Ik ben Paulie, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Prettig gestoord.
Ik ben een man en woon in Menen (België) en mijn beroep is Het zotteken uithangen.
Ik ben geboren op 19/03/2005 en ben nu dus 19 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Iedere dag lekker rondfladderen in het huis en vooral aan mijn baasje zijn oren knabbelen.
Ik ben hier aangekomen op 15 juni 2005 en ik was toen 12 weken oud en ik moet zeggen, ik ben hier met mijn gat in de boter gevallen.
De gewassen en schoongemaakte sla over borden verdelen.
De kalfslever in reepjes snijden en met de salie in een paar minuten mooi roze bakken in de hete olie.
Uit de pan nemen en verdelen over het slaatje.
De braadpan deglaceren met de azijn, kruiden met peper en zout en laten doorwarmen.
Over het slaatje gieten en afwerken met pijnboompitten.
Lauw serveren.
Gemarineerde lamsfilet met cassisbessensaus
Ingrediënten voor 4 personen
600 g lamsfilet 3.5 dl wijn (rood) 5 jeneverbessen 1 kruidnagel 1 kruidentuiltje 2 uien 5 cl olijfolie (extra vierge) peper zout 2.5 eetlepels cognac 1 wortel 50 g champignons 16 teentjes knoflook 150 g verse kaas (mager) 0.5 theelepel maïszetmeel 2 eieren 2 eiwitten 10 g boter (bakboter) 250 g cassisbessen 10 g suiker 5 cl wijnazijn (wit) 1 dl vleesbouillon 1 theelepel maïszetmeel 2 tomaten 10 g kervel
Het lamszadel (laten) ontbenen en verdelen in mooie filets.
Het vlees samen met de beenderen gedurende 24 uur laten marineren in de rode wijn, samen met het kruidentuiltje, de jeneverbessen, de helft van de gepelde ui met kruidnagel en wat peper en zout.
De kom goed afdekken en in de koelkast zetten.
Na de marineertijd het vlees en de beenderen uit de marinade nemen.
Het vlees afdrogen met keukenpapier.
De olie verhitten in een stoofpan.
Daarin het lamsvlees kleuren.
Kruiden met peper en zout.
Blussen met de cognac en flamberen.
Vervolgens de rest van de ui, wortel en champignons toevoegen, een teentje knoflook en het kruidentuiltje uit de marinade.
Overgieten met de gezeefde marinade.
Het lamsvlees op een zacht vuurtje laten gaarstoven.
Ondertussen de lookflan klaar maken.
De oven voorverwarmen op 240 graden.
De lookteentjes pellen en ze gaarstoven in een weinig water.
De gestoofde look fijnmixen en vervolgens het maïszetmeel, de eieren, de verse kaas, peper en zout toevoegen.
Mixen tot een fijn mengsel wordt bekomen.
De eiwitten stijfkloppen en het geklopte eiwit voorzichtig door het mengsel spatelen. Soufflévormpjes beboteren en vullen met het flanmengsel.
De flan gedurende 20 minuten laten garen in een warmwaterbad in de oven.
Het lamsvlees uit het stoofvocht nemen en warm houden.
Aan het stoofvocht de cassisbessen toevoegen, samen met de suiker, de wijnazijn en de vleesbouillon.
Tot de helft laten inkoken en vervolgens door een zeef gieten.
Nogmaals goed laten inkoken.
Indien nodig, binden met wat maïszetmeel.
Op smaak brengen met peper en zout.
Het lamsvlees tot mootjes van ongeveer 1 centimeter dikte snijden en verdelen aan de zijkant van voorverwarmde borden.
In het midden de lookflan leggen en de lamsmootjes overgieten met wat cassissaus.
Versieren met in blokjes gesneden tomaten en enkele plukjes kervel.
Warm chocoladetaartje
Ingrediënten voor 4 personen
125 g chocolade (puur) 25 g boter (roomboter) 4 eieren 30 g bloem 75 g suiker
Laat de chocola, in kleine brokjes gebroken, met de boter smelten.
Sla de eierdooiers met de helft van de suiker schuimig en voeg geleidelijk het meel toe.
