D30 : ... WANT TENSLOTTE ....
....nog dit ,al zal het misschien wel ietwat scabreus overkomen. Maar wij zijn toch allemaal 'grote mensen' die zoiets niet aan Jan en Alleman gaan voortvertellen hé ! En als vissers en zwartzakken - zogezegd - zijn wij het toch gewend te zwijgen als een graf ,nietwaar ?
Dus nogmaals : vooruit met de geit en de "Siamese Tweeling" !
In 1968 - hij was toen 42 ,goed bij kas en een jaar gescheiden van Rika - ondernam Leon uit pure nostalgie een reis naar Thailand (het vroegere Siam) en zocht daar de familie op die hem twintig jaar voordien tijdens zijn desertie met Penny uit het vreemdelingenlegioen zo hartelijk had opgevangen. Bij dit hernieuwde bezoek ontvingen die mensjes hem wéér met open armen, met als gevolg dat hij er aan de oudste dochter 'Sun' bleef plakken, een soort verpleegstertje, zeg maar...Enfin ,dat dacht hij toch toen ze de eerste morgen vermoeid van haar nachtshift met de Vespa thuis kwam en zo'n simpel wit uniformpje droeg. Wél wat verkreukeld en erg mini-mini, waarschijnlijk wegens het tropische klimaat...Het schone kind was sinds kort in de stad afgestudeerd als "fysiotherapiste",vertelde ze fier. En ze trok vlot haar plan met Frans en Engels, ten gerieve van de buitenlandse patiënten in de kamers van 'La Clinique' waar ze werkte. Haar loon was zeer wisselvallig ,zei ze wat benepen ,want ze werd betaald per klant ,pardon ,per patiënt...In feite een hoer lijk een paard ,maar deze openbaring kreeg hij pas véél jaren later. Zij was met haar massages blijkbaar de enige kostwinner van het gezinnetje, want tijdens die week van zijn verblijf heeft hij de zwijgzame Papa geen poot weten uitsteken. Hààr wél ,toen ze hem de tweede nacht in zijn slaaphoek stilletjes kwam bezoeken en zéér vakkundig zijn grote berenlijf bepotelde...Et autre chose aussi...Haar ouders op hun mat in de àndere hoek lagen blijkbaar in de coma, want ze maakten 'géén geluud'...
Deze uitermate gastvrije mensjes ontkenden 's anderendaags mordicus zijn vermoeden dat hijzelf (of Penny ?) wel eens de vader van deze jonge vrouw zou kunnen zijn ,het verre verleden indachtig...Vooral de moeder ,die er na twintig jaar nog steeds zeer behoorlijk uitzag ,lachte deze delikate hint luchthartig weg. Bon, als ze dat zo zagen: voor hém niet gelaten hé! Al kon hij op zijn vingers natellen dat die veronderstelling nog zo zot niet was...indien hij - wel te verstaan - zijn druiper even vergat en zijn eigen vruchtbaarheid wat hoger inschatte...Maar kom ,zand erover :dan was ze maar 't kind van Penny ,hé ,want dié had destijds tenslotte ook op de moeder gezeten... Hij liet die bevallige Sun wél het jaar daarop overkomen naar hier en installeerde haar knusjes op een groot dijkappartement in Nieuwpoort-bad, samen met haar fris zestienjarige zusje Marylou...En iedere winter ging afwisselend één van de meisjes op zijn kosten voor een paar weken terug naar 'huis' : tegen hun familiale heimwee, zeg maar hé... Wél een dure affaire, al die reizen ,plus het leefloon voor Pa en Ma ,ginder ,én de oude Vespa die daar dringend vervangen moest worden : het hield verdikke niet op !...Hij had tenslotte hier nu zijn eigen ménage-à-trois te onderhouden hé ! Maar aangezien dààrin tijdens die verre reizen van zijn bijslaapje de aflossing door het zusje vlekkeloos verzekerd was en de handige Marylou verrassend vlug had bijgeleerd hoe het in de erotische 'keuken' van Leon reilde en zeilde, vond niemand daar graten in...En wie van de buren toch preuts de wenkbrauwen zou fronsen kon de pot op ,zei 'den Beer' ! Geef hem eens ongelijk !
In 1979 hielden zowel Jetje als Rachel het buiten-huis-werken voor bekeken - na gemaakt fortuin zoals dat heet - en kreeg Leon de leiding over de rederij. En toen Jetje in 1991 stierf erfde hij ook al haar aandelen. Maar gezien hij toen al 65 was, ging hij liever van zijn renten leven met zijn twee Oosterse meisjes van duizend-en-één-nacht...
Er zijn uit deze vreemde 'ménage-à-trois' nooit kinderen voortgekomen, hoe verwoed de vrouwtjes al die jaren ook hun best deden...Leon wist ondertussen al een héle tijd dat hijzelf onvruchtbaar was ,en Sun dus inderdaad het levenslicht niét aan hém ,maar aan zijn legervriend Penny had te danken. En dat hij deze geruststelling verdankte aan de druiper, die hij vlak vóór de bevrijding in ’44 had opgescharreld bij dat leuke dienstertje Agnès...Agnès ,weet je nog ? Hoe ze hem met een sluiks vluggertje op een stapel oude vlaggen van het Verdinaso voor honderd frank 'nam', in de coulissen achter het cinemapodium van het Nieuwpoortse 'Vlaams Huis Zannekin' ?...Met als gevolg ,een maand later in Lüneburg ,het brutale paardenmiddel van die 'kampdokter' !.
