En toen was er geen houden meer aan… Mijn platencollectie groeide gestaag vanaf het voorjaar van 1971 want ik moest een enorme inhaalbeweging doen. Sinds de jaren 1950 was ik enorm geïnteresseerd in muziek die ik vanaf 1967 verzamelde met behulp van mijn taperecorder. Eind 1970 had ik van mijn ouders een platenspeler gekregen wegens heel goede studieresultaten.
Volgende elpees (vinylplaten op 33 toeren voor de jongste lezers onder ons) kwamen in de loop van het voorjaar van 1971 terecht in mijn platenkast:
1. David Porter – ‘Into A Real Thing’ (299 BEF omgerekend zo’n € 7,42 wat toen een groot bedrag was voor een student!) 2. Steppenwolf – ‘The Best of Steppenwolf’ (225 BEF of € 5,58) 3. Santana – ‘Abraxas’ (299 BEF) 4. Three Dog Night – ‘The Best of Three Dog Night’ (225 BEF) 5. The Guess Who – ‘The Best of The Guess Who’ (225 BEF) 6. Titanic – ‘Titanic’ (150 BEF of € 3,72 tweedehands) 7. Booker T & The MG’s – ‘Melting Pot’ (225 BEF) 8. King Curtis – ‘Live at Fillmore West’ (299 BEF) 9. Free – ‘Fire And Water’ (110 BEF of € 2,73) 10. Canned Heat – ‘Future Blues’ (110 BEF) 11. Elvis Presley – ‘On Stage – February 1970’ (100 BEF of € 2,48) 12. Soul Survivors – ‘Take Another Look’ (gekregen van Alain, de toenmalige vriend van mijn zus) 13. Jazz Crusaders – ‘Old Socks New Shoes/New Socks Old Shoes’ (225 BEF) 14. Johnny Rivers – ‘John Lee Hooker’ (225 BEF) 15. Joe Cocker – ‘The Best of Joe Cocker’ (225 BEF)
Zoals ik eerder al schreef kocht ik in de Paasvakantie twee elpees van Creedence Clearwater Revival in Londen; de elpee van Elvis kocht ik tweedehands op verzoek van mijn moeder en de schijven van Free en Canned Heat redde ik uit de afprijsbakken. Gelukkig waren er nergens krassen op te bespeuren… Maar op de radiozenders klonk toen een heel andere soort muziek. Wat stond er in de maand februari 1971 genoteerd in de BRT Top 30?
- ‘Silver Moon’ – Michael Nesmith & The National Band (The Monkees waren uiteengevallen en enkel Nesmith scoorde solo) en ‘Black Skin Blue Eyed Boys’ – The Equals (met een ruigere sound dan hun vorige singles);
- ‘Sunny Honey Girl’ – Cliff Richard (een commercieel geluid van deze voormalige rocker); - ‘Adios’ – Louis Neefs (een minder bekende single van de warme stem uit Gierle);
- ‘To The Rising Sun’ – The Pebbles (dit vond ik een internationale single van de Antwerpse groep die Luc Smets had verlaten – De Nederlander Axel van Duyn versterkte de band);
- ‘Lucky Man’ – Emerson, Lake & Palmer (Keith, Greg en Carl werd al vrij snel afgekort tot EL&P); - ‘Holy Holy Life’ – Golden Earring (ook onze noorderburen mikten op het buitenland);
- ‘Las Vegas’ – Tony Christie (deze Britse crooner ging de concurrentie aan met Tom Jones); - ‘Mijn leven’ – Ron Davis (een vertaling van ‘My Way’, een cover van ‘Comme d’habitude’ met het orkest van Francis Bay – De Vlaamse zanger was op 22 januari 1971 overleden na een auto-ongeval!);
- ‘Du’ – Peter Maffay (deze in Roemenië geboren Volksduitser begon zijn carrière met deze single in 1969. Hij scoorde wekenlang in West-Duitsland in 1970 tot het liedje opnieuw werd uitgebracht in 1971 met het bekende succes in de Lage Landen!);
- ‘Mother’ – John Lennon/Plastic Ono Band (Lennon verwerkte zijn verdriet met behulp van Yoko die hem leerde gillen);
- ‘Butterfly’ – Danyel Gérard (de Fransman zou met deze meezinger tot in de zomer in de hitparades staan); - ‘The Pushbike Song’ – The Mixtures (deze Australiërs inspireerden zich op ‘In The Summertime’ van Mungo Jerry);
- ‘Masterpiece’ – Irish Coffee (van deze single werd ik weggeblazen, vooral toen ik vernam dat dit een Belgische productie was. William Souffreau zou ik vele jaren later persoonlijk leren kennen en een aantal keren live zien optreden. Leuk detail: de foto op het hoesje zou ik in 1975 herkennen want tot 1990 zou ik op de vierde verdieping van de Agora Galerij (naast de Grote Markt) werken en daar werd die groepsfoto op het dak van de kantoren genomen.);
- ‘Little Queenie’ – The Rolling Stones (uit het live album ‘Get Yer Ya-Ya's Out!’ – cover van een nummer van Chuck Berry);
- ‘Your Song’ – Elton John (voor mij het allermooiste liefdeslied dat ik voor Chantal in het Nederlands zou vertalen!) – Met het geweldige ‘Take Me To The Pilot’ als b-kant.
Bovenstaande hits stonden ook in de Veronica Top 40 behalve Louis Neefs, The Pebbles, Ron Davis, en Irish Coffee. Maar er stonden ook singles tussen die niet in de BRT Top 30 te bespeuren waren. Die Nederlandse hitsingles publiceer ik morgen.
- 1 juli tot 31 augustus 1971: Ik werk gedurende twee maanden aan de kust voor de Koningin Fabioladorpen ten bate van gehandicapten. - 3 juli 1971: Jim Morrison, zanger van de groep The Doors, wordt in Parijs dood aangetroffen in zijn badkuip. Hij werd slechts 27 jaar oud, net zoals Brian Jones, Jimi Hendrix, en Janis Joplin! - 18 juli 1971: De Belgische wielrenner Eddy Merckx wint de Ronde van Frankrijk. - 1 augustus 1971: The concert for Bangladesh.
In september 1971 figureren Geert en ik voor een laatste maal samen in ‘Reisroute Brussel-Luxemburg’, een TV-spel geregisseerd door Pol Stabel. Geert zou later een mooie carrière uitbouwen op radio en televisie en uiteindelijk zou hij het zelfs schoppen tot stem van… neen, niet Samson maar van ‘Man bijt Hond’! Ikzelf behaalde een jaar later mijn diploma, vervulde mijn dienstplicht van één jaar (vier maanden opleiding in Mechelen en acht maanden in West-Duitsland) en bouwde een loopbaan uit in de administratie van nationale federaties in verschillende sectoren: toerisme – bank/verzekeringen – verwarmings- en bouwsector.
- 13 september 1971: Die avond ontmoette ik een zekere Chantal in het Hooghuis van Watermaal-Bosvoorde. Het klikte meteen tussen ons en de komende maanden zouden wij regelmatig ’s woendags in de namiddag afspreken voor een babbel en om nader kennis te maken. - 24 september 1971: In het Antwerps Sportpaleis woon ik het optreden bij van Tony Joe White, als voorprogramma van Creedence Clearwater Revival. Later vernam ik dat Paul Verbrugghe, toenmalig dj van de BRT Top 30, er ook aanwezig was! - 27 oktober 1971: Het Afrikaanse land (Belgisch) Congo wordt hernoemd naar Zaïre. - 12 november 1971: Jongerengemeenschap De Bezem organiseert het Bal van de 19de eeuw (kledij uit die periode gewenst!). Daar werden Chantal en ik een koppel. Geert was daar toen getuige van. - 13 november 1971: Chantal en ik hebben afgesproken in het Cultureel Centrum van Oudergem waar John Terra met zijn orkest een geslaagd optreden geeft. - 27 november 1971: Die dag vier ik mijn 20ste verjaardag! - 4 december 1971: In het Casino van Montreux breekt brand uit als tijdens het optreden van Frank Zappa vanuit het publiek een lichtkogel wordt afgeschoten. Zie Smoke on the Water van Deep Purple. - 10 december 1971: 1ste Herfstbal van de Vrije Gemengde School De Bloeiende Kerselaar georganiseerd in het Hooghuis van Bosvoorde. Natuurlijk waren Chantal en ik weer van de partij. - 26 december 1971: die avond maak ik kennis met de ouders van Chantal. Nadien gaan wij naar de bioscoop in Brussel-centrum om naar de nieuwste Bondfilm te kijken: ‘Diamonds Are Forever’. - 31 december 1971: Oudejaarsavond brachten Chantal en ik deels door in Klub 16 (ex-Brussel 16), een jeugdclub in Oudergem (op zaterdag 15 april 1972 evolueerde die club naar Jeugdhuis Alleman). De muziek stond er veel te luid en wij besloten om naar de Reinaert in Brussel te gaan. In de vroege uurtjes keerden wij moe maar tevreden huiswaarts met de allereerste autobus. Het was inmiddels 1 januari 1972 geworden!
Eind juni supporterde ik voor Vorst Atletiekclub, ik sta op de achterste rij (uiterst rechts)! Onderaan links in Westende (Festival van de Kust)
Ik maakte toen zelfs een tekening van Cat Stevens.
En in de Veronica Top 40 van januari 1971 stonden de meeste singles uit de Radio 2 Top 30 ook genoteerd (behalve ‘Annelise’) samen met deze:
- ‘Peace Planet (Badinerie from Suite N°2 – Johann Sebastian Bach)’ – Ekseption; - ‘Love The One You’re With’ – Stephen Stills (de vier leden van CSN&Y bleven maar soloplaten uitbrengen!);
- ‘Both Sides Now’ – Euson (mooie cover van Joni Mitchell door deze Arubaanse zanger); - ‘Domino’ – Van Morrison (knappe solosingle van Van The Man);
- ‘Wang Dang Doodle’ – Livin’ Blues (machtige bewerking van deze blues van Willie Dixon, geschreven voor Howlin’ Wolf) en ‘Everyday’s Torture’ – Jackie Cornell (Jacques Eckhardt uit Den Haag. Was zanger van The Boots en zat ook in o.a. The Rockin' Sensation Boys. Soms werd zijn voornaam ook als Jack of Jacky gespeld – Origineel van de Golden Earring uit 1969);
- ‘Indian Reservation’ – Don Fardon (ex-frontzanger van The Sorrows met een cover van John D. Loudermilk); - ‘Maggie’ – Redbone (de broers Pat & Lolly Vegas met drie andere groepsleden van Indiaanse afkomst);
- ‘Immigrant Song’ – Led Zeppelin (lied over de Vikingen die duizend jaar geleden op rooftocht gingen in West-Europa);
- ‘She’s Comin’ Back’ – Alfie Kahn (pseudoniem van de Duitser Joachim Heider die in 1969 al eens scoorde in de Benelux met ‘Muny, Muny, Muny’ onder de naam Daisy Clan); - ‘Mr. Bojangles’ – Nitty Gritty Dirt Band (Jerry Jeff Walker schreef het nummer over een straatmuzikant in 1968);
- ‘House Of The King’ – Focus (legendarische band met Jan Akkerman, Thijs van Leer en Pierre van der Linden, die ik later dat jaar in Vorst Nationaal zou zien optreden als voorprogramma van Ten Years After – Alain, de vriend van mijn zus, had voor een ticket gezorgd. Jammer genoeg zat ik te dicht bij het podium zodat mijn oren na enkele minuten tilt sloegen!);
- ‘Bridget The Midget’ – Ray Stevens (de Smurfen hadden de overhand genomen in de studio!).
Eind 1970 had ik mij ingeschreven in een wedstrijd van Radio Luxemburg. De firma Fred Steyn Producties organiseerde deze wedstrijd waarin er naar disc-jockeys gezocht werd. Deelnemers moesten vooraf een jingle maken en drie platen draaien voor een zaal van ongeveer 200 personen. Begin 1971 kreeg ik een uitnodiging om samen met een 40-tal anderen naar een zaal te komen in Merchtem (of was het in Meise?).
Fred Steyn -geboren als Fred Arkesteyn in Diest op 13 oktober 1934- overleed in Tienen op 1 februari 2012. Hij ontnam zich jammer genoeg van het leven...
Aangezien ik nog niet over een auto beschikte (en mijn ouders ook niet) riep ik de hulp in van de toenmalige vriend van mijn zus, Alain (fotograaf bij de krant La Dernière Heure). Hij bracht ons ter plaatse maar kon ons na afloop niet terug oppikken. Ik herinner mij dat het een sombere en vrij regenachtige avond was. Deelnemers mochten ook twee vrienden (m/v) meebrengen, dus vroeg ik aan Geert en Marleen om mij te vergezellen en voor mij te supporteren.
In de zaal zag ik mijn vroegere klasgenoot Rudy terug die vóór mij aan de beurt kwam. Hij draaide ‘Melancholy Man’ van de Moody Blues, ‘Working Class Hero’ van John Lennon/Plastic Ono Band en ‘Isn’t It A Pity’ van George Harrison. Een vrij gedurfde keuze want het waren drie trage en vrij lange liedjes.
Iets later kwam ik aan de beurt. Mijn jingle had ik thuis in elkaar geflanst met behulp van mijn Grundig taperecorder: het intro van ‘Telephone Baby’ van The Johnny Otis Show (“Hello Johnny, Yes it's me and I'm lonely, I had to call you on the phone”), gevolgd door Rory Gallagher (Taste) die ‘What’s Goin’ On’ roept met in de achtergrond een luide politiesirene en ik die ‘It’s The Show of MICO!’ uitroep.