Sla de eiwitten stijf met de rest van de suiker.
Voeg beide mengsels toe aan de chocola en schep luchtig door elkaar.
Zet de massa een poosje in de koelkast. (Dit chocolademengsel kan eventueel zelfs een dag van tevoren worden gemaakt.)
Beboter 6 vormpjes, bestrooi die met meel en doe het mengsel erin (schenk ze niet te vol, de eieren gaan nog uitzetten).
Zet de bakjes ongeveer 7 minuten in een op 170°C voorverwarmde oven.
De taartjes zullen vanbinnen nog zacht zijn.
Serveer met een muntsausje of met een gekonfijt sinaasappelschilletje.
De drumsticks kruiden met peper en zout, bestrijken met honing en ze in 15 minuten goudbruin laten bakken in de hete boter.
Uit de pan nemen en warm houden onder folie.
Het braadvet weggieten en de bodem van de pan deglaceren met kippenbouillon.
De room en het kerriepoeder toevoegen en kruiden met peper en zout.
Tot slot de geraspte appel door de saus roeren.
De drumsticks op verwarmde borden schikken en overgieten met de saus.
Gegratineerde bloemkool
Ingrediënten voor 4 personen
1 bloemkool 250 g ham 1.5 dl melk (halfvol) 20 g boter (bakboter) 30 g bloem (tarwebloem) 100 g kaas nootmuskaat peper
De bloemkool wassen en halfgaar koken in licht gezouten water.
De boter verwarmen en er de bloem door roeren.
De melk en het kookvocht in gelijke hoeveelheden toevoegen en de saus onder voortdurend roeren, laten doorkoken.
De fijngesneden ham en driekwart van de gemalen kaas door de saus roeren.
Op smaak brengen met nootmuskaat en peper.
Een vuurvaste schotel beboteren.
Hierin de uitgelekte bloemkool plaatsen en overgieten met de saus.
Bestrooien met de rest van de gemalen kaas en laten gratineren.
Biscuit met boterroom
Ingrediënten voor 4 personen
80 g suiker 4 eieren 80 g bloem (tarwebloem) 1 theelepel maïszetmeel 75 g hagelslag 250 g boter (roomboter) 5 eierdooiers 125 g suiker 1 dl water 1 zakje vanillesuiker
De eieren en de suiker zeer luchtig opkloppen in een warmwaterbad.
Laten afkoelen.
De bloem zeven en door het ei-suikermengsel spatelen.
Een springvorm lichtjes beboteren en vullen met het beslag.
Bakken in een voorverwarmde oven van 220 graden tot de biscuit mooi bruin is en laten afkoelen.
Ondertussen de boterroom maken.
Hiervoor de suiker en het water aan de kook brengen en opkloppen tot een klare, kleverige siroop.
De suikersiroop beetje bij beetje bij de eierdooiers voegen en kloppen tot een schuimig mengsel.
De zachte boter in kleine hoeveelheden bij het mengsel voegen en roeren tot een lichte crème wordt bekomen.
De taart met een groot mes in 2 schijven snijden.
Een schijf bestrijken met boterroom en de tweede schijf er terug opleggen.
Ook de zijkanten insmeren met boterroom en de taart door de hagelslag rollen.
Verwijder de steeltjes van de kruiden en hak ze fijn.
Snipper de ui.
Verwarm de helft van de olie en fruit de ui.
Voeg de quinoa toe en laat al roerend even meebakken.
Voeg per kop quinoa 1.5 kop kokend water toe en breng de quinoa aan de kook.
Voeg na ongeveer 5 minuten de bouillon en de gehakte kruiden toe en laat de quinoa op een zacht vuur verder garen.
Snij de hazelnoten in grove stukken en de seitan in kleine blokjes.
Verwarm de rest van de olie en bak de seitan samen met de noten.
Bestrooi de seitan met wat peper.
Roer de gare quinoa bij de seitan met de noten en laat nog een minuutje bakken.
Bestrooi dit gerecht met peterselie.
