Moderne pestlijders... Heel vroeger, in de middeleeuwen en nog lang nadien waren er ook al van die verschrikkelijke ziektes. De mensen klappen vandaag over allerlei soorten "kankers" en "aids" alsof het niets is. Zo'n vier- vijfhonderd jaar geleden hadden onze voorouders het over de "pest" en in de landen een beetje verder van ons over "de melaatsheid". Omdat die dingen besmettelijk waren werden de getroffen sukkelaars met een stootkar naar de rand van het dorp gebracht, in een strooien hutteke opgesloten en op straffe van een lap tegen hunne kop verboden om nog buiten te komen. ...Het waren "de pestlijders" en niemand wou er iets mee te maken hebben.
(Een pestmeester die de zieken verzorgde, droeg een lange jas en een masker dat leek op een pinguïn-bek. Dit masker was gevuld met kruiden (o.a. jeneverbessen en het boerenwormkruid) om de kwade dampen tegen te gaan)...vandaag zijn dat de verpleegsters van het wit-gele kruis..............ouw mennekes, weet ge.
Vandaag in onze moderne tijd zijn ze er terug, maar nu in een ongekeerde beweging: Ieder dorp of stad kent ondertussen het fenoneem van de afgesloten villawijken of appartementsblokken. Omgeven door metershoge "herashekwerken" voorzien van stalen poorten, camerabeveiliging en bewaakt door overjaarse dancingcipiers worden deze woongelegenheden afgeschermd voor de gewone sus in de straat. Men moet bij wijze van spreke "een geheim wachtwoord" kennen om binnen te geraken. Ons lieflijk dorpke Arendonk heeft sinds kort ook zo'n "residentiewijk". Midden in het centrum, verscholen achter een architecturaal monster waar de KBC huist en uw centen afluist zijn er appartemensblokken verschenen waar zo'n 50tal huishoudens (meestal alleen een manneke en een vrouwke) in huizen. Dat de overgrote meerderheid van de bewoners een andere nationaliteit heeft dan de doorsnee Arendonkenaar zal niemand verbazen; evenmin als ik zeg dat het ook geen uitgeprocedeerde asielzoekers of negers zijn. Ge begrijpt me wel hé. De appartementen zijn verschenen daar waar vroeger "de hufkens" waren; een Arendonks woord voor kleine smalle paadjes, kriskras door het centrum en waar honderden jongens en meisjes elkaar ooit eeuwige trouw hebben gezworen, weliswaar elke week aan een andere. Op die plaats dus, huizen ze nu: bedaarde en bejaarde gepensioneerden; ieder met een eigen toegangscode en een sleutel om de poort open te krijgen. Opgehokt tussen de doktoors, de apothekers, de ziekenkas, het bejaardentehuis en het kerkhof, zitten ze op elkanders lip en dicht bij de andere geneugtes des levens. Daar kijken zij naar met gemengde gevoelens: lawaai- en pleziermakende jongeren en luidende kerkentorenklokken, stinkende brommerkes.... ..De reden dat mijn dorpsgenoten hier samentroepen zal wel zo zijn goede redenen hebben: dicht bij de Cash of den Aldi, begrafenismissen op loopafstand,... Alleen snapt een normaal denkend mens niet waarom daar persé een metershoog hek dient rond te staan? Waarom ge bij onze heilige Vader in Rome of bij president Bush minder moeite moet doen voor een audientie dan bij een gemiddelde senior in zijn versterkte burcht? Is' t uit schrik? Is 't een modeverschijnsel? Of is het een uiting van onze moderne maatschappij en zijn het dan toch "moderne pestlijders"?
|