aantal kliks op deze blog
de daders: Greta en boB = grob
Organisation de loisir agréable et blabla amical
E-mail mij
Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.
Feria Internacional de Pueblos 2009 Fuengirola ossenkar uit Costa Rica
zeer interessante links vind je hieronder
Gastenboek
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
Welkom! Blij je hier te hebben. Kijk maar eens rustig rond.
koninklijke glasblazerij tegen Segovia
Expo Oostende voor Anker 2009
als smakelijk hapje in Valencia
fontein in Vejer de la Frontera
standbeeld Tio Pepe in Jerez
trol met Greta in Bergen (Noorwegen) (trol staat bovenaan)
met mijn Baskische vriend Joseba aan het Guggenheim in Bilbao
m.a.w. de weblog van Greta en boB
de bloemige blog die de avonturen van Greta en boB in BEELD brengt in België, Spanje, Frankrijk, enz.
De foto´s zijn meestal van Greta en de tekst van boB. Ook eigen (makkelijk na te maken) ervaringen in het cuisineren worden neergezet, ter streling van het virtuele gehemelte van de kijker/lezer of amateurkok.
15-08-2009
KOKENETEN: een klein zootje
Dit receptje vertegenwoordigt niet een echt grote zoo met een veelvoud aan al
dan niet wilde dieren, maar je mag al wel een klein zootje in gedachten nemen.
Als je de ingrediënten bekijkt, zal het je opvallen dat zowel kip, geit
en varken vertegenwoordigd zijn.
En dan wil ik het nog niet hebben over de room, geleverd door een bonte koe,
en de rups die zich in de salade genesteld had.
Toen Greta in de keuken langs kwam, zei ze langs haar neus weg:
"Zeg eens, ik vind het hier maar een zootje."
Maar ook de plantaardige wereld levert zijn heerlijke bouwsteentjes:
olijven, look, tuinkruiden, peper, mosterd, aardappelen, sla met tomaten, komkommers enz.
Je zou het resultaat best kunnen vergelijken met "blinde vinken", maar dan moet het
in dit geval "blinde kippen" heten. Misschien kan ik een nieuwe naam lanceren,
met copyright of zo. Maar voorlopig mogen jullie het nog rustig namaken.
En ik raad het je aan!
Het heet "Kip met ham en kruidenvulling".
Zo simpel is het te maken:
ingrediënten voor 4
bereiding
4 dikke kipfilets
snij de kipfilets overlangs in en klap ze open
8 plakjes rauwe ham (Serrano,of...)
kruid ze van binnen stevig met peper
150g verse (geiten)kaas
meng de kaas met de look, tuinkruiden en mosterd
2 looktenen (Spanje: 1 lookstengel)
bestrijk de binnenkant van de kip hiermee en klap dicht
8 el gehakte tuinkruiden of diepvries
rol elke filet in 2 plakjes ham
(keuze: koriander, bieslook, en…)
bak ze 15’ à 20’ in wat olijfolie, en haal ze uit de pan
peper (geen zout!), of cayenne
blus de braadpan met de kippenboeljon
10 cl kippenboeljon
schraap de aanbaksels los met garde of houten spatel
10 cl room
laat snel inkoken tot ongeveer de helft
olijfolie
zet het vuur lager en voeg de room er aan toe
1 mespunt mosterd
laat inkoken tot sausdikte, en kruid eventueel bij
gebakken aardappelen (diepvries)
let op met zout, want de ham is al zoutig van smaak
serveer met gebakken aardappelen
een slaatje past hier eventueel bij
TIP: kan ook met parelhoen of kalkoen
Een lekker half ingedikt sausje om er bij te zetten (en te consumeren)
vervolledigt het gerechtje.
Best lekker, en zeker op een zonnig terrasje.
O ja, van plantaardige kant (was ik vergeten) wordt het gerecht
nog aangevuld met wat druivensap.
Ooit zal ik trachten ook een zooitje te maken: Gentse Waterzooi bijvoorbeeld,
of Waterzooi van Vis. Ook weer superlekker!
Vervaardigd en aangepast naar een receptje uit Libelle
15-08-2009, 00:00 geschreven door grob
09-08-2009
brood en spelen in Lucilinburhuc
Luxemburg is de hoofdstad van het gelijknamig Groot Hertogdom.
We zijn er al verschillende malen langs geweest, en “aangenaam”
is wel het meest gepaste woord vind ik voor deze plaats.
Meestal verpozen we er als we terugkeren uit Frankrijk via Metz.
Deze keer gaan we einde juni op een zaterdag, want het is goed weer
en het is antiek- en brocantemarkt. Leuke trip en sfeer gegarandeerd.
Dat is volledig in contrast met de hoofdstad van Belgisch Luxemburg: Arlon.
Een oerlelijk dorp is dat, waar ze ons niet gaan terugzien.
De naam "Lucilinburhuc" is afkomstig uit de oeroude vroegmiddeleeuwse tijd,
en het betekent zoveel als “kleine burcht”.
Wil je er meer over weten, google dan eens “wikipedia Luxemburg”.
In het weekend kan je in Luxemburg stad meestal ook goedkoper logeren,
want de hotels zijn vooral business gericht.
Wie de stad (nog) niet kent zal verbaasd zijn door de diepe kloof
die de stad in twee snijdt.
Op de bodem van de kloof loopt een klein riviertje, de Pétrusse, waarlangs je
een rustige wandeling kunt doen. Je hoort niets dan vogels.
In het midden van de stad sta je hier in volle natuur.
Deze keer doen we de wandeling niet.
We nemen een foto van de top van de kloof, waar je een van de bruggen
ziet die de grote spleet overspant.
Dit is in het volle stadscentrum, met aan de linkerkant de Notre Dame kathedraal.
De stad is een paar jaar geleden volledig opgeknapt, toen ze
de Culturele Hoofdstad van Europa was in 2007.
We maken een rustige wandeling aan de rand van de stad, waar een gordel
van aaneengesloten parken als een halve maan rond het centrum ligt.
Het zijn oude parken, met reusachtige bomen, met waterpartijen en hier en daar
stadsmuren van de Romeinen.
Greta probeert aan de linkerkant de fontein na te bootsen.
Ik moet toegeven dat het haar gedeeltelijk gelukt is.
Vanaf een brug zie ik beneden een groot aantal dikke hongerige karpers
op zoek naar eetwaar, zoals lekkere sappige mensentenen.
Ze lusten natuurlijk ook graag brood , en spelen doen ze ook graag.
Gelukkig krijgen ze een homp brood van een koppeltje, zodat de stress
bij deze schubbendragers stilaan kan wegebben.
De Place des Armes is de plaats waar iedereen naartoe gezogen wordt.
The place to be. De zaterdagmarkt is al volop aan de gang.
Ook als er geen antiekmarkt is, is er hier leven in de brouwerij, vooral
door de vele terrassen. De toeristenvallen onder de terrasjes hebben
we intussen, met schade en schande, ook al leren kennen.
Zoals de meeste meisjes houdt Greta wel een beetje van snuisteren
op een antiekmarkt.
Dit zijn de Rail Road Side Dancers uit Reuver, een dansgroep uit Nederland.
Ze staan nog wat te keuvelen voor hun optreden.
De Reuverse keuvelers.
Aan de rand van de Place des Armes kan je je laten schminken,
Vrij opvallend, en bijna van kop tot teen.
Een fanfare toetert hier alles bij elkaar onder de stralende zon.
Pure brood en (muziek)spelen op dit plein. Ambiance is verzekerd.
De koopwaar behoort hier niet tot de categorie rommel. Ook de kramen lijken
afgelikt en ogen Duits degelijk. De lederhosen wonen maar op enkele kilometer.
Camionetten, wagens, lege dozen en andere rommel zijn hier niet toegelaten.
We hebben wel al andere markten gezien…
Op één plaatsje moeten we aan Spanje denken: een paellapan te koop
met een steel van meer dan een meter.
We kopen ze niet, want ze past niet in onze pannenkast.
Nog even terug naar het park. We ontdekken een originele speel tuin.
De jeugd kan hier o.a. experimenteren met de vijzels van Archimedes, en water oppompen.
Greta speelt hier graag met haar groene vriendje. Zonder brood.
Let wel, het is zeker geen marsmannetje, want de twee stekeltjes ontbreken.
De speeltuin is leuk ontworpen: aan het eind ligt een speelkarveel, en vooraan
zijn er experimenten met water. Wat doet de jeugd meer deugd?
Uit een paalwoning (?) vertrekken dikke buizen waar de kindjes kunnen doorglijden.
Wel ontoegankelijk voor Mc Donald- en obesitaskindjes.
Af en toe kan ik het niet laten en komt de werkmicrobe weer boven.
Het beste middel om dit te verhelpen is mijn ogen een halve minuut te sluiten,
dan ergens rustig te gaan zitten en te wachten tot het helemaal overgaat.
Zo beland ik dan hier op deze viervoeter van Lacoste
We keren terug naar de stad.
Hier merk je drie engeltjes naast elkaar, en een indrukwekkend jaartal.
Quizvraag: hoelang staan deze engeltjes hier al?
Het middelste exemplaar buiten beschouwing gelaten.
In het centrum wordt deze ijzeren knaap herdacht.
Waarschijnlijk een ridder, of een graaf.
Zo te zien kan het Boudewijn-met-de-IJzeren-Arm zijn,
of Jean Zonder Kop.
Aan de voet van een kerk vind je altijd en overal een goed terrasje, waar we
relaxed tussen alle andere Vlamingen een paar Leffe’s tot ons laten komen.
Gezeten aan nog een ander terrasje, worden we aangesproken door
een slim blondje, dat ons (vruchteloos) wil overtuigen meer thee te drinken.
Haar hele garderobe is volgehangen met theezakjes, op haar hoofd staat
een theepot, maar ze deelt wel lekkere snoepjes uit.
Ze is eigenlijk op stap met een aantal vriendinnen voor haar bokkenfuif,
of heet zoiets “geitenfuif” bij de meisjes?
Morgen stapt ze in het trouwbootje, en begint ze aan haar wittebrood sweken.
Traditiegetrouw mag er dan ook gespeeld worden.
Greta is gelukkig nog net op tijd om haar, met de wijsvinger in de hoogte, wat
nuttige waarschuwingen en listige adviezen aan de hand te doen over de mannen.
En een daarvan is een citaat van Agatha Christie: “Een vrouw kan maar best
met een archeoloog getrouwd zijn.
Hoe ouder ze wordt, hoe meer hij zich voor haar gaat interesseren”.
09-08-2009, 00:00 geschreven door grob
03-08-2009
KOKENETEN: gestoofde zwemmer, volledig in het rood
Terwijl we in België zijn is het volkomen normaal en gepast dat in de keukenpotten
de lokale zwemvissen één voor één aan de beurt komen.
Vandaag geef ik de voorkeur aan een kabeljauw, hoewel je die toch (nog) overal
kan verkrijgen in Europa. Voor dit gerecht heb ik liefst een tamelijk harde vis,
die goed overeenkomt met paprika’s en tomaten.
Kabeljauw is dus één van de mogelijkheden.
Verder is het recept eerder Mediterraan, wat voor ons geen probleem is.
Wel integendeel. Op het eerste zicht zie je op de foto geen vis meer,
maar wees gerust, hij doet gewoon enkele millimeter kopje onder.
Een beetje cameravrees waarschijnlijk.
Hier is het geur- en kleurrijke receptje van “Stoofschotel met tomaat en vis”:
ingrediënten voor 2
bereiding
400g witte vis: kabeljauw of andere
verhit de olie en voeg de bloem er aan toe, roer zachtjes
20 cl visboeljon of -fond
voeg de paprika, ui en selder toe en bak het geheel
3 el bloem, 3 el olie
tot de bloem een warme donkerbruine kleur heeft
½ groene paprika, fijngehakt
en de groenten zacht zijn geworden
1 kleine ui, fijngehakt
voeg de visboeljon en de tomatenblokjes uit blik toe
2 stengels selder, fijngehakt
dan de tomatenpuree, en kruid met pezo (en Cayenne)
1 blik tomatenblokjes (+/- 460g)
breng dit alles aan de kook
1 el tomatenpuree
laat sudderen tot de saus gebonden is, voeg de wijn toe
pezo (eventueel wat Cayenne)
kook alles ongeveer 20’
3 el witte wijn
snijd de visfilet in stukken en voeg de vis toe na +-10’
1 el gehakte peterselie
(hoe zachtere vis, hoe later toe te voegen)
½ el dille
roer op het einde de peterselie er door
zorg ervoor dat de vis niet uit elkaar valt
breng eventueel nog op smaak met pezo
dien op met gekookte aardappelen
TIP: de wijn kan je vervangen door 1 el citroensap
en 2 el water
TIP: kan met elke soort witte vis
Het is een gezellig en gemakkelijk gerechtje om te koken, maar ook degene
die in de onmiddellijke omgeving zit heeft er wat aan, want het ruikt heerlijk
tijdens het garen.