Shortbread
Ingrediënten voor 4 personen
115 g boter (roomboter) 50 g basterdsuiker 225 g bloem 4 theelepels suiker
Shortbread is een kruimelig Schots biscuit, met een volle botersmaak.
Ook voor shortbread heeft iedere Schotse familie haar eigen recept.
Sommigen rollen het deeg dun uit, anderen maken er langwerpige koekjes van minstens 1/2 cm dik van.
Bereiding:
Klop de boter en de suiker met de handmixer in ca. 5 minuten tot een romige massa.
Klop de bloem er in gedeelten door tot een stevig deeg ontstaat.
Rol het deeg op een met bloem bestoven aanrecht uit tot een ronde lap van ca. 22 cm doorsnede.
Leg de deeglap op een met bakpapier beklede bakplaat.
Snijd de lap in 12 punten en prik met een vork gaatjes in de punten.
Bak de biscuits in een voorverwarmde oven van 150°C in 30-45 minuten goudbruin en gaar. Laat de biscuits op een taartrooster afkoelen en bestrooi ze met fijne tafelsuiker.
De gelatineblaadjes weken in koud water en oplossen in de warme kippenbouillon.
De gekookte en gereinigde artisjokbodem met een mixer fijnmalen, samen met de bouillon. Dit mengsel laten afkoelen en vervolgens afwerken met de opgeklopte room.
De mousse laten opstijven in de koelkast.
2 vellen aluminiumfolie van 30 x 30 centimeter bedekken met de sneetjes ham en hierop de artisjokmousse strijken.
Het geheel in de lengterichting van de hamsneetjes oprollen en het rolletje in de folie wikkelen.
De uiteinden lichtjes omdraaien.
De rolletjes in de diepvries leggen tot ze volledig hard zijn.
Ondertussen van het wit brood knapperige ronde toastjes bakken in wat olijfolie.
Na ongeveer 2 uur uit de diepvries halen en de folie verwijderen.
In plakjes snijden en deze op de toastjes leggen.
Brochette van zeeduivel en vleestomaten
Ingrediënten voor 4 personen
500 g zeeduivelfilet 4 tomaten 1 Chinese kool 1 appel (Jonagold) 4 cl olijfolie (extra vierge) peper zeezout 2 takjes dille 3 dl water 10 cl azijn 60 g suiker zout
Een marinade maken door water, azijn, suiker en een flinke snuif zout te mengen en aan de kook te brengen.
De Chinese kool en de appel fijnsnijden, warm marineren en op smaak brengen met peper en zout.
Een spies opvullen met blokjes zeeduivel en kwartjes vleestomaat.
In olijfolie bakken of roosteren op de grill.
De marinade van Chinese kool en appel op een bord leggen.
De spies erop schikken en garneren met appelschijfjes en dilletakjes.
Gebraden langoustinestaartjes met gefrituurde groenten
Ingrediënten voor 4 personen
20 langoustines 2 uien 1 takje tijm 4 bosjes peterselie 2 blaadjes laurier 2 dl water 4 wortelen 2 preiwitten 5 sjalotten 1 appel olijfolie om te bakken 200 g boter (roomboter) theelepels kerriepoeder peper zout
Maak de helft van de wortelen schoon, schil de uien en snijd in grove stukken.
Ontdoe de langoustinestaartjes van hun harnas.
Maak een krachtige bouillon van de langoustinekopjes.
Kook ze daarvoor in het water samen met de ui, wortel, tijm, laurier, peterselie, peper en zout. Laat gedurende 1 uur sudderen.
Was de prei. Snijd de rest van de wortel en de prei in een fijne julienne.
Schil de appel en snijd in dobbelsteentjes.
Zeef de bouillon, voeg er de versnipperde sjalotten aan toe en laat tot 3/4 van het volume inkoken.
Klop luchtig met boter op en kruid met kerrie, peper en zout.
Hou warm.
Bak de staartjes en appel afzonderlijk in wat olijfolie.
Hou warm.
Frituur de prei en de wortel in een mooie heldere frituurolie.
Nappeer de saus op het bord.
Leg de gefrituurde groenten in het midden.
