Het weer.

Betrokken tot zwaarbewolkt met soms wat motregen.

Vandaag was het grijs met soms wat lichte regen of motregen. In het oosten kon de neerslag plaatselijk aanvriezen. Het was eveneens nevelig.

De maxima schommelden tussen 0 en +1 graad op de Ardense hoogten en 10 of 11 graden in de Westhoek.

De wind was zwak tot matig uit zuid tot zuidwest.

Actueel.

SPORTEN

Ruim 8 op de 10 Vlamingen (81%) sporten minstens één keer per week. Dat blijkt uit een onderzoek van Sport Vlaanderen met gegevens uit 2023. Het gaat daarmee om een vergelijkbaar niveau als de vorige meting in 2020.

Het aandeel Vlamingen dat sport in een georganiseerd verband (sportclub of sportvereniging) is wel gestegen in vergelijking met het coronajaar. In 2020 ging het om 48,2%, in 2023 om 60,6%.

Wat ook opvalt: hoopopgeleiden sporten vaker dan laagopgeleiden. Slechts 67,4% van de Vlamingen die onder de armoededrempel leven sporten wekelijks.

Terug in de tijd: donderdag 24 december 2009.

13 km gelopen. Chrono 0:59:19. 4.33/km. Temperatuur 3°. Gestart om 16.15 uur. Op sommige plaatsen was het toch nog glad door bevroren sneeuw!

De 100 meter (vervolg).

CARL LEWIS

Volledige naam Frederik Carlton Lewis. Geboortedatum 1 juli 1961. Geboorteplaats Birmingham – Alabama.

De carrière van Lewis duurde van 1979 tot 1996 (weliswaar af en toe onderbroken).

Van jongs af aan speelde atletiek een belangrijke rol in het leven van Lewis. Toch was hij niet meteen een veelbelovend atleet. Terwijl zijn oudere broers en zus meer progressie maakten, zag ij zichzelf als het zwakste lid van het gezin.

Lewis begon op zijn dertiende met verspringen. Maar het was pas in 1981 (op twintigjarige leeftijd) dat hij zich ontpopte als een dominant sprinter en verspringer.

In 1981 was Lewis ’s werelds snelste man op de 100 meter. Zijn tot dan toe bescheiden prestatie uit 1979 (10,37) verbeterde hij een jaar later tot 10,21 (een prestatie van wereldklasse).

Lewis voornaamste doel tijdens wereldkampioenschappen was het winnen van gouden medailles, niet het vestigen van wereldrecords. In de atletiekwereld kant men immers het gezegde: ‘je houdt de medailles, maar leent slechts de records’.

Lewis was begin 1984 één van ’s werelds grootste sportpersoonlijkheden. Toch was hij in eigen land minder bekend, dit als gevolg van de relatief lage waardering van atletiek in de Verenigde Staten. Hoewel de VS jaarlijks het sterkste of één van de sterkste atletiekteams ter wereld voortbrengt, mogen de atletieksterren zich slechts tijdens de Olympische Spelen op echt grote aandacht verheugen.

De Spelen van 1984 in Los Angeles zouden van Lewis toch een begrip maken in de VS. Hij presteerde er immers wat hij zichzelf tot doel had gesteld. Hij evenaarde Jess Owens’ legendarische prestatie door vier gouden medailles op één Olympische Spelen te winnen en hij had dit bovendien met relatief gemak gedaan.

Na de Olympische Spelen van Los Angeles handhaafde Lewis zijn dominante positie in de atletiekwereld, bij het verspringen in het bijzonder. Hij zou de komende zeven jaar geen wedstrijd meer verliezen. Op de 100 meter werd zijn suprematie stilaan wel betwist. Zijn grootste uitdager werd de Canadees Ben Johnson.

In 1987 verloor Lewis tijdens de wereldkampioenschappen in Rome tegen Johnson. Johnson liep 9,83 sec (een nieuw wereldrecord). Lewis werd ondanks een schitterende tijd van 9,93 pas tweede.

De 100 meter finale van de Olympische Zomerspelen 1988 was één van de sportgebeurtenissen die het meest in de belangstelling stond. De dramatische uitslag geldt volgens velen zelfs als één van de sportgebeurtenissen van de eeuw. In de kwartfinales van de 100 meter werd Johnson bijna uitgeschakeld. Hij liep te vroeg uit en werd zo nog door twee atleten voorbijgesneld. Via zijn tijd kwalificeerde hij zich toch voor de halve finale. Johnson won uiteindelijk de finale in 9,79 (een nieuw wereldrecord). Lewis werd tweede in 9,92 sec. Maar drie dagen later testte Johnson positief op steroïdengebruik. Zijn gouden medaille werd hem afgenomen en Lewis werd tot winnaar uitgeroepen.

Hoewel hij zijn prestaties van 198 qua aantal gewonnen medailles niet kon evenaren bereikte hij een mijlpaal in zijn carrière door de 100 meter te winnen. Zijn 9,92 op de 100 meter zou zijn eerste in de buitenlucht gevestigde wereldrecord zijn geweest. ‘Zou’ zeggen we, omdat ondanks de diskwalificatie van Johnson voor steroïdengebruik in Seoel, zijn tijdens de wereldkampioenschappen van 1987 gelopen wereldrecord wel bleef staan. Het was pas als Johnson tijdens een verhoor in 1989 onder ede toegaf dat hij al veel langer steroïden gebruikte dat hij zijn in 1987 gelopen wereldrecord verloor. Lewis kreeg de titel dan toegekend op basis van zijn in 1988 gelopen tijd.

Lewis was echter niet lang recordhouder. Zijn landgenoot Leroy Burrell liep immers op 14 juni 1991 de 100 meter in 9,90 sec. Hiermee verbrak hij het record van Lewis gelopen in Seoel.

De wereldkampioenschappen atletiek van 1991 werden gehouden in Tokio. In de 100 meter finale liep Lewis tegen mannen die de afgelopen twee jaar nummer één op de wereldranglijst hadden gestaan: zijn landgenoot leroy Burrell en de Jamaicaan Rau Stewart. In wat de snelste 100 meter race aller tijden zou blijken te zijn, met niet minder dan zes atleten onder de 10 seconden, versloeg Lewis niet alleen de tegenstand, maar vestigde hij ook een nieuw wereldrecord met 9,86 sec. Hoewel hij eerder wereldrecordhouder op deze afstand was, was dit de eerste keer dat hij kon proeven van deze prestatie op het moment dat het feitelijk gebeurde.

Na zijn hoogtepunt in 1991 verloor Lewis zijn dominante positie en dit zowel op de 100 meter als in het verspringen. Lewis trok zich uiteindelijk terug uit de atletiek in 1997.

In 1999 werd Lewis door het IOC verkozen tot ‘Sportman van de Eeuw’ en door het IAAF als ‘Atleet van de Eeuw’. Het Amerikaanse blad ‘Sports Illustrated’ riep Lewis uit tot ‘Olympiër van de Eeuw’.

De run vandaag.

Een vrij ontspannen run. Niks moest, of misschien toch vandaag die 12 km afstand lopen. Waarom ik dat nu precies wou weet ik zelf eigenlijk ook niet zo. Wel is het zo dat ik het jaar graag zou afsluiten met 4300 km op de teller. Geen kilometer minder, en al zeker geen kilometer meer. De komende dagen voorzie ik dan ook dat de runs nog wat korter zullen worden. We kunnen er dan telkens misschien wat ‘kwaliteitskilometers’ in steken.

Details: 5.04/km – 723 c – 170 pasfrequentie – 5,6°.