Mocht je dit gerechtje bereiden, hou er dan rekening mee dat je links en rechts
tijdens het kookproces wat kwijl van de grond moet opscheppen van de huisgenoten.
Nog een tipje (maar niet van de sluier): we drinken er een fles Gato Negro bij,
uit Chili. Dit betekent niet “zwart gat” in het Spaans, maar wel “zwarte kat”.
Een kleine nuance natuurlijk. Vooral de versie met de Cabernet Sauvignon druif
is lekker, maar hij bestaat ook met andere druivensoorten.
Yammi yammi.
03-08-2009, 00:00 geschreven door grob
31-07-2009
Focus op de Crocus.
“Of we geconfronteerd zijn met een dergelijk alarm, en of we het
overleefd hebben laat ik jullie zeer spoedig weten!”
Dat was de laatste noodkreet van het Olaba bezoek aan een mijnenjager.
Welnu, er is goed nieuws, we hebben alles nipt overleefd,
in die onheilspellende buik van de Crocus.
Het staat hier vol met de meest extravagante dingen.
Neem nu deze hoop cilinders, met vierkante koppen.
Wat doen ze hier? Niks. Maar wacht tot de Crocus aan het zinken is.
Het zeewater komt volgens de kenners dan waarschijnlijk van beneden.
Deze metalen klompen zet men dan schrap tegen de luiken vanwaar
het zeewater naar boven wil komen.
Door deze knotsgekke buizen uit te rekken kan men ze opspannen
en het luik dichthouden.
Een kurkentrekker in omgekeerde zin als het ware.
We achten het niet voor mogelijk, maar er is n ó g een dieper luik om verder
naar beneden te gaan. En ditmaal is het niet voor doetjes, want onder dit luik
is er geen trap, maar een vette vertikale ladder.
We zijn onderweg naar de machinekamer, in de onderbuik van het schip.
De machinist zet op deze ladder ook altijd zijn voeten, met goed geoliede
schoenzolen natuurlijk. Vettig boeltje.
Niets kan Olaba afschrikken. Met ware doodsverachting dalen we toch
naar de kelder van het schip waar de machinist zijn mayonaise maakt.
Diep (letterlijk) onder de indruk aanschouwen we de krachtbron van de Crocus,
met deskundige uitleg van de Commandant. Zelfs de dames worden er stil van.
Heel merkwaardig. Tussen allerlei motoren en technische installaties
zie ik een groot houten stuur waarvan ik gisteren nog een exemplaar zag
op de TV in een film met een Caraïbisch piratenschip.
Als de andere besturingen het laten afweten, kan men hier komen aan draaien.
Dieper kunnen we nu niet meer, of we zitten aan het middelpunt van de aarde.
Allen naar boven dus, tot in de open lucht zelfs.
Aan de rand van het dok staat een reusachtige schoendoos,
(een vorm die onmiddellijk de aandacht trekt van de dames).
Het is een loods, waar de Crocus een vol jaar heeft ingelegen, voor groot onderhoud.
Het lijkt erop alsof andere marinevaartuigen in de rij staan om hun beurt te krijgen.
Op het Crociaans achterdek heerst een drukke activiteit.
Twee matrozen verslepen een zware witte cilinder. Wat is het? Een torpedo?
Een gasfles voor een tapinstallatie? Een vredespijp? Een mini flitspaal?
Een mislukte saxofoon misschien? Een wit product? We weten het nu nog niet.
Aan de andere kant van het achterdek staat het paradezeepaardje van het schip:
de nieuwe spectaculaire supersonar voor het opsporen van zeemijnen.
Marc, de enige échte Zeebruggenaar, voelt de zeekriebels opkomen door zijn aders.
Hij ziet zijn haven, de schepen, de giraffekranen en hij droomt weg, over alle oceanen.
Zijn benen beginnen te trillen van pure drang naar de wijde zee.
Lut, zijn lieftallige echtgenote, heeft alle moeite van de wereld om hem tegen te houden
onmiddellijk een contract tekenen en toe te treden tot de marine.
Uiteindelijk kan ze hem overtuigen met de belofte dat thuis de Blonde Leffe
altijd voor hem klaar zal staan. Daar kunnen enkele golven niet tegenop.
Commandant Frederik stelt ons voor aan Oscar, die hier dag en nacht en langer in
militaire houding staat, altijd paraat om de functie van nepdrenkeling uit te oefenen.
Oscar, je kunt zijn naam zien op zijn borstzak, zit nogal benepen in zijn pak,
en wordt hier gelukkig wat frisse lucht toegediend.
De tijd van de Titanic is blijkbaar voorbij.
Een reddingssloep is een piepklein ding geworden.
Wanneer men de sloep in het water neerlaat, gaat ze even kopje onder,
komt terug naar boven, en blaast dan zichzelf op tot respectabele afmetingen.
Dat idee is waarschijnlijk afgekeken van ergens anders…
De volgende stap is de brug, het ultieme zenuwcentrum van het schip.
Het stuur is een ware ontgoocheling. Te minimaal zelfs voor op de foto.
Het is enkel een klein zwart rond dingetje, dat je in je broekzak kan steken.
We hebben nu ongeveer alles gehad. Voor El Grande Finale keren we terug
naar het salon van de Crocus, waar we onder het goedkeurend oog
van koning Albert en op zijn gezondheid een lekkere Leffe Blond
door onze dorstige zeemanskelen gieten.
Dit kan een mens goed doen, maar de tijd van gaan is helaas gekomen.
De Clash of the Giants kan niet langer uitblijven.
De twee hoofdmannen zijn nu vrienden voor het leven: de President van Olaba,
en Commandant Frederik van de Crocus.
Wanneer en waar zullen onze paden nog eens kruisen?
Hopelijk niet onder water.
We laten de Crocus achter zoals we hem gevonden hebben.
Hij heeft ons bezoek goed verteerd.
Terwijl we van het schip stappen zie ik plots een loens individu op de kade
uit een of ander mangat kruipen. Hoogstwaarschijnlijk een KGB-spion,
die de geheimen van de Crocus wil doorgronden.
Waarlijk een bad guy uit de 007 Bond films!
Even later merken we dat hij wordt ingerekend door het bewakingspersoneel
en achteraf vernemen we nog dat dit sinistere heerschap werd opgesloten
tussen de bezemstelen en de poetsvodden, onder strenge bewaking van Oscar.
Terechte straf.
Einde goed, alles goed, en we wensen de Crocus en zijn bemanning een goede vaart,
met de juiste kaart.
31-07-2009, 00:00 geschreven door grob
28-07-2009
KOKENETEN: het is zomer, bak het dus maar bruin
Ik loop al een tijdje gefrustreerd rond.
De reden is dat ik een heleboel gerechtjes probeer te maken uit allerlei landen,
maar er is er één land waar ik nog te weinig aan denk. En dat is Nederland.
Ik ben eens naar de statistieken van mijn blogbezoeker gaan kijken,
en ik zie dat meer dan 34% van de lezers afkomstig zijn uit Nederland.
Het is dus de hoogste tijd, al was het maar uit erkentelijkheid,
om dat even recht te zetten.
Vandaar dat ik klassiek een gerecht heb gekozen, en ook bereid,
afkomstig en geïnspireerd door onze dichtste buren.
En ik wil nog beter doen, als extra boetedoening: woensdag 29 juli gaan
we fietsen in Nederland, meer bepaald tussen Vlissingen en Westkapelle.
Ziezo, mijn frustraties zijn weer even weggespoeld.
Het recept, volgens het kookboek specifiek Nederlands is gewoon oersimpel.
Een pretje om te maken, en mooi van uitzicht ook nog.
Onderschat de Nederlanders dus niet op culinair vlak.
De ingrediënten lopen niet over van originaliteit, maar zijn wel stuk per stuk
puur natuurlijk. Dit Nederlandse gerecht is Bruine bonen met spek.
De alom gebruikte “actieve voedingsdriehoek” met de onmisbare voedingsstoffen
(koolhydraten, eiwitten, vitaminen,…) wordt perfect ingevuld.
Geen aardappelen meer nodig, want de bonen leveren voldoende koolhydraten.
Hier is het recept, straight from Holland.
ingrediënten voor 2
bereiding
250g bruine bonen uit blik
prepareer de salade, in een slakom, en op de 2 borden
150g gerookte spekblokjes
giet de bonen af, spoel met water en laat uitlekken
versgemalen peper
bak de spekjes uit gedurende +/- 5’, tot ze licht krokant zijn
2 el suikersiroop of honing
meng de bonen door het spek en kruid het geheel met peper
laat het geheel opwarmen, kruid eventueel wat bij
salade:
schep de bonen op de borden en druppel de honing erover
groene sla of andere
3 tomaten, middelgroot
een achttal kleine augurken
pickles
stukje lenteui, gesneden
vinaigrette voor de salade:
pezo
4 el olijfolie
1 el witte wijnazijn
kruiden naar keuze
Keurig en kleurig, en lekker.
Greta houdt van bonen, vooral de bruine.
Ik zal ze dus meer naar Nederland moeten sturen, om lokaal bonen te gaan happen.
Hier kan je het nog eens uit een andere hoek bekijken.
Laat me wel opmerken dat de wijn niet afkomstig is uit Nederland.
Ik ga nu ook weer niet overdrijven.
Ik wil er ook op wijzen dat er optisch gezichtsbedrog in het spel is.
Mijn duim zit niet in het wijnglas, en ik giet er geen wijn over.
Naar TimeLife, Europese Keukens, pag. 70
Smakelijk.
28-07-2009, 00:00 geschreven door grob
25-07-2009
Opnieuw naar de mijnen, gevaarlijke bovendien!!!
Dit is een beeld van de bekende mijnstreek in Limburg.
De lokale avonturen van Olaba(*) vorig jaar in september daar
kan je vinden in dit blogje vanaf de datum 22-03-2009.
Go and look!
Maar…wat velen niet weten is, dat er nog een mijnstreek in België is,
waarvan hieronder een foto.
Wat meer is, in dit stuk België zijn er zelfs mijnenjagers te vinden!
Zelfs buiten het jachtseizoen.
Nieuwsgierig als we zijn, moeten we daar het fijne van weten.
Marc van Olaba slaagt erin na veel lobbywerk aan de toog, een exclusief
Olaba(*) bezoek te versieren aan de mijnenjager “Crocus”,
die ligt aangemeerd in de Marinebasis van Zeebrugge.
Op het marineschip worden we hartelijk verwelkomd door
Commandant Frederik, een volle neef van Olamarc.
We drinken eerst een kop koffie om de aandacht te kunnen aanscherpen,
en om een goede indruk te maken.
Onmiddellijk schiet er al een aandachtspunt naar voor:
alle Belgische mijnenjagers hebben de naam van een bloem.
En omdat er ook Franstalige Belgen onder de bemanningsleden vertoeven,
zijn deze bloemennamen bovendien hetzelfde in het Nederlands en het Frans.
De M917 heeft dus als koosnaampje “Crocus”.
Tot ontevredenheid van mijn Spelling Checker, die aandringt op Krokus.
Eén vierde Olaba was belet, dus heel uitzonderlijk zijn we slechts met zes.
Eigenlijk is dit nog een goede zaak, want alles is heel smal uitgemeten op
dit schip, zoals deze radiokamer bijvoorbeeld.
Geen wonder dat de Weight Watchers in Zeebrugge zoveel succes kennen.
Een ander goed voorbeeld om dit te illustreren is een doorsnee kajuit.
Dit is het volledige verblijf van zes bemanningsleden en één pilaar.
Dit is niet het Spaanse Spook dat hier ronddwaalt, maar wel brandvrije kledij.
Aan de veiligheid wordt de meeste aandacht besteed.
Nodig ook met de talloze buizen en pijpen, gevuld met de vreselijkste vloeistoffen,
en voorzien van allerlei kranen, draaiwielen, valven, tappen enzovoort.
Een natte droom voor elke loodgieter is het hier.
Heel het schip is één grote buis.
Nog wat voor de veiligheid: in de buurt van de hoogspanningskast
hangt een dik touw met twee handgrepen.
Niet één Olaba kan raden waarvoor het dient.
Welnu, het kan gebruikt worden als er een zeeman aan de hoogspanning “plakt”.
Terwijl hij lichtjes aan het braden is, kan je het touw over hem werpen
en hem lostrekken, zonder zelf gebakken te worden.
Het touw heeft ook nog een ander doel: fitness.
Tijdens de zeldzame dagen dat men niemand moet wegsleuren
van de hoogspanningskast gebruikt men het voor touwspringen.
Het is wel enkel geschikt voor de matrozen kleiner dan 1,60 m,
door de beperkte beschikbare hoogte.
De groteren moeten zich wegens hun afmeting beperken tot hersengymnastiek.
In de keuken staat al het kookgerief te blinken.