Schik de staartjes er rond en overstrooi ze met appeldobbelsteentjes.
Pladijsfilets op een bedje van sojascheuten
Ingrediënten voor 4 personen
400 g pladijsfilet 125 g sojascheuten 2 tomaten 1 teentje knoflook 1 takje oregano 2 takjes dille 1 eetlepel bieslook (fijngehakt) 25 g boter (bakboter) 0.5 dl room peper zout
De tomaten even laten schrikken in kokend water, onmiddellijk afkoelen in koud water, pellen, de pitjes verwijderen en het vruchtvlees in dobbelsteentjes snijden.
De sojascheuten in een brede, lage magnetronschaal leggen.
Bevochtigen met een weinig water, op smaak brengen met peper en zout en drie minuten laten garen bij 850 W.
De tomatenblokjes erbij voegen tegen de wanden van de magnetronschaal en opnieuw een viertal minuten laten garen bij 850 W.
De visfilets, eventueel opgerold, op de groenten leggen.
Kruiden met oregano, peper en zout.
Bedekken met enkele vlokjes boter, afdekken en nog 8 minuten laten garen op 850 W.
Het stoofvocht afgieten, laten inkoken met de room en op smaak brengen met peper en zout.
Het ingekookte stoofvocht opnieuw over de bereiding gieten.
Garneren met gesnipperd bieslook en takjes dille.
Serveren met rijst.
Platbrood met druiven
Ingrediënten voor 4 personen
30 g gist 2.4 dl water (lauwwarm) 360 g bloem (volkoren) 30 g boter (bakboter) 180 g druiven (blauw) 7 theelepels suiker
Verwarm de oven voor op 200°C.
Los de gist in circa 10 minuten op in water.
Doe het mengsel met de bloem in een kom en meng het met een vork in een ronddraaiende beweging tot het water is geabsorbeerd en het deeg is gevormd.
Vorm het deeg tot een bal en leg deze op een met bloem bestoven werkoppervlak: kneed het een paar minuten met de palmen van uw handen tot een glad deeg.
Kneed het weer in de vorm van een bal, leg de deegbal in een met bloem bestoven kom en dek de kom goed af met huishoudfolie.
Laat het deeg rijzen tot het in volume is verdubbeld (de tijd hangt af van de temperatuur in de kamer).
Vet een ronde taartvorm met een diameter van circa 30 cm in met boter en bestuif de bakvorm met bloem.
Rol het deeg uit op een met bloem bestoven werkoppervlak tot het in de bakvorm past.
Doe het deeg in de vorm, dek de vorm af met een doek en laat het nog eens 10 minuten rijzen. Verdeel de druiven over het deeg, strooi er suiker over en bak het brood circa 30 minuten tot het mooi goudbruin van kleur is en goed gerezen.
De tomaten even laten schrikken met kokend water, onmiddellijk afkoelen in koud water, pellen, in vieren snijden, de pitjes verwijderen en het vruchtvlees in reepjes snijden.
De ansjovisfilets in stukjes snijden.
De gehakte peterselie, de knoflook en de stukjes ansjovisfilet even aanstoven in hete olijfolie, de witte wijn toevoegen en een tiental minuten laten inkoken.
De stukjes tomaat, de saffraan en de visfumet toevoegen en een tiental minuten laten sudderen op een zacht vuurtje.
De tongfilets in reepjes snijden en drie minuten in de soep pocheren.
De korstjes van het brood snijden en de sneetjes goudbruin roosteren in een warme oven of in een broodrooster.
De geroosterde sneetjes op de bodem van warme diepe borden leggen, overgieten met de hete soep en serveren.
De schoongemaakte uien in dunne ringen snijden en deze los drukken.
In de bloem wentelen en lichtbruin frituren.
Het sinaasappelsap met de tijm tot de helft inkoken.
Hierbij de visfumet en de honing voegen en dit licht binden met aardappelzetmeel.
Ten slotte de klontjes boter erdoor roeren en op smaak brengen met peper en zout.
De grill verwarmen en het rooster inwrijven met olie.
De grietfilets instrijken met olie en ze aan beide zijden net gaar grillen.
