o primavera
heerlijke bloemennaam,
betekent ook begin
Over mijzelf
Ik ben Van Overstraeten Nicole, en gebruik soms ook wel de schuilnaam yasmin.
Ik ben een vrouw en woon in Halle 1500 (België) en mijn beroep is gepensioneerde leerkracht Nederlands.
Ik ben geboren op 30/06/1946 en ben nu dus 78 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: poëzie, theater, oosterse cultuur, muziek en koken.
Ik publiceerde 4 dichtbundels (De dagen van de winter, Jagen, Sapkracht en De tuinen van Thevenet). In 2006 acteerde ik in 'De koffers zijn gepakt', een theaterproductie van het Masereelfonds, als eerbetoon aan Bertold Brecht.
een lief okerkleurig scharminkel
literatuur, cultuur, small talk
15-12-2007
elizabeth bishop en de kerstman
1.
oeps! het heeft een halve dag geduurd voor we de oorzaak van de kortsluiting in
mijn keukentje vonden! het kraantje voor de watertoevoer van mijn wasmachine
bleek helemaal verkalkt. kleine waterdruppeltjes lekten doorheen het gat (van
de waterleiding) van de vloer naar de kelder, pal op een elektrische leiding!
en zo veroorzaakte dit klein lekkend kraantje een fameuze kortsluiting.
we gaan de kraan eens helemaal losschroeven en bewerken met een ontkalker, in
de hoop dat zo het lekken volledig stopt.
oef, oef! wat een opluchting, weer te kunnen koken! beschikken over elektrisch
comfort is voor ons, beschaafde westerlingen, zo'n gewoon iets, dat indien dit
gegeven wegvalt, wij totaal ontredderd zijn. op zo'n momenten voel ik een
enorme bewondering voor volkeren die overleven zonder al deze poespas. die een
gat in de grond graven en een oventje bouwen. die zich warmen aan een
kampvuur en in de winter dik ingepakt in dierenvellen en op zelfgemaakte
sneeuwschoenen lange tochten ondernemen. die in volledige symbiose met de natuur leven, volledig weerbaar en sterk de
meest onmogelijke temperaturen trotseren en wiens grootste bekommernis is, het
leven in zijn meest authentieke vorm te ervaren.
2.
ik las enkele dagen geleden toevallig een gedicht, geschreven door de
amerikaanse dichteres elizabeth bishop (1911- 1979) *, over haar grootvader, die een
tocht naar het hoge noorden onderneemt. hier komt het:
Voor grootvader
Hoe ver in het
noorden ben je nu al?
-Maar ik ben haast dicht genoeg om je te zien:
onder de
Noordster,
stevig,
breedgeschouderd, & vastberaden,
op scheve
sneeuwschoenen sjokkend
over de harde,
schitterende klonterkorst van de sneeuw
De Aurora
Borealis schijnt in stilte.
Stralen van
rood, van paars,
vlekken je kale
hoofd met kleur.
Waar is je
sealskin muts met oorlappen?
Die oude bontjas
met zwarte knooplussen?
Je zult je dood
opnieuw halen.
Als ik je
voorbij zou lopen, je zou zoenen op je wang,
dan zou je
zilveren stoppelbaard aanvoelen als witte rijp
En zou je
ouderwetse walrussensnor vol ijspegels hangen.
Krak, krak .
Bevroren riemen en krakende sneeuw.
Die drift is
eindeloos, denk ik; zo ver als de Noordpool
Bevat hij geen
schaduw, behalve de zijne en de onze.