Ik had drie liedjes meegebracht: ‘Waltz For Lumumba’ van de Spencer Davis Group (op een ‘Best of’ LP); en twee singles ‘Let Me Love, Let Me Live’ van Aphrodite’s Child en ‘Flash’ van de Duke Of Burlington. Ik was jammer genoeg vergeten dat mijn voorganger de platenspeler op 45 toeren had geplaatst. De Spencer Davis Group klonk dan ook heel bizar op het verkeerd toerental, ik herstelde het al heel vlug maar overmand door plankenkoorts kon ik verder bijna geen woord meer uitbrengen behalve titel en uitvoerder. Onnodig te zeggen dat mijn “carrière” van platendraaier een kort leven beschoren was. Mijn kameraad Rudy mocht wel een ronde verdergaan in de afvallingsrace maar ik heb nooit nog iets van hem vernomen, dus vermoed ik dat hij iets later ook uitgeschakeld werd.
De terugreis naar Watermaal-Bosvoorde verliep met het openbaar vervoer heel moeizaam tot het Noordstation in Brussel waar wij na een voettocht iets verder de laatste tram van de M.I.V.B. konden nemen en onderweg uitstapten in Oudergem om een spaghetti te eten. Van daaruit was het slechts een goede 5 km te voet stappen… Later heb ik toch een aantal keren deejay mogen spelen op familiefeestjes of in jeugdclub De Bezem, tot ieders tevredenheid.
En wat stond er in januari 1971 in de BRT Top 30 nieuw genoteerd?
- ‘When I’m Dead And Gone’ – McGuinness Flint (Britse folk- en popband met ex-leden van Manfred Mann en John Mayall’s Bluesbreakers, zanger Dennis Coulson en het duo Gallagher & Lyle); - ‘Whole Lotta Love’ – C.C.S. (instrumentale versie van de hit van Led Zeppelin die al snel werd gebruikt als indicatief voor Top Of The Pops op de BBC);
- ‘Knock Three Times’ – Dawn (opvolger van ‘Candida’); - ‘Annelise’ – Lilac Street Band (Belgische productie met Ignace Baert!);
- ‘Nothing Rhymed’ – Gilbert O’Sullivan (vanuit het niets kwam deze rare zanger met zijn kapsel en outfit uit de jaren 1930 onze hitparade binnengevallen); - ‘River Deep, Mountain High’ – The Supremes & The Four Tops (cover van het magnum epos van Ike & Tina Turner waarop Ike eigenlijk niet aanwezig was in de studio, op uitdrukkelijke vraag van Phil Spector!);
- ‘Do It’ – Neil Diamond (de platenmaatschappij bleef maar oude hits van de singer/songwriter opnieuw uitbrengen! Oorspronkelijk uit 1967); - ‘She’s A Lady’ – Tom Jones (een comeback voor de Weshman dankzij deze hit van Paul Anka!);
- ‘Have You Ever Seen The Rain’/’Hey Tonight’ – CCR (alweer een dubbele hitsingle!);
- ‘Chirpy Chirpy Cheep Cheep’ – Middle Of The Road (De Schotten hadden de mosterd gehaald bij Lally Stott); - ‘Rose Garden’ – Lynn Anderson (Country tophit geschreven door Joe South).
Nieuws uit het jaar 1971 (januari tot juni):
- 1 januari 1971: 1 In België wordt de B.T.W. (Belasting op de Toegevoegde Waarde) ingevoerd. Wij kregen die materie als eersten in het vak ‘Boekhouding’ vanaf september 1970. - 5 februari 1971: Astronaut Alan Shepard wandelt op de maan. - 15 maart 1971: Regerend wereldkampioen Jean-Pierre Monseré (bijgenaamd Jempi) verongelukt tijdens een wielerwedstrijd in Retie. - 23 maart 1971: Grote Boerenbetoging in Brussel: 100.000 betogers gaan de straat op tegen landbouwhervormingen. Het instituut waar ik toen studeerde stond letterlijk tussen woedende boeren met koeien (sic) en rijkswachters met waterkanon en traangas. Het gas heb ik dagen nadien nog altijd in de leslokalen geroken met zeer kwalijke gevolgen voor de ogen…
Tijdens de Paasvakantie (april 1971) gaan Geert en ik naar Londen en verblijven er bij het gezin Farthing, waar ik in juli 1969 logeerde. Wij liften van Koekelberg naar Oostende, waar wij de overzetboot nemen naar Dover. Het werd een leuke vakantie in de Engelse hoofdstad waar ik twee elpees kocht, ‘Willy & The Poorboys’ en ‘Bayou Country’ van CCR. Vinylplaten waren daar toen goedkoper dan in België. Foto 1 in Londen (Winchmore Hill) en Foto 2 in Hyde Park (Foto's genomen door Geert).
- 12 april 1971: In het Hooghuis van Watermaal-Bosvoorde organiseert Jeugdclub De Bezem een dansavond met The Social Misfits Clan. Het Jeugdhuis is daarmee officieel geopend! - 31 mei 1971: Geboorte van een nieuw land: Bangladesh. Het gebied behoorde oorspronkelijk tot Pakistan (Oost-Pakistan). - 26 juni 1971: In het Woluwe Shopping Center zie ik The Pebbles optreden. Op de foto in Sint-Lambrechts-Woluwe.
Populaire muziek: Top 10-albums in Nederland (Voor België ontbreken de cijfers)
1. Bridge over troubled water - Simon & Garfunkel 2. Corry & de Rekels 2 - Corry en de Rekels 3. Pendulum - Creedence Clearwater Revival 4. Grand gala - Nana Mouskouri 5. In concert - James Last 6. Atom Heart Mother - Pink Floyd 7. Ekseption 3 - Ekseption 8. Abraxas - Santana 9. In Rock - Deep Purple 10. Pearl - Janis Joplin
De hitlijsten van januari tot december 1970 zijn de revue al gepasseerd. Rest mij nu nog een honderdtal liedjes te posten die toen niet in de hitparade terechtkwamen. Het zijn misschien minder bekende singles of elpeetracks die ik toch de moeite waard vind en daarom ook genoteerd staan in mijn Persoonlijke Top 4000 Aller Tijden.
Hierna volgt een vierde en laatste schijf:
- ‘Chunga’s Revenge’ – Frank Zappa (Deze Amerikaanse componist en musicus, mengde op geheel eigen wijze rockmuziek met psychedelica, jazz, experimentele muziek en eigentijdse klassiek muziek gecombineerd met een grote dosis zelfspot, humor en performance-art. Hij was in 1970 enkel te horen op de RTBF) en ‘Thank You Fallettinme Be Mice Elf Agin’ – Jazz Crusaders (origineel van Sly & The Family Stone);
- ‘If Not For You’ – Bob Dylan (later veelvuldig gecoverd, o.a. door George Harrison en Olivia Newton-John); - ‘Stage Fright’ – The Band (het is moeilijk te geloven dat deze muzikanten nog plankenkoorts hadden);
- ‘I Want To Take You Higher’ – Sly And The Family Stone + Brian Auger Trinity (veelvuldig meegezongen op Woodstock 1969 en later!);
- ‘Mary-Jane’ en ‘I See No Reason’ – Titanic (Noorse groep die in Frankrijk verbleef en geproducet werd door William Sheller, bekend van o.a. ‘My Year Is A Day’);
- ‘Fire And Water’ – Free (Paul Rodgers, Paul Kossoff, Andy Fraser, en Simon Kirke op het hoogtepunt van hun roem in 1970) en ‘Sweet Jane’ – Velvet Underground (vooruitstrevende en experimentele rockgroep uit New York);
- ‘Searchin'’ – Titanic (instrumentale rockgeluiden van vier Noren en één Brit) en ‘Viva Tirado’ – El Chicano (Santana meets Titanic);
- ‘It’s A Beautiful Day’ – Pendulum (Het Belgisch antwoord op The Band, The Byrds en The Flying Burrito Brothers met een piepjonge Erik Van Neygen en Mich Verbelen – mooie sound van pedalsteelgitaar en banjo); - ‘If You Could Read My Mind’ – Gordon Lightfoot (Deze Canadese folkzanger haalde inspiratie uit zijn echtscheiding – het nummer werd nadien veelvuldig gecoverd!);
- ‘Then’ – Yes (Londense progressieve rockand met enorm veel personeelswisselingen – destijds ook enkel te horen op de RTBF) en ‘No Opportunity Necessary, No Experience Needed’ – Yes (compositie van Richie Havens);
- ‘Marie-Jolie’ – Aphrodite’s Child (zelfs Vangelis werd ooit gevraagd om zich bij Yes te voegen – na enkele repetities bleken de muzikale ideeën te ver uiteen te liggen) en ‘Het Dorp’ – Wim Sonneveld (prachtige cover van ‘La Montagne’ van Jean Ferrat – opnieuw een hit in 1974 n.a.v. zijn overlijden!);
- ‘Does Anybody Really Know What Time It Is?’ – Chicago (geschreven door zanger/pianist Robert Lamm toen de band nog voluit Chicago Transit Authority heette) en ‘Hey America’ – James Brown (deze single vind ik een van zijn beste!);
- ‘We Have All Time In The World’ – Louis Armstrong (thema uit de Bondfilm ‘On Her Majesty’s Secret Service’ met George Lazenby als 007 en Diana Rigg als bondgirl);
- ‘Black Magic Woman’/’Gypsy Queen’ – Santana [de bluesrock van Peter Green (Fleetwood Mac) kreeg een latin sausje];
- ‘Child In Time’ – Deep Purple (Niemand kon toen even hoog gillen als Ian Gillan. Hij was tevens de eerste "Jezus" voor de rockopera Jesus Christ Superstar);
- ‘Maybe I’m Amazed’ – Paul McCartney (uit zijn debuutelpee ‘McCartney’ en hij had deze parel toen eigenlijk op single moeten uitbrengen!); - ‘Samba Pa Ti’ – Santana (Het werd een hitje in Nederland, België, Groot-Brittannië en Duitsland, waarschijnlijk de enige landen waar het plaatje op 45 toeren uitgebracht werd).
Tot zover muziek uit het jaar 1970; op naar het jaar 1971 waarin ik 20 werd…
De hitlijsten van januari tot december 1970 zijn de revue al gepasseerd. Rest mij nu nog een honderdtal liedjes te posten die toen niet in de hitparade terechtkwamen. Het zijn misschien minder bekende singles of elpeetracks die ik toch de moeite waard vind en daarom ook genoteerd staan in mijn Persoonlijke Top 4000 Aller Tijden.
Hierna volgt een derde schijf:
- ‘Oye Como Va’ – Santana (prachtige cover, origineel van Tito Puente); - ‘Wild Horses’ – Flying Burrito Brothers (van Jagger/Richards natuurlijk maar eerder uitgebracht dan de auteursversie van de Stones);
- ‘Rain’ – José Feliciano (zeer mooie compositie van deze blinde Puerto Ricaanse zanger); - ‘Midnight Special’ – CCR (Amerikaans volksliedje over een passagierstrein, ontstaan onder gevangenen in het Amerikaanse Zuiden);
- ‘De zotte morgen’/’Houten kop’ – Zjef Vanuytsel (prachtig hoe die twee liedjes op de vinylelpee in elkaar overgaan; een echte medley dus en ik beluister ze zo altijd!);
- ‘N.I.B.’ – Black Sabbath (griezelen geblazen met deze angstaanjagende Britten. Een oogopslag op de hoesfoto volstond toen…); - ‘Out Demons Out’ – Edgar Broughton Band (3 jaar vóór ‘The Exorcist’; enkel te horen op de RTBF);
- ‘Them Changes’ – Buddy Miles (Amerikaanse drummer vooral bekend is geworden door zijn werk met Jimi Hendrix' "Band of Gypsys", vanaf 1969 tot 1970); - ‘Move On Up’ – Curtis Mayfield (discotheekhit van toen en jammer genoeg misbruikt voor reclamedoeleinden!);
- ‘Man Of Action’ – Les Reed Orchestra (vaak gebruikt door piratenzenders); - ‘I Stand Accused’ – Isaac Hayes (Amerikaanse soul- en funkmuzikant die ook een aardig stukje kon zingen!);
- ‘Brussel’ – Liesbeth List (prachtige cover van ‘Bruxelles’, die fenomenale compositie van Jacques Brel uit 1962);
- ‘Across The Universe’ – The Beatles (Het nummer geschreven door John Lennon verscheen voor het eerst op het liefdadigheidsalbum ten bate van het Wereld Natuur Fonds van meerdere artiesten ‘No One's Gonna Change Our World’ (1968) en kwam in 1970 in een andere versie terecht op ‘Let It Be’); - ‘The Cage’ – Elton John (uit zijn debuutelpee ‘Elton John’ en grijsgedraaid in de Reinaert);
- ‘Almost Cut My Hair’ – CSN&Y (ook een vaste slow in de Reinaert);
- ‘Indagine su un cittadino al di sopra di ogni sospetto (Theme) – Ennio Morricone (filmthema); - ‘Le Clan des Siciliens’ – Ennio Morricone (ongelooflijk zoals deze grootmeester componeert voor films!);
- ‘So Young’ – Roy Orbison (uit de film ‘Zabriskie Point’ maar niet op de soundtrack!); - ‘Toast And Marmalade For Tea’ – Tin Tin (Kuifje in Australië);
- ‘Psychedelic Shack’ – The Temptations (Motown goes psychedelic!); - ‘The Thrill Is Gone’ – B.B. King (bluesreus uit de VS met zijn iconisch nummer);
- ‘Mercedes Benz’ – Janis Joplin (a capella lied uit 1970 geschreven door de Amerikaanse zangeres met medewerking van Michael McClure en Bob Neuwirth);
- ‘Feelin’ Alright’ – Joe Cocker (cover van die mooie compositie van Traffic); - ‘Glad’ – Traffic (een van de weinige instrumentale nummers; heb ik ook leren kennen via de Reinaert!).