De uienringen op het bord leggen, de saus erover gieten en de grietfilet er bovenop schikken. Garneren met gefrituurde aardappelblokjes en serveren met een frisse salade.
Appeldroom
Ingrediënten voor 4 personen
500 g appelmoes 1 citroenschil 50 g rozijntjes 4 eetlepels viili 1 dl room 2 eetlepels honing (vloeibaar) 20 g amandelschilfers
Schil de appelen, snij ze in parten en verwijder het klokhuis.
Stoof ze met de citroenschil in een bodempje water gaar.
De kalkoenfilet gaarkoken in het gevogeltefond, laten afkoelen en in blokjes verdelen.
De sla wassen, drogen, in reepjes snijden en over borden verdelen.
De selderij in fijne stukjes snijden, de druiven halveren en ontpitten en mengen met de kalkoenblokjes.
De olijfolie opkloppen met de dragonazijn en de zure room erdoor roeren.
Kruiden met peper en zout en door het gevogelte mengen.
Het kalkoenmengsel over de sla verdelen en meteen serveren.
Boeuf Stroganoff
Ingrediënten voor 4 personen
800 g runderfilet (ossenhaas) 1 mespuntje korianderpoeder 250 g champignons 60 g boter (bakboter) 2 sjalotten 5 cl wodka 0.2 dl vleesbouillon 35 g tomatenpuree 0.2 dl room peper zout
Het vlees enige uren vooraf in reepjes snijden ter grootte van een pink.
Bestrooien met korianderpoeder, zout en peper.
Afdekken met rekfolie en in de koelkast laten rusten.
De champignons schoonmaken.
Zorgvuldig droogdeppen tussen absorberend papier.
De paddestoelen in plakken snijden.
De boter verhitten in de pan.
De champignons fruiten op hoog vuur en overscheppen in een kleine cocotte.
Zuinig zouten.
Het gekruide vlees kort aanbakken in dezelfde boter.
De reepjes vlees op de champignons scheppen.
De sjalotten smoren in dezelfde boter.
Flamberen met wodka.
De vlammen doven met vleesbouillon.
De tomatenpuree toevoegen en even laten indampen.
De room erdoor mengen.
De saus over het vlees gieten in de cocotte.
Laten opwarmen gedurende 1 minuut zonder te koken.
Dadelijk opdienen.
Serveren met fijne deegwaren.
In wijn gepocheerde peren
Ingrediënten voor 4 personen
4 peren 1 citroen 3.5 dl water 125 g suiker 1 stokje kaneel 0.5 stokje vanille 4 steranijs 1.25 dl Pineau de Charente
Een lichtverteerbaar nagerecht met fruit uit de lokale boomgaarden, op smaak gebracht met steranijs dat goed voor de spijsvertering is.
Begin met de siroop (bij voorkeur een dag van tevoren zodat alle smaken op elkaar in kunnen werken): kook het water met de suiker en de specerijen 20 minuten, roer de alcohol erdoor en verwarm alles nog 10 minuten op laag vuur.
Halveer de peren, verwijder klokhuis en schil en sprenkel citroensap over het vruchtvlees zodat het wit blijft.
Pocheer de peren 10-15 minuten in de warme siroop.
Controleer met de punt van een mes: de peren moeten stevig blijven.
Neem de peren voorzichtig uit het vocht en laat ze afkoelen.
Schenk er zoveel siroop over dat ze gedeeltelijk onderstaan en laat ze in de koelkast koud worden.
Leg, voor het serveren, 2 peerhelften op een bordje en garneer met een spiraaltje citroenschil. Schenk er een Pineau rosé bij.
De tomaatpartjes op een groot bord schikken en er de gevouwen reepjes gerookte zalm en de schijfjes ui opleggen.
Versieren met blaadjes veldsla, takjes dille en luzernescheutjes.
In het midden van het bord een roosje leggen dat gevormd werd met een lange, vrij dik gesneden tomaatschil.
De zure room lichtjes opkloppen met citroensap, peper en zout.
Op elk hapje een scheutje saus gieten.
