B28: DE DRENKELING VAN KROKODIL.
Westende, 15 april '41.
Nog juist voor het einde van de Paasvakantie kon Joseph Nadine toch nog overhalen om, via dokter Loenders van Lombardzijde, het briefje aan Boltons moeder in het postcircuit van het Rode Kruis te smokkelen. Drie dagen zagen had het gekost vóór ze door de knieën ging, want sinds hij 's zondags in zijn zwarte uniform rondparadeerde was het vuur van hun vrijage sterk afgekoeld.
" Luistert, Dientje, "sloot hij de discussie af, " ge moet me verder geen vragen stellen, want ik mag voorts toch geen uitleg geven, en leugens wil ik niet vertellen...Maar ik zweer dat het een zuiver geval is van christelijke naastenliefde en van solidariteit in de familie"...Hij voelde onmiddellijk dat hij een stommiteit beging, met deze dikke stadhuiswoorden, want plots bleef ze hem strak aanstaren.
" Hoe dat, familie ?!...Heeft dat iets te maken met uwen nonkel die eergisteren verdronken is ?..."
" Wie spreekt er van verdrinken ?...Hij is vermist, da's al! Hij kan nog altijd ergens levend opduiken, want zolang ze geen lijk vinden, is hem niet dood..."
" Maar waarom is dat briefje in 't Engels geschreven...? En dan nog wel aan madame Bulton...Wat zaken had uwen nonkel met die madame Bulton ?..."
"Bolton! ",verbeterde Joseph," en het heeft met nonkel René niets te maken..."
" Toch-toch! Ik voel het! Was er geen Bulton bij die joden, die hem verleden jaar op 't eind van den oorlog naar Engeland heeft gevaren ?...Ja-ja, ik voel het! En dien Bébé is van tien-negen een lid van deze joodse familie die niet op tijd is weggeraakt en die nu zegt dat hem het goed stelt! Hé, is 't niet zo ? Ja-ja, ik weet het wel! ..."
" Houdt op, zotte Trien! Ge zit er uren naast! Wie zou er nu nog risico's nemen voor een jood te gaan redden ! "
" Bah, 't zijn toch óók mensen! Of zijt ge Arthur Birnbaum al vergeten ? En in '40 hebben de Leon en uwen nonkel René er toch ook hun leven voor geriskeerd ,voor die bende joden !"
" Holà Paula! Zo geriskeerd was dat nu ook weer niet! Joden helpen was toen nog niet verboden, hé, en ze zijn er goed voor betaald geweest! Daarbij, toen wisten we nog niet zo juist wat de joden allemaal hadden uitgestoken, hoe ze op ons kap leefden en ons werk afnamen en met hun vuil bloed onze Vlaamse volksaard verbasterden...Neen, wees gerust, het heeft met joden niets te maken, ge kunt slapen met uw twee oren dicht! Maar ik zijn zeker dat, moest ge de ware toedracht kennen, ge dubbel en dik uw best zou doen om dat briefje opgestuurd te krijgen..."
Sinds deze dag bekeek ze Joseph met andere ogen en was zijn zwarte plunje geen onoverkomelijke hinderpaal meer bij hun geflirt. Maar over dien "Bébé" als ondertekenaar van dat Engels briefje hebben ze onder elkaar nooit meer gesproken...
Ondertussen deinde de oorlog in de Balkan steeds verder uit: in een dikke tien dagen smoorden de Duitsers de Joegoslavische weerstand in het bloed, zonder dat er hier iemand van wakker lag: de mensen vonden de Germaanse superioriteit over de Slaven zo vanzelfsprekend, dat je werkelijk een suïcidale debiel moest zijn om nog weerstand te bieden tegen deze geweldige militaire pletwals !
Daarbij, elkeen had aan eigen zorgen genoeg, om zich niet druk te maken over iets dat drieduizend kilometer hier vandaan gebeurde..."Dat ze potverdikke hun plan trekken, daar ! "...
Marie moest, wegens de zogenaamde 'verdrinkingsdood' van René, tegenover de buitenwereld een stille komedie opvoeren van rouwende, diepbedroefde zuster. Ten overstaan van Jetje had ze daar nog het meeste moeite mee, want haar vriendin deed aanhoudend haar uiterste best om haar wat op te vrolijken en op andere gedachten te brengen...Het deed haar werkelijk pijn dat ze haar levenslange vertrouwelinge zo moest bedriegen, maar de veiligheid van haar gezin stond op het spel en daarvoor moest alles wijken.
Zelfs de gendarmen van Nieuwpoort waren haar komen troosten: zolang er geen stoffelijk overschot aanspoelde, was René officieel nog in leven! ...Dank u.
De achttiende, vijf dagen na het 'ongeluk', kwam Leon met een intrigerend verhaal naar huis. Hun waakhond, de snelboot van de Kriegsmarine, was rond twee uur plots aan hoge snelheid van zijn normale koers afgeweken, om in volle zee een tijdje langszij een mijnenveger te blijven liggen. Tegen halfvier stoof hij met brullende motoren de Astrid weer voorbij, recht naar de basis in Nieuwpoort! Pylieser profiteerde van de afwezigheid van hun toezichter om wat langer te blijven vissen...Maar toen ze tegen halfzeven terug aan de kade aanlegden liep het nieuws reeds als een vuurtje door de aangemeerde sloepen: de snelboot had in de kazerne aan de overkant van de Geul een verwaaide burger aan wal gebracht, ondersteund door twee matrozen..." Een type met een rosse moustache, en een stoppelbaard van een week...Géénen vent van hier..."
Marie noch Joseph durfden hun wurgende vrees te luchten, maar Leon opperde tactloos: " Mijn gedacht is dat Bolton geweest! "...