De hitlijsten van januari tot december 1970 zijn de revue al gepasseerd. Rest mij nu nog een honderdtal liedjes te posten die toen niet in de hitparade terechtkwamen. Het zijn misschien minder bekende singles of elpeetracks die ik toch de moeite waard vind en daarom ook genoteerd staan in mijn Persoonlijke Top 4000 Aller Tijden.
Hierna volgt een tweede schijf:
- ‘Ik weet wel mijn lief’ – Zjef Vanuytsel (uit die geweldige elpee ‘De zotte morgen’ die ik bij mijn goede vriend Geert ging kopiëren met mijn taperecorder);
- ‘Don’t Play That Song (You Lied)’ – Aretha Franklin (geschreven door Ahmet Ertegün en de vrouw van Ben E. King, Betty Nelson) en ‘My Prayer’ – Gerry Monroe (mooie opvolger van ‘Sally’);
- ‘Like Honey’ – Argent (Rod Argent was voorheen lid van The Zombies); - ‘Working Class Hero’ – John Lennon/Plastic Ono Band (uit de eerste soloplaat van de ex-Beatle);
- ‘The Frog’ – João Donato (Jacques Brel misbruikte de instrumentale track van dit Braziliaans nummer om zijn gal te spuwen en zijn eigen nest te bevuilen…); - ‘Into The Mystic’ – Van Morrison (voorheen lid van Them en vanaf 1967 solo);
- ‘Melancholy Man’ – The Moody Blues (zeer melancholisch lied van deze melodieuze Britten);
- ‘Ive Got A Feeling’ en ‘Two Of Us’ – The Beatles (uit de LP ‘Let It Be’);
- ‘Pagan Baby’ – CCR (uit de elpee ‘Pendulum’, uitgebracht in december 1970); - ‘Peaches en Regalia’ – Frank Zappa (uit het album ‘Hot Rats’, enkel te horen op de RTBF);
- ‘Southern Man’ – Neil Young (naast CSN&Y bouwde Young ook een solocarrière uit); - ‘Handbags And Gladrags’ – Mike D’Abo (auteursversie na covers van Chris Farlowe en Rod Stewart);
- ‘Tobacco Road’ – Eric Burdon & War (fantastisch nummer geschreven door John D. Loudermilk in 1960 en veelvuldig gecoverd ook door Eric Burdon & The Animals in 1967); - ‘Kentucky Woman’ – Neil Diamond (auteursversie – Deep Purple coverde de song ook!);
- ‘Get Ready’ – Rare Earth (de zeer lange elpeeversie, een echte plaspauze voor de disc-jockey); - ‘Overture from Tommy’ – Assembled Multitude (instrumentale track geschreven door Pete Townshend);
- ‘Time Is Up’ – Tenderfood Kids (met een jonge Pierre Rapsat!); - ‘Weet je, weet je’ – Anneke Soetaert & The J.J. Band (zij ging uiteindelijk lopen met de gitarist van de band: Scott Bradford);
- ‘One After 909’ – The Beatles (een heel oud nummer dat terug werd opgediept tijdens de ‘Get Back’-sessies en uiteindelijk terechtkwam op de elpee ‘Let It Be’); - ‘I Heard It Through The Grapevine’ – CCR (een oud Motown-nummer in een lange versie);
- ‘Tired Of Waiting For You’ – The Flock (machtige versie van een oud Kinks-nummer); - ‘Ride A White Swan’ – Tyrannosaurus Rex (tongbreker die al vrij vlug werd ingekort tot T.Rex);
- ‘Way Back Home’ – Jazz Crusaders (later ingekort tot Crusaders en nog later noemden ze zich opnieuw Jazz Crusaders);
- ‘I Just Can’t Help Believing’ – B.J. Thomas (bekender in de versie van Elvis Presley); - ‘My Baby Left Me’ – CCR (John Fogerty was ook fan van de King en van Arthur Crudup).
De hitlijsten van januari tot december 1970 zijn de revue al gepasseerd. Rest mij nu nog een honderdtal liedjes te posten die toen niet in de hitparade terechtkwamen. Het zijn misschien minder bekende singles of elpeetracks die ik toch de moeite waard vind en daarom ook genoteerd staan in mijn Persoonlijke Top 4000 Aller Tijden.
Hierna volgt een eerste schijf:
- ‘Wild World’ – Cat Stevens (de auteursversie, Jimmy Cliff had er een grote hit mee!); - ‘Come To The Sabbat’ – Black Widow (griezelen in het kielzog van Black Sabbath en The Rattles);
- ‘Easy To Be Hard’ – Shirley Bassey (uit de musical HAIR); - ‘Share The Land’ – Guess Who (protestlied van de Canadezen die het opnamen voor de Native Americans, alias de indianen);
- ‘Serenade’ en ‘Let Me Love Her’ – Wallace Collection (nog twee pareltjes van deze Brusselse band);
- ‘Gimme Shelter’ – Merry Clayton (zij zong de hoge stem op de versie van de Stones; hier speelt Billy Preston op de toetsen!); - ‘Rainy Night In Georgia’ – Brook Benton (met Toots Thielemans op mondharmonica - Het origineel van Tony Joe White stamt uit 1967);
- ‘La solitude ça n’existe pas’ – Gilbert Bécaud (Monsieur 100.000 Volts in goede doen) en ‘Avec le temps’ – Léo Ferré (ook nog een hit in 1971);
- ‘Groove Me’ – King Floyd (soulzanger en songwriter uit New Orleans, niet te verwarren met Pink Floyd) en ‘Walk A Mile In My Shoes’ – Joe South (Amerikaanse singer-songwriter wiens nummers opgenomen of gecoverd werden door o.m. Billy Joe Royal, Deep Purple, en Lynn Anderson);
- ‘Ruby Tuesday’/‘What Have They Done To My Song Ma?’ – Melanie (A- en B-kant van haar single: een cover en een origineel van haar);
- ‘Slow Down’ – Crow (hardrockversie van het rock-‘n-rollnummer van Larry Williams – Ook gecoverd door The Beatles); - ‘Apache Dropout’ – Edgar Broughton Band (mash-up avant-la-lettre: The Shadows/Captain Beefheart);
- ‘Cotton Fields’ – CCR (geschreven in 1940 door Huddie Ledbetter, beter gekend als Lead Belly en ook gecoverd door The Beach Boys) en ‘No Time To Live’ – Brian Auger & The Trinity (orgineel van Traffic);
- ‘Petit bonheur’ – Adamo (uitgebracht in november 1969; de zoveelste hit van onze landgenoot);
- ‘Hosanna’ en ‘Heaven On Their Minds’ – Rock Musical Jesus Christ Superstar (dit album wordt meestal opgezet omstreeks Pasen);
- ‘Liar’ – Argent (The Zombies waren gesplit: Colin Blunstone (alias Neil McArthur) en Rod Argent waren solo goed bezig!) en ‘Isn’t It A Pity’ – George Harrison (machtige b-kant van ‘My Sweet Lord’);
- ‘Oh I Wept’ en ‘Mr. Big’ – Free (Engelse blues- en rockband, opgericht in Londen in 1968);
- ‘Cissy Strut’ – The Meters (Amerikaanse instrumentale funkmuziekgroep uit New Orleans); - ‘Everydays’ – Yes (geschreven door Stephen Stills, als “kangoeroe”-jingle gebruikt in de BRT Top 30).
Toen december 1970 zich aankondigde was de kater -die de split van The Beatles bij mij had teweeggebracht- bijna doorgespoeld, zeker toen bleek dat de jongste van de vier als allereerste in de hitlijsten zou terechtkomen! Het was een kalme maand want in de BRT Top 30 waren er slechts 10 nieuwkomers te bespeuren die mij konden bekoren:
- ‘The Witch’ – The Rattles (West-Duitse griezel-/rockband uit Hamburg); - ‘Long Live Love’ – J. Vincent Edwards (minder bekende hit van deze Brit die met ‘Thanks’ doorbrak);
- ‘Ra-Ta-Ta’ – Rotation (Psychedelische poprockband uit Hamburg – Hun hitje werd in de Reinaert gebruikt tijdens de kusjesdans; het moet niet altijd ‘La Bamba’ zijn!); - ‘Geen wonder dat ik ween’ – Paul Severs (waardige opvolger van ‘Ik ben verliefd op jou’);
- ‘I Hear You Knocking’ – Dave Edmunds (het gitaarwonder uit Wales keerde terug naar de roots van de rock-‘n-roll – origineel van Smiley Lewis); - ‘Father And Son’ – Cat Stevens (de Britse singer/songwriter met een van mijn vele favorieten);
- ‘Rainbow (I Love You)’ – New Inspiration (manager Jacques Verdonck richtte een "nieuwe" groep op met spilfiguren Guido Wolfaert en Eddy Vander Linden, na het vertrek van Danny Sinclair) en ‘Ruby Baby’ – John Woolley & Just Born (popgroep uit Aalst met Luc Ardyns op slaggitaar – het nummer is een moderne bewerking van een compositie van Jerry Leiber & Mike Stoller);
- ‘My Sweet Lord’ – George Harrison (onder invloed van Billy Preston was de stille Beatle meer en meer de religieuze tour opgegaan, de Amerikaan had het nummer trouwens als eerste op een elpee geplaatst!); - ‘No Matter What’ – Badfinger (de zoveelste hitsingle op het platenlabel Apple).
Op zaterdag 26 december 1970 stond George Harrison bij ons op nummer één!
In de Radio Veronica Top 40 was het zo mogelijk nog stiller want er waren slechts 7 nieuwkomers die ik de moeite van het vermelden waard vind:
- ‘Voodoo Child’ – The Jimi Hendrix Experience (postume hit voor de veel te vroeg gestorven gitarist/zanger);
Deze dubbelzijdige single werd na zijn dood uitgebracht. Het moet natuurlijk "edge" zijn en niet "ledge"!
- ‘Tears In The Morning’ – The Beach Boys (vele jaren later gecoverd door The Radios); - ‘Rozegeur Maneschijn’ – Herman van Veen (de Nederlandse meertalige zanger is pas 75 geworden!);
- ‘Yesterday, When I Was Young’ – Charles Aznavour (de Fransman van Armeense afkomst zong in vele talen); - ‘Chestnut Mare’ – The Byrds (voor één keer geen compositie van Bob Dylan);
- ‘Apeman’ – The Kinks (opvolger van ‘Lola’, met een klaxon als intro!); - ‘Border Song’ – Elton John (het allereerste wapenfeit van Reg Dwight, al had hij als studiomuzikant op menige hitsingle meegespeeld op piano, vooral bij The Hollies!).
Op zaterdag 26 december 1970 stond de Nederlandse band Tee-Set op nummer één met ‘She Likes Weeds’, vaak misverstaan als ‘she likes sweets’. De Nederlanders zijn altijd chauvinistischer geweest dan de Belgen en dat heeft alles te maken met het feit dat onze contreien vaak bezet gebied waren: “Steek je hoofd niet boven het koren uit of het wordt afgemaaid…”!
De maand november 1970 was voor mij heel bijzonder want ik werd toen 19 jaar! Mijn studies verliepen heel vlot en dankzij mijn nieuwe platendraaier kon ik mijn hobby ten volle beleven. Onnodig te zeggen dat mijn verzameling elpees zienderogen groeide. Met de singles was ik voorzichtiger want ik vond die schijfjes relatief gezien redelijk duur in verhouding tot een langspeelplaat waarop soms pareltjes verborgen zaten, naast de gebruikelijke bekende liedjes. Toch luisterde ik wekelijks naar de BRT Top 30 om op de hoogte te blijven van de hits van het moment.
Zoals deze 15 successen die vaak op de radiozenders te horen waren:
- ‘Sarah’ – Rocco Granata (hij had Marva, Louis Neefs en andere artiesten onder zijn hoede bij Cardinal Records en toch bracht hijzelf nog platen uit!) en - ‘De Vogel’ – Tim Visterin (hij speelde in de jaren ’60 gitaar bij The Jokers tot hij een kinderkoor verzamelde met daarin o.a. een piepjonge Frank Deboosere, onze latere weerman!);
- ‘Give Me Just A Little More Time’ – Chairmen Of The Board (leuke single en het is vooral de “prrrrrrrttt!” die het ‘m doet!) en ‘Gasoline Alley Bred’ – The Hollies (kwaliteitsvolle single van deze Britten);
- ‘Suzan, jaag de katten uit je warme bed’ – Dimitri van Toren (deze noorderbuur zou later heel hoog scoren met ‘Hé kom aan’);
- ‘Time To Kill’ – The Band (voorheen The Hawks, later de begeleidingsband van Bob Dylan en nu solo); - ‘San Bernadino’ – Christie (opvolger van de wereldhit ‘Yellow River’ die het heel wat minder goed deed in de hitlijsten!);
- ‘Heimwee naar jou’ – Ricky Gordon (Bruggeling Ricky Gordon – echte naam Eric De Clerck – begon als rocker maar boekte pas succes met Vlaamse liedjes onder de hoede van Sylvain Tack (wafelfabrikant Suzy) en Eddy Govert); - ‘Linda’ – Will Tura (dramatisch opgebouwd lied met verrassend einde!);
- ‘Memo From Turner’ – Mick Jagger (eigenlijk uit 1968 maar door de vele problemen met de film ‘Performance’ pas twee jaar later uitgebracht! Met de slidegitaar van Ry Cooder); - ‘Dancing And Drinking’ – Plastic People (Amsterdamse popgroep, vernoemd naar het openingsnummer op het album ‘Absolutely Free’ (1967) van Frank Zappa. Met de door Chiel Montagne geproduceerde hitsingle krijgt de groep bekendheid in Nederland, België, West-Duitsland en Portugal);
- ‘Stoned Love’ – The Supremes (eerste hit van de vernieuwde groep zangeressen na het vertrek van Diana Ross); - ‘You Don’t Have To Say You Love Me’ – Elvis Presley (ik zag de King toen tijdens een optreden op televisie en ik vond dat hij er niet gezond uit zag. Hij leek mij opgezwollen door de medicijnen…);
- ‘Hello Darkness’ – Shocking Blue (Achtste single van de Haagse band); - ‘Over And Over’ – George Baker Selection (Vierde single van de popgroep uit de Zaanstreek).