Gefrituurde pladijs op een bedje van wortelpuree
Ingrediënten voor 4 personen
600 g pladijsfilet 8 wortelen 4 aardappelen (Bintje) 1 eierdooier 30 g suiker 100 g bloem (tarwebloem) 50 g boter (bakboter) 1 bosje peterselie 1 takje tijm nootmuskaat peper zout
De aardappelen schillen, gaarkoken en daarna pureren.
De wortelen schillen, in kleine blokjes snijden en in een pan gaarstoven met een weinig water, een nootje boter, wat kristalsuiker, een takje tijm en een blaadje laurier.
Op smaak brengen met peper en zout.
Eens de wortelen gaar zijn, ze door de aardappelpuree mengen en er een eierdooier en een nootje boter doorroeren.
De pladijsfilets in porties van vier tot vijf centimeter lengte snijden, op smaak brengen met peper en zout en ze door de bloem wentelen.
Er de overtollige bloem afkloppen en de pladijsreepjes frituren op 180 graden.
Laten uitlekken en warm houden.
De wortelpuree centraal op warme borden schikken en er de gefrituurde pladijsreepjes opleggen.
Serveren met tartarensaus, mayonaise of witte-wijnsaus.
Banketbakkersroom met aardbeien
Ingrediënten voor 4 personen
10 dl melk (vol) 50 g bloem (tarwebloem) 3 theelepels maïszetmeel 8 eierdooiers 250 g suiker 1 stokje vanille 2 dl room 500 g aardbeien
Klop de room op.
1 dl melk, bloem, maïzena, eidooiers en 50 g suiker mengen tot een papje.
9 dl melk, 200 g suiker en het vanillestokje al roerend tot kookpunt brengen.
Het kokende melk-suikermengsel al roerend op het papje gieten en op het vuur blijven roeren tot dikte.
Van het vuur de banketbakkersroom laten afkoelen.
De room opkloppen en onder 100 g van de banketbakkersroom spatelen.
De resterende banketbakkersroom wordt gebruikt voor de bereiding van parfaits.
De vruchten in een diep bord leggen, er de banketbakkersroom over gieten en onder de salamander of ovengril goudbruin gratineren.
250 g bloem (tarwebloem) 5 dl melk (halfvol) 25 g gist 2 eieren 5 g suiker 1 dl zure room 3 cl arachideolie 4 tomaten 250 g spinazie 600 g zalmfilet peper zout nootmuskaat 1 takje dille 1 takje tijm 1 blaadje laurier
De gist oplossen in een beetje lauwe melk en mengen met een lepel bloem, een snuifje zout en suiker.
Dit mengsel op een warme plaats laten rijzen.
In een kom de resterende bloem mengen met de melk en het gistmengsel.
Vervolgens olie, eieren en zure room toevoegen.
Goed roeren en gedurende ongeveer 2 uur verder laten rijzen.
Ondertussen de spinazie schoonmaken, blancheren in lichtgezouten water, goed laten uitlekken, even aanstoven in wat boter en kruiden met peper en nootmuskaat.
De tomaten pellen, de pitjes verwijderen en in stukken snijden.
Op smaak brengen met olie, peper, zout, dille, tijm en laurier.
Per persoon een stukje zalm inwrijven met zout en peper en laten bruinen onder de ovengrill.
Kleine pannenkoekjes bakken en beleggen met spinazie, tomaten en zalm.
Mignonnettes met mousseline van bonenkruid en krab
Ingrediënten voor 4 personen
4 mignonnettes 2 takjes bonenkruid 100 g krabbenvlees peper zout 200 g boter (geklaard) 2 eierdooiers 0.2 dl wijn (wit/droog) cayennepeper 20 g boter (bakboter)
De eierdooiers schuimig kloppen au bain-marie op een laag vuurtje.
Onder voortdurend roeren witte wijn en een scheutje krabbensap toevoegen en er beetje bij beetje de gesmolten geklaarde boter bijgieten.
Op smaak brengen met een snuifje cayennepeper.
Er het verkruimelde krabbenvlees en het gehakte bonenkruid doorroeren en warm houden.
