LICHTVOETIG
Ballade
Een elfje liep door Sprookjesland met een twaalfje aan d’r hand.
De elfenkoning zag hen gaan en sprak de twaalf verbolgen aan.
Mijnheer, hoe waagt een twaalf als gij te vrijen met een elf van mij?
Zo iets is hier nog nooit gezien, zelfs met geen negen of geen tien!
De jongen zei: Vorst, permitteer dat ik mij even opereer.
Hij sneed een stukje uit zichzelf, toen was de twaalf nog slechts een elf.
De vorst schreed voort, hij was voldaan. Het elfje zag haar jongen aan.
Het elfje zag haar jongen aan en schreiend is het heengegaan.
Gaston Durnez (1928-2019)


|