" Mutti, wir sind wieder da! Alles in Ordnung! ", riep Weimar in de hal geruststellend naar beneden. Maar pas toen de mannen de pikdonkere kelder op de tast waren binnengedrongen, roepend op de vrouwen en de meisjes, welde als enige reactie plots een hysterisch huilen en snikken vanuit de verste hoeken op. Bijgelicht door een aansteker trok Joseph de zandzakken uit het venstergat en in de vale schemer ontwaarden ze de ravage om zich heen en de vuile betraande gezichten van de vrouwen. Iedereen sprak door elkaar, in een wirwar van troostende omhelzingen, die pas wat kalmeerde toen iemand erin slaagde een kaars aan te steken.
Joseph kon Phil in het duister niet ontwaren en vroeg aan Francoise waar deze naartoe was.
" Efkens naar achter..."
Toen barstten de verhalen los, in een mengelmoes van stukken en brokken en iedereen wilde gejaagd de eigen belevenissen kwijt, de doorstane doodsangst heftig van zich afpraten, de korte opluchting over de veilige ontknoping, het medeleven met het zenuwslopend afwachten van de vrouwen in het donker...
En nog was Phil niet terug...
Na een tijdje kreeg iedereen min of meer zicht op de gebeurtenissen van de voorbije nacht. Toen de mannen uit de kelder werden gedreven, wilde Ma De Bens haar echtgenoot naar boven volgen, maar de tweede soldaat, die bij hen in de kelder was achtergebleven, had haar met een paar kolfstoten neergeslagen. Op haar gekerm was eerst haar jongste dochter Rika uit de schuilplaats achter de bruinkoolbriketten te voorschijn gekropen, om haar moeder te helpen. En ondanks de waarschuwende kreten om zich te blijven verstoppen, was nadien ook Francoise toe gesneld.
" En Phil?",drong Joseph aan, " Waar blijft die toch zo lang, verdomme?"
Plots voelde hij nattigheid: " Wat is er met Phil gebeurd?" Even was het stil.
" Ik denk dat ze naar buiten is gevlucht...",zei Rika zacht, " Ze heeft zeker geprofiteerd van het lawaai om weg te lopen..." Er klonk een nauwelijks verholen verwijt in haar stem door over deze vaandelvlucht, maar ze vergoelijkte onmiddellijk: " Ze had voordien al veel last van de zenuwen..."
Ma De Bens voegde er wijselijk aan toe: " 't Is het verstandigste wat ze kon doen, want die Rus had het lelijk zitten... Hij heeft ons hier in de hoek bijeen gedreven met zijn geweer en we moesten alle valiezen open doen... Hij heeft eruit gegraaid wat hem interesseerde..., m'n colliers onder andere, en onze horloges afgepakt... En in 't weggaan heeft hem de lamp meegenomen en overal in 't plafond geschoten lijk ne zot, in alle hoeken en kanten! ... Wij bleven achter in den pikkedonkere, maar we zagen de vlammen van z'n mitraillette, en de kogels ketsten in 't rond! ...Ik dacht dat ons laatste uur was geslagen! Maar dan kwam zijn baas roepen dat hem ermee moest ophouden en die heeft hem dan meegenomen. Dan hebben we hier in 't donker blijven wachten: we wisten niet wat er met u was gebeurd, maar we waren bang dat ze u hadden afgevoerd en misschien wel doodgeschoten..."
Ze kreeg weer een huilbui in de armen van haar man.
Haar dochter Françoise vervolgde: " Het was dan op straat wat gekalmeerd met schieten en na een tijdje wilde Ma naar buiten gaan om u te zoeken, maar we hebben haar kunnen tegenhouden. En toen zei Madam Weimar hier: ik ben de oudste, mij zullen ze niet veel doen: als 't licht is zal ik ze wel gaan zoeken....En dan zijn we hier in 't donker blijven wachten, totdat gij zijt gekomen..."
" Hoe lang is Phil al weg?",moest Joseph weten, " Ze ziet toch ook dat alles nu rustig is op straat! Ze zou nu toch veilig terug kunnen komen! Miljaarde nondedju, waar zijn haar gedachten om in zo'n omstandigheden buiten te gaan lopen!"
" We hebben haar niet meer gezien, vanals die Rus kabaal is beginnen schoppen: ik heb geen horloge, maar 'k schat twee uur geleden. Nu het begint te lichten zal ze wel weer komen opduiken, als ze haar zenuwen weer meester is...Ge kunt niet beter doen dan wachten, en wat geduld hebben..."
Maar zoveel tijd kregen ze niet.