De potten vallen wat groter uit dan bij mij en bij jullie, maar voor de rest
is er weinig verschil.
Ik voel me dadelijk thuis in dit kombuis.
À propos: het keukenpersoneel van de Crocus is helemaal mannelijk.
Er is wel één vrouw aan boord, en zij is verpleegster.
We krijgen ze niet te zien, want ze is ziek.
Ze komt dus niet in de keuken, behalve als de kok zich in de vingers snijdt.
Ook de kruidenpotjes met bieslook, Provençaalse kruiden, lookpoeder
en andere zijn van een volwassen formaat.
Om te beletten dat de matrozen teveel zeelucht inademen,
is er voor iedereen een handig zuurstofmasker voorzien.
We slenteren verder langs de hoofdboulevard binnen het schip,
tot we alles bekeken hebben.
Alle foto’s weergeven zou me nog een dagje extra kosten.
We verlaten deze verdieping, of “dek”, om het juister te zeggen.
Onze gids neemt ons mee naar beneden via een smal trapje.
Greta voelt haar hartje kloppen.
Het schip lijkt één grote controlekamer.
Hopelijk wordt hier niet gecontroleerd op alcoholgebruik,
zoniet lopen sommigen onder ons kans om opgesloten te worden
in het voorruim, tussen de bezems en het Wc-papier (en de ratten?).
Sommige personeelsleden werken intussen onverstoorbaar verder
aan het ontpluizen van militaire geheimen. High Confidential.
Ons mogen ze vertrouwen. Wij zijn nu ook op de hoogte,
maar we zeggen niets, tenzij onder fysieke dwang van Al Qaeda.
Op verschillende plaatsen is er melding van hoeveel maal de alarmfluit
moet gaan bij nucleaire of chemische aanvallen op het schip.
Of we geconfronteerd zijn met een dergelijk alarm, en of we het overleefd
hebben laat ik jullie zeer spoedig weten!
(*) Olaba = Organisation de loisirs agréables et blabla amical.
Voor details, zie vroegere stukjes.
25-07-2009, 00:00 geschreven door grob
19-07-2009
KOKENETEN: Het Geheim van de Barbaarse Barbecue
Het afscheid van Spanje vieren we met een barbecue.
Dat past gewoon bij lekker weer op het terras.
De twee vorige jaren had ik telkens een barbecue of tafelgrill
moeten liquideren, wegens versleten.
De enig overblijvende BBQ, nog meegebracht uit België, doet al
jaren trouwe dienst, er is dus geen vuiltje aan de baklucht.
Lekkere Spaanse vleesjes, tomaatjes, paddenstoelen een uurtje
laten marineren in een Mediterraan mengsel “doet me al gauw
het water in de mond krijgen”.
Ik citeer hier Piet Huysentruyt.
Ik heb lang gezocht, maar gevonden! De aller-heerlijkste Spaanse
witte pensjes, gemarineerd en aan het spit geregen, wachten enkel nog
op hun krokante kruidenmengeling.
In de plantenbakken hoef ik daarvoor enkel verse tijm te knippen, laurier, en rozemarijn.
De heerlijke wespentaille-worstjes verlangen ernaar.
Hier geen recept dus, want iedereen kan een BBQ-festijn tevoorschijn toveren.
Meestal zijn het zelfs mannen die het doen (enkel het bakken natuurlijk).
De elektrische barbecue wordt erbij gehaald, en het feestje kan beginnen.
De zon is er, de salades zijn sappig, de tafel is gedekt.
Ik steek de stekker van de BBQ in en pats, het controlelampje brandt ongeveer
1/100ste seconde, en dooft onvermijdelijk.
Hoofdzekering gesprongen ook.
Barbecue in mineur. Dan bak ik al die lekkere dingen maar in de pan, in de keuken.
Het zijn toestanden die iedereen wel eens meemaakt. Volgende maal beter.
BBQ apparaat afgevoerd.
19-07-2009, 00:00 geschreven door grob
14-07-2009
Sterke Vrouwenverhalen in het kasteel van Male
Wat weet je over de “Malle Malefeesten” ? Niets? Even een inleiding.
In de stoere burcht van Male, tegen Brugge, stond de wieg van Margareta,
de rijke erfdochter van Lodewijk van Male.
Haar huwelijk met Filips de Stoute in 1369 luidde de Bourgondische periode
in de geschiedenis van Vlaanderen in.
(hoho! Het woord “Bourgondisch” klinkt mij als muziek in de oren)
In dit fotogenieke kasteel van Male bij Brugge huist ook de Trudo-abdij.
Maar er is meer dan dat.
Dit jaar is er namelijk een drieledig programma over de geschiedenis
van Vlaanderen met in de hoofdrol de Vrouwen van Vlaanderen:
de gravinnen en de gravendochters.
Welke rol speelden zij in de bewogen evolutie van Vlaanderen
van de negende tot de vroege zestiende eeuw?
Het verhaal voert ons mee in de onbekende wereld van deze adellijke dames.
De “Vrouwen van Vlaanderen” staan garant voor heerlijke én leerrijke verhalen
op unieke historische locaties.
Judith, Elftrudis, Richilde, Johanna, Margaretha, Filippina, Isabella en Maria.
Zeggen deze namen je iets? Het zijn enkele van de gravinnen en gravendochters
die het programma “Vrouwen van Vlaanderen” voor het voetlicht plaatsen.
In de loop van de geschiedenis van het graafschap Vlaanderen (9de eeuw – 1529)
speelden ze een voorname rol.
meer op www.vrouwenvanvlaanderen.be
Voldoende reden om ter plaatse rond het kasteel van Male
een kijkje te gaan nemen, op een mooie zomerdag in juni.
Vanuit Duinbergen is het een mooi ritje met de fiets
(mits het inbouwen van drankstops).
De Malle Malefeesten , een soort reusachtige braderij laat zich (dit jaar)
gemakkelijk inpassen in het concept van de Vrouwen van Vlaanderen.
De buurt van het kasteel van Male is voor mij helemaal nieuw,
en vraagt zelfs wat zoekwerk.
Het eerste historische voorwerp dat ik te zien krijg is een ijsjeskar.
De Vrouwen van Vlaanderen kochten waarschijnlijk aan dit karretje
hun eerste Dame Blanche .
De volgende opdracht is: mijn fiets ergens veilig achterlaten.
Blijkbaar is de buurt van het kasteel uitgebreid verkaveld, en een wirwar
van straatjes vormt hier een ware doolhof voor de niet-inboorling.
Temeer omdat 98% van de restruimte in de straatjes wordt ingepalmd
door een reusachtige rommelmarkt.
Hier heb ik voor jullie, collega’s fietsers, een goede en gratis tip: doe zoals ik,
en neem een foto van het straatnaambord waar je je tweewieler achterlaat.
Op die manier mag je zelfs de straatnaam vergeten: even een blik
in je fototoestel, en je hebt de naam (en je fiets) terug.
Bij het binnenkomen van het kasteeldomein proberen enkele macho’s
een stuk metaal met een zware hamer telkens weer naar boven te meppen.
Het helpt nauwelijks, want het metaalstuk komt elke keer terug naar beneden.
Wie een voorkeur heeft om zijn overtollige krachten in horizontale richting
te testen, kan terecht bij het bollen werpen naar hoofden van clowns.
Een eindje verder in het park is een stand met een 20-tal verschillende roofvogels.
Zoals deze Zuid-Amerikaanse hongerige havik.
Of deze reusachtige uil van acht kilo, en klauwen, zo groot als mijn handen.
Hij kan bovendien zijn kop rond draaien als een deksel op een pot mosterd.
Een uiltje vangen is hier geen goed idee.
Uiteindelijk kom ik dan aan het kasteel zelf.
Mooi gerestaureerd en blakend in de zon.
Vóór de ingang is een toneelvoorstelling bezig, met middeleeuwse figuren.
De Vrouwen van Vlaanderen zijn het natuurlijk.
Margareta voelt zich uitstekend in haar vel en onder haar punthoed.
Binnen in het kasteel is er een vrouw met een onewomanshow die een gevaarlijk
zwaard hanteert. Mijn hoofd gaat ze niet klieven! Vlug de andere kant op.
…en op zoek naar het stemmige binnenhof met lavendelveld (en de abdij).
Ik stap terug buiten over de slotgracht in de richting van de kasteelhoeve,
nu kunstgalerij en winkel.
Na de rust van het kasteel volgt opnieuw de drukte van de rommelmarkt.
Langs alle straten staan amateur marktkramers opeen gepakt,
die van hun rommel afwillen.
Af en toe komt er een ludieke noot voorbij, zoals Wiewieke
and his Singing Puppets.
Zelfs vlaggen, shirts en alle mogelijke attributen van een kleine lokale
voetbalclub worden bijna te grabbel gegooid.
Echte sport, daterend van lang vóór het voetbal, kan men hier ook beproeven.
Alles vind je hier, zonhoeden, valiezen, oranje negerinnen.
Alles wat niet te heet of te zwaar is, en dan nog…
Wil je een sjaaltje in een kleur die niemand heeft, no problem.
Deze sjaaltjes en andere kleurige dingetjes vind je wel enkel bij
een authentieke zuidamerikaanse verkoper.
Het zijn niet allemaal amateur kramers hier.
Een volledig weiland met tenten, springkastelen, megatapkranen never-to-stop,
hot dogs, wafels en hamburgers mag natuurlijk niet ontbreken.
Een podium met muzikanten die geen noot kunnen spelen
is ook niet weg te denken. Belangrijk is dat laatste niet.
Niemand luistert. De sfeer is er, en dat doet het.
Geef de aanwezigen een schuimende pint bier, vijf sms-jes per dag
en de Tour de France, en het leven kan niet meer stuk.
Ik heb vandaag echt mijn ogen uitgekeken, en ik was niet alleen.
ogenl
14-07-2009, 00:00 geschreven door grob
10-07-2009
KOKENETEN: is deze vogel wel zo struis als men beweert?
Lang geleden, toen de boskabouters nog spraken,
heb ik eens ergens een struisvogelfilet gegeten.
Welnu, elke keer als ik ga winkelen voor mijn wekelijkse kookbeurt,
liggen ze daar voor mij (in de Alcampo supermarkt in Spanje):
struisvogelsteaks en –filets.
Het heeft trouwens lang geduurd eer ik wist dat het struisvogel was.
De Spaanse naam “Avestruz” doet me meer denken aan een
Oostenrijkse voetballer dan aan een vogel van Down Under.
Ik durfde ze nooit meenemen, want stel je voor dat ik geen geschikt recept vind.
Tot ik dan toch maar de gok waagde. Waarom niet eigenlijk?
Een struisvogel is eigenlijk maar een grote kip, waarvan de fladderende pluimen
alleen maar wat opwinding veroorzaken in de “Moulin Rouge” en
aanverwante roze balletten in Parijs.
Omdat ik me de smaak niet zo goed meer kon herinneren, heb ik een recept genomen
met veel andere smaken, als mogelijke camouflage weet je wel.
Mijn vrees was volkomen onterecht.
Struisvogel is heel lekker, lijkt van smaak wat op een supermalse rundsteak,
maar heeft langere en meer uitgesproken vezels.
Ik heb de filetjes “cordon bleu” bereid, met ham en kaas, gemakkelijk haalbaar
voor een amateurkok als mezelf.
Doe daarbij nog een smeuïge kerriesaus, en laat het beestje maar komen.
We starten met snel even aanbraden en bestrooien met pezo.
Hier is een uitgetest recept van Struisvogelfilet Cordon Bleu :
ingrediënten voor 2
bereiding
2 stukken van +/- 160g struisvogelfilet
kook de rijst (10’ volgens de verpakking) met wat boeljon
2 plakken ham: Serrano, Bayonne,…
de struisvogelfilets bestrooien met pezo
40g geraspte kaas voor gratineren
snel aanbakken (2 à 3’ per kant, afhankelijk van de dikte)
250g rijst (zakje Uncle Ben)
best in een mengeling van boter en olijfolie
geblancheerde fijne groenten
verse rode paprika snijden in duxelles (fijne blokjes)
(bijv. ½ rode paprika, selder, wortels…)
blancheren of een minuutje in de microwave oven zetten
20 cl kokosmelk, ongezoet (1/2 blik)
doe hetzelfde met de andere groenten
20cl kippenboeljon
de rijst uit het vocht halen en laten uitlekken
kerriepoeder naar smaak
de warme rijst mengen met de geblancheerde groenten
instant roux of maïszetmeel
de plakken ham over het vlees leggen
olijfolie en boter
de geraspte kaas over het vlees verdelen
pezo
breng de kippenboeljon en de kokosmelk aan de kook
garnituur: blaadjes sla of lookpijpjes,…
kruid op smaak met veel kerriepoeder
de kerriesaus binden met de roux
gratineer het vlees met ham en kaas onder de grill
doe het rijstmengsel in een vormpje, lichtjes aandrukken
zet het vlees en de rijst op 2 borden
giet de kerriesaus er rond en versier met slasnippers
N.B. een bokaal met gemengde groenten kan ook
wel eerst spoelen onder de kraan
!!!nog een tip van het laatste moment: ik vond toevallig vandaag nog een leuk recept
voor deze vogel: kijk maar eens op www.mostaardwostyn.be , bij recepten.