Sommige van bovenstaande hits kwamen ook voor in de Nederlandse hitparade maar meestal waren de successen van boven de Moerdijk toch iets minder commercieel dan in België. Hieronder 15 hits die genoteerd stonden in de Veronica Top 40 van november 1970:
- ‘Love Is All Around’ – Sandra & Andres (Hans van Hemert bracht het duo bij elkaar en dit is hun vijfde single); - ‘I’ll Be There’ – The Jackson 5 (Vierde single van een reeks plaatjes die allemaal in 1970 werden uitgebracht!);
- ‘Country Pie’/’Brandenburg Concerto No.6’ – The Nice (Britse prog-rock band bekend voor zijn combinatie van rock, jazz en klassieke muziek. De groep begon echter als begeleiding van de soulzangeres P.P. Arnold); - ‘Girl I’ve Got News For You’ – Mardi Gras (Amerikaanse rock-'n-roll-band uit New York die hiermee erg hoog scoorde en Frankrijk en vervolgens in de Benelux);
- ‘Fire And Rain’ – James Taylor (eerste hit van deze Amerikaanse singer/songwriter); - ‘Stop! I Don’t Wanna’ Hear It Anymore’ – Melanie (Amerikaanse zangeres die zich ooit de woede van Stonesfans op de hals haalde toen ze ‘Ruby Tuesday’ coverde);
- ‘Victoria’ – Liesbeth List (Ook zonder Ramses Shaffy wist de Nederlandse zangeres te scoren – Met Thijs van Leer!);
- ‘After Midnight’ – Eric Clapton (dankzij Clapton leerde de wereld J.J. Cale kennen!); - ‘Movin’’ – Mailer Mackenzie Band (Opvolger van ‘Red Rover’ van deze Haagse rockgroep – Debuutelpee geproducet door Hans van Hemert);
- ‘Call Me Super Bad’ – James Brown (minder succesrijke opvolger van ‘Sex Machine’); - ‘Only Love Can Break Your Heart’ – Neil Young (ook naast een carrière bij CSN&Y bleef Neil Young soloplaten uitbrengen);
- ‘Lonely Days’ – Bee Gees (na een ruzie van twee jaar was Robin terug in het trio en Barry en Maurice blij natuurlijk – het zullen inderdaad eenzame dagen geweest zijn voor de drie broers); - ‘Woodstock’ – Matthews Southern Comfort (deze compositie van Joni Mitchell werd eerder opgenomen door CSN&Y – Zo had het festival uit augustus 1969 nogmaals invloed op de hitlijsten van anderhalf jaar later!);
- ‘Patches’ – Clarence Carter (Amerikaanse blinde soulzanger en muzikant – song geschreven door General Johnson, de leadzanger van Chairmen of the Board, met Ron Dunbar); - ‘Cry Me A River’ – Joe Cocker (alweer een cover van een geweldig nummer!).
De maand oktober 1970 was zo productief qua singles dat ik mijn notitie in twee stukken moest delen. Gisteren postte ik de hits die in die maand genoteerd stonden in de BRT Top 30 en vandaag is het de beurt aan de successen uit de Radio Veronica Top 40 van diezelfde periode.
Voorlopig was het overlijden van Jimi Hendrix en Janis Joplin nog niet te merken in de diverse hitlijsten, maar dat zou niet lang meer duren. Woodstock 1969 had meer dan een jaar later meer invloed!
- ‘Doomsday Train’ – Brainbox (Gitarist Jan Akkerman en drummer Pierre van der Linden, beiden later lid van de band Focus, maakten deel uit van de oorspronkelijke bezetting, naast zanger Kaz Lux en basgitarist André Reijnen); - ‘Sexy Legs’ – Q65 (De groep Q65 of Q'65 is een Haagse popgroep. De naam van de groep werd vaak afgekort tot de 'Q', of 'Kjoe');
- ‘If I Could Do It All Over Again, I’d Do It All Over You’ – Caravan (Progressieve rockband uit Canterbury, Kent);
- ‘Fish Cheer’ & ‘I Feel-Like-I’m-Fixin’-To-Die-Rag’ – Country Joe & The Fish (met dank aan de documentaire van Michael Wadleigh over het Woodstock Festival uit augustus 1969);
- ‘I Am The Walrus’ – Spooky Tooth (magistrale cover van deze fantastische Lennon/McCartney – Net als Cocker’s versie van ‘With A Little Help From My Friends’ een van mijn absoluut favoriete covers!);
- ‘I’m On My Way Home Again’ – The Everly Brothers (verrassende single van de twee broers); - ‘Me And My Life’ – The Tremeloes (een van hun laatste niet zo succesrijke singles);
- ‘Where Have I Been Wrong’ – The Cats (onverstoorbaar bleven deze Nederlanders uit Volendam singles uitbrengen); - ‘As The Years Go By’ – Mashmakhan (Pschychedelische en progressieve rock uit Canada, niet te verwarren met ‘As Tears Go By’!);
- ‘She Likes Weeds’ – Tee-Set (hier en daar verbannen uit de ether want het zou niet over een heks met kruiden gaan maar over drugs!); - ‘Beautiful Friendship’ – Continental Uptight Band (tweede hit voor deze Nederlandse groep);
- ‘See Me, Feel Me’ (eigenlijk de finale van ‘Tommy’: ‘We’re Not Gonna Take It’/’Listening To You’) – The Who en ‘Soul Sacrifice’ – Santana (met dank aan de documentaire van Michael Wadleigh over het Woodstock Festival uit augustus 1969);
- ‘Roly Poly’ – Stamford Bridge (Brits studioproject van John Carter die later meer succes had met Kincade).
Eind september en begin oktober 1970 waren bijzonder triest want twee erg belangrijke artiesten waren allebei op 27-jarige leeftijd schielijk overleden. In een tijd zonder computers, internet, i-phones en andere snufjes bereikte ons dat nieuws met veel vertraging en slechts met mondjesmaat…
Jimi Hendrix stierf op 18 september en Janis Joplin op 4 oktober. Op zo’n twee weken tijd verloor de muziekindustrie twee iconen die postuum nog meer platen zouden verkopen dan tijdens hun kort leven! Voorlopig was daar nog niets van te merken in de hitlijsten, maar dat zou niet lang meer duren want de ene zijn dood is de andere zijn brood…
Volgende hits stonden in de loop van de maand oktober 1970 genoteerd in de BRT Top 30:
- ‘I (Who Have Nothing)’ – Tom Jones (cover van het Italiaans liedje ‘Uno Dei Tanti’ uit 1961. De Engelse tekst werd geschreven door het duo Jerry Leiber & Mike Stoller. De covers waren legio: Ben E. King en Shirley Bassey vind ik de beste!); - ‘Cherry Cherry’ – Jonathan King (ditmaal coverde de Britse zanger/producer Neil Diamond);
- ‘Candida’ – Dawn (vanaf 1971 omgedoopt tot Dawn featuring Tony Orlando toen bleek dat er nog groepen met dezelfde naam bestonden!); - ‘It’s So Easy’ – Andy Williams (minder bekend liedje dat niet in de VS scoorde maar wel in het VK);
- ‘My Way’ – Samantha Jones (cover van ‘Comme d’habitude’ in een ander arrangement dan dat van Frank Sinatra – Zij zat samen met o.m. Tony Christie in de Britse ploeg van de Knokke Cup 1970) en ‘Look What They’ve Done To My Song’ – The New Seekers (cover van ‘What Have They Done To My Song Ma’ van Melanie);
- ‘Paranoid’ – Black Sabbath (de ruige jongens maakten voor het eerst hun opwachting in de hitlijsten!) en ‘Black Night’ – Deep Purple (ook deze ruige jongens scoorden met deze toffe single);
- ‘(I Know) I’m Losing You’ – Rare Earth (blanke Motown act met een vroegere hit van The Temptations);
- ‘Never An Everyday Thing’ – Eli Bonaparte (ex-lid van Ides Of March met een onehitwonder); - ‘Helikopter U.S. Navy 66’ – Samantha (toffe cover van een Duits succesnummer);
- ‘You Can Get It If You Really Want’ – Desmond Dekker (hij schreef deze “kraker” samen met Jimmy Cliff die ‘m ook op single uitbracht) en - ‘Montego Bay’ – Bobby Bloom (combineerde met succes popmuziek, calypso en rock);
- ‘Rozen voor Sandra’ – Jimmy Frey (de internationale hitsingle die Ivan Moerman in verschillende talen zong!);
- ‘Maggie’ – Mungo Jerry (de opvolger van ‘In The Summertime’); - ‘Cracklin’ Rosie’ – Neil Diamond (in tegenstelling tot wat de meesten dachten gaat het lied niet over een vrouw maar over een wijntje);
- ‘Our World’ – Blue Mink (over milieuvervuiling en oorlog);
- ‘Flash’ – The Duke Of Burlington (alias van de Italiaan Mario Battaini die dit instrumentaaltje opnam in 1969; hij speelde al de instrumenten zelf op deze cover van The Marquis Of Kensington uit 1967); - ‘God, Love And Rock & Roll’ – Teegarden & Van Winkle (leuke eendagsvlieg van dit duo, hevig geïnspireerd door het gospelnummer ‘Amen’);
- ‘New World In The Morning’ – Roger Whittaker (mooi lied van deze in Kenia geboren Brit);
- ‘Band Of Gold’ – Freda Payne (oudere zus van Scherrie Payne van The Supremes).
De maand oktober 1970 was dus zeer productief qua singles en de nieuwe noteringen in de Radio Veronica zullen voor morgen zijn, want overdaad schaadt. Ik kan nu al verklappen dat er drie artiesten tussen zitten die profiteerden van de documentaire van Michael Wadleigh over het Festival in Woodstock (augustus 1969)!
De grote vakantie van 1970 was voorbijgevlogen. Tijd voor een andere bladzijde in het eerste hoofdstuk van mijn leven: de eerste twintig jaren.
De humaniora was voor mij afgelopen en ik vatte met goede moed mijn hogere studies aan. In de kleuterschool en het eerste studiejaar van de H. Familie in Watermaal waren de klassen nog gemengd maar vanaf mijn 10 tot mijn 18 jaar waren jongens en meisjes strikt gescheiden. Dat klinkt nu misschien verwonderlijk, maar toch was het zo… Vanaf nu deed ik minder aan sport zoals fietsen en al helemaal geen judo meer. Studeren was nu nog meer een prioriteit geworden maar in mijn vrije tijd was muziek nog altijd mijn favoriete hobby! Zo kreeg ik van mijn ouders mijn eerste platendraaier. In 1969 had ik al een eerste elpee van mijn spaarcenten gekocht (255 BEF): ‘Messe pour le temps présent’ van Michel Colombier & Pierre Henry die Maurice Béjart had gebruikt voor zijn ballet. Vooral de elektronische jerks droegen mijn voorkeur weg. Ik kreeg ook een elpee van Alain, de toenmalige vriend van mijn zus: ‘For A Few Dollars More/A Fistful Of Dollars’ van Ennio Morricone. Vervolgens kocht ik voor de som van 200 BEF elk twee langspeelplaten van Creedence Clearwater Revival: ‘Creedence Clearwater Revival’ en ‘Pendulum’. ‘The Best Of The Spencer Davis Group ft. Stevie Winwood’ kostte mij ook 200 BEF en Alain was nog eens zo goed mij de soundtrack van ‘The Graduate’ met o.a. Simon & Garfunkel cadeau te doen. Platen van mijn favoriete groep aller tijden, m.n. The Beatles, kon ik mij toen nog niet veroorloven want die waren een pak duurder dan de gemiddelde elpee! Veel singles kocht ik dat jaar nog niet want in verhouding waren die vrij duur en meestal was enkel de a-kant de moeite. Wel ging ik regelmatig snuisteren in de afprijsbakken waar ik plaatjes op de kop kon tikken tegen zo’n 10 BEF zoals ‘Tighter, Tighter’/’Sunday Morning’ van Alive & Kicking en ‘You’re The One Part 1 & 2’ van Little Sister. Sly & The Family Stone zongen hierop mee in de achtergrond!
En wat stond er o.m. genoteerd in de BRT Top 30 van september 1970?
- ‘Susan’s Tuba’ – Freddie and The Dreamers (de popgroep uit Manchester met een van hun laatste singles); - ‘Mr. President’ – Dozy, Beaky, Mick & Tich (vaak afgekort tot DBM&T – leuke song met een prominente rol weggelegd voor de synthesizer);
- ‘Darla Dirladada’ – Dalida (er was een hele rist artiesten met hetzelfde nummer toen in omloop!);
- ‘War’ – Edwin Starr (zelfs Motown protesteerde tegen de oorlog in Vietnam. Het begon allemaal veel te lang te duren. Maar het mocht niet baten: de vredesakkoorden werden pas in 1975 ondertekend!); - ‘Signed, Sealed, Delivered, I’m Yours’ – Stevie Wonder (zijn protestliedjes zouden later komen, voorlopig zong hij nog liefdesliedjes);
- ‘Close To You’ – Carpenters (meesterlijke compositie van Bacharach/David: de volledige titel luidt: ‘(They Long To Be) Close To You’); - ‘Hi-De-Ho’ – Blood, Sweat & Tears (geschreven door Carole King/Gerry Goffin in 1968 onder de naam ‘That Old Sweet Roll’);
- ‘I’ve Lost You’ – Elvis Presley (geschreven in 1969 door Alan Blaikley en Ken Howard (onder het pseudoniem “Steve Barlby”) for Iain Matthews, die net Fairport Convention had verlaten en Matthews' Southern Comfort had opgericht – Toepasselijk: Elvis had zijn pijnlijke scheiding met Priscilla nog niet helemaal verteerd);
- ‘Wild World’ – Jimmy Cliff (geschreven door Cat Stevens en knap gecoverd door de Jamaicaan); - ‘The Tears Of A Clown’ – Smokey Robinson & The Miracles (geschreven door Stevie Wonder, Hank Cosby, en Smokey Robinson – het lied heeft dezelfde boodschap als ‘The Tracks Of My Tears’ uit 1965);
- ‘Comme j’ai toujours envie d’aimer’ – Marc Hamilton (ik heb altijd gevonden dat dit plaatje vals klonk. Mijn vrouwelijke klasgenoten waren er echter dol op!).