Ja ,Agnèstje verdomme ! Hij is een blauwe maandag nog eens op zoek gegaan naar dat vlotte dienstertje om haar 'te bedanken' voor die "schone kado" ,maar ze leek wel van de aardbol verdwenen...Wat last gekregen tijdens de plaatselijke repressie ,waarschijnlijk...En van tien-negen ondertussen gezegend met een kroostrijk gezin...Ja ,wat wil je ,nà al die jaren...
Maar allee ,een druiper als bekroning van zijn eerste liefdesnacht ! Als eeuwig aandenken aan zijn jeugdig idealisme zou een mens iets mooiers, iets meer verheven verwachten : zoiets van rozengeur en maneschijn...Maar ik kan daarvoor toch niet staan liegen hé !
Tenslotte ,zeg :een druiper !..Dat komt voor in de beste families ,hé... C’est la vie...En we leven toch niet in Hollywood ,zeker ?...
Ook Engelborghs is als een sfinks uit de assen van de oorlog herrezen. Na zijn vijf jaar opsluiting had hij de veroordeling gerechtelijk aangevochten en uiteindelijk zijn burgerrechten tóch teruggekregen. Daarna was hij langzaamaan opnieuw in de dorpspolitiek actief geworden en is er zelfs in geslaagd zich in 1970 opnieuw tot burgemeester van de badplaats te laten benoemen...Als bleke compromisfiguur weliswaar, want over een strijdvaardige ‘Vlaamse Ontvoogding’ mocht toen, zéker in het openbaar, niet meer gesproken worden...
Ook Erika Deutinger ontsnapte niet ongeschonden uit het avontuur rond "De Schat in de Duinen" ,waarin haar twee minaars - Joseph en Konrad - op zo'n gewelddadige wijze het leven lieten. Het gerecht klasseerde het onnatuurlijk overlijden van Joseph nogal vlug als een spijtig ongeval ,waardoor zijn begrafenis vlot door Jetje kon geregeld worden. Maar aan de ontploffing van de valstrik in de abri zat duidelijk een reukje ,vonden de gendarmen ,met het gevolg dat ze de gemutileerde resten van Konrad in beslag namen...En ze Erika niet lieten vertrekken vooraleer het probleem van zijn valse naamdracht was opgelost en Pa Dieudonné vanuit Duinkerke het lijk van zijn zoon was komen identificeren. Tijdens de drie weken van haar gedwongen verblijf in "Villa Stella Maris" raakte ze bevriend met Jetje ,die verslingerd was op de baby van Erika. Het kleine meisje heette "Josi" ,de Duitse vorm van "Josée" ,afkorting van "Josépha' ,vrouwelijke evenbeen van ...jawel "Joseph" ! ...Of hoe een dubbeltje rollen kan...
En ochot, 't is waar: in heel deze afrekening zou ik nog bijna onze vriend Steiner vergeten! Die heeft op den duur tóch zijn nek gebroken – figuurlijk dan - met de opruiming van de 'abri' tegenover de Stella Maris, omdat de overheid hem verplichtte zijn oude afbraakcontract te eerbiedigen. Onder druk van Jetje en haar buren moest hij echter van zijn beruchte 'Wassersprennung' afzien en het betonmonster te lijf gaan met meer courant en modern pneumatisch gereedschap...Zo boorde hij moeizaam de dakstelling en het gelijkvloers met Leons betonnen konijnenkoten tot gruis, maar op de kelder heeft hij zijn valse tanden stukgebeten. Een ‘geheimzinnige gasontsnapping' kreeg onze vriend te pakken en hij verdween met stille trom naar een sanatorium in 'de Walen'...
Ook de verroeste granaten met mosterdgas verdwenen geruisloos, zoals ze lagen opgeslagen in de lekke kelder van de nu grotendeels afgebroken abri. Deze ruïne is na het failliet van Steiner, met de jaren verder weggezakt in het fijne zand en ligt nu diep onder de wandelende duinkam naast de doorsteek. De gemeente heeft er zelfs voor alle zekerheid een verwilderd bosje bovenop geplant...Veilig bedekt onder de mantel der liefde, zullen we maar zeggen...
Veilig ? En gij gelooft dàt ? Dat die stinkaarden nooit meer gaan opduiken ? Gij zijt nog van 't goe-jaar ,zeker ?! Want willen of niét : dààr diep onder 't zand liggen die verdoemde gasobussen nog altijd door roest te vergaan ,hé... Traag ,zéér traag :dat kan zo nog eeuwen duren ! Maar soms, als de westenwind uit het goede gat waait, kunt ge het in die laatste draai van de Bassevillestraat nog duidelijk ruiken ,die zurige reuk die op de asem pakt...Het Monster ligt er nog altijd op de loer.
Als je goed oplet, natuurlijk, hé ,en je wat laat meeslepen door mijn verhaal. En niet compleet afwijzend staat tegenover alles wat ik je hierboven allemaal zo breedvoerig heb verklapt...En uit mijn nek heb gekletst...En uit mijn duim heb gezogen...
Want dàn moet je maar denken : Se non è vero, è ben trovato!
En voor de sukkels onder u die geen Westends verstaan omschrijf ik even deze dreigende waarschuwing met de woorden van mijn goede vriend Arnold :" I'll be back !"
Vroeg of laat hoort u nog van mij ! Want hélemaal aangezuiverd is deze afrekening nog niet ! Een verwittigd m/v/q/t/l/abc+ kan dus beter op tijd gaan lopen !
J.M.
‘De Afrekening’, in eerste versie voltooid in Aups, Franse Provence, op het domein ’Les Romarins’.
18 april 2005.
|