Als je in staat bent kokosmelk te kopen, dan kan je zeker ook kerriesaus bereiden.
Voor mij was het de eerste maal, en dat gaat heel vlot.
Ik heb voor de gelegenheid een metalen vormpje gekocht, om de rijst in te persen.
Dit cilindertje lijkt op een groentenblik waar boven en onderkant zijn van afgehaald,
maar veel televisiekoks gebruiken het.
Niet vergeten het metalen vormpje na persing weg te nemen.
Zoniet is de rijst moeilijk vetreerbaar.
Het resultaat oogt goed, zowel wat de vorm betreft als de kleur.
Vandaag eten we niet alleen lekker smaakvol, we eten ook kleurvol
.
Nu nog een flesje Tempranillo wijn erbij, en we kunnen aan de hap.
Buen apetito! Tengo hambre.
P.S. deze keer is de waskoord weer leeg.
10-07-2009, 00:00 geschreven door grob
02-07-2009
Blankenberge op zijn kop
Op 20 juni 2009, in volle lente, werd de kustplaats Blankenberge op zijn kop gezet
door honderd Photoshoppers, die met elkaar contact houden via Seniorennet.
De organisatie was in handen van “Greenstuff”, inboorling van Blankenberge,
die hiermee even zijn handen vol had, maar niet met lege handen naar huis ging
(zie verder).
Honderd mensen willen hem intussen boven hun bed hangen (de foto).
Wijzelf kwamen met de kusttram uit Duinbergen.
We stapten af aan het station en waren waar we moesten zijn.
Greta (centraal) staat in het “milieu” bekend als “Gaviota”.
En elke Photoshopper mocht een handlanger meebrengen.
Die staat hier aan de linkerkant op de foto.
De organisatie was perfect.
Niet alleen had Greenstuff gezorgd voor zonnig weer en een hartige lunch,
maar bovendien had hij op het verzamelpunt een authentieke carrousel laten plaatsen.
Iedereen was er wild van en “Pensionate” (5de van links, donkerblauwe vest)
trachtte de mensen op een ordelijke manier (maar tevergeefs) in rijen van zes
te rangschikken om de carrousel te bemannen en te bevrouwen.
“Bobbieke”, nog een toonaangevend en prominent lid van de Photoshoppers,
stelt zich terecht vragen bij de goede afloop van deze wilde carrouselritten.
De Photoshoppers werden gelukkig
In toom gehouden door Pensionate,
Limburgs kampioen in Karate.
Hij is een rasechte Italiaan
En was naar het schijnt
Ooit doelman bij AC Milaan.
We zitten klaar voor de lunch, en de eerste hapklare brokjes zijn al op tafel verschenen.
Samen met Lieve, “Gazel” voor de insiders, haar man Gilbert en John, marineveteraan,
keuvelen we (natuurlijk) vooral over foto’s…
… net zo lang tot het hoofdgerecht is weggegeten en –gedronken,
en Gilbert dringend moet.
Omdat iedereen foto’s van iedereen wil nemen, moet hij toch nog een tijdje
op zijn stoel blijven zitten, wat het hem fysisch niet makkelijk maakt!
Op dit fotomoment heeft hij het niet comfortabel, maar er zal een einde aan komen.
Greenstuff wordt voor het “verwerken” van de honderd man in de bloemetjes,
of liever in de biertjes gezet.
Deze onverwachte interventie doet bij hem van ontroering tranen opwellen als
kleine watervalletjes en het personeel moet ter hulp snellen met grote handdoeken.
Niet alleen het grote aantal (gevulde) bierflessen is enorm, maar “Siska” tovert er
de bijpassende glazen bij.
Greenstuff wil toch wel van Bobbieke weten hoeveel flessen hij vandaag nog soldaat mag maken.
Bobbieke kijkt toe en spreidt heel discreet haar tien vingers om het aantal op te geven,
maar ze doet dit heel onopvallend, zodat niemand, en zelfs “Olly” het antwoord niet weet.
Na dit bevredigende en heuglijke antwoord
Duikt Greenstuff opgetogen in de kist
Want niemand heeft iets gehoord
En niemand die een fles mist
Op de tafel van Bobbieke
Telde men later acht lege Krieken
En toch waren er geen zieken.
Gelukkig kan een wandeling langs de zeedijk wonderen doen.
Merk op dat zowel Bobbieke als Greenstuff discreet maar kordaat worden gesteund
door de collega’s.
Merk eveneens op dat de Blankenbergse dijk stilaan de allures krijgt van een Mediterrane badplaats.
Ik tel ten minste drie palmbomen en een hut met strodak.
Mijn Greta heeft alles voorzien, zelfs een badge groot genoeg om gelezen te worden
door visueel gehandicapten.
Als je dit dus niet kan lezen, ben je voor 100% blind.
Vanaf een trap een foto nemen lijkt de enige mogelijkheid om het grootste gedeelte
van de groep Photoshoppers in beeld te krijgen.
Sommige fotografen dachten er aan om een eindje verder te bollen met
de kusttram. Helaas zagen ze dit bootje voor een tramhokje aan.
Dit deed me onmiddellijk denken aan de beroemde uitspraak van de Nederlander
Arie Onderdelinden Jr. op 23 maart 1976:
“Als fotograaf hoef je niet ontwikkeld te zijn, als je maar niet negatief overkomt.
Over Nederlanders gesproken, hier zie je er een paar prominent aanwezig,
aan de linkerkant, in het bijzonder de zussen “Tribaloma” en “Agatha”.
Wie waarschijnlijk de grootste afstand heeft afgelegd om aanwezig te zijn,
is de heer met de grote snor (tweede van rechts), waar ik een gesprekje mee gevoerd heb.
Hij is met de trein gekomen vanuit Leeuwarden.
Dat ligt dicht tegen de noordpool.
Voor wie hem nog niet kent: dit is Momo, de mascotte van de Photoshoppers.
Het feit dat hij zijn tong(etje) naar jou uitsteekt is niet persoonlijk bedoeld.
Het is een afwijking.
Vooraan lijkt hij nogal klein
En doet niet veel aan zijn lijn
Maar het is echt een langere hond
Met zijn buik dicht aan de grond
Blankenberge heeft nog een tweede vuurtoren. De andere zag je op de eerste foto.
Deze is de back-up.
Tot hier stappen we, en niet verder.
Toch is er nog een sportief tweetal Photoshoppers, dat zich niet laat afremmen
door enkele druppels water. De plank op en de beuk erin!
“Pippo “, mentor en goeroe van de Photoshoppers laat zich maar al te graag pamperen
door een van zijn grote fans. Ontroerend toneeltje is dit.
Het einde van een mooie dag eindigt op de Grote Markt van Blankenberge,
in een bekende drankgelegenheid.
De beelden hiervan zijn gecensureerd.
Daarna trekt iedereen huiswaarts, sommige met de kusttram,
Greenstuff te voet, sommigen met de trein of de wagen, en sommigen
gaan de andere zeerichting uit, allen beladen met blije herinneringen.
tot ziens
02-07-2009, 00:00 geschreven door grob
25-06-2009
KOKENETEN: twee beesten, maar ook kabouterhuisjes
Deze week hebben we een (jonge) gast in Spanje.
Ik moet dus op 13 april 2009 een receptje vinden dat ook prille maagjes kan strelen.
Vermits de jeugd (voor zover ik weet) een voorkeur heeft voor kipfilets en fishsticks
en dergelijke, maar zeker geen pikante smaken lust, kies ik logischerwijze voor een kipfilet.
Het mag toch wel ietsje meer zijn, en daarom opteer ik voor de“Gevulde kiprolletjes
met Champignonsaus” . Saus van kabouterhuisjes smaakt altijd.
Het is een Weight Watcher’s receptje, waarvoor slechts weinig vetstof en géén pan
wordt gebruikt. De microgolfoven echter houdt je wel effen bezig.
Ik vermoed dat je meer calorieën verbrandt door al de handelingen uit te voeren
dan je er uitspaart door Weight Watcher’s te bereiden.
Het recept is heel eenvoudig, maar let op voor de tocht waarin je terechtkomt
door het deurtje van de microwave dat altijd open en toe moet.
ingrediënten voor 2
bereiding
200g Portobello’s of champignons
doe de paddenstoelen in een ovenschaal
margarine of boter
leg er een paar fijne sneetjes vetstof op
1 el bloem
zet de schaal onafgedekt in de microwave
20cl kippenboeljon opgelost in water
na ongeveer 3’ op 600W zijn de paddenstoelen zacht
citroensap
roer ze halverwege de kooktijd even om
1 kleine ui, klein gesneden
bestrooi de paddenstoelen met de bloem en schep om
1 stuk selder, klein gesneden
zet de schaal onafgedekt opnieuw 1’ in de microwave
½ groene paprika, klein gesneden
roer de kippenboeljon en citroensap door dit mengsel
1 lookteen, fijn gesneden
zet de schaal opnieuw 2’ in de microwave op 600W
50 g brood croûtons
roer het gerecht halverwege de kooktijd goed door
1 ei, losgeklopt
haal de champignons eruit met spaan en zet opzij
2 kipfilets
doe alle kleingesneden groenten in de ovenschaal
zet dit afgedekt 3’ in de microwave op 600W
tot alle groenten zacht zijn; roer goed om halverwege
snijd de kipfilets in dunne plakken
schep de croûtons en het ei door het groentemengsel
spreid het croûtonmengsel over elke kipfilet
rol de filets voorzichtig op en steek vast met een prikker
leg de kiprolletjes in de schaal
zet ze onafgedekt in de microwave, 5’ op 600W
als je een grill hebt, zet die ook op, voor de kleur
giet het paddenstoelenmengsel over de kip
zet de schaal 30”onafgedekt opnieuw in de microwave
om het volledige gerecht op te warmen
Hieronder een blik op het eerste (ingewikkelde) dier.
Voor het tweede gaan we in zee (figuurlijk) met de “Catalaanse kikkererwten” .
Een combinatie groenten en wat vlees uit Noord Spanje en/of Zuid Frankrijk.
In dit stadium is het al uitgesudderd en rijp voor het keelgat.
ingrediënten voor 2
bereiding
olijfolie
spoel de kikkererwten onder water en laat uitlekken
½ ui, liefst een witte (Spanje)
verhit de olie in een pan, fruit 5’ de ui, paprika en look
½ groene paprika, in fijne reepjes
roer het mengsel tot de groenten zacht zijn
2 lookteentjes, heel fijn gesneden
doe de tomaatstukjes er bij, fruit nog een paar minuten
1 tomaat, gepeld, ontpit, fijngehakt
roer de rest van de ingrediënten er door
200g kikkererwten uit blik
kruid met pezo
100g hespblokjes, eventueel Serrano
zet het vuur laag en laat 15 à 20’ sudderen met deksel
1 el peterselie fijngehakt of diepvries
roer nu en dan om
1 el kappertjes, afgespoeld, uitgelekt
kook intussen de rijst
rijst (lange korrel in zakje)
pezo
TIP: met “gevulde kiprolletjes met champignonsaus”
WW Snel en Slank pag. 46
(dan is de rijst overbodig)
op zichzelf kan het gegeten worden met
een dikke schijf gebakken hesp
Ik heb er dan nog wat rijst bijgekookt, wat niet nodig is.
Ook het overschot van de kippenvulling mag mee op de tafel.
Tja, een mens heeft van die dagen.
We kunnen dit nu alles rustig verwerken op het terras, in de avondzon.
Onze jonge gast Yente ziet het wel zitten. Hij lust nogal veel.
Toch neem ik liever vooraf de foto, vóór iemand het gesmaakt heeft.
Je weet maar nooit.
25-06-2009, 00:00 geschreven door grob
22-06-2009
Getij-Dingen: kunst op strandpalen
We hebben een beetje goed en droog weer afgewacht, en woensdag 17 juni
is de tijd rijp: samen met Yvette en Erik nemen we de kusttram in Duinbergen
tot in Sint-Idesbald.
Helemaal toevallig waren ze op de hoogte geraakt van het bestaan van
het kunstproject Getij-Dingen.
Uiteraard is er dit jaar langs de kust het driejaarlijkse kunstfestijn Beaufort.
Dit komt er bovenop, opgezet met medewerking van de gemeente Koksijde.
