ZONDAG 9 APRIL 2017
PALMZONDAG
Vandaag is het de eerste dag van een week die onze geschiedenis diepgaand heeft beïnvloed. Met applaus en gejuich halen wij vandaag een Man in van wie wordt gezegd dat Hij een Koning is, maar Hij rijdt op een ezel. Er wordt gezegd dat Hij de Redder van de wereld is, maar zijn volgelingen zijn vissers die niets anders bezitten dan een enorme geestdrift en een begrensde liefde. Er wordt gezegd dat Hij de eeuwen zal trotseren, maar de officiële leiders hebben het net al gespannen. De kruisbalk ligt gereed en het graf wacht.
Met Palmzondag loopt onze weg doorheen het groen, maar Witte Donderdag en Goede Vrijdag komen al in zicht – dagen die een cruciale rol spelen op onze weg naar Pasen.
(Zondagsvieringen Dominicanen)
Laat u leiden door het voorbeeld van onze Heer:
Hij was Gods gelijke en evenbeeld,
maar wilde zich niet vastklampen aan die gelijkheid.
Uit eigen beweging heeft Hij de gestalte
van een dienstknecht aangenomen,
en is mens geworden.
Bovendien, als mens was Jezus maar gering,
deemoedig en gehoorzaam tot de dood,
ja zelfs, tot de dood aan een kruis.
(Brief aan de christenen van Filippi 2,6-8)
Nadat zij de lofzang gezongen hadden, gingen zij naar de Olijfberg.
Toen sprak Jezus tot hen:
‘In deze nacht zult ge allen aanstoot aan Mij nemen.
Want er staat geschreven:
Ik zal de herder slaan
en de schapen van de kudde zullen verstrooid worden.
Maar na mijn verrijzenis zal ik u voorgaan naar Galilea.’
---
Toen zei Petrus: ’Al zouden allen aanstoot aan U nemen, ik nooit.’
Jezus zei: ‘Voorwaar, Ik zeg u:
nog deze nacht voor het kraaien van de haan,
zult gij Mij driemaal verloochenen.’
Petrus antwoordde hem:
‘Al moest ik met U sterven, in geen geval zal ik U verloochenen.’
In diezelfde geest spraken ook al de leerlingen.
---
Zijn verrader had een teken met hen afgesproken door te zeggen:
‘Die ik zal kussen, Hij is het; grijpt Hem.’
Hij ging recht op Jezus af en zei: ‘Gegroet Rabbi’ en hij kuste Hem.
Jezus sprak tot hem: ‘Vriend, zijt ge daarvoor hier?’
(Uit Matteüs 26)
EEN VERHAAL VAN ALTIJD
Meer dan tweeduizend jaar is het geleden dat Jezus op zo’n laffe manier vermoord werd, en toch is die vreselijke gebeurtenis ook vandaag bijzonder herkenbaar. Neem het begin: Judas Iskariot, een van de twaalf apostelen, wil Jezus aan de hogepriesters overleveren als ze hem maar genoeg betalen. Dertig zilverlingen bieden ze, en dat is ongeveer de prijs die voor een slaaf moest betaald worden. Jezus is dus een slaaf waard. Niet meer, maar ook niet minder. En voor die waarde, dus voor dat geld, verkoopt Judas Hem aan zijn vijanden. Het gaat dus om geld, en dat is ook vandaag heel herkenbaar: geld en bezit, en nog meer geld en meer bezit beheersen heel dikwijls het leven, en ze zetten de mens heel dikwijls aan tot oneerlijkheid en valsheid, tot leugen en loze beloften, en tot nog zoveel meer verwerpelijke houdingen die hem zeer zwaar kunnen aantasten. Kijk maar naar Judas: hij ziet geen licht meer in de duisternis die hij Jezus, maar ook zichzelf heeft aangedaan, en hij maakt een einde aan zijn leven.
Judas die Jezus verkoopt en Hem met een kus verraadt, de apostelen die op de vlucht slaan, Petrus die ondanks zijn zelfzekerheid Jezus drie keer verraadt, de hogepriesters die Jezus absoluut dood willen, de soldaten die van wreedheid een plezier maken, de toeschouwers en de misdadigers die Jezus bespotten: het is allemaal zo vreselijk herkenbaar, en het gebeurt vandaag elke dag. En wie zijn wij in dat vreselijke verhaal? Slaan ook wij op de vlucht als er hulp van ons verwacht wordt? Zijn ook wij ontrouw als ons dat iets opbrengt? Kunnen ook wij wreed zijn tegenover mensen met wie we niet zo goed overeenkomen? Lachen ook wij met de ellende van onze medemensen in nood?
Laten we niet vergeten dat we vandaag niet zozeer Jezus’ lijden en dood herdenken, maar dat we vieren dat Hij tijdens het Laatste Avondmaal brood nam, de zegen uitsprak, het brak en aan zijn leerlingen gaf met de woorden: ‘Neem, eet: dit is mijn lichaam.’ Hij nam ook de wijn op, bad een dankgebed, reikte de beker aan zijn leerlingen en zei: ‘Drink allen hieruit, want dit is mijn Bloed van het Verbond, dat voor velen vergoten wordt tot vergeving van de zonden.’
Dat is wat we vandaag vieren: dat Jezus onder ons is blijven wonen en dat we Hem elke viering in ons mogen opnemen, zodat we Hem blijvend kunnen gedenken en niet zullen leven naar het voorbeeld van de wrede betrokkenen in zijn lijdenverhaal, maar naar Hem ‘die bestond in goddelijke majesteit, Jezus Christus de Heer’ zoals Paulus het zo indrukwekkend zegt in zijn brief aan de Filippenzen. Laten we leven in zijn Naam en naar zijn woorden en daden. Amen.
(Romain Debbaut)
ONS ALBASTEN VAASJE
Heer Jezus,
nu wij de week van uw lijden binnengaan,
willen wij door ons gebed en onze liefde
dicht bij U blijven:
wij willen zijn als de vrouw
met het albasten vaasje vol kostbare nardusolie
die al haar liefde
in één gebaar aan U wil tonen.
Samen met U
gaan wij de ‘Goede Week’ in,
een week van angst, lijden, verloochening en dood …
Open ons innerlijk
opdat wij mogen voelen wat U voelde,
opdat wij zouden meevoelen met zovelen
die dagelijks verloochend en gedood worden.
Alleen als wij deze week
onze blik gericht houden op U,
als wij bereid zij met U de weg te gaan,
zult U ons hart verzachten
om anderen in hun lijden bij te staan
en zult U ons de hoop geven
dat de dood niet het laatste woord heeft.
Iny Driessen
|