Grootvader, toe,
stop! Ik heb het in jaren niet zo koud gehad.
vreemd genoeg dacht ik bij eerste
lezing onmiddellijk aan de kerstman. grappig, niet? tja, in het straatbeeld kom
ik eigenlijk voortdurend kerstmannetjes tegen: het is hier in halle de gewoonte
geworden olijke kerstmannetjes in allerlei formaten en vormen langs de gevels
van de huisjes, op balkonnetjes en langs de ramen te doen paraderen. geen
wonder dat een beetje een kerstman-obsessie mij niet vreemd is!
maar ach, natuurlijk gaan deze verzen niet over de kerstman. dit gedicht bevat
vele 'lagen' en de diepere betekenis van dit sublieme tafereel kan op vele
manieren worden geïnterpreteerd.
het sleutelvers is volgens mij: 'de drift is eindeloos'. de levensdrift dus,
waar alleen de dood een einde kan aan stellen. maar niet alleen de oude man
volgt zijn eindeloze tocht, zijn 'drift': zegt de dichteres zelf niet dat ze
haar grootvader nadert (Maar ik ben haast dicht genoeg om je te zien:) en
uiteindelijk wil voorbijsteken (Als ik je voorbij zou lopen, je zou zoenen
op je wang)? zij ook dus is aangetast door the run for life!
maar heel onverwachts vraagt elizabeth aan het einde van de derde strofe
aan haar grootvader te stoppen, want zij heeft het al in jaren niet zo
koud gehad.... betekent dit dat zij zich bewust is van de kille adem van de
dood, dat zij beseft dat toegeven aan de ongebreidelde, ongecontroleerde
levensdrift eigenlijk alleen maar leidt naar het eindpunt, de dood?
misschien wil elizabeth bishop even blijven stilstaan bij het leven? genieten van de kleine dingen? beseft zij
dat er ook iets anders bestaat dan alleen maar streven naar.... naar wat
eigenlijk? met andere woorden: vraagt deze dame zich, bewust of onbewust af,
wat het doel van het leven eigenlijk is, wat de zin is van het altijd maar
meevlieden met de tijd? stopt het gesleur, stopt die razernij dan nooit?
dit zijn natuurlijk existentiële vragen, dit is ook mijn interpretatie van dit
gedicht. misschien zal een nog aandachtiger lezer andere opmerkingen kunnen formuleren, andere fantasieën ontwikkelen bij de lectuur van dit
gedicht. (ben trouwens benieuwd naar jullie reactie, beste lezers van dit
blog!)
maar ik wil deze introductie toch besluiten met te wijzen op het prachtige tafereel
dat elizabeth bishop in het gedicht 'voor grootvader' oproept, al was het maar omdat
zij met enkele rake pennentrekken de magnetische schittering van het
noorderlicht in de kleuren rood en paars en wit en zilver vastlegt...
Elizabeth Bishop, Edgar Allen
Poe & The Juke-Box: Uncollected Poems, Drafts, and Fragments
kersttijd. ik krijg berichten van stervelingen (oeps! kan blijkbaar mijn engelentaaltje moeilijk loslaten!), die zich klaarblijkelijk
in vreemde gemoedstoestand bevinden. het jaareinde eist zijn tol:
iedereen overwerkt, ondersteboven, superzenuwachtig omtrent de
opeenvolgende reële en imaginaire voorbereidingen voor
sinterklaas, kerst- en eindejaar! olala!
werken, het dagelijks leven, sociale esbattementen en vrijetijdstoestanden,
alles staat in het teken van de rode man met de witte baard, die naar
het schijnt kadookes zal uitdelen, niet alleen aan alle mensen van goede
wil, maar ook aan zij die hun goede wil opzettelijk hebben weggemoffeld diep in
hun zwarte ziel en daardoor erupties van gezeur, immens gekrakeel en wilde
wanhoopskreten toelaten.
ach, de politie waarschuwt voor gauwdieven: we moeten oppassen als we
centjes uit de muur halen, want achter ons in de file staat een potentiële dief die nauw
toekijkt hoeveel geld we afhalen en die ons misschien zal volgen en in een
verlaten straathoek het geld afhandig maken. oei, oei, wat is het leven toch
ingewikkeld geworden: ondanks onze rijkdom en onze mogelijkheden tot
ongebreidelde consumptie moeten we voortdurend en totaal op onze tellen passen.
het dagelijkse leven is een jungle: we moeten altijd voorbereid zijn op helse
verwikkelingen.
ach, desondanks geef ik de vrede alle kansen: natuurlijk ontmoet ik ook leuke,
aangename mensen. in gesprekken op straathoeken, in cafés, in treinen en in
virtuele ruimtes luister ik ontroerd naar hun verhalen, ik koester me in hun
woorden en emoties, ik laat me meedrijven door hun dromen en open al mijn poriën voor hun vrolijke
stromen van positieve energie.