Op het strand van Koksijde en Oostduinkerke staan een 15-tal houten palen
(getijdepalen, waar men in de vorige eeuwen de hoogte van het zeewater
mee kon meten). Bij laag water staan ze bijna volledig droog maar bij hoog water
worden ze overspoeld door de golven. Op elke paal wordt er een kunstwerk aangebracht dat gedurende een vol jaar ( 2009 )
blootgesteld wordt aan de destructieve kracht van de natuurelementen
en een langzame metamorfose ondergaat door aangroei van algen, zeepokken,
schelpjes en andere zeemonsters. Wil je hierover meer weten, dan kan je
bijvoorbeeld een kijkje nemen op www.getij-dingen.be .
Na de aankomst en na een plaatselijk bier, dat ons de nodige kracht geeft,
zetten we er (een beetje) vaart achter.
Het eerste opvallende fenomeen dat we tegenkomen op het stukje
vanaf de dijk naar de zee zijn enkele wormstekers, die dikke
groezelige wormen uit het diepe zand halen als aas.
Vissers blijkbaar, met grote plannen.
Een ander soort visser is ook bezig zich te voorzien van een maritiem
avondmaal en is eveneens in goeden doen.
Een sleepnet verwacht vis in de fuik.
De vangst is niet denderend, maar alle begin is moeilijk.
Zelfs voor dit beetje zeevoedsel zijn er voldoende kandidaat mee-eters te vinden.
Alle neuzen staan in dezelfde richting.
Eindelijk bereiken we popelend het eerste kunstobject.
Rond deze getijdepaal zijn vissen, of beter gezegd visgraten gewikkeld.
Ik citeer de ontwerpster: “Als we de oceanen schoon willen houden,
zullen we de vissen stemrecht moeten geven”.
Een dikke laag pokken bedekt al het kunstwerk, dat hier staat sinds januari,
en tot tweemaal toe per dag volledig kopje onder gaat.
Een van de viskoppen krijgt het warm in dit zonnetje, en heeft al zijn petje opgezet.
Het is nu volledig eb, en op sommige plaatsen is het brede strand volledig vlak,
op andere plaatsen zit het vol harde bobbels, met zand dat hardnekkig
aan de voeten en de schoenen kleeft.
Opvallende boeien kleuren de monotone strandvlakte.
Helemaal anders dan in Spanje.
Waarlijk een boeiend landschap!
Sommige werken zijn na een half jaar zo erg toegetakeld, dat het niet meer
de moeite loont ze te fotograferen.
Deze zeker wel, hij heet “Zonnegolven”, en is een ode aan vergane vissers.
Ik begin hier zelf bijna te vergaan in het zuigende zand, terwijl een supporter
vanuit de hoogte minachtend toekijkt.
Het strand is op sommige plaatsen enorm breed. Waar is de zee gebleven?
Erik probeert ze terug te vinden met behulp van zijn kompas.
Een volgend werk heet Belle-Mer. Yvette en Greta vinden het zeer geslaagd.
De volledige wandelafstand voor de 15 palen is ongeveer 8.5 km.
Sommige kunstkenners leggen het artistieke circuit af te paard.
Zeer interessant, maar je kunt het beest niet meenemen op de tram.
Een fiets mag.
Een volgend (prachtig) werk is: “De Drenkelinge”.
Een boegbeeld.
Hier kan je goed merken welke sterke greep de Getijden hebben op de Dingen.
Onderaan volledig ingepalmd door zee-elementen, maar hoe hoger
hoe minder tijd de elementen krijgen om hun eigen artistiek werk te doen.
Helemaal bovenaan is de aantasting minimaal.
Hier is nog een topstuk: de Zeezandloper.
Jammer genoeg is de bovenste glashelft van de zandloper gebroken.
Wanneer de vlotter die onder de zandloper zit, stijgt met het zeewater
(zoals in een WC), draait hij de zandloper, die dan begint te werken.
De ontwerpster wil hiermee de wisselwerking voorstellen tussen
de steeds terugkerende getijden en de Tijd die oneindig verder gaat.
Dit is het “Zeepaleis”. Dit wordt elke dag mooier, vooral door
de schakeringen van oranje roestsporen op de betonijzers.
De kracht van de zee samen beleven heet dit stuk, helemaal aan de rechterkant.
Dat is ook de uitdrukking, waar Ernest Hemingway zich aan optrok.
Nu ik aan Hemingway denk merk ik dat het resterende deel van deze foto
een even sterk kunstwerk vormt, namelijk “The Old Man and the Sea”.
Prachtige groepage!
Bekijk deze paardjes, hoe klein ze zijn, en hoe ze plots uit de zee opduiken!
Inderdaad, het seizoen van de zeepaardjes komt er aan.
Dit zijn geletterkapte strandkeien, zwevend rond een paal, als baken van de zee.
Jammer dat de drang van de zee de teksten onleesbaar hebben gemaakt.
Hier hingen verschillende beelden, onder het motto “Hersenspoeling”.
Beelden van hoofden, waaruit de hersenen verdwenen en weggespoeld zijn.
Jammer dat er maar één hoofd overblijft. Natuur of vandalisme?
Of een kunstroof?
Dit materiaal is het meest softe, en toch nog volledig intact.
De auteur zegt hierover: “In de tempelbox hang je een belletje of een lint, en doe je
een wens die door het getij wordt meegevoerd en wel ergens gehoor vindt.”
Op deze getijdepaal staan de vier winden pal.
Borias, de noordenwind.
Notus, de zuidenwind.
Zephyrus, de westenwind.
Eurus, de oostenwind.
Er is er nog eentje: Aeolus, de oppergod van de windgoden, aan de linkerkant.
En nu tijd voor een schuimende … van 33cl, onaangetast door de zee,
maar weldra door onze maagsappen!.
En de kusttram is nooit ver weg.
Als je een mooi dagje echte vakantie wil: Getij-Dingen blijft tot einde van het jaar!
Hoe eraan beginnen? Zie www.getij-dingen.be
22-06-2009, 00:00 geschreven door grob
18-06-2009
KOKENETEN: van een mals lammetje verdik je geen grammetje
Dit is nog eens een lekker vleesstukje, verorberd in het zuiden van Spanje,
in het avondzonnetje op het terras.
We zijn nu half april en de lammetjes zijn op hun best.
Geboren aan het einde van de winter zijn ze nu goed op snee, groot genoeg en heerlijk mals.
Geen toeval ook dat de moslims in deze periode hun lammetjes al dan niet ritueel
slachten en opeten.
Ook zij weten uit ervaring dat dit de beste periode is in het jaar.
De nakende autotocht naar het noorden doet me al denken aan de stop
in het het zuiden van Frankrijk.
Dan ligt een Provençaalse lamsragout eigenlijk zo voor de hand, temeer omdat
deze bereiding niet kan mislukken, zelfs niet voor deze beginnende kok.
Het komt er alleen op aan de uiteenlopende ingrediënten samen te brengen,
en bijna klaar is kees.
We zijn met twee eters, maar ik maak het voor vier, want dit soort gerechten is één of twee
dagen later nog veel beter op smaak. Ziehier “Navarin d’Agneau Provençal”:
ingrediënten voor 4
bereiding
1 kg lamsvlees, in stukken
was het vlees, wortelen, raapjes en lente uitjes
pezo
pel de ui en de look en snipper ze fijn
1 blik gepelde tomaten
schil de wortels en raapjes, snijd de steeltjes bij tot 2 cm
4 jonge wortelen met loof (+/- 100g)
halveer wortels en raapjes als ze te groot zijn
4 witte meiraapjes met loof (+/- 100g)
strooi peper en zout over het lamsvlees
100g sperziebonen diepvries
verhit de olie in een braadpan, braad het lamsvlees aan
4 lente-uitjes (150g)
doe dit 6 à 8’, op een hoog vuur, zonder deksel
1 middelgrote ui (+/- 100g)
voeg er al roerend de ui en de honing (of suiker) bij
2 tenen look
laat even karameliseren en stuif er de bloem over
250g doperwten (diepvries)
doe er de wijn bij, en de kalfspasta (of de kalfsboeljon)
olijfolie
voeg de look toe en het Provençaalse kruidenmengsel
1 el bloem
doe de tomaten er bij (uit blik, ook het vocht toevoegen)
1 el suiker of honing
indien verse tomaten, doe er dan ¼ l water bij
¼ l witte wijn
breng aan de kook, zet op laag vuur, met deksel er op
1 el kalfsfond(pasta), of ¼ l vloeibaar
laat circa 45’ stoven, kijk of er genoeg vocht in de pan is
veel (verse) tijm en rozemarijn
schik de wortels, raapjes en lente-uitjes op het vlees
niet roeren, en laat nog 25 tot 30’ stoven (ook bataat)
voor de gelegenheid: 1 bataat
ontdooi intussen de erwten en de sperziebonen
schik ze op de andere groenten
warm nog eens 10’ door
dien op met stokbrood of gekookte aardappelen
Ik had nog een rauwe bataat over van een vorige bereiding, en die wordt natuurlijk
ook in stukken gesneden en in de pot gekieperd.
Zoals je op de foto kan zien voorzag men in het oorspronkelijke recept teveel erwten.
Dat heb ik dus uiteraard aangepast in mijn versie, om eventuele belangstellenden
op het juiste pad te zetten, en mezelf ook, de volgende keer.
Het bereiden is heel eenvoudig, maar vraagt wat tijd en handenarbeid,
maar het resultaat loont dan ook de moeite.
Lekker en gezond. Van lam worden je benen nooit stram!
Deze foto laat uitschijnen dat het zelfs nog beter smaakt
als je eerst de was ophangt. Niets is minder waar.
Bereid naar TimeLife, Koken in de Wereld, Frankrijk Zuid, pag. 106
18-06-2009, 21:33 geschreven door grob
12-06-2009
Feria Internacional de Pueblos 2009 in Fuengirola
In Fuengirola, de stad die we bijna op ons duimpje kennen, is er elk jaar weer de FIP,
de Feria Internacional de Pueblos .
Spanjaarden zijn geboren feestneuzen, dat weten we, maar bij dit evenement
waren we nog niet geweest.
De eenvoudige reden is dat we altijd terug naar België rijden in april.
Dit jaar zijn we een poos langer gebleven, en we konden dit nog meepakken in mei.
De plaats waar het doorgaat zijn de fairgounds, de marktplaats van Fuengirola,
een uitgestrekt plein, naast een (droge) rivier waar de wekelijkse markt
en de vlooienmarkt worden gehouden.
Op dit plein staan overal gebouwen, die maar eenmaal per jaar gebruikt worden,
meer bepaald voor dit feest.
In elk van die gebouwen kan je eten, drinken, shoppen en voorstellingen bijwonen
met bijdragen van inwoners uit een dertigtal landen.
Elk land krijgt één gebouw toegewezen, en doet daarmee wat het wil.
Ook op de straat is er volop animatie, en kans genoeg om lokaal voedsel te proeven.
Dat gaat zo door, vier dagen aan een stuk!
Het weer moet natuurlijk goed zijn voor dergelijk feest, maar dat is het uiteraard.
Greta heeft enkele foto’s genomen van de verschillende set-ups, voor jullie natuurlijk.
Hier zie je bijvoorbeeld Greta met het water in de mond voor de stand van India.
Het brouwsel ziet er heel lekker uit, maar we hadden besloten niet (veel) te eten,
omdat we achteraf ergens rustig zouden uitblazen bij enkele tapas.
Het lijken wel paellapannen, maar de inhoud zou iets pikanter kunnen zijn.
De deelnemers van Venezuela vinden het leuk wat pasjes te zetten in dit mooie weer.
Roze balletten onder de plataantjes.
Ook anderen, zeg maar gewone straatmuzikanten, komen hun duit in het zakje doen,
en maken de boel gezellig.
Een stand van Andalusië zelf is er ook, met de groenwitte kleuren goed zichtbaar.
De tafel bulkt van de sardienen, wat geen echte verassing is.
Nog een groenwitte vlag is van Nigeria, die binnen optreden met een live salsa band.
Enkele donkere volbloed danseressen maken zich gereed om op te treden,
en eentje komt nog vlug wat bijslurpen aan de toog.
Let goed op hier! Je ziet een Schot met een zonnebril!
Hij heeft die zeker niet uit Schotland meegebracht, want dat is daar onbekend.
Wat ze wel kennen, zijn grote pinten bier. Twee heeft hij er net leeggemaakt,
en op de tafel gezet.
Hij is goed gemutst (letterlijk en figuurlijk) omdat ook de derde net in zijn keelgat
verdwenen is, en hij de smaak nog te pakken heeft. Dit is een Schot in de roos!
Déze Schot ziet er heel wat minder opgewekt uit. De man heeft duidelijk dorst.
Mexico zit binnen en gaat voor een nep Amerikaanse Texas show. Niet echt vet.
Aan de stand van Egypte kan je de maat laten nemen voor later.
De vertegenwoordigers van Argentinië daarentegen houden zich minder bezig
met het hiernamaals, en doen hun best om hun vleesjes te bakken:
Guiness Book worsten van een kilo, en andere lapjes.
