Karl Marlantes, de schrijver van het boek Oorlog voeren analyseert aan de hand van de eigen ervaringen als marinier in de Vietnam oorlog, wat het betekent voor het individu oorlog te voeren.
Oorlog is voor hem een noodzakelijk kwaad: Zolang er mensen zijn die eenvoudig gek zijn of bereid zijn om te doden uit winstbejag of machtswellust, zullen we mensen nodig hebben, strijders, die bereid zijn om te doden om die mensen een halt toe te roepen.
Vanuit die visie vertrekt hij om te kijken wat oorlog met de concrete (meestal erg jonge) mensen doet. Hij is niet tegen het oorlog voeren zelf, omdat dit soms noodzakelijk is, wanneer overleg geen oplossing meer biedt en de tegenpartij in de aanval gaat. Een samenleving mag zich verdedigen en daarom stuurt ze haar jonge mannen en vrouwen er op uit om dat te doen. Maar niet alle oorlogen worden gevoerd om een hoger belang dat verdient verdedigd te worden. Zo heeft de oorlog van de gealliëerden in de Tweede Wereldoorlog een hoger belang gediend: de bevrijding van Europa van het nazisme. De oorlog in Irak werd om verkeerde redenen aangegaan: die berustten op een leugen.
Maar los van dit hoger belang, is er de concrete soldaat die vecht en in dit vechten mensen doodt, dorpen platbrandt, plundert, verkracht
en de vraag die de schrijver daarbij stelt: waarom doet die concrete soldaat dat, wat doet dit met hem
om ten slotte de vraag te stellen: hoe kan die zich terug integreren in de maatschappij die hij verliet voor zijn oorlog.
De marinier wordt goed opgeleid tot vechtmachine: technieken worden eindeloos ingeoefend, zijn lichaam wordt geconditioneerd om pijn te verdragen en moeilijke periodes van honger, dorst, verwonding te verdragen zonder in paniek te raken of althans paniek te onderdrukken. Hij wordt psychisch opgeleid om zijn medestrijder nooit in de steek te laten, de tegenstander als vijand te beschouwen en daardoor zijn inlevingsvermogen tot nul te herleiden.
Na maanden van oorlog voeren is hij terug gekomen uit Vietnam, in een maatschappij die hem als veteraan verfoeide. Hij ontdekte hoe hij de ervaringen uit Vietnam steeds weer ontvluchtte in adrenaline-eisende jobs, drank en drugs. Tot hij toegeeft dat er toch wat mis is met hem en op zoek gaat naar hulp voor zijn Post Traumatisch Stress Syndroom (PTSS). En niet alleen met hem loopt het fout. De zelfdodingen bij veteranen ligt enorm hoog, velen kunnen niet meer normaal functioneren in de samenleving. De samenleving zit met een groot probleem dat ze alleen kan oplossen door een goede (psychische) voorbereiding van de militairen en een doordachte opvang als die terugkomen, zodat de psychiatrische problematiek beperkt blijft.
In het boek gaat hij de confrontatie van zijn verleden aan: vanuit concrete ervaringen beschrijft hij wat hij voelt, denkt
en plots wordt die vechtmachine een jonge man die feitelijk niet voldoende opgeleid is om die oorlog die hij uitvecht voor een samenleving die elders is, psychisch te overleven.
Gisteren werd er op het nieuws vermeld dat de Belgische militairen de luchthaven van Kaboel verlaten. Worden ze direct overgevlogen van Afghanistan naar thuis? Een tijd geleden las ik een bericht dat er ergens een vijfsterren hotel voor terugkerende militairen ter beschikking stond om de overgang te vergemakkelijken. Toen was ik verontwaardigd, nu sta ik er anders over. Karl Marlantes pleit voor zon verzorging na oorlogsperiode. Lichamelijk verzorgd worden (lekkere en goede maaltijden, een lekker bed, massage, sport
), sessies waarin de voorbije ervaringen aan bod kunnen komen, zodat de militairen stilaan weer medeburgers kunnen worden, die niet meer moeten wakker worden van nachtmerries, die terug gewoon de relatie met vrouw en kinderen kunnen hernemen zonder een knop te moeten omdraaien van vechter naar vader of partner, zoals gebeurt wanneer zij vanuit een oorlogssituatie met thuis bellen of schrijven.
Dit boek geeft een zicht op een aspect van het oorlog voeren dat zelden aanbod komt. Voortaan zal ik anders lezen over oorlog.
Oorlog voeren
Karl Marlantes
ISBN978-90-290-8855-8
Meulen hoff
|