Oeverzwaluwwand in Wyldehoarne te Joure vernieuwd.
Joure, 17 november 2011
Oeverzwaluwwand in wijk Wyldehoarne marterproof!
De succesvolle nieuwe Oeverzwaluwwand in de Jouster wijk Wyldehoarne is door de Gemeente Skarsterlan "marterproof" gemaakt. De wand was dit jaar zeer succesvol qua aantal broedparen. Plaatselijke vogelwachters telden ruim een 50 a 60 nestgangen die bewoond waren en er zijn er door mij zeker 200 vogels geringd voor het Wetenschappelijk onderzoek. Opmerkelijk is dat zeker 91 verschillende vrouwtjes aanwezig waren in de kolonie, dus de diverse nestgangen zijn zeker meerdere keren gebruikt door de oeverzwaluwen in 2011. De kolonie bevind zich op beschermt terrein en is niet toegankelijk voor publiek. Enige tijd geleden ontdekten we dat niet alleen de Oeverzwaluwen regelmatig bij de wand kwamen doch dat er in het najaar ook bezoek was geweest van een marterachtige. Uit voorzorg is de wand nu zo gemaakt dat er een fikse waterpartij voor staat zodat de marters wel een zwemdiploma moeten bezitten om de nesten te bereiken. Ook heeft de hele wand een opknapbeurt gehad en is er nieuw zand in en achter de broedgaten aangebracht. Al me al een hele klus waar de Gemeente Skarsterlan veel werk van heeft gemaakt. Nu maar afwachten wanneer de Oeverzwaluwen komend jaar vanuit het verre Afrika hun nog beter beveiligde onderkomen gaan bezoeken, we verwachten de eersten zo rond april al.
Knobbelzwaan AY29 is verknocht aan de Haskerveenpolder.
Vanmorgen kreeg ik al snel bericht uit Duitsland van de ringer die de Knobbelzwaan met Halsband AY29 en Helgoland ring 117890 daar geringd had te Jemgumgaste op 10 augustus 1998. al 1kj man. De vogel bleef in 1998 tot 27 nov. in Duitsland en werd daar voor het laatst gezien bij Zolhaus Doenebrock,Bunde ,Leer. In 1999 werd de vogel voor het eerst gezien in Friesland op 17 oktober in de Graverijpolder bij Wijckel door Trinus Haitjema, op 25 november 1999 zag H.Schreur de vogel dat jaar nog bij Sondel. In 2000 is de vogel tussen 15 oktober en 19 november nog in de omgeving van Sondel en Wijckel gezien door diverse waarnemers. De vogel is dus als jong in de omgeving van Jemumgaste in Duitsland opgegroeid en is nadat hij in Friesland in de omgeving van het IJsselmeer is geweest kennelijk niet weer weggeweest uit Friesland. Met dank aan de attente opmerking hierover die ik van Trinus Haitjema mocht ontvangen!
Na deze eerste drie jaar duikt de vogel plotseling op op 24 februari 2000 in de omgeving van Joure en Vegelinsoord en is daar eigenlijk tot op de dag van 6 november 2011 niet weer vandaan geweest, althans de waarnemingen wijzen dit voorlopig uit.Elk jaar is de vogel wel in de omgeving gezien, doch na 13 juni 2009 pas weer op 16 november 2011 voor het eerst. Stellig is de vogel wel in de tussenliggende periode aanwezig geweest doch heeft niemand hem gemeld. In de periode 2001 tot 2007 is de vogel talrijke keren door Tsjepke van der Honing gemeld, zelfs enkele jaren met een partner op nest. De vogel blijkt tot nog toe 107 keer gemeld te zijn. Dit mannetje is verknocht aan de Haskerveenpolder, hopenlijk overleefd hij de komende winter weer en blijft hij met zijn partner in deze omgeving. Een dergelijke dispersie van een jonge knobbelzwaan was me nog niet bekend.
Vanmiddag ging ik er even op uit in de natuur rondom Joure. Aan de Vegelinsweg ten noorden van Joure ontdekte ik een paar Knobbelzwanen in de vaart ronddobberend met een groot jong. Van dichtbij kon ik de vogels gemakkelijk bewonderen, het mannetje droeg een gele halsband met de inscriptie AY29. Het wijfje droeg geen halsband en zwom statig rond, alle drie vogels hoorden bij elkaar zo te zien. De man Knobbelzwaan is al vrij lang in de Haskerveenpolder te zien.De vogel is al jaren steeds in de zomer en herfst hier aanwezig. Het blijkt om een vogel te gaan die op 10 augustus 1998 in Duitsland bij Jemgumgaste, Jemgum geringd is als jong mannetje. We hebben de Duitse vogelringer inmiddels een berichtje gestuurd en wachten op een "lifstory". Plaatstrouw bij zwanen komt veel voor, maar we zijn toch wel benieuwd waar de vogel zijn winters heeft doorgebracht. We zijn benieuwd of er ook interessante gegevens zijn ontdekt van deze al zeker 14 jarige Knobbelzwaan. We houden jullie op de hoogte! Zijn er trouwens nog meer zwanen in de omgeving gezien met opmerkelijke halsbanden!