Ook hebben ze diverse variëteiten van rundsstukken uit de pampas voor het voetlicht
en de BBQ gebracht, waar ik met pijn in het hart moet aan voorbijgaan.
Spijtig dat dit geen geurtelevisie is. Het ruikt naar nog.
Bij Noorwegen wordt je aan de deur ontvangen door trollen.
Ik kon niet vermoeden dat die beesten zo groot zijn.
Binnen zit vijftig man, en het is er muisstil.
Het meest muzikale land van Zuid-Amerika is zonder twijfel Paraguay.
Je hoort nooit van die knapen, en dat is omdat ze constant aan het zingen zijn.
Voor iets anders nemen ze geen tijd.
Al die totaal onbekende zangers hebben fantastische stemmen.
Zo treedt er een duo op…
…en nog een duo, met harp.
Harpmuziek is duidelijk heel populair in dat Zuid-Amerikaanse land.
Ik herinner me uit mijn prille jeugd (een halve eeuw geleden) dat een gelijkaardig trio,
eveneens met harp hier heel populair was: Digno Garcia y Los Paraguayos.
Die man is hier zelfs definitief komen wonen.
Toen hij overleed deed de rest van de groep verder onder de naam Los Paraguayos.
Een jaar of acht geleden waren we toevallig in Gran Canaria getuige van een live optreden
van een duo: Dos Paraguayos, met harp.
Dat waren toch wel dezelfde zangers zeker!
We hebben er zelfs nog een gesigneerde CD van gekocht.
In de zone tussen Marbella en Fuengirola komt men ook nu regelmatig in restaurants/hotels
nog altijd een tweetal Paraguyanen of –ezen tegen
onder de naam Dos Paraguayos.
Dit duo is een jong echtpaar, waar we ook al een CD van afgenomen hebben.
Spijtig dat de zanger/muzikant zijn harp onlangs heeft ingeruild voor een synthesizer.
Waarschijnlijk is het niet eenvoudig zo’n harp overal rond te zeulen.
In Paraguay hebben ze ook kaas gegeten (lamakaas waarschijnlijk) van dansen.
Het lokaal van Paraguay is datgene waar we het langst blijven kijken en luisteren,
en zelfs een paar stoelen bijtrekken om te kunnen genieten van het spektakel.
Soms gaat het er zelfs woelig aan toe, met stoere macho’s en bevallige dametjes.
Het moet gezegd dat de sfeer in de Zuid-Amerikaanse tenten beter was
dan bij de Arabieren of de Scandinaviërs.
China biedt een speciaal straatspektakel.
Een afgetrainde koele keukencommies maakt noedels op een speciale manier.
De noedels vliegen op en neer, er komen knopen in die er onmiddellijk weer uit zijn,
en hij geeft de indruk dat hij ermee gaat touwspringen.
Na het veelvuldig kneden, zwieren en bepotelen van de noedels gaan ze de kookpot in.
Uiteindelijk komen de gekookte noedelsstrengen op een bord terecht.
Mits tussenkomst van een chinees meisje met chopsticks, en een extra kok
die er een schep wokgroenten aan toevoegt.
Nog een extra complimentje verdient de stand van Costa Rica,
met hun schitterend koffiewagentje.
Een vermoeiende en uitgebreide bezigheid is dit wel, waarbij we zelfs niet alle standen
kunnen bezoeken.
Er blijft dan maar één ding over: in alle rust een tapabar opzoeken, en ons tegoed doen
aan onder meer kwarteleitjes op ham en patatas bravas met Mojosaus.
Njam-njam.
12-06-2009, 21:37 geschreven door grob
06-06-2009
KOKENETEN: in bataten zitten geen gaten
Ik moet me verontschuldigen, want tot nog toe heb je alleen maar
mijn stomme kop gezien bij de (wekelijkse) kookbewerkingen.
Het is de hoogste tijd dus om mijn Spaanse helpster en medewerkster
even voor te stellen: Mimi, mijn keukencommis.
Deze week heeft ze weer een paar flinke handjes toegestoken
bij het aanmaken van “gehaktbrood met bacon”.
Voor de beginners onder jullie: gehaktbrood is niet te verwarren met gehakt brood.
En voor een goed begrip: dit recept is enkele tijd geleden bereid in Spanje.
Het spek, of de bacon voor de meertaligen doet me denken aan vorige week
in Oostende (in België, maar daar kom ik nog op terug).
Tijdens het Maritiem evenement “Oostende voor Anker”, lazen we ergens
op een affiche: “this bacon is very important to know your position” .
Waarschijnlijk bedoelde men niet het spek, maar wel “beacon ” (baken).
Terug nu naar het kookboek.
Dit recept komt uit een land, dat nog meer bekendheid heeft voor zijn slechte
banken, dan voor zijn slecht eten. Een bereiding namelijk uit de Verenigde Staten,
waar de fastfood hoge en snelle toppen scheert.
Dank zij de vaardige handjes van Mimi heb ik toch iets lekker kunnen maken
van dit “Meatloaf with bacon”.
De klank in het Engels is zelfsal een stuk beter dan in het Nederlands.
Daarenboven heb ik het recept bereid met bataten, ook al sinds vijf eeuwen
ingevoerd uit Amerika.
Waarom bataten? Bataten brengen je in alle staten (van de USA), hebben
geen gaten, en zeker geen graten. Bovendien heb je ze in Spanje in alle maten.
Hier te lande moet je al een beetje zoeken tussen alle andere knollen.
Voor wie geen bataten kent, of ze nog niet gegeten heeft: het zijn zoete
aardappelen, met een smaak en een kleur tussen aardappelen en wortels in.
Je kookt ze zoals aardappelen, maar best in de schil.
De schil laat zich makkelijker pellen na het koken dan ervoor, want de knol
kan een vrij onregelmatige vorm hebben.
Het is gemaakt voor vier personen, dus hebben we er tweemaal van genoten.
Eet dus eerst je bataten, en daarna kan je bijpraten.
ingrediënten voor 4
bereiding
paneermeel
verwarm de oven voor op 200 º
2 middelgrote uien
pel de uien en look en hak ze fijn
2 tenen look
doe paneermeel, ui, look, gehakt, ei, tijm, chilisaus in
500g rundsgehakt
een kom en schep er wat zout en peper door; meng goed
300g ander gehakt (varkens, kalfs)
doe mengsel op een werkvlak en vorm er een brood van
1 ei
schik de helft van de plakken bacon in een ovenschaal
1 tl gedroogde tijm
leg er het vleesbrood op en dek af met rest van de bacon
3 el pittige chilisaus
zet het ca 1 uur in het midden van de oven tot het gaar is
zout
250g dunne plakken bacon
suggestie: serveer met wortelstoemp of bataten
eventueel de ovenschaal deglaceren en saus maken
tip: met bataten (Amerika pag.72)
en erwtjes met chorizostukjes
Het is een simpel gerechtje, wat had je gedacht, maar wel pittig en zacht tegelijk.
Het zoete van de bataten is lekker in balans met het zoute van de bacon
en het vleesbrood.
Omdat Mimi vroeg naar huis moet, haal ik de groenten maar zelf uit de diepvriezer.
Het zijn in mijn geval reeds bereide erwtjes met chorizostukjes, om op te warmen.
De Bataten, zowel als het gehaktbrood worden in schijven gesneden,
en opgediend met de erwtjes, en wat saus, bekomen door het deglaceren
van het aanbaksel van het meatloaf.
Het is me weer gelukt als beginnerkok, en ik zit er wat perplex bij.
Maar smaken doet het wel, met wat zachte mosterd.
Buen approveche!
Sinds enkele maanden komt er elke dinsdagmorgen een merel post vatten
op het terras.
Waarom dinsdag? Omdat hij weet dat ik de maandag kook, en hij lust er pap van!
Je ziet hem hier (niet zo goed, want hij is donker), met zijn gele bek,
net rechts van de cactussen op het muurtje zitten.
Hij waagt het tot op 25 cm van mijn handen te komen, om het overschot
van de bataten op te smikkelen.
Mijn ambitie is dat hij volgende winter uit mijn hand komt eten.
Hij is intussen een vriend des huizes geworden, en als ik tegen Greta zeg
dat Jim er is, weet ze hoe laat het is.
Zijn echtgenote, Agnes, komt ook altijd langs, maar is toch iets schuwer,
ofwel lust ze mijn bereidingen niet.
We missen hem in België.
Tot ziens Jim.
06-06-2009, 22:02 geschreven door grob
31-05-2009
Granada heel anders bekeken (deel 3)
De laatste dag in Granada nemen we afscheid van viersterrenhotel Saray.
Het is een nieuw middelgroot hotel, net buiten het centrum gelegen,
dicht aan de rivier Genil.
De voorgevel heeft een vrij hoog Las Vegas gehalte.
De liften tegen de buitengevel gekleefd, geven het een hedendaags design trekje.
De kamers zijn buitengewoon goed.
De aanwezige prijslijst vermeldt 319 € per kamer per nacht, zonder ontbijt!
We hebben een kamer geboekt via het internet aan 60 €, een weggevertje.
Ook de achterkant, met zwembad en tuin is aantrekkelijk.
Greta zit nog even, vóór het vertrek, na te genieten in een prieeltje,
aan een Arabische fontein en waterkanaaltje.
De enige aanmerking over het hotel is de eerder middelmatige kwaliteit
van het ontbijtbuffet.
Je gaat beter buiten ontbijten, ook lekker en aan de helft van de prijs.
Vandaag gaan we Granada eens anders bekijken: we brengen een bezoek aan het
Parque de las Ciencias, het nieuwe park van de wetenschap.
Door de traditionele Spaanse wegenwerken (altijd en overal aan de gang)
hebben we wat problemen om er te geraken.
Dank zij de GPS lukt het toch, maar de plaatselijke (gratis) parking
van het park vinden we niet.
De Parque is zeer interessant en leerrijk, met supervriendelijk personeel,
maar op deze weekdag wordt het, jammer voor ons,
bestormd door uitpuilende bussen met schoolkinderen.
Een van de leerrijkste paviljoenen gaat over Al Andalus, het toenmalige rijk
van de Moren (wat NIET samenvalt met het huidige Andalucia).
Alle gekende wetenschappen uit die tijd komen aan bod, zoals fysica,
scheikunde, astronomie, wiskunde, biologie, geneeskunde enz.
Telkens worden apparaten, documenten, voorwerpen getoond om het duidelijk
te maken. Op veel plaatsen kan je zelf ook allerlei dingen uitproberen.
Op deze foto zie je een document uit de scheepvaart, geprojecteerd
op de parketvloer in een van de exporuimtes.
Er zijn ook paviljoenen met levende wezens.
Een bewaker maakt er ons op attent dat een en dezelfde schildpad
ambities heeft voor The Great Escape.
Alle dagen probeert dit knaapje van 25 cm er stiekem vanonder te muizen.
Het water uit, en dan in volle snelheid naar de achterdeur.
Gelukkig is de bewaker nog net wat sneller en onderschept deze
schijnheilige waterschildpad.
Deze kanjer is (gelukkig) niet levend.
Het is een levensecht bewegende ik-weet-niet-welke-saurus,
die me sterk doet denken aan Jurassic Park.
Er is ook een vlindertuin met enkele fotogenieke exemplaren.
Een toren van meer dan 50 m hoogte laat je een deel van de stad en omgeving zien.
Greta poseert hier met Marie Curie, Nobelprijswinnaar Fysica én Chemie.
Samen houden ze een potje vast met Curiesaus.
Marie heeft haar Ascothoed op haar hoofd gezet.
Er is zo veel te zien, dat we niet alles kunnen doen.
We gaan nog even binnen in een paviljoen met een opstelling van
de Slinger van Foucault, die kegels omver tikt, maar een niet meer
zo jonge mens wordt er moe van. Ik laat me dan maar vervoeren
door een plaatselijke transportdienst, maar het gaat niet echt vooruit.
We hebben vandaag ook nog een interessante uitstap tegoed,
en we verlaten de stad in de richting van de Alpujarras.
Uit deze streek komt het mineraalwater Lanjarón en de befaamde
jamon de Trevélez, samen met die van Jabugo (provincie Cadiz)
de beste Serranoham.
Trevélez ligt te ver en te hoog (hoogste gelegen dorp van Europa) om
naar toe te rijden.
De bron Lanjarón ontspringt in de gelijknamige stad, en ligt min of meer
op onze weg. (zie nr.1 op de foto)
In de waterstad is niet veel te beleven, ook omdat het centrum volledig
blijkt opgebroken wegens heraanleg van de straten.
Er is wel een schilderachtig pleintje, met bloemen.
Het is siëstatijd, dus veruit de meeste bars zijn gesloten.
In een korte, zonnige steeg vinden we een bar open,
en eten we fantastische tapas para compartir (van alles proeven).
Er staan slechts twee tafels buiten, maar één volstaat al.
