Het weer.
Vanochtend was het zwaarbewolkt en ging het vanaf het noordwesten regenen. In de loop van de namiddag werd het droger vanaf het westen met nog een lokale bui en de opklaringen blijven eerder schaars. De frisse maxima lagen tussen 12 graden in de Hoge Venen en 19 graden in het westen. De wind waaide zwak tot matig, aan zee matig en later vrij krachtig, uit zuidwest tot west.
Actueel.
Voeding - suiker.
De Engelsen hebben er een prachtige uitdrukking voor: to have a sweet tooth (letterlijk: een zoete tand hebben), wat zoveel betekent als dat je heel erg dol bent op zoetigheden. En dat geldt zeker voor de Belg. 55 procent van onze totale dagvoeding, of ongeveer 2.000 calorieën, mag uit koolhydraten bestaan. Maximaal 10 procent daarvan mag pure suiker zijn.
Toch consumeren de meeste Belgen daarentegen elke dag het dubbele van die aanbevolen hoeveelheid: uit cijfers van Sciensano blijkt gemiddeld zo'n 26 klontjes per dag. Sommige mensen hebben vooral een drang naar zoet, anderen naar zout. Dat is voor een stukje genetisch bepaald, maar als je als kind veel zoet kreeg, kan je er ook gevoeliger voor zijn. Die voorliefde voor zoet krijgen we trouwens al van bij de geboorte mee: kinderen met een zeer laag geboortegewicht lijken een verhoogde drang naar zoet eten te hebben. In moedermelk zit bovendien lactose of melksuiker. Je krijgt het dus met de paplepel mee. Onze drang naar zoet gaat ook terug naar de oertijd. Als mensen dingen in de natuur plukten, wisten ze dat planten of bessen die zoet smaakten, redelijk veilig waren.
Suikers zijn ‘lege calorieën’ in je lijf
Maar de ene vorm van suiker is de andere niet. Suikers zijn koolhydraten, maar dat is een noemer waaronder alle verschillende soorten suikers vallen. Dat gaat van suikers in groenten en fruit tot vezels en pure suikers, zoals rietsuiker, agavesiroop of honing. Het wordt ongezond als je daar te veel van eet.
Fruit is gezond, maar je moet geen tien stukken per dag eten. Twee stukken is voldoende. En doe geen drie scheppen suiker in je koffie. Dat heeft je lichaam niet nodig, want pure suiker brengt enkel en alleen energie of lege calorieën aan. In sommige gevallen kan die suiker wél nuttig zijn, op momenten dat je heel veel en heel snel energie nodig hebt, bijvoorbeeld, zoals tijdens het sporten.
Vanwaar komt je plotse drang naar suiker?
Een plotse drang naar suiker is vaak gelinkt aan een emotionele reactie. Je hebt er vooral last van als je niet goed in je vel zit. Als je een slechte dag hebt, als je gestresseerd bent en je serotoninegehalte laag is. Suiker geeft dan een instant energieboost. Helaas heb je na een zoete hap veel kans op een energiedip, waardoor je je wéér minder goed zal voelen en je concentratiepeil zal zakken.
Suiker doet je insuline onmiddellijk stijgen, dat is een belangrijk hormoon dat ervoor zorgt dat energie naar je lichaamscellen en spieren gaat. Maar die insuline valt ook heel snel weer terug, waardoor je opnieuw zin krijgt in suiker. Het komt er dus op aan om je bloedsuikerspiegel zo stabiel mogelijk te houden. Want anders kom je in een vicieuze cirkel terecht.”
Nog factoren waarom je suikerdrang zo groot kan zijn: “Je verstoort zo je hormonen”
Een andere oorzaak van suikerdrang kan te weinig slaap zijn. Het is wetenschappelijk bewezen dat als je minder slaapt dan de aanbevolen zeven à acht uur per nacht, je de dag daarna gemiddeld een vijfde calorieën meer eet dan normaal en dat je vooral een drang hebt naar vette en zoete voeding. Heel wat hormonen, zoals insuline, het hongerhormoon ghreline en het verzadigingshormoon leptine zijn ontregeld door een tekort aan slaap. Je eet méér om die hormonen weer in balans te brengen. Dat is iets wat je vrij snel kan oplossen door voldoende te slapen.
Heb je na een slechte nacht opeens zin in een donut? Besef dan dat je beter een powernapje zou doen.