En in de Veronica Top 40 stonden deze singles o.m. genoteerd:
- ‘Suicide Is Painless’ – The MASH ([titelsong van de film M*A*S*H; in tegenstelling tot wat velen dachten ging de film niet over de oorlog in Vietnam maar over die in Korea (1950-1953)]; - ‘I Won’t Stand Between Them’ – Bonnie St. Claire (zij maakte toen deel uit van de Nederlandse ploeg in de Knokke-Cup);
- ‘Big Yellow Taxi’ – Joni Mitchell (de Canadese singer/songwriter hekelt hier het vernietigen van een natuurlijk landschap en het gebruik van DDT); - ‘World In Changes’ – Dave Mason (deze Britse rockgitarist was lid van Traffic maar werkte in 1968 ook samen met The Jimi Hendrix Experience op ‘All Along The Watchtower’);
- ‘Peace Will Come’ – Melanie (na haar duet met The Edwin Hawkins Singers deed Melanie Safka het wat kalmer aan); - ‘To My Father’s House’ – The Les Humphries Singers (pseudo religieuze gospelsongs uit West-Duitsland o.l.v. de Brit Les Humphries. Ik was eerst in de war toen ik die single zag liggen in de platenwinkel. Ik dacht dat “Les” een Frans lidwoord zoals Les Beatles, Les Kinks, Les Rolling Stones, etc. wat ik meestal in Brussel zag staan!);
- ‘Our House’/’Carry On’ – Crosby, Stills, Nash & Young (uit de LP ‘Déjà vu’ die maandenlang in de hitlijsten stond!);
- ‘Strange Band’/’The Weavers Answer’ – Family (progressieve, psychedelische folkrock volgens deskundigen);
- ‘Tell The World We’re Not In’ – The Peddlers (ik hou vooral van de diepe zangstem van Roy Phillips en het geluid van zijn orgel); - ‘Amsterdam’ – Buck Owens & His Buckaroos (enige hit in Nederland van deze Amerikaanse countryzanger met zijn band. Misschien waren ze toen op tournee?).
De hele maand augustus 1970 hebben mijn goede vriend Geert en ik gewerkt in de Colruyt van Elsene. Het was een warme zomermaand en het werk was zwaar want de rekken moesten altijd gevuld worden. Ik leerde er met een elektrische clark rijden. De job was goedbetaald en dat kwam goed van pas want vanaf september zou ik mijn hogere studies aanvatten, en die waren niet gratis!
Op 1-2-3 augustus 1970 werd in Aix-en-Provence in Frankrijk een progressief festival gehouden en onze bekendste Brusselse groep, de Wallace Collection, trad daar toen op! Op de affiche stonden o.a. Leonard Cohen, Johnny Winter, The Flock, Arthur Conley, Colosseum, Deep Purple, Family, Irrésistibles, Magma, Majority One, Mungo Jerry, Pete Brown & Piblokto, Rahda Krishna Temple, Rare Bird, Renaissance, Titanic, Triangle, en Wallace Collection (zie foto rechts).
In eerste instantie wordt het festival verboden door de burgemeester zogenaamd omwille van de brandveiligheid. De echte reden is dat de autoriteiten Mei ’68 en de tragedie van Altamont ’69 nog niet zijn vergeten en bang zijn voor rellen van het “langharig werkschuw tuig”! Na protesten wordt het festival verplaatst naar een locatie ver buiten de stad. Het aantal deelnemers heb ik niet kunnen achterhalen maar ik heb wel een filmpje op YouTube gevonden van de openingsact door Leonard Cohen, die op het einde van de maand ook in Wight van de partij was! Daarnaast ook de groep Rare Bird met hun origineel van ‘Sympathy’.
1970 Isle of Wight Festival
Het laatste en grootste Isle of Wight Festival uit de hippietijd was dat van 1970, gehouden van 26 tot 30 augustus in Afton Down. Er waren tussen 600.000 en 700.000 belangstellenden voor optredens van Redbone (woensdag), Tony Joe White (donderdag), Procol Harum (vrijdag), The Doors en The Who (zaterdag) en Jimi Hendrix en Joan Baez (zondag). Er was ook een groot aantal andere bands die optredens verzorgden, waarvan sommige later ook zouden uitgroeien tot wereldbekende groepen: Rosalie Sorrels, Kris Kristofferson, Kathy Smith, Supertramp, Black Widow, The Groundhogs, Fairfield Parlour, Lighthouse, Melanie, Chicago, Taste, Family, Cactus, Sly & the Family Stone, Free, Joni Mitchell, Ten Years After, Emerson, Lake & Palmer, Gilberto Gil, Miles Davis, Mungo Jerry, John Sebastian, Cat Mother, Moody Blues, Jethro Tull, Leonard Cohen, Richie Havens, Pentangle, Donovan en Tiny Tim. Dit festival verliep nogal chaotisch omdat veel festivalgangers geen kaartjes hadden en om toch binnen te komen de omheining vernielden ("gatecrashers"). De organisatie zag zich genoodzaakt om het festival dan maar tot een "free festival" uit te roepen, net zoals dat in 1969 bij het Woodstock festival gebeurde. Urbain Servranckx woonde het festival bij en hij zou enkele jaren later met zijn groep Anus stilaan bekend worden. Toen hij solo ging als “stand-up comedian” avant-la-lettre wijzigde hij zijn naam in Urbanus van Anus en was het hek van de dam! Eens bekend boven de Moerdijk werd zijn “familienaam” weggelaten want sommige noorderburen waren daardoor gechoqueerd…
Niettegenstaande mijn dagen goed gevuld waren kon ik ’s avonds en in het weekend toch naar de radio luisteren. En de meeste hits van toen werden ’s zaterdags ook gespeeld in De Reinaert.
Dit waren de hits van augustus 1970 in de Radio 2 Top 30:
- ‘Maybe Baby’ – Father’s Brown (Belgische groep uit het Gentse, dacht ik -Dirk van Gansbeke speelde drums bij Father's Brown, later bij Luna Twist en na de split in mijn groep, ~K13~, verduidelijkte Tom Thienpont op Facebook); - ‘Ride Captain Ride’ – Blues Image (Amerikaanse rockband uit Tampa);
- ‘Neanderthal Man’ – Hotlegs (Zeer leuke eendagsvlieg: op het hoesje stond te lezen: “Play it loud!”, wat mij altijd geïntrigreerd heeft. Wist ik toen veel dat de groep zou evolueren naar 10cc…);
- ‘Parlez-moi d’amour’ – Wallace Collection (bijzonder mooie cover uit de soundtrack van de film ‘La Maison’ met Michel Simon – Het oorspronkelijk lied van Lucienne Boyer uit 1930 kende ik via mijn moeder); - ‘Looking Out My Back Door’ – CCR (b-kant: ‘Long As I Can See The Light’);
- ‘Natural Sinner’ – Fair Weather (Welshe groep van Andy Fairweather Low, ex- Amen Corner - eendagsvlieg); - ‘Something’ – Shirley Bassey (met deze geweldige compositie van George Harrison bereikt de Welshe zangeres hier en daar de eerste plaats in de hitparade. De ex-Beatle beklaagde er zich over nooit een dankwoordje van haar ontvangen te hebben. Als overmaat van ramp zou Frank Sinatra het lied later ook coveren en hij beweerde toen dat het een geweldige compositie was van Lennon/McCartney!);
- ’25 or 6 to 4’ – Chicago (bijna niemand begreep die rare titel tot “Dr. Google” mij later leerde dat hij het volgende betekende: 25 of 26 to 4. Robert Lamm schreef dit liedje rond vijf- en zesentwintig minuten voor vier uur ’s nachts (3:34/3:35). Het intro van het nummer vertoont gelijkenis met een gitaarriff rond 2:26 van Jimmy Page uit Led Zeppelins versie van ‘Babe I'm Gonna Leave You’);
- ‘Spring Summer Winter And Fall’ – Aphrodite’s Child (de 4 seizoenen van Vangelis en niet van Vivaldi!); - ‘Tighter, Tighter’ – Alive And Kicking (Amerikaanse band uit Brooklyn – eendagsvlieg).
Dit waren de hits van augustus 1970 in de Top 40 van Radio Veronica:
- ‘The Letter’ – Joe Cocker (alweer een schitterende cover, ditmaal een nummer van The Box Tops); - ‘Long As I Can See The Light’ – CCR (b-kant van ‘Looking Out My Back Door’);
- ‘Another History’ – Ekseption (een jazzy ballade); - ‘The Bull And I’ – Hal Dorado (Instrumentale tune van een stierengevecht dat gebruikt werd door o.a. Radio Luxemburg, Radio Veronica en Radio Noordzee Internationaal);
- ‘Rainbow’ – The Marmalade (de hoogdagen van deze Schotse popgroep waren bijna voorbij);
- ‘I’m Going Man, I’m Going’ – Blue Planet (Haagse hardrockformatie met een eendagsvlieg); - ‘Wild And Exciting’ – Earth & Fire (symfonische rockgroep met de zoveelste hitsingle!);
- ‘(I Can’t Get No) Satisfaction’ – The Rolling Stones (waarom deze hitsingle uit 1965 opnieuw werd uitgebracht is mij een raadsel); - ‘Summertime Blues’ – The Who (deze rock-‘n-roll classic van Eddie Cochran werd in 1967 gecoverd door Blue Cheer en op het Monterey International Pop Music Festival (juni 1967) brachten Pete Townshend en zijn collega’s het nummer ook al. Deze live versie komt uit de LP ‘Live At Leeds’, een optreden van 14 februari 1970);
- ‘Spill The Wine’ – Eric Burdon & War (Toen Burdon in 1969 in San Francisco woonde, ontmoette hij de Deense mondharmonicaspeler Lee Oskar. Samen sloten ze zich aan bij de Californische funkrock-band The Nightshift. Ze waren de enige ‘witte’ leden in de verder ‘zwarte’ band, die werd herdoopt in Eric Burdon and War);
- ‘Get Up (I Feel Like Being a) Sex Machine’, al vrij vlug afgekort tot ‘Sex Machine’ – James Brown (op de single uitgesmeerd over twee kanten van het schijfje: Part 1 en Part 2 – Waarschijnlijk een van de eerste platen waarin het woord seks voorkwam!);
- ‘Wigwam’ – Bob Dylan (His Bawbness die iedereen een neus zet door dit pseudo instrumentaal nummertje uit te brengen en daarmee hier en daar zelfs hoge ogen gooit!);
- ‘In-A-Gadda-Da-Vida’ – Iron Butterfly (het psychedelisch nummer werd al in 1968 uitgebracht, op 33 èn op 45 toeren en in 1970 dus opnieuw uit op single!); - ‘Mama Told Me (Not To Come)’ – Three Dog Night (magistrale bewerking van deze compositie van Randy Newman – Eric Burdon waagde er zich al aan in 1967 en ik heb die moeilijk te vinden versie toch op de kop kunnen tikken dankzij een verzamelalbum van The Animals!).
De grote vakantie 1970 was aangebroken en juli was bijzonder zonnig. De opnames voor Keromar in België verliepen goed maar de maand nadien mocht ik van mijn ouders niet mee naar Joegoslavië, want ik meen mij te herinneren dat de figuranten hun reis zelf moesten bekostigen.
Met de fiets trok ik naar mijn grootmoeder, zo’n 110 km, heen en terug naar het Hageland. Ik verbleef een week bij haar, vergezelde haar zelfs naar Banneux, een bekend Mariabedevaartsoord, gelegen tussen Luik en Spa. Ze was heel trots haar derde kleinkind aan haar buren en kennissen voor te stellen. Ik maakte van de gelegenheid gebruik, tijdens die week die ik bij haar doorbracht, om de stamboom van de familie aan moeders kant op te stellen. De voorlaatste dag, een zaterdag, ging ik uit in dancing Zanzibar in Loksbergen.
De Velpe in Kortenaken vormt de grens tussen Brabant en Limburg.
Het zou mijn laatste vakantiemaand worden want in augustus 1970 ging ik samen met mijn goede vriend Geert vier weken lang de rekken vullen in de Colruyt van Elsene, nabij de bekende begraafplaats.
