aantal kliks op deze blog 
 
												
													
													
												
de daders:             Greta en boB = grob 
 
												
													
													
												
Organisation de loisir agréable et blabla amical 
 
												
													
													
														E-mail mij 
													 
													
													
												
Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.
                         
												
													
													
												
Feria Internacional de Pueblos 2009 Fuengirola  ossenkar uit Costa Rica 
 
												
													
													
														zeer interessante links vind je hieronder 
													 
													
													
												
 
												
													
													
														Gastenboek 
													 
													
													
												
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
                         
												
													
													
												
Welkom! Blij je hier te hebben. Kijk maar eens rustig rond.  
												
													
													
												
koninklijke glasblazerij tegen Segovia 
 
												
													
													
												
Expo Oostende voor Anker 2009 
 
												
													
													
												
als smakelijk hapje in Valencia 
 
												
													
													
												
fontein in Vejer de la Frontera 
 
												
													
													
												
standbeeld Tio Pepe in Jerez 
 
												
													
													
												
trol met Greta in Bergen (Noorwegen)  (trol staat bovenaan) 
 
												
													
													
												
met mijn Baskische vriend Joseba aan het Guggenheim in Bilbao 
													 
												
 
										 
									
								 
								
										
					 m.a.w. de weblog van Greta en boB 
				 
											 
										
											 
									
									
										
											08-05-2010 
										 
										
											 
										
											
											
											 
 
Woensdag vertrokken uit Marbella. Zomer. 
Zon aan de blauwe hemel, de zee in azuur. 
Eerste stop in Valencia, dicht bij de plek waar we in oktober drie dagen overnachtten, maar wel aan de andere kant van het Parque Natural Albufera. Echt Spaans lenteweer. 
De dag daarna verbleven we in het verbluffende kasteel Castell d'Emporda, 30 km ten oosten van Girona. Nauwelijks zon te zien, maar dat werd goedgemaakt door het verblijf zelf. Spaanse winter. 
Dan hadden we een kort intermezzo in het domein l'Espinet in Quillan (tussen Perpignan en Carcassonne), waar we de laatste 15 jaren ten minste éénmaal per jaar verbleven. We hadden in de namiddag een afspraak ten huize van Rita en Harry, die ons eindelijk weer de smaak van Blanquette de Limoux in herinnering brachten.  
Het moet niet altijd Cava zijn. De zon was opnieuw volledig van de partij tijdens deze welkome tussenstop. 
Een dik uur na vertrek zaten we volop in de sneeuw, op ongeveer 650 m hoogte, in een dorp tussen Carcassonne en Toulouse. Gelukkig hadden we een B&B in een vallei gereserveerd, sneeuwvrij. Toch was het daar ook niet al te warm. De thermostaat moest omhoog, en de truien werden boven gehaald. 
Vanmorgen, na het ontbijt, begonnen we de definitieve tocht naar het barre noorden. Op dit ogenblik zitten we in het warme huis van Betty (afkomstig uit Leuven), die ons een fles wijn offreert om de ervaringen van de laatste dagen door te spoelen.  
zie  http://users.telenet.be/Vanwinkel/ 
Morgen zijn we, zonder tegenslag, opnieuw thuis, en kunnen we starten met acclimatiseren aan de Belgische kust. 
Tot volgende.    
 
 
 
											08-05-2010, 00:00 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											01-05-2010 
										 
										
											 
										
											
											
											  
  
  
Vandaag gaan we door tot de bodem, de artisjokbodem. 
Het leuke is dat je in Spanje volop (voorlopig toch nog) verse tonijn op de kop  
kan tikken, en hem daarna nog opsmikkelen ook. 
  
