polyglot met gevoel voor humor...        

Maar voor ze de soldaten de tijd kregen venijnig te worden, stond plots een officier in lederen jekker en slappe kepi met getrokken pistool bovenaan de trap en bulderde een bevel naar beneden. Als door een wesp gestoken renden beide boemannen de kelder uit en de treden op, zonder Joseph nog een blik te gunnen.

Beklemmende stilte.

 

" Scheisse! ",zei Pa Weimar plots hardop, " ich habe das Führerbild im Wohnzimmer hangen lassen! ...",maar niemand durfde nog een vin te verroeren. Enkel de vrouwen snikken wat angstig na, maar als dàt de gevreesde machtswisseling was tussen de nazi's en de bolsjevieken, konden ze niet klagen: ze waren er tot nu toe bijna zonder kleerscheuren doorgerold...Daarmee bedoelden ze in feite enkel "we léven nog" ,want ze wisten instictmatig dat ze hoe dan ook aan die "kleerscheuren" niet zouden ontsnappen.                 

Het krijgskabaal van ratelende mitrailletten, knallende handgranaten en schor geschreeuwde bevelen deinde uit de straat weg, maar werd nu overstemd door het klepperend krijsen van rupskettingen en het op en af golvend gebrul van tankmotoren. De kelder daverde van de korte kanonschoten, waarmee de stalen monsters de weerstandsnesten verderop en de barricades rond Steglitz-Bahnhof opruimden, alvorens weer met snerpend gepiep en brullende motor een huizenblok dieper tussen de wanhopige verdedigers door te stoten.                                   

Het duurde een eeuwigheid voor het kabaal wat luwde en het daverend instorten van laaiende gevels, zoals de paukenslagen bij 'De Godendeemstering', een voorlopig einde maakten aan dit oorverdovende inferno .Tijdens de korte pausen horen ze een jonge mannenstem vlak bij het keldervenster aanhoudend "Mutti" kreunen en klagend "Bitte Hilfe!" smeken, tot na een eindeloos uur een korte knal hem uit zijn lijden hielp. Iedereen herademde beschaamd en opgelucht tegelijk: beter zo, dacht Joseph, ze waren toch niet bij machte om op de smeekbeden van die sukkelaar in te gaan...                                 

Het liep reeds tegen de middag, maar niemand durfde aan eten te denken. Joseph werd herhaaldelijk geprezen om zijn tussenkomst bij de inval van de soldaten in de kelder, tot hij er tureluurs van werd: als ze hem toch zo'n held vonden, kon hij hier beter zonder meer de leiding nemen. Met zijn ondervinding en taalkennis zou hij er in de komende uren misschien in slagen hun kleine groepje voor stommiteiten te behoeden, die voor iedereen faliekant zouden aflopen. 

Laat ons alvast beginnen met de petroleumlamp aan te steken, dacht hij: de Russen moeten met één oogopslag goed kunnen zien dat hier enkel onschuldige burgers hokten...En aan de vrouwen gaf hij de opdracht onmiddellijk kleine Belgische rozetjes ineen te flansen en bij iedereen aan de revers vast te naaien.                          

De oude Herr und Frau Weimar keken wat verongelijkt toe, toen Joseph besliste hen van het vlaggenvertoon uit te sluiten. " Jammer, mensen, maar als de Russen het bedrog zouden ontdekken, riskeren we er allemaal aan te gaan! ...We kunnen onze eigen veiligheid niet in gevaar brengen, begrijp je wel?"  Maar de oudjes begrepen helemaal niets! ...        

Naarmate in de late namiddag het keffen van lichte wapens in de verte verzwakte, begonnen ze opgelucht vlug wat beschuiten te knabbelen en oud brood dik besmeerd met de buitgemaakte margarine en bietensiroop. Dat alles wat naar stof en pleisterkalk smaakte, scheen niemand veel te deren...                                         

Maar de betrekkelijke rust was maar van korte duur: plots joeg, met een oorverdovend staccato als van een gigantische politiesirene, een Katioucha-batterij van dichtbij in de Albrechtstrasse zijn 36 raketten in een razend tempo naar het stadscentrum! Het helse lawaai dreef hen in een mum terug naar de donkerste hoeken van de kelder. Het was werkelijk of de wereld instortte.         