" Maar enfin, ze zijn al vijf dagen weg! ...En moest het effectief onze tommy zijn, waar zit de René dan ?" De angst sloeg haar om het hart...En als den Duits dien uitgeteerden Bolton wat stevig ondervroeg zou die zeker moeten bekennen dat hij hier een weeklang ondergedoken had gezeten...
Zondagavond kreeg ze zekerheid over de catastrofe. De champetter kwam haar ijskoud verwittigen dat op het strand van "de Krokodile" een lijk was aangespoeld dat erg op de René trok en of ze het morgenvroeg bij de pompiers van Middelkerke kon gaan identificeren...
Het wàs hem inderdaad ,ocharme !
De kleren die men haar toonde herkende ze niet en even sprong de wilde hoop in haar hart weer op. Maar de ring en het schapulier maakten daar vlug een einde aan. Het lijk zelf wilde ze niet zien, na een week in 't zeewater...Maar de foto's van de tatoeages gaven de doorslag: een anker in een hart, met daaronder 'Gisèle'...De tranen drongen in haar ogen: Gisèle, verdomme, zijn eerste lief van toen hem nog klein was en pas vaarde, begin de twintiger jaren...Dat mens had ondertussen ook al een stuk of vijf kinderen...
Wat men op het politiebureel wel vreemd vond, was dat reddingsvest waarmee het lijk was aangespoeld..."Yukon Gold" stond er in zwarte letters op geschilderd. Een oud stoomschip met die naam strandde een jaar geleden, tijdens de ontruiming van de Engelsen uit Duinkerke, op de Westhinderbank twintig mijl ten noord-westen van Oostende...na een paar treffers van een marinebatterij geïnstalleerd bij de vuurtoren van Nieuwpoort...Of zij daar een verklaring voor wist ,over dat vreemde reddingsvest ,wilde de agent weten.
Neen, écht, dat begreep ze ook niet. Dat de 'Yukon Gold', zo van hieruit gezien, vlak op de kromme vaarroute naar Engeland lag kon ze beter verzwijgen...
" Er is hier maanden aan een stuk bij ons van alles aangespoeld van die gezonken schepen " opperde ze: "...en vissers kunnen zo'n gerief lijk zwemvesten goed gebruiken...'t Zal dààr wel van komen, hé."
" En er is nog iets raars: we mogen veronderstellen dat het lijk al een dikke week in 't zeewater moet gelegen hebben, aangezien hem volledig in brand op de dertiende over boord is gesprongen en onmiddellijk is versmoord. Maar den doktoor schat nu dat hem nog maar drie dagen dood is en er zijn geen brandwonden te zien, niet op het vel, maar ook niet op de kleren..."
" Luistert Chef : de Leon, m'n jongste, vaarde mee op de Astrid en hij was erbij toen het gebeurde: René is met die ontploffing over boord geslagen en door in 't water te vallen zal het vuur op zijn kleren direct gedoofd zijn ! Ze hebben hem dan misschien een reddingsvest of een boei achterna gesmeten om de plaats te markeren, maar't was paniek aan boord en voor ze de moteur en het zeil geblust hadden en den boot gekeerd om hem terug op te pikken in de dikke mist was er zekers tien minuten gepasseerd! Dat werd misschien uit luiaardij allemaal niet zo met punten en komma's genoteerd hé, in dat verslag van de havenkapitein! Maar zo heeft de Leon het mij verteld en meer weet ik er niet van..." Ze was verwonderd over het gemak waarmee ze dit verhaal uit haar duim zoog...
" Enfin, ge zijt zeker dat ge het lijk van uw broer hebt herkend ?" vroeg de agent verveeld: " Ja ?... Dan is voor mij de zaak afgedaan! Ik ben genen Nat Pinkerton! (toenmalige populaire detectivefiguur uit de "boekskes") ...Nogmaals m'n condelaties, madammetje. En verexcuseert de storing, hé!"
Buiten moest ze een paar maal diep de frisse zeelucht inademen om weer bij haar positieven te komen en met flink doortrappen op de fiets terug naar huis hoopte ze de formolreuk om haar heen weg te laten waaien...
Wat vertelde die agent weer ? René zou nog maar drie dagen geleden gestorven zijn ? Dan waren ze er dus in een week roeien nog altijd niet in geslaagd aan de overkant te geraken ?...Te zot om dood te doen hé! Terwijl, volgens zijn zeggen, dit kanotochtje naar den overkant niets om het lijf had...Er moet iets ergs gebeurd zijn van bij de start, want zonder tegenslag hadden ze gehoopt binnen de twaalf uur in Engeland te landen. En inderdaad, hoe kwam hij aan dit vreemde zwemvest ?...
Maar wat voor zin hadden al deze nutteloze vragen: haar broer was ten onder gegaan door de zotte praat van Pylieser en consoorten en ook door zijn eigen drang naar avontuur of erkenning. En nu was hij dood... Uit, gedaan, fini! In de toekomst zou hij geen enkele rol meer spelen, niets meer doén, niet lachen, vloeken, flemen, flierefluiten...Niets!
" Als hij voort zal leven, is het énkel in m'n herinnering, de mijne en misschien nog bij drie-vier àndere mensen...En dat is al ! Een mensenleven betekent in feite niets meer tegenwoordig...
René Cattrysse kreeg een week later een uitvaart zoals ze er in Nieuwpoort nog niet teveel hadden meegemaakt.
Het mysterie van de "Yukon Gold" kon pas jaren nà de oorlog worden opgelost, toen Brian Bolton zijn getuigenis zou afleggen op het proces voor de krijgsraad in Brugge. Maar dààr had Marie nu niéts aan...