B54Bis. EEN LAATSTE "SIEG HEIL! "
Na de rampzalige nederlaag voor Moskou in de winter van '41-'42 lag Hitler even naar adem te happen in de touwen ,maar niét voor lang. De Duitse voorjaarsoffensieven deden de hoop weer opflakkeren. Rommel rukte met zijn versterkt Afrikakorps op 21 jan 42 in 17 dagen 400 km vooruit, van El-Agheila tot Tobroek op de Egyptische grens. Op 27 mei 42 hervatte hij samen met de Italianen de aanval, wierp de Engelsen op 23 juni over de grens en werd pas eind juni te El Alamein gestuit, op 100 km van de Nijl. Niet zozeer door de Britse weerstand, dan wel bij gebrek aan benzine. Want op de duur werd 75% van zijn bevoorradingschepen, komend vanuit Italie, gekelderd door RAF-bommenwerpers, gestationeerd op het eiland Malta.
De Duitse U-Boten torpedeerden echter op hun beurt per maand op de Atlantische Oceaan meer konvooien dan de geallieerde scheepswerven konden vervangen. Daarenboven konden de Engelsen niet beletten dat onder hun neus twee Duitse slagschepen en een zware kruiser (Scharnhorst, Gneisenau en Prinz Eugeen) die werkloos in Brest geblokkeerd lagen ,plots door het Kanaal naar Kiel ontsnapten. Deze zouden later naar Noorwegen doorvaren om er de westerse konvooien naar Mourmansk te bedreigen.
Wél voerden de geallieerden in de loop van 1942 verschillende succesrijke commandoraids uit op de Duitse Atlantische kustverdediging. Maar aangezien deze steeds zonder veel verliezen werden afgeslagen kreeg Hitler de bedrieglijke zelfzekerheid dat, mits zijn Atlantikwal verder te versterken, hij elke serieuze invasiepoging in de kiem zou kunnen smoren. Ook al betaalden de geallieerden met hun raids soms zwaar leergeld, toch werd het beoogde doel steeds bereikt en deden zij daarbij een ondervinding op van onschatbare waarde. Zo konden ze op 27/2/42 in Bruneval bij Le Havre de voornaamste onderdelen van een nieuwe Duitse radar voor onderzoek meenemen. En op 28/3 ramde in St-Nazaire een soort zelfmoordcommando een met mijnen volgepropte torpedoboot in de sluisdeuren van het enige droogdok voor Duitse slagschepen in West-Europa en vernielde dat volledig. Op 19 augustus voerde een Canadese divisie een bloedige (maar leerrijke) landingstest uit in Dieppe waar van de 5.000 ingezette manschappen er na drie dagen zware gevechten slechts 1.500 terug in Engeland geraakten. De Duitsers jubelden: nu hadden de geallieerden vast wel hun lesje geleerd! Dat zou twee jaar later in Normandië inderdaad blijken...
Ook in Zuid-Rusland ging het Hitler angstwekkend goed voor de wind. Vanuit de sector Charkov trokken de As in juni 42 weer in de aanval. Ze veroverden in juli heel de Donbocht en bereikten de brandende olievelden van Maikop op 8/8, Stalingrad op 20/8, de berg Elbroez in de Kaukasus op 21/8 en het oliecentrum Grosny begin september. Maar op 100 km vóór de Kaspische Zee waren zijn troepen totaal uitgeput en het offensief bloedde dood bij gebrek aan voorraden. Alle reserves aan manschappen, bewapening, munitie en brandstof waren opgebruikt. Daarenboven werd de 1.000 km lange noordflank van deze aanvalsspits tussen Voronesj en Grosny in hoofdzaak beveiligd door de minderwaardige "geallieerde divisies". Dit moést onvermijdelijk op een ramp uitlopen!
Omdat het offensief ver vóór het beoogde doel stilviel, ontsloeg Hitler nog een paar legerleiders en liet nu in Stalingrad àlles op àlles zetten. Héél de maand oktober werd om de ruïne van elk huis of elke kelder verbeten gevochten. En ook al vorderden de Duitsers langzaam maar zeker naar de oever van de Wolga, hun schrikaanjagende verliezen voorspelden een rampzalige winter...De tweede al ,terwijl de éérste nog steeds op de maag lag...
|