Daarna drinken we nog een lekkere koffie langs Lanjarón’s hoofdlaan,
waar je 2 tapas krijgt per (alcohol)consumptie.
Lanjarón is de deur naar de Alpujarras. Deze deur kan je hier zien.
Een woordje uitleg over de Alpujarras is hier op zijn plaats:
Las Alpujarras is een bergachtig gebied in Andalusie .
Het gebied bevindt zich aan de zuidflank van de Sierra Nevada ,
tussen ruwweg de steden Granada en Almeria .
Het landschap wordt gekenmerkt door vruchtbare dalen en
indrukwekkende bergen in een rustige en authentieke omgeving.
Hier kan je kennismaken met de architectuur die zo typisch is voor de Alpujarras.
Op de hellingen staan in een terrasvorm witgekalkte huisjes
die allemaal onderling verbonden zijn met elkaar door platte daken.
Het gebied staat bekend als het allerlaatste toevluchtsoord voor de “Moriscos”,
die na de val van Granada hier voor 150 jaar verblijven.
Het woord Morisco is afgeleid van het woord Moor.
Moriscos, dat letterlijk ‘moortjes’ betekent is de naam die de Spanjaarden
aan de tot het christendom bekeerde moren geven.
Tijdens de Reconquista (de christelijke herovering van Spanje op de Moren)
is Granada het enige Arabische bolwerk dat overeind weet te blijven.
Moren en joden vluchten daarheen uit angst voor christelijke repressie.
Als ook Granada in 1492 het loodje moet leggen zit er voor vele moslims
niets anders op dan zich te bekeren.
Ze worden hiertoe gedwongen door de katholieken.
Hoewel Granada redelijk eenvoudig in te nemen zou zijn, hebben de
christelijke vorsten daar waarschijnlijk lang vanaf gezien, vanwege de
gunstige handel die via Granada met de islamitische wereld gedreven kon worden.
Nadat Portugal een handelsroute heeft gevonden om goud uit Afrika te halen,
vervalt het nut van dit islamitische koninkrijk.
Na het huwelijk in 1469 tussen Ferdinand II van Aragón en Isabella I
van Castilië , ook bekend als de Katholieke Koningen , worden
plannen gesmeed om de moslims van het schiereiland te verdrijven.
Granada wordt na een maandenlang beleg op 2 januari 1492 ingenomen.
Boabdil , de laatste moslim-vorst heeft godsdienstvrijheid voor zijn
onderdanen gevraagd en toegezegd gekregen.
Het Spaanse koningspaar laat al 4 maanden na het vertrek van de vorst
starten met het vervolgen van joden .
Kort nadien mag de islam niet meer beleden worden en worden ook
de moslims gedwongen zich te bekeren; de Arabische taal wordt verboden,
evenals kenmerkende kleding.
Joden en moslims moeten katholieke namen nemen, hun identiteit verhullen en,
onder dwang, varkensvlees gaan eten wat in beide godsdiensten verboden is.
De meeste Moriscos vluchten dan maar naar de onbewoonde Alpujarras,
tot ze uiteindelijk na 150 jaar verdreven worden in en over de Middellandse Zee.
Vanuit Lanjarón rijden we vóór Orgiva de bergen in.
Hier zie je Orgiva vanop de bergflank.
Het eerste (en enige) dorpje waar we naartoe gaan is Pampaneira.
Na een lange slingerweg met naar schatting 177 haarspeldbochten
vinden we dit piepklein pittoresk toeristische dorpje, met 350 inwoners.
Vanop het centrale pleintje zie je het volgende dorpje liggen: Bubión,
dicht tegen de sneeuw van de Sierra Nevada..
p
Er zijn drie idyllische pueblos blancos (witte dorpen), Pampaneira,
Bubión en Capileira, die (in vogelvlucht!) dicht bij elkaar liggen.
Bubión staat nog voor iets totaal anders bekend: bijna onzichtbaar
tegen een berg aangeplakt, ligt O sel ling , Plek van het Heldere Licht.
Dit Tibetaans boeddhistisch klooster is speciaal in het leven geroepen
om mensen de gelegenheid te bieden enkele weken, maanden of zelfs jaren
in stilte te leven. De Dalaï Lama heeft dit centrum 2 jaar geleden bezocht.
Je kan er naartoe wandelen, maar het vraagt úúren. Niet voor vandaag.
Terug naar Pampaneira.
Greta ontdekt op het enige pleintje een schattig winkeltje, en neemt een foto
van ons, gereflecteerd in een muurspiegel.
Er zijn wel een paar leuke cafeetjes.
Het deurgat links herbergt de toeristische dienst.
We nemen plaats op het terrasje van restaurant-bar-hotel-appartementen
Narciso, en Greta gaat even checken of ze hier Morisco toiletten hebben.
Enkele minuten later zie ik de barmeid de deur sluiten en op slot doen.
Dank zij mijn koelbloedige, maar dringende tussenkomst kan ik de bardame
ertoe bewegen de deur opnieuw los te maken en Greta
na verloop van tijd te laten ontsnappen.
Hier zie je Greta opgelucht opnieuw in de open lucht en de barmevrouw,
die opnieuw de deur op slot doet.
Greta is heel tevreden met haar Great Escape en laat haar koffietje smaken.
Het is duidelijk dat in dorpjes als dit de invloed van de Moren nog niet verdwenen is.
Dit is nog vooral terug te vinden in de landbouw, de architectuur,
de lokale keuken, de verschillende Arabische plaatsnamen,
en de lokale manier van tapijtweven, zoals je hier ziet op het pleintje.
Tegenwoordig zijn het wandelaars, maar ook fietsers, die de dienst uitmaken.
Vooral wandelen in de Alpujarras zit stevig in de lift.
De bewoners daarentegen dalen stelselmatig in aantal.
De toeristische dienst wordt zelfs verzorgd door een Zweeds blondje.
Jonge mensen worden aangetrokken door de “plasticultura ”,
zoals de lokale bewoners dit noemen: het kweken van groenten en fruit
in plastic serres, voornamelijk in de richting van Almeria,
waar vier oogsten per jaar normaal zijn.
We rijden terug naar beneden, huiswaarts. Pampaneira is nummer 2 op de foto.
Eerst steil naar beneden en dan, door Orgiva, nummer 1 op de foto.
Altijd maar naar beneden, via een nieuwe brede autoweg.
We zien nog een groot stuwmeer, voor de drinkwatervoorziening van Motril.
En dan verder langs de kust. Het is gedaan.
Goodbye Granada. Tot ziens.
31-05-2009, 00:00 geschreven door grob
25-05-2009
KOKENETEN: povere pistachepeulen pellen is niet plezant!
Terug uit Spanje, met ons karretje.
Stilaan geraken we, na zeven maanden lente, toch gewend aan het lokale klimaat.
Niet alleen het weer is nog wat wisselvallig, maar er is bovendien een
technisch probleem opgedoken: ons maandelijks ADSL downloadvolume
van 1000 Megabyte was al op drie dagen opgebruikt.
Tot die conclusie kwam ik woensdagavond.
Gevolg: tot op dit moment “genieten” we van een smalbandverbinding.
Onze provider houdt ons dus in leven via een strohalm.
Alle vorige jaren hadden we genoeg aan het volume, maar het lidmaatschap
van Greta’s Mailgroup Photoshop heeft een turbo-effect te weeg gebracht.
Intussen heb ik een ander soort abonnement besteld, maar
“de aanvraag is lopende”.
Sorry dus, als er hier of daar een onvolkomendheid is.
Laten we het maar liever over serieuze dingen hebben, zoals: lekker eten.
De gerechten die de laatste tijd aan bod kwamen vonden meestal hun oorsprong
rond de Middellandse Zee. Vandaag blijven we opnieuw in dezelfde omgeving.
We maken ons een speciaal, maar zeer smakkie-smakkie gerechtje uit Turkije.
Volgens het kookboek zijn het “Kippenvleesrolletjes met Pistaches”,
maar Turken begrijpen het enkel als je het piliç sarmasi noemt.
Turkije heeft natuurlijk geen uitgesproken Bourgondische keuken,
want de bewoners zijn historisch niet de meest welvarende,
en dus is de traditionele keuken gebaseerd op wat de bewoners
konden vinden in hun omgeving.
De ingrediënten worden al eeuwen ter plaatse gekweekt, en zijn ook bij ons
gemakkelijk op te sporen, namelijk: kip, kaas van koe of schaap,
sinaasappels en pistaches.
De kaas: oorspronkelijk van de Turkse schapen, maar van een koebeest kan ook.
Pistaches: ik vond er in Spanje enkel met de pel er aan,
maar half open en gezouten.
Van de ganse bereidingstijd heb ik 80% besteed aan het pellen van de pistaches.
En geëindigd met pijnlijke vingers ook nog.
Als je dit kunt vermijden door gepelde te gebruiken: des te beter dus.
De pistaches geven wel een niet alledaags en verfijnd smaakje aan het geheel.
Hier sta ik op het punt de Spaanse Sidra er aan toe te voegen,
om het te laten sudderen in een heerlijk vocht.
Greta neemt een onzichtbare foto van buiten het raam, à la candid camera.
Gelukkig ben ik niet in mijn neus aan het peuteren..
ingrediënten voor 2
bereiding
2 kipfilets (mooi gevormd)
was de kipfilets en dep ze droog
pezo
leg de stukken plat op een snijplank
150g (gepelde) pistachenootjes
deel ze met een scherp mes dwars doormidden
50g jonge kaas (koe en/of schaap)
zodat je 8 dunne plakjes verkrijgt
…in Spanje, neem Manchego
bestrooi ze luchtig met wat zout en peper
cocktailprikkers
maal ½ van de pistachenootjes met een mixer fijn
1 eiwit
verdeel deze vermaling over de plakjes kip
3 el olie
rasp de kaas in dunne plakjes en leg deze er bovenop
1tl bloem
rol de kippetjes op en zet de eindjes vast met prikkers
sap van 2 sinaasappels (of vers sap)
roer het eiwit los in een diep bord
cayennepeper of Piments d’ Espelette
hak de rest van de pistachenootjes iets grover
4 sinaasappelplakjes als garnering
strooi ze uiteen over een bord
wentel de kippetjes door het eiwit en door de nootjes
druk de nootjes aan
verhit de olie in een pan
laat de rolletjes hierin 8 à 10’ rondom bakken
haal ze uit de pan en hou ze warm (microwave bijv.)
doe de bloem in de pan, blus met het sinaasappelsap
breng deze saus even aan de kook
breng met een beetje zout + cayennepeper op smaak
giet de saus over de rolletjes
dien op met de plakjes sinaasappel
lekker: geserveerd met “Goud en Zilver”
De appelsiensaus is ook niet zo gekend en/of gebruikt in de Benelux,
maar past wonderwel bij de pistachesmaak.
De appelsiensaus heeft een mooi kleurtje, beetje curieachtig.
Ook de kip ziet er smakelijk uit, met de jasjes van pistaches.
Als bijgerecht nam ik eentje, dat bijna overal bij past en bovendien
heel lekker is: Goud en Zilver.
Het receptje hier al aan bod gekomen, maar volledigheidshalve
staat het hier nog eens.
En ook dit is om heerlijk van te snoepen.
Eet smakelijk.
ingrediënten voor 4
bereiding
500 g wortels
wortelen en uien schillen
300 g uien
in schijven of plakjes snijden
boter en/of olijfolie
vetstof in de pot doen
peper
de groenten daarin al roerend 5´ laten smoren
tijm
1/8 l heet water/cider, boeljonblokje, kruiden en suiker toevoegen
suiker
aan de kook brengen, pan afdekken en op klein pitje gaar koken
peterselie, fijngehakt
naar gelang de stevigheid van wortels en uien is dit 10 à 15´
boeljonblokje
groenten op smaak brengen en met gehakte peterselie bestrooien
water of (Spaanse) cider
Afgeleid van Time Life, Koken in de Wereld, Turkije, pag.122
25-05-2009, 00:00 geschreven door grob
15-05-2009
nog eens in de zoete (granaat)appel bijten: Granada (2)
Als je langs de ring rijdt rond Granada krijg je helemaal niets te zien van de stad.
Het is een totaal andere wereld ook. De ring is naakt, gebaseerd op
hoge snelheid, en leidt in veel gevallen naar de afrit “Sierra Nevada”,
vooral in het weekend als de Spaanse macho’s en macha’s losgeslagen zijn.
Mocht je er ooit gaan skiën, ga dan voor een paar dagen midweek.
Veel rustiger en goedkoper.
De stad ligt eigenlijk in een grote slakom, omringd door de hoogste
bergen van het Spaanse vasteland.
Alleen de Teide op Tenerife rekt zijn eenzaam kopje nog wat hoger.
De binnenstad zelf is zeer gezellig, als je van de Spaanse way-of-life houdt.
De meeste straten in het centrum zijn smal, en niet geschikt voor autoverkeer.