Met het veranderen van de tijd eind oktober /begin november in wintertijd valt het op dat er elk jaar steeds een toenemend aantal meldingen van verkeersslachtoffers onder de kerkuilen voorkomt. Zo belde Johannes van der Meulen uit Akkrum me op 12 nov j.l. op met de opmerking dat het de laatste 2 weken zelf 9 dode Kerkuilen op rijkswegen heeft zien liggen. Vooral op de Afsluitdijk, traject Steenwijk -Heerenveen, bij Beetsterzwaag, omgeving Ter Idzard en diverse op rijkswegen in Noord Holland. Veel automobilisten rijden nu 130 km per uur op deze wegen zodat een botsing vaak niet te voorkomen is aldus van der Meulen.
Oorzaak van dit alles is mijns inziens ook de plotselinge wijziging van de aanwezigheid van autos tijdens het invoeren van de wintertijd. We weten dat de kerkuil, maar ook ransuil, vaak al in de schemering begint te jagen. Bij de invoering van de wintertijd is de schemering dus 1 uur vervroegd en blijkt de verkeers intensiteit enorm veel groter te zijn. Dit is voor kerkuilen mede een van de grote oorzaken van de toename van slachtoffers. We weten dat kerkuilen soms tot zeer laat in het seizoen nog jongen kunnen hebben. Zo vertelde Frida van der Veer uit Marsum van de vogelopvang me dat er op 13 november nog een jonge kerkuil was binnengebracht uit Tjerkwerd, de vogel was uit een hooiblazer gevallen en in de schuur was een Steenmarter actief. Kerkuilen die rond die tijd nog jongen te verzorgen hebben lopen een groot risico. Dat geldt tevens ook voor opsluitingen in boerenschuren rond die tijd. Veel veehouders sluiten met het guurder worden van de dagen dakvensters en deuren zodat vogels opgesloten kunnen geraken en als er dan geen vodsel is na korte tijd sterven. Elk jaar komt dat ook herhaaldelijk voor. Soms heeft de boer er totaal geen weet van of er een kerkuil in de (hooi) schuur zit, ze verstoppen zich namelijk , soms in hooiblazers of achter het ûleboerd. Let op de Kerkuilen dus!
Op de wat kleinere rijkswegen worden veel minder kerkuil slachtoffers gevonden aldus van der Meulen , die vrijwel dagelijks op de rijkswegen te vinden is. Graag horen we de mening van andere weggebruikers wat zei vinden van de toename van de slachtoffers en of ze wel eens een kerkuil voor de auto hebben gehad.
Naast de kerkuil zijn er ook in toenemende mate de laatste jaren Buizerds als slachtoffer langs en op rijkswegen gevonden. Uit eigen ervaring weet ik dat bepaalde trajecten echt grote dodenwegen voor deze soort zijn. De vogels komen in het najaar en winter vaak op slachtoffers die gesneuveld zijn op de weg af en nuttigen dit als voedsel. Met name de r.w. tussen Joure en Lemmer is een gevreesde dodenweg, en juist daar is de snelheid ook nog opgevoerd tot 130 km per uur! Reacties graag naar:
Het wordt de laatste weken steeds stiller aan het Tjeukemeer bij Rohel. Veel vogelsoorten zijn al weg en door getrokken naar warmer oorden. Vrijwel alle rietgorsen zijn nu verdwenen en ook de Zwartkoppen zie je niet meer. Af en toe nog een groepje Koolmees en Pimpelmees en enige doortrek van wintergasten zoals de Koperwiek en de Kramsvogel. We zien ook steeds meer ganzen overtrekken en de vegetatie begint al snel zijn groene kleur te verliezen. Nog twee verslagen van ringmorgens hebben jullie tegoed, ze staan hier onder aan het verslag in de Bijlage.Als het weer het toelaat misschien komende weken nog enkele keren naar Marswâl en dan valt de "winterstop" in. Opvallend is dit najaar dat er veel minder Koolmezen waren dan andere jaren, komt stellig door een slecht broedseizoen. Voor komend seizoen (2012) zoeken we nog enige (assistent) medewerkers die actief mee willen doen met het ringen van vogels o.a. aan het Tjeukemeer. Mensen die belangstelling hebben om vogelringer te worden hebben de voorkeur. Enkele motivatie eigenschappen die belangrijk zijn voor dit vrijwiligerswerk zijn ; wilskracht, doorzettingvermogen, nieuwsgierigheid, kennis van vogels, etc. Verder moet je beschikken over redelijk wat vrije tijd en soms erg vroeg opstaan voor het ringwerk. Natuurlijk zijn er ook helpers nodig die het leuk vinden om een keer mee te gaan en te "proeven" wat het vrijwilligerswerk voor de Wetenschap nu eindelijk inhoud. Reacties zijn welkom!