1.
oeps! het heeft een halve dag geduurd voor we de oorzaak van de kortsluiting in
mijn keukentje vonden! het kraantje voor de watertoevoer van mijn wasmachine
bleek helemaal verkalkt. kleine waterdruppeltjes lekten doorheen het gat (van
de waterleiding) van de vloer naar de kelder, pal op een elektrische leiding!
en zo veroorzaakte dit klein lekkend kraantje een fameuze kortsluiting.
we gaan de kraan eens helemaal losschroeven en bewerken met een ontkalker, in
de hoop dat zo het lekken volledig stopt.
oef, oef! wat een opluchting, weer te kunnen koken! beschikken over elektrisch
comfort is voor ons, beschaafde westerlingen, zo'n gewoon iets, dat indien dit
gegeven wegvalt, wij totaal ontredderd zijn. op zo'n momenten voel ik een
enorme bewondering voor volkeren die overleven zonder al deze poespas. die een
gat in de grond graven en een oventje bouwen. die zich warmen aan een
kampvuur en in de winter dik ingepakt in dierenvellen en op zelfgemaakte
sneeuwschoenen lange tochten ondernemen. die in volledige symbiose met de natuur leven, volledig weerbaar en sterk de
meest onmogelijke temperaturen trotseren en wiens grootste bekommernis is, het
leven in zijn meest authentieke vorm te ervaren.
2.
ik las enkele dagen geleden toevallig een gedicht, geschreven door de
amerikaanse dichteres elizabeth bishop (1911- 1979) *, over haar grootvader, die een
tocht naar het hoge noorden onderneemt. hier komt het:
Voor grootvader
Hoe ver in het
noorden ben je nu al?
- Maar ik ben haast dicht genoeg om je te zien:
onder de
Noordster,
stevig,
breedgeschouderd, & vastberaden,
op scheve
sneeuwschoenen sjokkend
over de harde,
schitterende klonterkorst van de sneeuw
De Aurora
Borealis schijnt in stilte.
Stralen van
rood, van paars,
vlekken je kale
hoofd met kleur.
Waar is je
sealskin muts met oorlappen?
Die oude bontjas
met zwarte knooplussen?
Je zult je dood
opnieuw halen.
Als ik je
voorbij zou lopen, je zou zoenen op je wang,
dan zou je
zilveren stoppelbaard aanvoelen als witte rijp
En zou je
ouderwetse walrussensnor vol ijspegels hangen.
Krak, krak
.
Bevroren riemen en krakende sneeuw.
Die drift is
eindeloos, denk ik; zo ver als de Noordpool
Bevat hij geen
schaduw, behalve de zijne en de onze.
Grootvader, toe,
stop! Ik heb het in jaren niet zo koud gehad.
vreemd genoeg dacht ik bij eerste
lezing onmiddellijk aan de kerstman. grappig, niet? tja, in het straatbeeld kom
ik eigenlijk voortdurend kerstmannetjes tegen: het is hier in halle de gewoonte
geworden olijke kerstmannetjes in allerlei formaten en vormen langs de gevels
van de huisjes, op balkonnetjes en langs de ramen te doen paraderen. geen
wonder dat een beetje een kerstman-obsessie mij niet vreemd is!
maar ach, natuurlijk gaan deze verzen niet over de kerstman. dit gedicht bevat
vele 'lagen' en de diepere betekenis van dit sublieme tafereel kan op vele
manieren worden geïnterpreteerd.
het sleutelvers is volgens mij: 'de drift is eindeloos'. de levensdrift dus,
waar alleen de dood een einde kan aan stellen. maar niet alleen de oude man
volgt zijn eindeloze tocht, zijn 'drift': zegt de dichteres zelf niet dat ze
haar grootvader nadert (Maar ik ben haast dicht genoeg om je te zien:) en
uiteindelijk wil voorbijsteken (Als ik je voorbij zou lopen, je zou zoenen
op je wang)? zij ook dus is aangetast door the run for life!
maar heel onverwachts vraagt elizabeth aan het einde van de derde strofe
aan haar grootvader te stoppen, want zij heeft het al in jaren niet zo
koud gehad.... betekent dit dat zij zich bewust is van de kille adem van de
dood, dat zij beseft dat toegeven aan de ongebreidelde, ongecontroleerde
levensdrift eigenlijk alleen maar leidt naar het eindpunt, de dood?
misschien wil elizabeth bishop even blijven stilstaan bij het leven? genieten van de kleine dingen? beseft zij
dat er ook iets anders bestaat dan alleen maar streven naar.... naar wat
eigenlijk? met andere woorden: vraagt deze dame zich, bewust of onbewust af,
wat het doel van het leven eigenlijk is, wat de zin is van het altijd maar
meevlieden met de tijd? stopt het gesleur, stopt die razernij dan nooit?
dit zijn natuurlijk existentiële vragen, dit is ook mijn interpretatie van dit
gedicht. misschien zal een nog aandachtiger lezer andere opmerkingen kunnen formuleren, andere fantasieën ontwikkelen bij de lectuur van dit
gedicht. (ben trouwens benieuwd naar jullie reactie, beste lezers van dit
blog!)
maar ik wil deze introductie toch besluiten met te wijzen op het prachtige tafereel
dat elizabeth bishop in het gedicht 'voor grootvader' oproept, al was het maar omdat
zij met enkele rake pennentrekken de magnetische schittering van het
noorderlicht in de kleuren rood en paars en wit en zilver vastlegt...
Elizabeth Bishop, Edgar Allen
Poe & The Juke-Box: Uncollected Poems, Drafts, and Fragments
Uitgegeven
en geannoteerd door Alice Quinn
Farrar, Strauss and Giroux 367 p. $
30
|