De soundtrack van de maand juli 1970 zag er toen als volgt uit:
In de BRT Top 30:
- ‘Sally’ – Gerry Monroe (leuk popliedje dankzij die aanstekelijke falsetto); - ‘We Gotta Do Something New’ – Wallace Collection (een nieuw geluid voor de Brusselse popgroep);
- ‘The Wonder Of You’ – Elvis Presley (een favoriet van wijlen mijn moeder, maar ook van mij!); - ‘Un Rayo del Sol’ – Los Diablos (waarschijnlijk meegebracht door toeristen uit Spanje);
- ‘All Right Now’ – Free (ook een hele grote favoriet van mij in die zalige periode);
- ‘Ik ben verliefd op jou’ – Paul Severs (een hele grote hit voor deze Vlaamse zanger, later nog gecoverd door Octopus in het Engels);
- ‘The Long And Winding Road’ – The Beatles (een verrassing voor mij want ik dacht dat het na ‘Let It Be’ voorgoed voorbij zou zijn voor de Fab Four – Op de b-kant stond ‘For You Blue’ geschreven door George Harrison);
- ‘Love Like A Man’ – Ten Years After (Alvin Lee profiteerde ook van zijn vingervlug optreden tijdens het Woodstockfestival!); - ‘Mississippi’ – John Phillips (de Mamas & Papas waren helaas ter ziele gegaan en de man met de berenmuts was toch wel solo gegaan, zeker. Nu droeg hij een hoge hoed!);
- ‘Lady D’Arbanville’ – Cat Stevens (ik was de singer/songwriter even uit het oog verloren. Later vernam ik dat hij lange tijd in het ziekenhuis had gelegen met tuberculose. Van popmuziek was hij na zijn genezing geëvolueerd naar folk!); - ‘Goodbye Sam, Hello Samantha’ – Cliff Richard (bij Sarah Bettens was het 50 jaar later “goodbye Sarah, hello Sam”!);
- ‘Lola’ – The Kinks (was destijds nogal controversieel qua tekst. Het liedje gaat over een jongeman die in een nachtclub een vrouw ontmoet die een man blijkt te zijn. Travestie was nog nooit zo expliciet een onderwerp in een popliedje, veel radiostations hadden daarom moeite met het draaien van het nummer. Een ander moeilijk punt was dat de originele stereoversie van het album de woorden Coca-Cola bevatte, wat door de BBC als reclame werd beschouwd. Voor de singleversie werd daarom Coca-Cola gewijzigd in het neutrale 'Cherry Cola'. Zanger en tekstschrijver van het nummer Ray Davies moest daarvoor helemaal uit de Verenigde Staten terugkeren en de woorden Cherry Cola werden nogal gehaast in de tweesporen-eindmix ingedubd, waardoor de uiteindelijke singleversie mono werd); - ‘Are You Ready’ – Pacific Gas and Electric (hier heb ik veel op gedanst!).
In de Veronica Top 40:
- ‘I'll Kiss Your Memory’ – Barry Gibb (het ging niet zo goed met de Bee Gees want in 1967 waren ze met z’n vijven, even later afgeslankt tot de drie broers Gibb, in 1969 bleven Barry en Maurice alleen over want ze hadden ruzie gemaakt met Robin en nu ging de oudste broer dus even solo!);
- ‘Zijn testament’ – D.C. Lewis (opvolger van ‘Mijn gebed’, niet zo bekend in ons land);
- ‘Tickatoo’ – Dizzy Man’s Band [deze Nederlanders hadden inspiratie opgedaan bij CCR (‘Down On The Corner’) maar dat zou al heel snel veranderen!]; - ‘Please Sing A Song For Us’ – Continental Uptight Band (een Nederlandse band uit Utrecht - Het nummer doet denken aan Stealers Wheel; geen wonder want Gerry Rafferty schreef het!);
- ‘Oh, Lonesome Me’ – Neil Young (naast CSN&Y bracht zijn platenmaatschappij ook soloplaten uit zoals deze cover van een heel bekend countrylied van Don Gibson uit 1958) en ‘Ohio’ – CSN&Y (protestlied n.a.v. het neerschieten van studenten tijdens een betoging tegen de Vietnamoorlog);
- ‘Try A Little Love’ – Oscar Harris & The Twinkle Stars (Surinaams-Nederlandse zanger en zijn band); - ‘Back Home’ – Golden Earring (onze noorderburen begonnen meer en meer een internationaal geluid te produceren - George Kooymans staat rechts afgebeeld);
- ‘Midnight’ – George Baker Selection (na zijn geweldige eerste singles zakte Johannes Bouwens af naar middelmatige popmuziek); - ‘Take To The Mountains’ – Richard Barnes (Britse zanger/bassist die ook onderdeel uitmaakte van de cast van de musical Jesus Christ Superstar in Londen in de jaren ’70);
- ‘Agata’ – Nino Ferrer (deze Italiaans-Franse zanger bracht grappige singles uit in de jaren ’60 maar in de jaren ’50 speelde hij contrabassist en bassist op een aantal jazzplaten!) - Hier is de Franse èn de Italiaanse versie:
- ‘Ball Of Confusion’ – The Temptations (zeer actueel protestlied van Motown!); - ‘White Rabbit’/’Somebody To Love’ – Jefferson Airplane (dubbelzijdige hitsingle, uitgebracht n.a.v. het Woodstockfestival).
Mijn herinneringen uit die periode van mijn leven zijn niet alleen muzikaal want ik had ook interesse in film, fotografie, toneel, en sport!
Hoeveel kilometers heb ik per fiets niet afgelegd in het Brusselse, met zijn vele heuvels! Zo ben ik ooit eens naar mijn grootmoeder gereden (op 55 km van Watermaal). Eens bij haar aangekomen, op enkele honderden meters van de Limburgse grens, moest ik wel naar mijn moeder telefoneren om haar gerust te stellen. Gelukkig heeft ze nooit geweten dat ik –ergens voorbij Tervuren, ik denk nabij Vossem- in de greppel werd gereden door een grote vrachtwagen die mij met hoge snelheid voorbij stormde! De reisroute was gemakkelijk: Watermaal – Tervuren – Leuven en dan richting Diest, en dat zonder GPS!
Met mijn taperecorder bezocht ik ook vaak mijn vrienden die een platenspeler hadden en waar ik elpees van The Beatles, The Rolling Stones, ‘Fill Your Head With Rock’, Rare Earth (‘Get Ready’!), Boudewijn de Groot en ‘Bridge Over Troubled Water’ van Simon & Garfunkel helemaal kon kopiëren.
Sinds september 1969 (schooljaar 1969-1970) had ik mij samen met mijn goede jeugdvriend Geert ingeschreven in het amateurtoneel. Eenmaal per week kwamen wij samen met o.m. Kris, Renilde, Viviane, Eva en Guy in de lokalen van de Bloeiende Kerselaar (een rijksschool) waar wij les kregen (theorie en praktijk) van regisseur bij de BRT Pol Stabel. Eind juni 1970 hebben wij ons diploma in de toneelkunsten behaald in de Nederlandstalige Rijksmuziekacademie van Etterbeek. Het volgende schooljaar kwamen daar Chantal, Roos en Helen, Willy, en Rita bij.
Toen werd mijn naam nog verkeerd gespeld en pantomime werd als pantomine afgedrukt! Pol Stabel hieronder op latere leeftijd.
Dankzij Pol Stabel kregen wij de kans om te figureren in de nieuwe jeugdreeks van de BRT genaamd Keromar. De opnames zouden plaatsvinden in het Zoniënwoud, in Waterloo. Op een zeer zonnige dag in de maand juli 1970 reden wij met het openbaar vervoer naar het Rouppeplein in Brussel (nabij het Zuidstation) waar wij een bus van de buurtspoorwegen namen richting Waterloo. Het was een leerrijke ervaring, maar wel een zeer vermoeiende… Veel schmink, van kleren wisselen, wachten. Wij waren niet bezoldigd maar kregen toch eten en drinken. Wij hadden nog andere kameraden opgetrommeld zoals Monique en Francis, Koen, Godelieve, en ik hoop dat ik niemand vergeet. Scenarist Louis De Groof, die ook de jeugdseries ‘Kapitein Zeppos’ en ‘Axel Nort’ schreef, baseerde zich voor Keromar op de cultuur van de hippies en de sfeer van de trilogie ‘In de ban van de ring’ van Tolkien.
Eens de opnames van start gingen keken wij vol ontzag op naar de talrijke bekende en minder bekende acteurs zoals o.m. Mike Verdrengh (Timbal); Annelies Vaes (Ismel); Senne Rouffaer (Goerki); Ann Petersen (Gwin, de witte vrouw); Jan Pauwels (Assam); Nand Buyl (Kelpie); Jan Decleir (Odo); Rik Andries (Ostrik); Janine Bischops (Rinda); Ronny Waterschoot (Obigal); Marc Bober (Wallimir de Wandelaar); Jeanine Schevernels (Toela de Noetin), Alex Wilequet (Alverik); Gerda Marchand (Orna); John Geentjes (Breas); Raymond Bosschaerts, Sjarel Branckaerts, Alex Cassiers; Rudi Delhem (Bolt); Frans Maas en Bruno Schevernels (Noeten).
Aangezien er weinig figuranten waren komen opdagen moesten de mannelijke figuranten zowel Kerten uitbeelden (met een minirokje en bruin geschminkte benen zoals Mike Verdrengh) als Bolten (gehuld in een soort latex zwart pak met helm, en een nepbaard: dat was pas zweten!).
De serie zou nadien opgenomen worden bij Starigrad in het toenmalige Joegoslavië om in zo zonnig mogelijke omstandigheden te kunnen filmen. Jammer genoeg mocht ik van mijn ouders daar niet naartoe. De serie heb ik nooit helemaal gezien, slechts hier en daar flarden want ze werd uitgezonden op woensdagnamiddag. Mijn neefjes en nichtjes hebben mij in 1971 wel herkend op televisie. Hierboven sta ik uiterst links met een nepbaard!
Monique, mijn buurmeisje, met en zonder pruik en hieronder mijn schoolmakker Koen en daarnaast rusten Francis en Monique (met nepsnor!) uit in de schaduw van een muur.
Het verhaal verscheen in 1971 ook in boekvorm, van de hand van Louis De Groof. Het is een uitgave in drie delen met zwart-witfoto's uit de televisieserie. Deel 1 was getiteld Finroen, deel 2 De Maanvallei en deel 3 Het Boek der Kerten. Die boeken heb ik achteraf gekocht en mezelf toch enkele malen op de foto’s herkend, niettegenstaande de kostuums. Tot op de dag van vandaag herinner ik mij nog altijd de kreten die toen niet van de lucht waren: “blaster en dollar”, “sludderamok” en vooral “in de ban van de Gurwel!”… De muziek in de serie is van Pieter Verlinden, maar in sommige scènes wordt muziek van Ennio Morricone gebruikt, meer bepaald die voor de films van Sergio Leone (in de spaghettiwesterns). Het lied van de begingeneriek wordt gezongen door Della Bosiers.
Maar wat stond er in de maand juni 1970 zoal in de BRT Top 30 genoteerd?
- ‘Laat ons een bloem’ – Louis Neefs (een knappe Nederlandstalige cover van ‘Leave Them A Flower’ van Wally Whyton) en ‘Everything Is Beautiful’ – Ray Stevens (de Amerikaanse lolbroek kon af en toe ook een serieus zijn);
- ‘Never Marry A Railroad Man’ – Shocking Blue (geweldige opvolger van ‘Mighty Joe’!); - ’24 Hours At The Border’ – The Pebbles (internationaal geluid van deze Antwerpenaars);
- ‘Soolaimón (African Trilogy II)’ – Neil Diamond (de Amerikaanse singer/songwriter ging de Afrikaanse toer op!); - ‘Do The Funky Chicken’ – Rufus Thomas (een grijsgedraaide single in De Reinaert!);
- ‘I Don’t Believe In If Anymore’ – Roger Whittaker (aangrijpend verhaal van deze sympathieke bard); - ‘It’s All In The Game’ – The Four Tops (een lied geschreven in mijn geboortejaar 1951: een hit voor Tommy Edwards in 1958 en voor Cliff Richard in 1963);
- ‘Groovin’ With Mr. Bloe’ - Mr. Bloe (een leuke instrumentale single met een mondharmonica in een glansrol); - ‘In The Summertime’ – Mungo Jerry (dè zomerhit van 1970!).
En in de Veronica Top 40 stonden volgende singles onder meer genoteerd:
- ‘Real Cool World’ – The Greatest Show On Earth (één van mijn vele favorieten van 1970!);
- ‘Three O’Clock Flamingo Street’ – David McWilliams (uit 1969 en alsnog een hit in 1970); - ‘Shoeshine Boy’ – The Humblebums (het duo bestond uit Gerry Rafferty en Billy Connolly. Ik zag de Schotten optreden dat jaar in het Flageyplein, dankzij de BRT Omroep Brabant);
Gerry Rafferty en Billy Connolly als The Humblebums, zoals ik ze zag optreden in het Flageygebouw!
- ‘What’s Going On’ – Taste (dankzij hun optreden tijdens het Isle of Wight-festival profiteerden Rory Gallagher en zijn maten een maximum en dat vertaalde zich in een notering in diverse hitlijsten!); - ‘Lucy, Lucy’ – Amsterdam (de tweede single van de Amsterdamse band in de hitparade);
- ‘Sunshine & Rain (The Name Of The Game)’ – Alan Price (de vroegere toetsenist van The Animals scoort alweer, ditmaal solo zonder zijn Set); - ‘Freedom Blues’ – Little Richard (verrassende hitsingle van deze rocklegende in de Benelux);
- ‘Soul Calypso’ – The Merrymen (de opvolger van ‘Big Bamboo’); - ‘Which Way You Goin’ Billy?’ – The Poppy Family (zeemzoete pop uit Canada met het echtpaar Susan & Terry Jacks);
- ‘Let Us Pray Together’ – Sandra & Andress (sic) (zangeres Sandra Reemer en zanger-componist Dries Holten: later werd Andress aangepast tot Andres); - ‘Magical Mystery Morning’ – The Cats (Palingpop uit Volendam);
- ‘Free The People’ – Delaney and Bonnie and Friends (het Amerikaans echtpaar Delaney en Bonnie Bramlett lieten zich vaak begeleiden door verscheidene muzikanten zoals Duane Allman, George Harrison, Eric Clapton, Jim Gordon, King Curtis, en Dave Mason. - ‘Go Back’ – Crabby Appleton (hierbij moest ik altijd denken aan een grote ton appelen waarin je naar hartenlust kon grabbelen…);
- ‘Teach Your Children’ – Crosby, Stills, Nash & Young (uit de geweldige elpee ‘Déjà vu’!).