" Es sind nur Raketenwerfer! " trachtte Joseph hen stoer gerust te stellen, maar toen dit zenuwslopend gehuil na een kwartier even onverwacht hernam, dook iedereen toch weer in zijn hoekje! En een kwartier later opnieuw het zelfde gehuil: juist de tijd om het vuurspuwend monster met een nieuwe dodende garve te herladen. Joseph trachtte met een deskundige uitleg de gemoederen wat te kalmeren: deze batterij, hier in de straat, wees erop dat de frontlijn reeds minstens een kilometer verderop lag. Zo te zien was de vuurzee aan hen voorbij gegaan, zonder al te veel schade...                                    

Met het vallen van de avond rukte ook dit 'Stalinorgel' verder naar voor, om met zijn moordend requiem het Laatste Oordeel over andere stadswijken uit te bazuinen. Het zag er dus werkelijk naar uit dat Joseph en zijn huisgenoten de oorlog hadden overleefd en als om dat geruststellend feit te bezegelen, klonken dreinend door het keldervenster flarden harmonicadeuntjes, onderbroken door uitbundig geschater van jonge soldaten die wat verder in de straat hun nachtbivak hadden opgetrokken. Het eeuwenoude " Kalinka" scheen nog steeds goed in de smaak te vallen...                                              

In de verte donderden nog wel dof de kanonnen en in de kelder hing een steeds sterker prikkelende brandlucht, afkomstig van het laaiende 'art-nouveau-huis' aan de overkant, maar de vrede scheen toch in aantocht. De scherpe uithalen van een dronken vrouwenstem tussen het feestgedruis van de joelende soldaten klonk wel niet erg geruststellend, maar kom...Bij elke uithaal wierpen de mannen in de kelder elkaar bij het schijnsel van de petroleumlamp veelbetekenende blikken toe en de bedrukte vrouwen trokken zich hurkend terug in de duisternis van het kleine gewelf.                                                                                     

Joseph begreep al vlug dat die zatlappen vroeg of laat op bezoek zouden komen en besloot de koe bij de horens te vatten...Elk inwonend gezin beschikte hier over een aparte voorraadruimte, afgesloten met lattendeuren voor de verluchting. Na een korte discrete verkenning dacht hij wel een paar geschikte schuilplaatsen te kunnen vinden voor de jonge vrouwen van het bange gezelschap. Hij trommelde Pa De Bens op en maakte met hem in de opslagruimten van elke familie een klein hok achter de stapels bruinkoolbriketten voor elk van de meisjes. Een vuile karwei, en het moest vlug gaan! Veel geestdrift was er niet, toen hij hen verplichtte daarin weg te kruipen en nog minder toen ze de ingang afdekten met wat lichte wrakke meubelen en vuile planken...                                      

Nauwelijks waren ze klaar, of er klonk door de hall boven hen het vrolijk geroep van de joelende jagers: " Frau! Yoe-Hoe! ...Frau! "  en iets dat leek op " Ja loubljou dewidza germanska! " Joseph begreep er wel uit dat de liefde voor Duitse meisjes om hun hart was geslagen, want iets dergelijks hadden zijn eigen maats destijds in Tarrasowa en aan de Wolchow eveneens geroepen, maar dan naar een pronte 'Ruska'...                                              

Reeds bonkten de Casanova's de keldertrap af: " Hoe-yoe! Maria! Frau, komm! Schnaps! Wodka! " Die waren vast van plan er vannacht eens driftig in te vliegen!

Toen ze in de lichtkring verschenen, stond Joseph hen op zijn krukken op te wachten en zei, kordater dan hij zich voelde: " Ha, tovaritch! ", alsof hij een oude bekende begroette. De ongenode bezoekers twijfelden even, als overrompeld door deze vriendelijke ontvangst en Joseph vervolgde: " Drusja, njet dewidza: Matka! ", waaruit zijn nieuwe 'vrienden' wel begrepen dat hier geen meisje te versieren viel, enkel een oud moedertje.

Joseph wees verontschuldigend naar de gerimpelde 'Matka' Weimar, die geschrokken door de plotse wellustige aandacht, angstig tegen haar echtgenoot wegdook. Joseph liet met tekens gemaakt-lachend verstaan dat hij hen voorlopig niets beters kon aanbieden.       

De gulzige geestdrift bestierf op hun gezicht, tot hun oog op Moeder De Bens viel en de grootste van de twee wittekoppen haar aanwees, als een kind een pop in de speelgoedwinkel." Frau, komm: wodka! " nodigde hij koppig, maar met heel wat minder enthousiasme en zijn maat zwaaide lokkend met een halflege fles Birkenwasser.        