Het vlees goudbruin bakken in hete boter en kruiden met peper en zout.
Op warme borden schikken en overgieten met saus.
Serveren met verse seizoengroenten naar keuze.
Witte chocolade met kwarkmousse en gemarineerde kersen
Ingrediënten voor 4 personen
200 g chocolade (witte chocolade) 100 g kwark (vol) 4 dl slagroom 5 blaadjes gelatine (van 3 g) 5 cl cointreau 3 eieren 150 g suiker 200 g kersen (ontpit) 30 cl suikersiroop 2 cl wodka 2 cl kirsch 1 stokje vanille 100 g chocolade (puur)
Voor de kersen de siroop aan de kook brengen en laten indikken.
Het vanillestaafje, wodka en kirsch toevoegen.
Dit over de kersen gieten en een nachtje laten staan.
De eieren en suiker tot een hard schuim kloppen.
Daarna de slagroom kloppen zonder dat deze stijf wordt.
De chocolade smelten en met de kwark en cointreau mengen.
De gelatineblaadjes in koud water weken en ze laten smelten als ze zacht zijn.
De eieren en de chocolade mengen met de kwark.
Op het laatst de gelatine toevoegen en de mousse in de koelkast zetten om op te stijven.
Wie zich wil wagen aan de chocoladecilinder, laat witte chocolade smelten.
Dit op bakpapier uitstrijken met een plamuurmes en met een dunne kam (maar met een harkje uit de tuinset van je kinderen lukt het ook) strepen trekken.
In de ijskast laten opstijven.
Daarna donkere chocolade laten smelten en over de witte chocolade gieten.
Weer met een plamuurmes gladstrijken en weer in de ijskast laten opstijven.
Uit de ijskast halen, heel even laten liggen en met bakpapier en al rolletjes maken.
Wel geduldig zijn, want anders breekt het.
Daarna de rolletjes weer in de ijskast en net voor gebruik eruit halen, snijden en vullen met de mousse.
De kersen rondom de torentjes dresseren.
Wie geen cilinders heeft gemaakt: de mousse is - als het goed is - stijf genoeg om er andere torentjes van te maken.
Het vlees bedekken met de look en kruiden met zout en peper.
De boter smelten in een ovenschotel en daarin de ui lichtjes fruiten.
De ui uit de ovenschotel halen en apart houden.
In dezelfde boter de kalfskoteletten bakken tot ze goudbruin zijn.
Ze dan bedekken met de ui en er vervolgens de gepelde en ontpitte tomaten en de rode wijn bijvoegen.
Een deksel op de schotel leggen en ongeveer 40 minuten in de oven laten bakken.
Dan de grill van de oven aansteken, het deksel van de ovenschaal nemen, op elk stuk vlees een plakje kaas leggen en de schotel onder de grill schuiven tot de kaas mooi gebruind is.
Onmiddellijk serveren.
Wortelcake
Ingrediënten voor 4 personen
4 wortelen 75 g amandelpoeder 75 g hazelnoten (gemalen) 50 g walnoten (gemalen) 7 eieren 300 g suiker zout kaneelpoeder 50 g paneermeel 50 g bloem (tarwebloem) 7 g bakpoeder 10 g boter (bakboter) 20 g poedersuiker 50 g amandelschilfers
De eierdooiers mooi schuimig kloppen met de helft van de suiker, een snuifje zout en een mespuntje kaneelpoeder.
De gemalen noten (amandelnoten, walnoten en hazelnoten) mengen met evenveel geraspte wortelen, het paneermeel, het bakpoeder en de gezeefde bloem.
Alles door de eierdooiers roeren.
De eiwitten tot sneeuw kloppen met de rest van de suiker en zorgvuldig door het deeg spatelen.
In een beboterde springvorm overscheppen en gedurende 45 minuten bakken in een voorverwarmde oven van 180 graden.
Uit de oven nemen, volledig laten afkoelen en de vorm verwijderen.
Een dagje laten opstijven in de koelkast alvorens aan te snijden.
Bestuiven met poedersuiker en garneren met geroosterde amandelschilfers.