Welke groenten gaan we daarbij nemen?  
Waarom eens geen distelbloem? Of met andere woorden: artisjok. 
Artisjokken zijn echt wel de vlezige, gesloten en geschubde bloemknoppen  
van een distelsoort.  
Daarmee wil ik niet zeggen dat je die ene vervelende distel uit je achtertuin  
morgen moet gaan opknabbelen.  
De artisjok is gekweekt uit de kardoen, een distel die nog steeds in het wild 
  voorkomt. De oorsprong ligt waarschijnlijk in Perzië (Iran) en Turkije. 
Al voor onze jaartelling was de artisjok een geliefde delicatesse  
bij de Egyptenaren en de Romeinen. Ook de Franse edelen waren er dol op.  
Tot in de 18e eeuw werd het eten van artisjokken beschouwd als een teken  
van rijkdom. Ook in onze tijd wordt de plant beschouwd als een delicatesse,  
die bovendien makkelijk in de tuin te kweken is.  
Artisjokken worden vandaag ook het hele jaar aangevoerd vanuit Frankrijk,  
Egypte, Spanje en Italië. 
 
 
  
  
De grootte van de artisjok hangt af van het ras en zegt dus niets over de kwaliteit.  
Zo zie je op de eerste foto een kleine arti, en op de tweede foto een grote sjok. 
Let er bij de aankoop op dat de artisjokken niet te veel bruine blaadjes (schubben) 
  vertonen, dat de stengel stevig aanvoelt en dat de knop nog gesloten is.
  Artisjokbodems zijn ook in blik verkrijgbaar.
Je kunt dus slim doen zoals ik, en enkel de artisjokbodems of -harten gebruiken..  
De artisjokken vertonen ook slim gedrag.  
Ze bezitten het merkwaardige verschijnsel van prikkelbare  meeldraden :  
bij aanraking met bijvoorbeeld een bijentong of -poot trekken de  helmdraden   
zich samen en komt er een snuifje wit  stuifmeel  vrij uit de  helmknoppen .  
Ga en vermenigvuldig u! (Job, XIII, §5)   
  
  
  
Als je nu toch zelf deze distels wil bedwingen (misschien omdat je de blaadjes  
ook wil degusteren), kan je als volgt tewerk gaan: 
Wassen, de steel afbreken en de onderste lelijke en taaie bladeren verwijderen.  
Knip de puntjes van de bladeren alleen af als ze lelijk zijn.  
Leg de artisjokken samen met de stelen en de weggesneden bladeren in  
een bodem kokend water met zout. Voeg eventueel azijn of citroensap toe  
(of steek een paar dunne, halve schijfjes tussen de bladeren). 
  
Ze zijn gaar in 30 à 40 min. (controleren door met een vork aan een blaadje  
te trekken: als het gemakkelijk loslaat is de groente gaar).  
Ondersteboven laten uitlekken in vergiet en droogdeppen met een doek.  
Trek van onderaf beginnend de blaadjes een voor een uit de artisjok en  
dompel ze telkens met de vlezige onderkant in een dipsaus. Zuig de blaadjes uit. 
  
Het 'hooi' (de nog niet ontwikkelde bloemblaadjes) dat nu tevoorschijn komt  
is niet eetbaar. Schraap het met een mes van de artisjokbodem. 
  De bodem is wel het lekkerste deel van de artisjok: snijd hem in stukjes 
en geniet ervan met de rest van het sausje.  
Mijn manier: neem artisjokharten uit blik; gooi ze in een vergiet en laat ze uitlekken. 
TIP! Hou er rekening mee dat wijn niet goed bij artisjokken smaakt. Neem dus je voorzorgen.  Mediabestanden 
  
  
Het is natuurlijk een mediterraan gerecht, en er komen o.a. nog trostomaatjes  
en olijven aan te pas. 
Kortom, tijd voor ons (supereenvoudig) recept  “tonijn met artisjokbodems”:  
  
  
ingrediënten voor 2 
 
bereiding 
 
 
2 visfilets van 200g (verse tonijn) 
 
verwarm de spinazie in de microwave (7’ full power) 
 
 
400g (diepvries)spinazie 
 
kruid met pezo en roer het er goed onder 
 
 
2 trostomaten 
 
laat de artisjokharten en de olijven uitlekken in een vergiet 
 
 
1 blik artisjokharten 
 
verwarm de oven op 175° 
 
 
tiental zwarte olijven 
 
pel de tomaten, snij ze in langwerpige partjes 
 
 
olijfolie 
 
verdeel de spinazie en de olijven over vuurvaste borden 
 
 
2 el graanmosterd 
 
leg op elke portie een gekruide visfilet 
 
 
pezo 
 
bestrijk de vis zorgvuldig met mosterd 
 
 
takjes peterselie (garnering) 
 
leg er de partjes tomaat en de artisjokharten op 
 
 
  
 
besprenkel met olijfolie, en zet 15’ à 20’ in de oven 
 
 
  
 
haal ze er uit en garneer met de peterselie 
 
 
 
  
  
Nog een kwartier laten opkomen in de oven.  
En toekijken terwijl de kwijl uit mijn mondhoeken gutst. 
  