In mei leggen alle vogels een ei. Maar wat stond er naast die gedenkwaardige zaterdag 2 mei 1970 nog in de BRT Top 30 van die lentemaand?
- ‘Tipitipiti’ – Marva (Nelly Byl zorgde voor de Nederlandse tekst van dit Italiaans liedje van Orietta Berti);
- ‘American Woman’ – The Guess Who (deze Canadese rockband scoorde hiermee een wereldhit met op de b-kant ‘No Sugar Tonight’/’New Mother Nature’!);
- ‘Keep On Smiling’ – James Lloyd (deze Jamaicaanse zanger en entertainer verhuisde naar Londen. Hij ging op tournee, voornamelijk in Duitsland waar hij een contract kreeg aangeboden bij Ariola Records.); - ‘Cecilia’ – Simon & Garfunkel (de zoveelste hitsingle uit de LP ‘Bridge Over Troubled Water’!);
- ‘Million Dollar Bash’ – Jonathan King (alweer een cover van een nummer dat oorspronkelijk van Bob Dylan is en uit de sessies komt van The Basement Tapes opgenomen in Big Pink) - Jonathan King heb ik niet gevonden, maar wel deze andere cover:
- ‘Make Me Smile’ – Chicago (Transit Authority was definitief weggelaten uit de groepsnaam); - ‘Vehicle’ – The Ides Of March (deze Amerikaanse rockband kwam ook uit Chicago – een stukje uit het lied werd als jingle gebruikt in de BRT Top 30);
- ‘Duw een beetje’ – Jimmy Frey (hij haalde de mosterd bij Gene Pistilli en zijn ‘I'll Never Get Enough’ – Productie van Roland Kluger);
- ‘Who Are My Friends’ – J. Vincent Edwards (minder bekende opvolger van ‘Thanks’ geproducet door Mark Wirtz); - ‘Tennessee Bird Walk’ – Jack Blanchard & Misty Morgan (een Amerikaans country-duo uit Florida);
- ‘Question’ – The Moody Blues (een heel ander geluid dan op ‘Melancholy Man’);
- ‘Up Around The Bend’ – CCR (het fantastische ‘Run Through The Jungle’ stond op de b-kant of was het in sommige landen andersom?).
Op Pinkstermaandag 18 mei 1970 werd het allereerst Pinkpopfestival georganiseerd. De meerderheid van de optredende artiesten stond toen niet in de hitlijsten.
Vrijgevochten Nederlandse hippies op het festival en Barry Hay van de Golden Earring (rechts):
En hoe was de toestand in de Nederlandse Top 40 die werd uitgezonden door Radio Veronica?
- ‘Cat Food’ – King Crimson (ik zag de groep live op het Hyde Park Concert maar dit nummer brachten de progressieve Britten toen niet); - ‘Lonesome Tree’ – The Machine (een aantal leden verlieten Swinging Soul Machine en scoorden met deze single);
- ‘I Feel All Right’ – James Brown (“The Godfather of Soul" werd bij ons enkel gedraaid op zaterdag in een speciaal programma van Omroep Antwerpen); - ‘Funky, Monkey Monkey’ – Billy Jones and the Stars (deze Texaan vestigde zich in 1968 in Amsterdam – Hij zong ook af en toe bij Oscar Harris And The Twinkle Stars tot 1980);
- ‘Sufferin’ In The Land’/’Come Into My Life’ – Jimmy Cliff (dubbelzijdige single van deze reggae artiest);
- ‘Kitsch’ – Barry Ryan (opzwepende opvolger van ‘Love Is Love’); - ‘She Was Naked’ – Super Sister (waarschijnlijk het eerste popnummer waarin enkele woorden Latijn werden gezongen! De groepsnaam werd nadien in één woord geschreven);
- ‘Yellow River’ – Christie (hier hebben The Tremeloes een wereldhit laten liggen want zij namen het nummer oorspronkelijk op maar het was Jeff Christie die met de basistrack van The Trems de single uitbracht, met zijn stem uiteraard! The Tremeloes scoorden wel met hun Spaanstalige versie (‘No Comprendes’) een vette nummer één in Spanje en Latijns-Amerika!);
- ‘The Green Manalishi (With The Two Prong Crown)’ – Fleetwood Mac (na de blues was dit een veel harder geluid van de Britse band – ‘Oh Well Part 1’ was al een voorbode van die hardere sound!).
De laatste film van The Beatles kwam op 13 mei 1970 uit in de bioscopen onder de titel ‘Let It Be’, een documentaire van regisseur Michael Lindsay-Hogg. Ik heb ‘m echter -als trouwe fan van The Beatles- nooit gezien omdat er naar verluidt hevige spanningen te zien zijn tussen de vier leden. Ik was in die periode ook fel ontgoocheld in het uiteenvallen van mijn favoriete groep. De single ‘Let It Be’ kwam in het Verenigd Koninkrijk zelfs niet terecht op de eerste plaats! De Fab Four werden tegengehouden door… Lee Marvin en zijn ‘Wand’rin Star’, een lied uit de musical ‘Paint Your Wagon’. Op de b-kant stond –geloof het of niet- ‘I Talk To The Trees’ gezongen door… Clint Eastwood, zijn tegenspeler in die muzikale film! Dit was de tweede maal dat The Beatles niet op één terechtkwamen in het VK. Het gebeurde ook in 1967 toen de single ‘Penny Lane’/’Strawberry Fields Forever’ van de top werd gehouden door niemand minder dan Engelbert Humperdinck en zijn cover van ‘Release Me’, een lied uit 1949! Daarom post ik nu de b-kant van ‘Let It Be’ want die komt oorspronkelijk uit 1968 toen Rolling Stone Brian Jones er nog een partijtje saxofoon op speelde. Het lied bleef een tweetal jaren op het schap liggen tot het in 1970 na veel studiowerk alsnog werd uitgebracht. De sfeer ademt een mengeling uit van Monty Python en Peter Sellers. Luister maar naar ‘You Know My Name (Look Up The Number)’!
En wat stond er op zaterdag 2 mei 1970 zoal in de Nederlandse Top 40 genoteerd?
- ‘Ruby Is The One’ – Earth & Fire (Jerney Kaagman werd steeds bekender!) en ‘Red Rover’ – Mailer Mackenzie Band (alweer een Nederlandse band – lijkt heel fel op CCR);
- ‘Groovie Kinda Love’ – Elki and Owen with the Rim Ram Band (reggae cover van ‘A Groovy Kind Of Love’ van The Mindbenders) - Elki is in feite Elkie Brooks. Het meisje op de cover is een Afrikaans Model! en ‘Young, Gifted And Black’ – Bob & Marcia (reggae zat in de lift!);
- ‘Daughter Of Darkness’ – Tom Jones (onverstoorbaar bleef de Welshman platen uitbrengen); - ‘I Can’t Tell The Bottom From The Top’ – The Hollies (de groep had het vertrek van Graham Nash goed verteerd – Met Reginald Dwight aan de piano, net voor hij Elton John werd!);
Op nummer één bij onze noorderburen stonden Simon & Garfunkel met ‘El Condor Pasa’.
Op zaterdag 2 mei 1970 werd op de BRT Omroep Brabant de allereerste BRT Top 30 uitgezonden en daar stond Norman Greenbaum op één met ‘Spirit In The Sky’. Roger Troch presenteerde die hitlijst tot december 1970. Zijn bijnaam was Peepee. De meeste liedjes daaruit stonden ook genoteerd in de Nederlandse hitparade behalve Ronny Temmer natuurlijk en deze negen singles (John & Ann Ryder stonden wel genoteerd):
- ‘What Goes Up Must Come Down’ – Cellophane Mop [een mij onbekende groep en ik merk nu dat de productie in handen was van Mark Wirtz (bekend van “A Teenage Opera”) en dat Chris Spedding de gitaar bespeelde, waarschiijnlijk uit het VK dus] (op 13); - ‘Save The Last Dance For Me’ – John Rowles (de zoveelste cover van deze classic!) (op 14);
- ‘Thinking About The Good Times’ – New Inspiration (op 15); - ‘ABC’ – The Jackson 5 (de opvolger van ‘I Want You Back’) (op 23);
- ‘M’n Air-hostess’ – Will Tura (“Of naar Cuba!”: zeer gedurfd in een periode van vliegtuigkapingen!) (op 24);
- ‘Cecilia’ – Harmony Grass (Britse popband) of John & Anne Ryder (Brits duo) (een cover van de bekende single van Simon & Garfunkel) (op 25);
- ‘My Baby Is Sweet’ – Light Fire (een mij onbekende Belgische groep) (op 28); - ‘By The Way’ – The Tremeloes (minder bekende single van de Trems, het einde was nabij!) (op 29);
- ‘Woodstock’ – Crosby, Stills, Nash & Young (op 30) (David, Stephen, Graham & Neil met hun relaas over het festival uit 1969 – het origineel is van Joni Mitchell, iets later ook gecoverd door Matthews’ Southern Comfort).
Het Eurovisiesongfestival van 1970 werd in Amsterdam gehouden. Het jaar voordien waren er vier winnende landen (Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, Nederland, en Spanje) en na loting werd Nederland aangeduid om het liedjesfestival te organiseren. Er waren slechts 12 deelnemende landen want Portugal, Zweden, Noorwegen, en Finland hadden zich teruggetrokken als protest op “het stemschandaal van 1969”. Oostenrijk had zich in 1969 al teruggetrokken en nu dus ook.
De gedoodverfde winnares werd slechts tweede. Ierland won voor de allereerste maal! Er waren enkele opmerkelijke kandidaten: 1ste: Dana voor Ierland met ‘All Kinds Of Everything’; 2de: Mary Hopkin voor het Verenigd Koninkrijk (tijdens het festival aangekondigd als Groot-Brittannië) met ‘Knock, Knock Who’s There’;
3de: Katja Ebstein voor West-Duitsland met ‘Wunder gibt es immer wieder’; 4de: Julio Iglesias voor Spanje (‘Gwendolyne’) Hij zou later wereldbekend worden!;
7de: Patricia en de Hearts of Soul voor Nederland (Het reglement stond niet toe dat er groepen deelnamen, vandaar de tijdelijke naamsverandering!) met ‘Waterman’; 8de: Jean Vallée voor België met ‘Viens l’oublier’;
12de: David Alexandre Winter (een Nederlander die in Frankrijk woonde) voor het Groothertogdom Luxemburg met ‘Je suis tombé du ciel’. Pijnlijk resultaat want hij behaalde nul punten!
De zusjes Maessen, Katja Ebstein, en Jean Vallée zouden later nog deelnemen aan het Eurovisiesongfestival.
Volgende singles stonden in de loop van de maand april 1970 in de Nederlandse Top 40 genoteerd:
- ‘All Kinds Of Everything’ – Dana (Ierland wint het Eurovisiesongfestival voor de eerste maal!); - ‘Knock, Knock Who’s There’ – Mary Hopkin (bijna iedereen dacht dat zij het ESF zou winnen. Niet dus!);
- ‘I.O.I.O’ – The Bee Gees (Barry en Maurice zonder Robin, maar wel met Vince Melouney (akoestische gitaar) en Colin Petersen (drums), twee vroegere bandleden uit de periode 1966-1968); - ‘Adagio’ – Ekseption (de Nederlandse progressieve popgroep die klassiek met pop vermengt neemt hier een compositie van Albinoni onder handen);
- ‘Sympathy’ – Steve Rowland & The Family Dogg (een cover van een single van de groep Rare Bird uit 1969); - ‘Good Morning Freedom’ – Blue Mink (knappe opvolger van ‘Melting Pot’);
- ‘Let It All Hang Out’ – Jonathan King (een cover van ‘Let It Out (Let It All Hang Out)’ van de Amerikaanse garagegroep The Hombres uit 1967); - ‘Barbara’s Boy’ – The Four Tops (een minder bekende single die wel scoorde in Nederland);
- ‘As je mekaar niet meer vertrouwen kan…’ – Adèle Bloemendaal, Leen Jongewaard, Piet Römer en koor (de derde single uit de komische TV-reeks “’t Schaep met de vijf pooten” die ik nooit zag!); - ‘Osaka’ – The Shoes (De wereldtentoonstelling van 1970 werd gehouden in Osaka, Japan onder de naam Expo 70);
- ‘Simple Song Of Freedom’ – Tim Hardin (terug in de schijnwerpers dankzij Woodstock 1969); - ‘Can’t Help Falling In Love’ – Andy Williams (De melodie is gebaseerd op ‘Plaisir d'amour’, net zoals ‘I Want To Live’ van Aphrodite’s Child uit 1969 trouwens!);
- ‘Mademoiselle Ninette’ – The Soulful Dynamics (de groep werd gevormd in 1965 in Liberia, Afrika. In 1969 verhuisden de bandleden naar het Duitse Hamburg); - ‘Gimme Dat Ding’ – The Pipkins (hier is Tony Burrows weer van de partij!);
- ‘The Seeker’ – The Who (Eerste single na de rockopera ‘Tommy’. Bob Dylan, The Beatles en Timothy Leary komen voor in de tekst van Pete Townshend. Nicky Hopkins speelde op piano);
- ‘Spirit In The Sky’ – Norman Greenbaum (vanuit het niets scoorde deze onbekende Amerikaan wereldwijd met zijn debuutsingle. In 1969 bracht hij die single uit, waarvan hij 2 miljoen exemplaren verkocht. Het nummer was ook religieus getint net zoals enkele andere singles uit het voorjaar van 1970: ‘Superstar’; ‘Mijn gebed’; ‘Our Father’; en ‘Jesus Is Just Alright’); - ‘House Of The Rising Sun’ – Frijid Pink (niemand had ooit gedacht dat er na The Animals nog een versie zou komen van deze traditional. Knappe gitaarsound!);
- ‘Get Ready’ – The Rare Earth (Blanke act op het Motownlabel! Voor de elpee werd het lidwoord “The” definitief weggelaten. Hierop stond een bijna 22 minuten-lange versie van de bekende Motownsong die oorspronkelijk door The Temptations werd uitgebracht!). Op de b-kant stond ‘Magic Key’.