Als dat kán uiteraard, want voor ouders met een baby die niet doorslaapt of mensen die in shiften werken is dat niet vanzelfsprekend. Bij hen is het hongerhormoon vaker verstoord, waardoor ze een grotere drang naar suiker en vet hebben. Het is belangrijk om te weten vanwaar dat komt, want dan kan je de volgende keer als je te weinig geslapen hebt, daar bewuster naar handelen. Heb je na een slechte nacht opeens zin in een donut? Besef dan dat je beter een powernapje zou doen. Ook wie onregelmatig eet en weleens een hoofdmaaltijd overslaat, kan een grotere hang naar suiker krijgen. Je hebt dan een gebrek aan voedingsstoffen en je lichaam heeft energie nodig.
Een sterke drang naar suiker kan ook te maken hebben met gewoontes die je in de loop der jaren hebt gekweekt”, zegt Hilde. “Er zijn mensen die het gewoon zijn om bij elke koffie een koekje te nemen. Of die om tien uur ’s ochtends een stukje chocolade eten. Het is zoals bij een roker: de verslaving wordt niet alleen bepaald door de nicotine, maar ook door de gewoonte van op die momenten een sigaret op te steken. Het komt erop aan om die gewoontes te doorbreken. Krijg je zin in een zoetigheid, maak dan bijvoorbeeld een wandelingetje.
Wat moet je eten als je suikerdrang hebt? Of om suikerdrang te voorkomen?
Je kan suikerdrang nooit volledig uitsluiten. Maar je kan het wel tegengaan door gezond en gevarieerd te eten, met voldoende vezels, eiwitten en gezonde vetten uit bijvoorbeeld olijfolie of vette vis. En door op regelmatige tijdstippen te eten. Je moet ook niet te vaak eten. Als je drie keer per dag een gezonde maaltijd neemt, zorg je ervoor dat je insuline drie keer stijgt en weer gaat dalen. En tussendoor gebruikt je lichaam z’n eigen energiereserves. Maar als je daarnaast nóg eens eet, krijg je telkens weer een piek en een dal in je insuline, met een onregelmatige bloedsuikerspiegel tot gevolg.
Een zoetigheid eet je ook liefst meteen na de maaltijd. Je maaltijd zet immers allerlei hormonen in gang: dat zorgt ervoor dat je pancreas, je maag en darmen beginnen te werken. Eet je bijvoorbeeld groenten, aardappelen en een stukje kip, dan krijg je eiwitten, vetten en koolhydraten binnen. Je insuline zal dan wel stijgen, maar niet zo fel als wanneer je alléén suiker eet. En je dessert zit dan gewoon mee in die ‘golf’. Als je een zoetigheid pas later eet, lok je weer een aparte insulinepiek uit.
Zoetstoffen zijn bovendien een goed alternatief. Je hebt er superweinig van nodig om een zoete smaak te krijgen en ze zijn, ondanks de verhalen die daarover de ronde doen, streng getest en dus zeker veilig. Als je bijvoorbeeld alleen voldoende water kan drinken als je er een klein beetje zoetstof in doet, is dat een goede oplossing. Je krijgt er niet de lege calorieën bij van suiker, maar wel de smaak.
In dit geval moet je aan de alarmbel trekken
En soms mag je ook gewoon dat stuk chocolade of dat koekje nemen. Op voorwaarde dat je er dan driehonderd procent bewust van geniet en het niet in drie happen verslindt. Want het zijn gewoon lekkere dingen en iederéén heeft er weleens zin in. Ga daarna een beetje bewegen in plaats van een tweede of een derde koekje te nemen. Eet je verder gewoon gezond, dan is het geen ramp als daar af en toe een zoetigheid bij komt.
Heb je echter heel vaak een ongezonde drang naar suiker? Maak dan eens een afspraak met een diëtist. Bekijk je voedingspatroon en ga na wat je goed doet en wat ervoor zorgt dat je zo’n schommelende bloedsuikerspiegel hebt die de suikerdrang uitlokt. Pas als je weet wat er aan de hand is, kan je het aanpakken.
Ander onderwerp nog: Mark Cavendish wint de vijfde rit en meteen zijn 35e wedstrijd in de Ronde van Frankrijk (op 39-jarige leeftijd); hij wordt daarmee alleen recordhouder. Eddy Merckx wordt vanaf heden naar de tweede plaats verwezen in deze statistiek.
De run.
Pannekoeken gegeten. Een beetje een strafloop dus vandaag. Een paar kilometer meer. Tempo was goed. Niet buitengewoon vlug maar na de vlugge run van gisteren volstond dit ruimschoots.
Pech vandaag met de sporthorloge. Vandaar geen details van deze run. Of dat ook met de pannekoeken te maken heeft weet ik niet. Maar ik veronderstel van niet.
|