2.
gisteren bijvoorbeeld zomaar een grote kist spaanse mandarijntjes van
mijn afghaanse buren kado gekregen (of zijn het clémentines? heb
het altijd moeilijk met het verschil. op het karton staat oronules
gedrukt - de variëteit). hier en daar was op het velletje reeds een vlekje
verschenen, dus niet meer te verkopen, maar toch nog perfect geschikt voor
heerlijke confituur!
op internet gezwind een recept voor mandarijnconfituur gezocht. in het
frans, want in het nederlands schijnt deze confituur niet zo populair te zijn.
tja, citrusvruchten zijn natuurlijk mediterrane vruchten en de zuiderse dames
weten wel hoe van deze heerlijke zonnebolllekes lekkere jam te maken! op een
turkse website zelfs twee receptjes ineens gevonden, eentje met hele
mandarijntjes (recept van aycam hanun, gerante van de mare & monte oteil
winkel in altinolukin, turkije), en eentje met 'rondellekes', genaamd: 'recept
van mijn moeder'*.
oef! ook in mijn antiek kookboek van de boerinnenbond een recept van
sinaasappelconfituur gevonden. lijkt me wel wat. enfin: zoals altijd maak ik
een amalgaam van alle recepten en volg ik bij het koken een beetje mijn eigen
gedacht en vooral: mijn intuïtie. rondellekes vind ik esthetisch mooi, citroensap erbij
vind ik een must en een likeurglaasje madarine napoléon als afwerking zal zeker
de smaak ten goede komen.
in bijna alle recepten moeten de mandarijntjes twee opeenvolgende nachten in
koud water weken, kwestie zeker van de schil helemaal proper te krijgen. goed
zo, vandaag dus ga ik de vruchten afwegen, wassen en in koud water dompelen.
morgen of overmorgen begin ik eraan. misschien lukt het me wel mooie potjes
stevige en geurige mandaijntjesjam te maken. kan ik mijn maatjes met kerst
verwennen!
ik ben dus van plan als volgt te werken: eerst de clémentinnekes (nu weet ik
het zeker: het zijn clémentines, want de vruchtjes bevatten geen pitten!)
uitgebreid wassen, ze tellen en wegen en daarna enkele grote casserolles zoeken
om ze hun dompelbad te geven. morgen giet ik het weekwater weg, spoel de
vruchtjes nog eens na, snij ze in mooie rondellekes en verdeel deze over vier kookpotten met dikke wand.
kokende confituur heeft ruimte nodig: in het totaal wegen de fruitjes tussen de
vier en vijf kilo, de rondellekes nemen veel plaats in en met suiker en vocht
erbij zou de jam vlug kunnen overkoken (heb jammer genoeg geen supergrote confituurketel!). daarom vier kookpotten dus. (ik gebruik
natuurlijk minutesuiker, gaat rapper, plus min 1 kilo fruit tegen 1 kilo
suiker+ 500 ml vocht!).
3.
foei! hebben we vandaag, op de grote confituurdag, toch geen kortsluiting in de
keuken zeker! ik ben in alle staten! we kunnen niet koken! de elektricien kan
maar pas morgen komen, dus owee, mijn confituur!
het vervolg van dit verhaal lezen jullie overmorgen, beste dames en heren. mijn
rondellekes zullen dit keer zeker lang genoeg geweekt hebben! maar
geen nood: ik heb de porties clémentines al mooi verdeeld over de kookpotten,
met de suiker er bovenop. suiker is niet alleen zoet, maar ook een super
bewaarmiddel!