" Njet, njet! ",wierp Joseph zich ertussen, " Matka niks Germanska! "  En wijzend naar het driekleurige rozetje op zijn eigen revers: " Beljiekski! Polemaj?"... Of de Russen er veel van begrepen, was zeer de vraag. Daarom drong hij nogmaals aan door op eigen borst te kloppen, als bij een aftelrijmpje: " Ja Beljiekski", en vervolgens Pa en Ma De Bens aan te wijzen: " Pan Beljiekski, Matka Beljiekska! Polemaj?" De jonge soldaat zag zijn speelgoed ontsnappen en vroeg nors in het zelfde embryonaire Volapuk: " Niks Germanski?" met een intonatie van Maak-dat-een-ander-wijs-hé.          

Maar Joseph hield voet bij stek: "Njet, Tovaritch! Niks Germanski! Drusja Beljiekski! " En om Ivan helemaal plat te slaan diepte hij uit de binnenzak van zijn overjas zijn identiteitskaart op, die hij met kleurpotloden van een mooie tricolore baan had voorzien. Afgaand op de foto kon de soldaat het document rechtop houden en deed een stap dichter bij de lamp om het met een ernstig gezicht te controleren. Maar Joseph wist dat Ivan geen westers schrift kon lezen en enkel een show opvoerde. Daarom legde hij met handen en voeten uit dat de smerige Duitsers hem verplicht hadden hier te komen werken :" Rabojte, polemaj?"                                                       

" Da,da: tovaritch Fransoos! " riep de Rus plots opgewekt alsof hij een openbaring uit zijn schooltijd kreeg en voor Joseph hem een snelcursus aardrijkskunde kon geven, had deze hem reeds stevig omhelsd en een kus op de wang verkocht.

De vent stonk verschrikkelijk, niet zozeer naar de gebruikelijke dierlijke vuiligheid van de frontsoldaat, maar naar een moordende cocktail van Kölnisches Wasser en Fleur de Paris. Als hij hoopte daarmee zijn kansen bij de 'Fraulein' te vergroten, had hij zich op zijn plundertocht werkelijk geen moeite gespaard...                              

Nummer twee, die wantrouwig achteraf was blijven staan, drong nu ook blij naar voor om op zijn beurt zijn liefde te betuigen.Heel het peloton had blijkbaar de zelfde apotheek bezocht, want hij stonk juist hetzelfde. Dat verwonderde Joseph nauwelijks, aangezien het assortiment in de 'afdeling reukwaren' van deze winkels de laatste tijd aardig was gekrompen...Plots, toen hem ter bezegeling van de vriendschap de fles Birkenwasser werd opgedrongen en nummer één nader kennis wilde maken met Ma De Bens, ratelden buiten een reeks schoten!                                                          

Iedereen schrok op. Laarzen renden voorbij het keldervenster en hard geschreeuw van bevelen weergalmde door de straat.               

Het aardrijkskundig fenomeen riep tegen zijn maat iets over " Partizanski! "  en beiden stoven vierklauwens de keldertrap op, met achterlating van de fles drank. Misschien een excuus om straks terug te komen? De vijf bewoners staarden elkaar versteend van schrik aan...                                                                                        

" Verdammte Werwölfe! ", vervloekte de oude Weimar de ultieme uitvinding van Herr Goebbels, die vorige maand nog kinderen fanatiek had opgezweept om de bolsjevieken ook achter de frontlijn te blijven bekampen, naar het voorbeeld van de partizanen in Rusland.         

Het geschreeuw op straat, onderbroken door korte ratelende vuurstoten, scheen hen een eeuwigheid te duren en toen ze de soldaten in huis tierend de trap hoorden opstormen naar de bovenverdiepingen hield iedereen ontzet de adem in: hun leven hing aan een zijden draadje...                                                                         

Het einde kwam brutaal en even plotseling als onverwacht. Twee mongolen sprongen als duivels uit een doosje de kelder in, met een nog narokende mitraillette voor zich uit. De eerste wees met de loop naar Joseph en Pa De Bens en riep woest iets onverstaanbaars in het Russisch. Iedereen versteef van angst en toen de mannen niet reageerden, schreeuwde hij " Raus-raus! " terwijl hij een kort oorverdovend salvo in het plafond schoot. Het kalk-stof warrelde melkachtig in dikke wolken naar de petroleumlamp en bezorgde de astmatische Weimar een verstikkende hoestbui.                                                          

