Weer door de lange glazen gang over de waterpartij. De vissen waren er ook terug. Enkelen hapte lucht aan het oppervlak. Ik kon er nu geen welkomstlied in herkennen. Ik was zenuwachtig. Een tweede gesprek. Stel je voor. De onnozelheid van zingende vissen ligt dan al enkele stappen achter je. Het was ernst nu. Ik had een half pilletje Alprazolam genomen. Het was te belangrijk om zenuwachtig te zijn. Niet alleen voor mij. Alweer straalde Moppie. De kinderen hoopten positief mee met mij, zeiden ze.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Meneer zus of zo, die mij verwachtte liet even op zich wachten. De grote hall leek in niets meer op een veilige baarmoeder. Het overdadig vasttapijt, leek samen gesmeten door een blinde en riep meer beeld op van het canvas van een boksring dan van gezellige babbelpartijen. Hij putte zich uit in excuses voor de wachttijd. Maar hij bleek toch gezellig. Het klikte. Gezamenlijke kennissen bleken een leuk aanknooppunt. Gelijke interesses een bron van een twee uur durend flitsend gesprek. Bezegeld met een handdruk ter afscheid. Met de boodschap dat "zij" alles zou afhandelen. Bel maar een keer....
De vissen zwaaiden mij uit. Het was reeds donker. Thuis kon ik de hoop brandend houden. Ik zou morgen bellen. Ik belde zelfs de volgende morgen. Nog niets beslist...dat vermoedde ik al. Een tijdschema, meer hoefde ik niet. Want wij waren toch met vakantie. Zelfs helemaal op reis. De eerst mogelijke dag eens terug telefoneren ? Tuurlijk kan dat. De woorden spelen door mijn hoofd. Dansen voor mijn ogen, nemen bezit van mij. Zeker nu de motor eentonig verder zoemt en de rest slaapt. Nog xml:namespace prefix = st1 ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:smarttags" />vierhonderd kilometer. Het zal een zenuwachtig verlof worden. Ik heb mijn kleine witte ovalen vriendjes mee. Dat zal helpen. Want het moet bovenal eerst een leuke vakantie worden.
|