In 1969 heette de groep nog The Rare Earth. Al snel ingekort tot Rare Earth (een tongbreker voor Franstalige deejays, ik denk hier aan Claude Delacroix van de RTBF die de groep steevast aankondigde als "Raar Iert" (sic)!
Populaire films uit 1970 (in willekeurige volgorde) die ik toen voor het overgrote deel in de bioscoop zag of later op televisie.
‘Five Easy Pieces’ met Jack Nicholson en Karen Black. ‘Le cercle rouge’ met Alain Delon, Gian Maria Volonté en Yves Montand.
‘Kelly’s Heroes’ met Clint Eastwood, Telly Savalas en Donald Sutherland. ‘Patton’ met George C. Scott en Karl Malden. ‘The Private Life of Sherlock Holmes’ met Robert Stephens. ‘Tora! Tora! Tora!’ met Martin Balsam. ‘Elvis: That's the Way It Is’ met een geweldige live soundtrack! ‘Zabriskie Point’ met Harrison Ford en een geweldige soundtrack! ‘Chisum’ met John Wayne. ‘Ryan’s Daughter’ met Robert Mitchum, Trevor Howard en Sarah Miles. ‘My Name Is Trinity’ met Terence Hill en Bud Spencer. ‘Cold Sweat (De la part des copains)’ met Charles Bronson. ‘M*A*S*H’ met Donald Sutherland en Elliott Gould. ‘Little Big Man’ met Dustin Hoffman en Faye Dunaway. ‘Airport’ met Burt Lancaster, Dean Martin en George Kennedy. ‘Soldier Blue’ met Candice Bergen, Peter Strauss en Donald Pleasance. ‘Waterloo’ met Orson Welles, Christopher Plummer en Rod Steiger. ‘Love Story’ met Ali MacGraw en Ryan O’Neal. ‘The Owl and the Pussycat’ met Barbra Streisand en George Segal. ‘De Aristokatten’ (Disney classic). ‘Beneath the Planet of the Apes’ met Charlton Heston. ‘Rio Lobo’ met John Wayne. ‘Performance’ met Mick Jagger, Anita Pallenberg en James Fox (ook een knappe soundtrack).
‘Borsalino’ met Alain Delon en Jean-Paul Belmondo.
‘Dernier domicile connu’ met Lino Ventura en Marlène Jobert.
‘Heureux qui comme Ulysse…’ met Fernandel.
‘L’aveu’ met Yves Montand en Simone Signoret.
‘L’enfant sauvage’ van François Truffaut.
‘La horse’ met Jean Gabin.
‘Woodstock’, Amerikaanse documentaire van Michael Wadleigh (ook een geweldige soundtrack!).
En wat stond er in de loop van de maand maart 1970 onder meer in de Nederlandse Top 40?
- ‘Instant Karma! (We All Shine On)’ – Lennon/Ono with The Plastic Ono Band (in de VS uitgebracht als een single van John Ono Lennon!);
- ‘No Dogs Allowed’ – José Feliciano (waargebeurd verhaal: de blinde zanger mocht in 1969 niet binnen in een Londense luchthaven met zijn blindegeleidehond! Na veel poespas lukte het toch. Hij schreef er een liedje over…); - ‘It’s Five O’Clock’ – Aphrodite’s Child (wereldnummer van deze sympathieke Grieken!);
- ‘You’re Such A Good Looking Woman’ – Joe Dolan (knappe opvolger van ‘Make Me An Island’ van deze Ierse zanger) en ‘Let There Be Love’ – The Bee Gees (minder gekend nummer van de Gibb broertjes);
- ‘Evil Ways’ – Santana (waardige opvolger van ‘Jingo’, hier en daar ook ‘Jingo-lo-ba’ genoemd) en - ‘Lay Down (Candles in the Rain)’ – Melanie & The Edwin Hawkins Singers (met vereende krachten stegen deze Amerikaanse zangeres en de gospelzangers naar de top!);
- ‘Let It Be’ – The Beatles (geweldig nummer met een wrange nasmaak want dit zou wel eens de allerlaatste single van de Fab Four kunnen zijn. Ik kreeg ongelijk…);
- ‘Soul Tango’ – Casey and The Pressure Group (geweldige instrumentale pianoklanken) en ‘Down South’ – Rob Hoeke Boogie Woogie Quartet (boogie uit Nederland!);
- ‘El Cóndor Pasa’ – Los Incas (instrumentaal nummer uit 1963 dat door Paul Simon van onder het stof werd gehaald voor zijn versie op de elpee ‘Bridge Over Troubled Water’!) en ‘El Condor Pasa’ – Simon & Garfunkel (met de instrumentale track van Los Incas!);
- ‘The Witches Promise’ – Jethro Tull (duivel-doet-al Ian Anderson – onder andere zang, dwarsfluit, akoestische gitaar, mondharmonica, bansuri en mandoline- in goede doen!) ; - ‘Never Had A Dream Come True’ – Stevie Wonder (de blinde Amerikaan scoorde met de regelmaat van een klok);
- ‘Groupy Girl’ – Tony Joe White (wie had toen kunnen denken dat ik de Amerikaanse singer/songwriter aan het werk zou zijn in 1971 in het Antwerps Sportpaleis als voorprogramma van CCR!); - ‘Who Do You Love’ – Juicy Lucy (een geweldige versie van Bo Diddley’s meesterwerk!).
- 19 juli 1970: De Belgische wielrenner Eddy Merckx wint de Ronde van Frankrijk, vóór de Nederlander Joop Zoetemelk. Het was zijn tweede overwinning in die tour. - 26 augustus 1970: Het vijfdaagse Isle of Wight Festival begint op het eiland Wight. Toen bezochten volgens het Guinness Book of Records tussen 600.000 en 700.000 fans het festival. Het was ook een van de laatste optredens van Jimi Hendrix, enkele weken voordat hij in Londen overleed. Naast hem traden toen onder andere ook The Who, The Doors, Jethro Tull, Leonard Cohen, Miles Davis en The Moody Blues op. De bekendste Belg op dat festival was zonder twijfel ene Urbain Servranckx…
"Make love, not war!" was toen de slogan van de jeugd!
Drie van de vier Beatles woonden het Festival bij met hun partner (Yoko zit verscholen achter een vrouw). Paul had hommeles met John, George en Ringo en stuurde zijn kat! Leonard Cohen was wel van de partij!
- In september 1970 vat ik mijn hogere studies aan: handelswetenschappen/moderne talen. Een hele aanpassing want vanaf nu was het onderwijs gemengd (jongens/meisjes), wat tijdens de humaniora helemaal niet het geval was! - 6 september 1970: Bij de kapingen op Dawson's Field worden vier passagiersvliegtuigen, waarvan drie op weg naar New York en één op weg naar Londen, gekaapt door leden van het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina (PFLP). Op El Al-vlucht 219 van Amsterdam naar Tel Aviv mislukt de kaping: één kaper wordt gedood en één persoon raakt gewond. - 18 september 1970: Als gevolg van een overdosis slaappillen (of drugs?) raakt de Amerikaanse gitarist Jimi Hendrix in een coma, waarna hij in zijn eigen braaksel stikt. Hij sterft op 27-jarige leeftijd, net als Brian Jones een jaar voordien…
- 22 september 1970: Toppop voor het eerst uitgezonden met Ad Visser en danseres Penney de Jager. - 4 oktober 1970: Janis Joplin overlijdt op 27-jarige leeftijd aan een overdosis heroïne. Zij werd dood gevonden in haar hotelkamer in Los Angeles. Het vermoeden bestaat dat de heroïne die haar fataal werd, sterker was dan anders, aangezien ook andere klanten van haar dealer die week aan een overdosis overleden. Stilaan begint men een verband te leggen tussen muzikanten die op hun 27ste overlijden. De 27 club (of: Forever 27) zou pas veel later ontstaan…
- 27 november 1970: Op die bewuste dag word ik 19 jaar oud. - 12 december 1970: The Doors treden voor de laatste keer op met zanger Jim Morrison. Na dit concert besluit de band, vanwege Morrisons onvoorspelbare gedrag, geen concerten meer te geven. Niemand kon toen bevroeden dat de Amerikaanse zanger/poëet een jaar later, ook op zijn 27ste, zou overlijden… Zoals ik al eerder schreef mocht ik vanaf mijn 18de verjaardag wekelijks uitgaan. Maar sinds mijn 16de verjaardag ging ik al sporadisch naar optredens of bals, al dan niet vergezeld van mijn vier jaar oudere zus. Zo was er in november 1967 in het Rogiercentrum (Brussel) het optreden van een Spaanse groep die toen een radiohitje had in Brussel en Wallonië met ‘Ne pleure pas/Hey, Hey’. Van Los Cuervos hebben we nadien niets meer vernomen. Maar wel van de Portugese broers Lameirinhas Jess & James with The J.J. Band die na de Spaanse groep optraden en niet lang daarna zouden doorbreken met hun geweldige single ‘Move’! Op 11 mei 1968 woonde ik het optreden bij van Jacques Dutronc met het orkest van Janot Morales. Op dit bal van burgemeester Guy Cudell traden ook Jess & James op met The J.J. Girls! The Sweet Feeling with Electro Sound and his Band waren ook van de partij. Mijn zus had alweer voor kaarten gezorgd in het Internationaal Rogiercentrum. In 1968 zag ik ook Wannes Van de Velde in de Beursschouwburg (Brussel) optreden. Hij liet een diepe indruk op mij na, vooral omdat hij plechtig op het podium stond met een groot boek waarin zijn teksten opgetekend waren. Later dat jaar zagen mijn zus en ik in het Koninklijk Circus de groep Up With People optreden. Wij waren allebei zo laaiend enthousiast dat wij na afloop formulieren gingen opvragen om met de internationale jeugdgroep de wereld rond te reizen. Eens thuis gekomen stootte dat plan op een kordaat njet van onze ouders! Op 9 mei 1969 woonden mijn ouders en ik in het Casino van Chaudfontaine de verkiezing van Miss België mee. Mijn zus eindigde tweede en werd dus eerste eredame. Het gebeuren werd gevolgd door een bal. Op 5 juli 1969 was er dan het Free Hyde Park Festival met The Rolling Stones en een resem toen minder bekende groepen, zoals ik eerder al in een notitie schreef. Op 14 november 1969 werd in zaal Egmont (Conscience) een dansavond georganiseerd. Vanaf mijn 18de verjaardag ging ik dan wekelijks naar de Reinaert in hetzelfde gebouw. En in het voorjaar van 1970 zou ik dankzij BRT Omroep Brabant in het Flageygebouw te Elsene een gesmaakt optreden meemaken van The Humblebums. Het duo bestond uit Gerry Rafferty en Billy Connolly! Rafferty zou enkele jaren later doorbreken met Stealers Wheel en Connolly als stand-up comedian. Later dat jaar zag ik de Musical Hair in het Koninklijk Circus te Brussel en een onverwacht optreden van de Wallace Collection in een ondergrondse parking in Elsene (tussen Louiza en Naamsepoort).
En welke singles stonden er in de maand februari 1970 in de Nederlandse hitlijsten?
- ‘Italian Concerto’ – Ekseption (mooie melodie gecomponeerd door Johann Sebastian Bach); - ‘Fat Jack’ – Hearts of Soul (de zusjes Bianca, Stella en Patricia Maessen zouden we later nog vaak in de muziekwereld van de Lage Landen aantreffen).
- ‘Venus’ – Shocking Blue (wegens nr. 1 in de VS opnieuw uitgebracht! De groep stond toen tweemaal in de Top-5 genoteerd want ‘Mighty Joe’ gooide ook hoge ogen!); - ‘Room To Move’ – John Mayall (een live versie die werd opgenomen tijdens een concert in Nederland, als ik mij niet vergis);
- ‘Who’ll Stop The Rain’ – CCR (deze single ging over het feit dat het op het Woodstockfestival gedurende drie dagen regende! Oospronkelijk een b-kant want in België scoorde de a-kant veel beter: ‘Travelin’ Band’!);
- ‘I Want You Back’ – The Jackson 5 (ontdekt in Gary, Indiana door Diana Ross); - ‘Dear Ann’ – George Baker Selection (de opvolger van ‘Little Green Bag’ vond ik ook heel goed);
- ‘Jesus Is Just Alright’ – The Byrds (later opgepikt door de Doobie Brothers);
Jezus was zeer populair in 1970!
- ‘Bridge Over Troubled Water’ – Simon & Garfunkel (haast alleen door Art gezongen en hij besefte niet dat het lied over hem ging. De vriendschap zou later “vertroebelen”…); - ‘A Song Of Joy (Himn a la alegria)’ – Miguel Rios (Ludwig van Beethoven kreeg een modern jasje aangemeten – Uit zijn negende symfonie);
- ‘Vietnam’ – Jimmy Cliff (een heuse aanklacht tegen de oorlog in Vietnam vanuit Jamaica!); - ‘Temma Harbour’ – Mary Hopkin (minder bekende hit van deze Welshe zangeres);
- ‘Indian Pipe’ – Amsterdam (Nederlandse popgroep, hoe kan het ook anders met zo’n naam!) - ‘Love Grows (Where My Rosemary Goes)’ – Edison Lighthouse (Hier werd muziekgeschiedenis geschreven want zanger Tony Burrows stond in die periode op een bepaald ogenblik viermaal in Top of the Pops op de BBC. De andere songs waren ‘Gimme Dat Ding’ (The Pipkins), ‘My Baby Loves Lovin'’ (The White Plains) en ‘United We Stand’ (Brotherhood of Man).