Voor Joseph zich goed realiseerde wat er gebeurde, stond hij met de oude Pa Weimar ,vader De Bens en de 15-jarige Miel naast elkaar tegen de voorgevel, hel verlicht tussen de rondvliegende genstergarven van het brandende Art-déco-huis aan de overkant. In de goot aan hun voeten lag de jonge HJ soldaat, die ze vanmorgen nog om " Hilfe! " had horen smeken. Na de koele kelder leken ze hier plots in de gloeiendhete hel beland, en door de prikkelende rook-slierten in de straat vertroebelden tranende ogen elk verder zicht om hen heen. In de ros-gele mist renden de soldaten wild aan hen voorbij en Joseph zag aan het uitgestreken smoelwerk en de kille ogen van de gedrongen Tartaar die hen onder schot hield dat zijn laatste moment was aangebroken.                                                            

Plots dook uit het portiek van de buren een soort officier naast hen op, een jonge vent in lederen jekker en een blinkende rode ster op de slappe pet. Hij duwde onbewogen de soldaat wat opzij en wees met zijn pistool naar de borst van Pa De Bens: " Du, Partizan? Germanski soldatt?" Hij was duidelijk van plan er korte metten mee te maken. Joseph ondernam een wanhopige laatste poging: " Njet Tovaritch Kapitan ...Drusja, drusja! " De officier keek hem misprijzend aan, als was hij een hoop stront op krukken.       

" Drusja, hein...", smaalde hij hooghartig, maar liet zijn wapen toch wat zakken, wat Joseph de moed gaf aan te dringen: " Da-da, Tovaritch Kapitan: drujsa! Njet Germanski: Fransoos rabojtnik! Fransoos rabojtnik! " Zenuwachtig greep hij naar z'n revers om de tricolore kokarde onder de aandacht te brengen en zag de Rus even twijfelend naar de rozetjes van de vader en zoon De Bens kijken. Toen keerde hij zich om naar de soldaat achter zich, zwaaide even met zijn pistool en zei iets waarvan Joseph enkel " Kommandant" kon opvangen. Het gevreesde doodvonnis " rastaljat! " hoorde hij in elk geval niet uitspreken en hij loosde een zucht van opluchting toen de soldaat een bevel schreeuwde en met zijn mitraillette het parkje aan het einde van hun doodlopend straatje aanwees.                      

Met knikkende knieen en nat van het angstzweet schoven ze achter elkaar tussen de glasscherven en het pleisterpuin langs de hete gevels de straat uit en het parkje in. Joseph sloot rillend van alteratie de rij, wat onhandig met kleine sprongen op zijn krukken voortstrompelend. Het flakkerende gele licht van het laaiende buurhuis wierp zelfs tot hier spookachtige schaduwen tussen de bomen, maar een fris windje deed de rook en de hitte van zoëven vlug verflauwen, tot de koude rillingen hem over de rug liepen. De Tartaar liep dreigend met zijn MP schuin achter hem en het was of Joseph de hete adem van de dood in zijn nek voelde.  "Hier komt het dus tóch..."         

Maar het einde van het bospad gaf uit op een andere zijstraat en bij het hek moesten ze over de lijken van drie Duitse soldaten stappen. Zware boomtakken en brokstukken van vernielde tuinmuren versperden de laan, waarin een zwartgeblakerde T-34 nog stinkend nawalmde. Verderop, in het diffuus geel weerschijnsel van de brandende huizenblokken achter hun rug, stonden en zaten Russische troepen in ruststelling rond hun gerij: een dampende veldkeuken, een ambulance, wat vrachtwagens en een paar huifkarren waarvan de paarden zich tegoed deden aan de bloemen en het frisse groen in de voortuintjes.       

De soldaten keken nauwelijks op, toen de bewaker hun sjofele groepje voorbij leidde naar de ingang van een buurtschooltje, een paar woorden wisselde met de schildwacht in het portiek en hen vervolgens de gang in stouwde. Hij maakte hen met een paar pijnlijke porren van zijn wapen vlug duidelijk dat hij hen graag naast elkaar met het gezicht naar de muur had gezien, de handen omhoog, voor hij de baas erbij wou halen.                                                

Het was erg druk in het gebouwtje, ordonnansen liepen aan en af en aanhoudend werden kreunende gekwetsten achter hun rug voorbij geholpen, op een bebloede draagbaar of steunend op de schouder van een kameraad. Toen de oude Weimar medelijdend zo'n triest toneeltje over zijn schouder gade sloeg, verkocht een vermoeide verpleger hem geprikkeld zo'n danig harde schop tegen de schenen, dat de oude man door de knieën zakte.                                                        

