BIJ DE 23ste ZONDAG C
‘JE KRUIS OPNEMEN’
Wie naar Mij toe komt
moet zijn vader en moeder,
zijn vrouw en kinderen,
ja, zelfs zijn eigen leven verfoeien.
Hij moet zijn kruis dragen
anders kan hij geen leerling van Mij zijn.
(Lucas 14,25 en 33)
DE KEUZE VOOR JEZUS EN ZIJN KRUIS
Er zijn wel eens woorden van Jezus waar we moeilijk mee weg kunnen. En toch willen we Hem verstaan en volgen! En daarom:
Ik moet Jezus op de eerste plaats stellen in alles wat ik doe en beleef. Ik moet Hem meer beminnen dan mijn familie en vrienden. Maar als ik voor Hem kies, zal ik met zijn liefde naar de mensen toegaan, zeker naar mijn familieleden en vrienden.
Ik moet het kruis opnemen, mijn kruis, dat altijd anders is dan ik verwacht en dat mij toch op het lijf geschreven staat. In het leven van iedere dag moet ik liefde geven, mijn eigen plannetjes en ontgoochelingen vergeten, en altijd weer opnieuw beginnen.
Slechts als ik mij telkens opnieuw losmaak van mijn bezit, kan ik met heel mijn hart de weg van Jezus gaan. Want het bezit is zulk een tirannieke heerser, dat het mij geen enkele ruimte laat om ‘ook nog’ Jezus te dienen en Hem te volgen op de weg, die het evangelie tekent.
U achterna
U achterna, dat worden smalle wegen,
de stilte tegemoet, de bergen in, -
een kale wereld, kil en afgelegen,
en elke draai een hachelijk begin.
U achterna, dat wordt een pijnlijk wagen,
ver van vertrouwd geluk, al is dat klein;
dat wordt eenmaal uw zware last meedragen
en altijd onderweg en dakloos zijn.
U achterna, dat is voor armoe kiezen,
voor honger en voor dorst en voor gemis
en elke droom van zekerheid verliezen
in een ontmoedigende duisternis.
U roep ik aan, u die ik na moet leven
en die uw kruis nog krijgt en Golgotha:
o Jezus, help me, als ik het zou begeven
aan ’t einde van de reis U achterna.
Michel van der Plas (1927-2013)


|