Daarom zijn (bijna) alle straten éénrichting, wat het totale beeld rustiger maakt.
Granada is ook een universiteitsstad, en studenten maken de boel altijd wat levendiger.
Vandaag trekken we een hele dag uit voor een Granada klassieker: de Albaycinwijk.
Het is waarschijnlijk hét stadsdeel in heel Spanje, waar je het meest frappant teruggebracht wordt
naar de Moorse periode van Al Andalus (zoals Andalusië toen genoemd werd).
Granada werd als laatste stad heroverd op de Moren in 1492.
Lang daarvoor was dat al gebeurd met de toen belangrijke Moorse stad Baeza,
in het noorden van Andalusië.
De Moorse inwoners van die stad waren gevlucht naar het toen veilige Granada,
en vestigden zich in een nieuw stadsdeel, Albaycin genoemd naar de stad van herkomst.
We vertrekken 200 meter te voet uit het hotel, en steken de rivier Genil over
via een andere brug. De Genil is fameus opgezwollen, door het smeltende ijs
van de Sierra Nevada.
Waar wijzelf leven staan alle rivieren die in de zee uitmonden kurkdroog.
Dat komt natuurlijk ook door de talloze afdammingen voor drink- en ander water.
Net over de rivier zien we een brede laan (waar natuurlijk wegenwerken
aan de gang zijn)
met weinig verkeer en groene aanplant.
Het moment om te ontbijten.
We vleien ons neer aan de straatkant, en beginnen met de grootste
verse appelsiensap die ik al gezien heb.
Greta heeft een beetje pech als ze zout schudt op haar tostada met tomaat,
want de vorige gebruiker had het dopje van het zoutvat losgeschroefd…
Na de smakkie-smakkie gaan we honderd meter terug tot bij een reuzefontein
die twee boulevards van elkaar scheidt.
Achter de fontein zie je al twee witte gebouwtjes met rode strips bovenaan.
We zien hier over heel de lengte van de boulevard stalletjes met boeken.
Dergelijke stalletjes ophoping heb je ook in Malaga, langs de Alameda Principal,
maar dan zijn het enkel toeristische waardeloze spullen die verkocht worden.
Niets daarvan in Granada. Hier vind je alleen maar boeken.
Niet (alleen) stationsromannetjes, maar vooral echte oude (her)uitgaven
zijn de smaakmakers.
Sommige werken zijn versierd met figuren in puur bladgoud.
Eén bepaald stalletje heeft enkel maar miniatuurboekjes.
Omdat ze ontzettend klein zijn, liggen er honderden, zoniet duizenden.
De verkoper zegt: “Ik heb alles”, maar dan in het Spaans.
Om hem te testen vraag ik hem of hij dan ook de Kamasutra heeft.
Voor ik “vuurtongsalamander” kan zeggen heeft hij het in de hand.
Hij voegt er wel aan toe dat zijn versie zich enkel richt naar kleine
miniatuurpiemeltjes, formaat AAA-batterij.
We zoeken en vinden onze weg naar het meest bekende plein in Granada:
de Plaza Nueva. De Tourist Office is hier, en verschillende tapabars.
Waar de rivier de Darro onder het plein verdwijnt, nemen we de Carrera de Darro.
Een eindje verder zie je een van de brugjes over de Darro.
Het is een nauwe straat, met rechts in de hoogte, op de foto onzichtbaar: het Alhambra.
Een eindje verder in de straat bezoeken we de Baños Arabes,
de best bewaarde Moorse baden van Spanje.
Bijna alle andere werden vernietigd door de Katholieke Koningen,
omdat ze dachten dat het bordelen waren.
Moeilijk foto’s maken hier, want heel donker.
De straat gaat verder de hoogte in.
Waar de Carrera overgaat in de Paseo de los Tristes, is een overheerlijk pleintje.
Paseo de Los Tristes kreeg vroeger die naam omdat het kerkhof van Granada er was.
Op dit fantastische pleintje, met veel studenten, kijkt Greta naar het Alhambra.
Ze wordt er duizelig van en moet steun zoeken bij een boompje.
Naast een live gitarist nemen we plaats aan het “Café au Lait”,
onder een rieten dak.
Schitterend zicht op het Alhambra en Generalife.
Een Fransman uit Rouen bezorgt ons een frisse Cerveza grifo.
De eerste tapa van vandaag wordt er gratis bij gezet.
Dit is een van mijn lievelingsplekken. Dit is de hemel.
Met lood en een Cerveza in onze benen gaan we de weg verder, recht omhoog,
zoals aangeduid op mijn plannetje van Lonely Planet.
Meestal is de route goed aangegeven.
Een paar maal lopen we een verkeerd straatje in, maar dat geeft niet:
het is een labyrint en vroeg of laat kom je er weer uit.
We bezoeken nog het interieur van een kerk met (vroegere) moskee als annex,
de Colegiata del Salvador.
Verder komen we op de Plaza Larga, waar de wekelijkse markt op zijn einde loopt.
Doorheen een Moorse poort, de ingang van de vroegere stad, met hoefijzerbogen,
gaan we naar de bekendste mirador.
Het pleintje aan de San Nicolaskerk is bekend voor zijn panorama. Veel volk hier.
Fantastische zichten op Alhambra, met in de achtergrond de massa sneeuw van de Sierra Nevada.
Vanaf nu gaat het opnieuw naar beneden.
In de ultrasmalle straatjes rijden eveneens smalle busjes (nrs. 31 en 32),
ook af en toe tegen de huismuren, waar nog brokken zijspiegel aanhangen.
Het pleintje San Miguel Bajo nodigt uit voor een lunch.
s
We kiezen in de hoek het restootje Rincon de Aurora, met goede bediening
en lekkere tapas “a compartir”.
We maken nog een ommetje langs het authentieke 16de eeuwse huis Casa de Porras,
met gedeeltelijk houten patio, als je omhoog kijkt. Het is een leuk plaatsje,
behoort tot de univ en er zijn altijd tijdelijke tentoonstellingen met schilderwerken.
Op zoek naar het 15de eeuwse Palacio de Dar-al-Horra,
...doorlopen we een lang traject met decoratieve graffiti, in alle kleuren en vormen.
We betrappen zelfs een graffitispuiter op heterdaad!
Het Palacio is dicht wegens siësta, maar onverwacht ontdekken we
een groot nieuw aangelegd plein, met zitbanken, fonteinen en grandioos zicht
op Alhambra en de bergen.
Let op: het wit is sneeuw, en enkel aan de rechterkant is ook een klein wolkje zichtbaar.
Dit jaar is de sneeuw veel later aan smelten toe.
Ook hier was de winter harder dan gewoonlijk.
Vanaf nu gaan we naar beneden via enkele straatjes, bewoond (opnieuw!) door Marokanen.
In deze C/Caldereira Nueva zijn alle teteria’s geconcentreerd.
In tegenstelling met wat je zou denken zijn het gewone theesalons.
Op de voorgrond links zie je bijvoorbeeld La Flor del Té.
Ook voor de rest waant men zich in een Marokkaanse souk.
We steken de drukke Gran Via Colon over, en gaan rond de kathedraal,
op zoek naar het beste ijs van Granada, dat van Los Italianos.
We vinden het niet en zoeken troost op de Plaza la Romanilla op het terras
van El Aguador, naam gegeven door toedoen van een flink uit de kluiten
gewassen waterdrager met ezel.
Twee pinten en een bord gratis tapas later stappen we op en vinden toch Los Italianos,
vanwaar we een ijsje meenemen, en opslurpen op een bank.
Even verder pronkt het standbeeld van de Katholieke Koningen, Ferdinand en Isabella
die duizenden mensen hebben laten ombrengen.
kath
Veel leuker zijn de patio’s, waar de Spaanse way-of-life tot zijn recht komt.
Hier op inspelend spreken we een van de talloze taxi’s aan en voor 3.8 €
zitten we tien minuten later terug in het hotel, voor een siësta.
We gaan daarna te voet terug naar het centrum via de C/San Anton.
Een glaasje bier, opnieuw in de Aguador aan de toog smaakt met de (gratis) tapas.
Greta's ogen worden al wat kleiner.
Je hebt een tapa en je hebt een tapon.
Als een woord in het Spaans eindigt op “-on”, betekent dat: een grote versie van iets.
Bijvoorbeeld “caja” is een doos, en een cajon is een grote doos.
Zoals men ook hier bedoelt aan een barretje aan de Carrera del Darro:
Op de Gran Via Colon vinden we een heerlijk superkitschcafé, de “Via Colon”,
(men bedoelt niet dat men hier grote cola serveert, dát is enkel in de States).
We drinken elk 2 glazen tinto, met gratis tapas, en zien dat alles goed is
in dit geweldige café, behalve een ober die ik zie rondlopen met een half gezicht.
Tenzij ik niet goed meer kan zien door het nuttigen van al die tapa’s en tapons.
We zijn weer heel flink en gaan te voet terug naar het hotel, ditmaal via de brede Acera del Darro.
15-05-2009, 00:00 geschreven door grob
14-05-2009
tussendoor (de regendruppels)
Momenteel verblijven we in Quillan, sinds zondagavond.
Quillan ligt tussen Perpignan en Carcassonne.
In het katholieke geloof zijn er drie stadia van gelukzaligheid:
de hemel, hel en vagevuur.
Dit systeem, denk ik is ook van toepassing op het weer.
In Malaga de hemel, in Belgie de hel, en in Quillan het vagevuur.
In het begin ging het goed, maar vandaag niets dan regen.
God wil ons al voorbereiden op Belgie.
Ik heb het volgende verslag van het verslag over Granada dus kunnen maken.
Tweemaal heb ik het ge-upload, maar het ging hier niet door op de plaatselijke wifi.
Morgen nog eens proberen.
Vanuit Vatan, in de Loirestreek, want morgenvroeg zetten we een stap verder.
14-05-2009, 20:46 geschreven door grob
08-05-2009
morgen naar El Raco de la Pintora in Alberic
Vandaag zal het verslag kort zijn: morgenvroeg vertrekken we
voor een hele tijd van Spanje naar Belgie.
Naar goede gewoonte zal dat heel relax en rustig gebeuren.
Ik had nog het vervolg over Granada willen klaarstomen,
maar het kon er niet meer bij.
Murphy is trouwens recent ook een paar keer op bezoek geweest.
Terwijl ik gisteren avond de wagen nog even nakeek
op visuele gebreken, zag ik diep in de rechter achterband
een schroef zitten.
Ik weet niet hoe lang we er zo al mee rond rijden, maar met
meer dan 2000 km voor de boeg, wordt dat beter hersteld,
des te meer omdat de wagen afgeladen vol zit,
en het reservewiel, helemaal onderaan zijn plaats heeft.
Gelukkig zijn de garages hier tot de avond open en was het
vrij vlug hersteld (hoop ik).
Als ik vanmorgen uit mijn bed kwam, was het eerste
wat Greta zei (zij was naar dagelijkse gewoonte natuurlijk
al veel vroeger op om te Photoshoppen):
"We hebben geen internet meer".
Leuke manier om wakker te worden.
Toen ik na enkele tijd mijn ogen open had, zag ik
dat van de router geen enkel lampje brandde,
en dat zijn er toch normaal een drietal.
De router is aangesloten aan het net via een blok van vijf
stopkontakten, met schakelaar en een draad.
Je kent dat wel.
Toen ik op de schakelaar drukte om te zien of het
daaraan lag, sprong hij er uit en tegelijk de lucht in.
Om een lang verhaal kort te maken:
ik kreeg het apparaat (voor lopig) terug aan het praten.
Kwam er vandaag nog bij, tussen al het inpakken en rommelen,
dat Microsoft absoluut de nieuwe versie Internet Explorer 8
voor XP wou installeren, en de server van seniorennet
ging twee uur geleden plat, toen ik dit afscheidsbriefje wou sturen.
Dat alles maar om te zeggen dat ik al in mijn bed moest liggen.
Ik hoop de volgende dagen on line te kunnen gaan, om verder
de trip naar Granada uit de doeken te kunnen doen
en andere dingen, maar zekerheid heb ik niet.
Morgen slapen we in Alberic, in het echte binnenland,
een eindje voor Sevilla, in hotelletje "Raco de la Pintora".
Hasta la proxima. Tijd voor de zandman.
08-05-2009, 00:00 geschreven door grob
tophotel "Huerta de la Paloma" in Priego de Cordoba
Poolse Jonagoldplukker in Haspengouw
tulpenbootje in Meliskerke/Zeeland
discrete blik achter de schermen in Segovia
beste Spaanse tapabar: Gambrinus in Toledo
aan het werk in hoteltuin in Alberic
aan de Groenplaats met Seniorennet
met vrienden in El Palmar (Valencia)
catamaran van Tarifa naar Tanger
lunch in Parador van Arcos de la Frontera
Viking van de Geiranger fjord