Gelukkig konden ze zich aan de lange rij kapstokken vasthouden, want het duurde wel even voor een officier zich verwaardigde hen in het klaslokaal binnen te roepen. Hun Tartaar bracht verslag uit bij twee kopstukken die ietwat slordig, schuin in een schoolbank gekneld, uit een Amerikaans fruitconservenblik de laatste slokken siroop slurpten.                                                

En toen begon opnieuw het stilaan goed gerodeerde scenario van vraag en aanbod: neen, ze waren geen sluipschutters of Duitse soldaten, maar - als verplicht tewerk gestelde Belgische arbeiders - de oprechte vrienden van het Russisch leger!                          

Wat? De schildwacht had hen aangemeld als Fransen! Voor de goede orde radbraakte de ondervrager fier een paar woorden in de taal van Voltaire: " Pas vrai?"                                        

" Si, si! ", speelde Joseph met de moed der wanhoop het spel mee, maar legde vlot in een mengelmoes van zijn halfvergeten Frans uit dat ze uit het kleine buurland 'Belgique' kwamen: " Vous comprenez, mon Commandant, la Belgique très petit, et le camarade Capitaine là-bas a pas compris, cause de bruit de canon et de mitraillette: rakke-takke-tak, boum-boum! "                                          

" Ha, wie-wie! " lachte 'mon commandant' begrijpend, maar liet voor alle zekerheid een schoolatlas opduiken, waar ze met verenigde krachten geestdriftig "Petit Belgique" ontdekten. De Rus moest toegeven dat ons vaderland inderdaad "beaucoup très petit" was en de "camarade Capitaine là-bas" het daarom maar bij Frankrijk had geannexeerd. Begrijpelijk, met al die rakke-takke-tak, boum-boum! En waren ze allemaal van "Petit Belgique"?

De oude Weimar lag uitgeput voorover te snikken op een schoolbank en werd wat meewarig in de nek bekeken. Als een uitgetelde bokser werd hij discreet gerust gelaten toen Joseph de rozetjes bij de De Benzen aanwees en fluks zijn eigen paspoort bovenhaalde.                                        

" Wie-wie, okee! ", weerde mon commandant polyglot af, " et pardon: c'est mauvais compris de camarade capitaine là-bas! " verontschuldigde hij voor het spijtige misverstand...                            

Weimar was ondertussen wat gekalmeerd, maar zijn gezicht zag nog witter dan een laken en de Russen vonden het geraadzaam daar vlug iets aan te doen. Om het goed te maken werd rap de vodkafles gehaald en een stel stoffige glazen uit de schoolkantine om een toast te brengen op   "Petit Belgique" en "Grand Stalin". Dat de oude Duitser daarbij "Prosit" zei viel niet eens op....Ze kregen ook elk een blik perziken van Libby's voorgeschoteld en een doosje cornedbeef...De officieren toonden fier hoe ze eerst de siroop met behulp van nog een borrel vodka moesten uitdrinken om in het fruitblik plaats te maken voor het verbrokkelde vlees. Dooreen geschud een ware kapitalistische delicatesse, verzekerden ze...          

Het werd drukker op de commandopost, en Joseph wilde na het verorberen van z'n vreemdsoortig voer niet langer "misbruik maken van de gulle gastvrijheid van hun bevrijders". De ene officier liet nog vlug een soldaat aandraven met vier blikken fruit en vier doosjes cornedbeef en stopte elk een pakje buitgemaakte Juno sigaretten in de hand. Onderwijl sloeg de andere een stempel op de voorzijde van Josephs paspoort, en schreef erbij:       "Vriend van de Sovjet-Unie".                                                              

Vier onleesbare woordjes ,onbenullig en banaal ,maar die hem later z'n leven zullen redden...                                     





Geef hier uw reactie door
Uw naam *
Uw e-mail *
URL
Titel *
Reactie *
  Persoonlijke gegevens onthouden?
(* = verplicht!)
Reacties op bericht (0)

Archief per week
  • 18/11-24/11 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 27/11-03/12 2017
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2016
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 02/09-08/09 2013
  • 26/08-01/09 2013
  • 19/08-25/08 2013
  • 12/08-18/08 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 09/01-15/01 2012
    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    Blog als favoriet !

    Klik hier
    om dit blog bij uw favorieten te plaatsen!
    Inhoud blog
  • Deel 400
  • Deel 399
  • Deel 398
  • Deel 397
  • Deel 396

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!