Een zucht geeft lucht aan een hart vol smart.

Het helpt om diep te zuchten als je veel verdriet hebt.

Zij kwamen erop af als vliegen op de suiker.

Zij kwamen er gretig op af.

Zeggen en doen verschilt wel tien roen.

Niet alles wat is beloofd wordt ook gedaan.

Een huishouden van Kea.

Een slordig huishouden.

Hardlopers zijn doodlopers.

Je kunt iets beter niet te snel doen.

Dat wast al het water van de zee niet af.

Dat is een onvergevelijke schande.

De kat kon het spek wel zien maar niet krijgen.

Iets willen hebben maar het niet kunnen krijgen.

Commandeer je hond en blaf zelf!

Je moet niet denken dat je mij bevelen kunt geven.

Uit kijf komt kijf.

Als je ruziet worden vaak dingen gezegd die alleen maar tot nog meer ruzie leiden.

Een wacht voor de mond zetten.

Heel voorzichtig zijn met de uitspraken die je doet.

Psalm 141 vers 3 Het is een bijbels gebeuren zonder
dit kan een mens er soms maar wat op los kletsen!
Ja, zelf vreselijk roddelen...dat is negatief over een ander spreken!
Over een ander praten is iets anders...het kan zij voor de ander z'n welzijn!
Maar het venijn opent hier een achterbaks terrein!

De donder hangt in de lucht.

Er worden problemen verwacht.

Je lot is onafwendbaar.

Koningen hebben lange armen.

Een hap en een snap.

Iets van het één en iets van het ander.

Herfstliedje

De takken zijn dun,
Ik ruik de run
Van de eiken, -
De berken zijn wit,
Op een bank zit
Ik te kijken.
Daar klautert het licht
- Wat mooi gezicht! -
Door de takken naar boven:

't Is allemaal louter
Goud, o! je zoudt er
Wel van willen rooven!

De wind zit in de
Gele linde
Wat te vertellen, -

Kijk! dien kastanje:
Daarvan kan je
De blâre' al tellen!

O! o! daar begint
Die woelige wind
Ze te vergaren - -

Goud! goud! is het ooft.
Over mijn hoofd
Rollen de blâren!

Hij heeft een bek als een hooischuur.

Hij is heel brutaal.

Hij kijkt als een kat in een vreemd pakhuis.

Met een schone lei beginnen.

Alle schulden of misdragingen uit het verleden vergeten.

Hij is pas uit het ei gekropen.

Hij is onervaren.

Hij heeft een zwak gestel.


Iemand geen grasje in de weg leggen.

Totaal geen belemmeringen opwerpen.

Iemand de broek opbinden.

Iemand slaag geven.

Een spreekwoord is een waar woord.

Spreken is zilver, zwijgen is goud.

Spreek wat waar is, drink wat klaar is, eet wat gaar is.

Het moet een spreker zijn, die de zwijger overtreft.

Het is tuig [vee] van Laban.

Het is slecht volk.

Hij laat de boeren dorsen.

Hij zal zich er niets van aantrekken.

In de kerk is altijd werk.

Het is nooit verkeerd om naar de kerk te gaan.

Iemand in het licht staan.

Iemand belemmeren in zijn loopbaan.

Als het getij verloopt verzet men de bakens.

Als de omstandigheden veranderen moet je de voorgenomen maatregelen aanpassen.

Iets in stand houden.

Iets voor later intact laten.