Tip:
In plaats van de taart te bestuiven, kan ze ook worden gegarneerd met suikerglazuur.
Hiervoor moet 200 gram bloemsuiker in een warmwaterbad worden gemengd met 2 eetlepels citroensap en 2 eetlepels kirsch.
2 aardappelen (Bintje) 2 eieren 1 eiwit 15 g bloem (tarwebloem) 0.5 dl melk (halfvol) peper zout nootmuskaat 250 g champignons 40 g boter (bakboter)
De aardappelen koken en pureren.
De eieren en het eiwit toevoegen.
Alles luchtig door elkaar kloppen met een garde.
De bloem en een straaltje melk toevoegen.
Op smaak brengen met peper, zout en nootmuskaat en de massa in de koelkast bewaren.
De champignons reinigen, in schijfjes snijden en bakken in een nootje boter.
Het aardappeldeeg bakken in hete boter in een pan met antikleeflaag en wat fijngesneden, gebakken champignons bijvoegen.
Omdraaien met een paletmes en heel even de andere zijde bakken.
Orecchiette, broccoli
Ingrediënten voor 4 personen
320 g orecchiette 400 g broccoli 100 g pancetta 1 teentje knoflook 3 chilipepers (groen) 50 g Parmezaanse kaas 2 eetlepels olijfolie (extra vierge)
Snijd broccoli in kleine roosjes en de pancetta in dunne reepjes.
Pel het teentje knoflook en snijd het in dunne plakjes, verkruimel de chilipepers.
Rasp de parmezaanse kaas.
Kook de broccoli in kokend water met zout beetgaar.
Verhit de olie in een braadpan en bak daarin de knoflook en pancetta zacht, niet knapperig. Voeg de broccoli en chilipeper toe met zout en peper naar smaak.
Verwarm alles enkele minuten al roerend op het vuur.
Kook de orecchiette al dente in kokend water met zout.
Laat hem uitlekken en schep hem door de broccoli.
Geef er parmezaanse kaas bij.
Tip:
Het is belangrijk dat de broccoli in heel kleine roosjes gesneden wordt zodat die in de orecchiette passen.
Rood fruit op Zwitserse wijze
Ingrediënten voor 4 personen
500 g crème suisse 1 dl room 150 g frambozen 5 dl water 70 g poedersuiker 2 eetlepels citroensap 150 g aardbeien 8 eiwitten 500 g suiker 2 dl water
Klop de crème suisse gedurende 4 tot 5 minuten met de room en eau de vie.
Bereid de frambozencoulis: pureer de frambozen en haal de frambozenpuree door een fijne zeef.
Voeg het water bij de poedersuiker en wat citroensap en laat koken tot een lichte stroop.
Voeg de frambozenpuree toe en laat gedurende enkele minuten inkoken.
Vul de bodem van de coupe met een laagje frambozencoulis en schik hierop het rood fruit. Breng een laagje crème suisse aan in de coupe en laat twee uur opstijven.
Bereid de Italiaanse meringue: laat de suiker en het water koken tot 120°C.
Klop ondertussen het eiwit stijf en giet hierop de suikersiroop.
Roer alles koud.
Garneer hiermee de coupe en kleur even onder de grill.
250 g gemengd gehakt 25 g kaas 10 druppels Worcestershiresaus 6 sneetjes wit brood 30 g boter (bakboter) peper zout 20 g boter (roomboter)
Het gehakt aanmaken met de kaas, de worcestershiresaus, peper en zout.
Uitrollen tot een grote worst van ongeveer 4 centimeter diameter.
Het vlees in aluminium of plasticfolie wikkelen en in de koelkast leggen om hard te worden.
De opgesteven worst in plakjes van 1 centimeter dik snijden en bakken op een zacht vuurtje.
Met behulp van een glas uit elk sneetje brood 2 rondjes snijden en aan beide zijden licht beboteren.
Bakken tot goudgele en knapperige toastjes.
Op elk toastje een minihamburger leggen en versieren naar eigen fantasie met peterselie, fijngesneden ui, schijfjes tomaat of spiegeleitjes van kwarteleitjes.