  
  
  
Op voorhand gedresseerd, mag het uit de oven onmiddellijk de tafel op. 
  
  
Dit gerecht is waarschijnlijk een van de meest fotogenieke die ik maakte.  
En het is dan nog heel lekker ook. 
En iedereen kan dit maken zonder probleem. 
En ik wou dat ik het weer hier en nu kon eten. 
  
  
De kans is zeer groot dat dit (voorlopig) het laatste blogstukje is uit Spanje. 
Het volgende zal zijn van onderweg, of vanuit België. 
Ondertussen gaan we vanaf woensdag nog wat reisavonturen beleven  
in het binnenland van Spanje en Frankrijk. 
  
											01-05-2010, 15:07 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											23-04-2010 
										 
										
											 
										
											
											
											  
De Mercedes, scheepje waar we mee gaan varen is dus een brik.  
Misschien is het interessant om in de buurt te blijven van een reddingsboei. 
Want “brik” klinkt niet zo betrouwbaar als een klipper vind ik, of een karveel. 
  
  
  
  
Het vaargebied van de Mercedes is nogal uitgebreid. 
Op de kaart zijn de landen aangestipt, waar “zij” regelmatig het anker werpt. 
Als je de Lotto wint kan je zelf je eigen bestemming bepalen, waar dan ook. 
Voorlopig houden we het maar op een zeetocht in de Belgische wateren. 
  
  
  
We zijn aangemonsterd en we hebben nog even tijd.  
Greta nestelt zich toevallig in de buurt van de scheepsbar. 
  
  
  
Mijn beurt om van de zon te genieten. 
De boog en de boeg kunnen niet altijd gespannen staan. 
  
  
  
Eens het anker gelicht is, vaart het schip (met motor) naar de open zee. 
De landratten moeten zich hier beschermen met een extra jas. 
  
  
  
  
In het begin is het nog wat zoeken naar het juiste evenwicht.  
  
  
  
De zeilen worden opgetuigd en beginnen rumoerig te flapperen. 
  
  
  
Aan de boeg hangen wat lakens te drogen, maar het kunnen evengoed zeilen zijn. 
Wat kent een leek als ik daar van? 
Voorlopig mogen we trouwens niet in de buurt van de boeg komen.  
De specialisten zijn daar aan het werk om alles uit de zeildoeken te doen. 
  
  
  
En zo gaan we dan op pad, met alle zeilen klapperend in de wind. 
  
  
  
Bezoekers van een kleiner formaat komen ook even langs om te kurieuzeneuzen. 
  
  
  
Maar veel valt er niet te zien. Iedereen is relaxed tot en met. 
  
  
  
Zo relax zelfs dat een reddingsboot er geen vertrouwen meer in heeft,  
en ons argwanend van nabij gade slaat. 
  
  
  
Nochtans gaat alles er vredig aan toe.  
Er heeft net een barmeid die struikelde over de uitgang van de bar rechts 
  een dienbord met enkele glazen wijn over mijn rug uitgestort,  
maar een echte zeebob  valt daar niet over.  
Een wijndichte vest moet je natuurlijk wel voorzien hebben. 
  
  
  
En zo dobberen we rustig verder over het zilte nat, terwijl  
de kleinere brikjes en brakjes  ons pad voorafgaan. 
 
  
  
  
Op zo’n brik krijg je al gauw de hik.  
Goed vasthouden is de boodschap. 
  
  
 Hoe langer hoe meer begint dat hier op de Titanic te lijken.  
Greta staat bijna op de boegspriet en heeft zin  
om haar armpjes te spreiden. 
  
  
  
Bob DiCaprio komt nog net op tijd om haar af te stoppen  
(voor de veiligheid natuurlijk). 
  
  
  
De Mercedes gaat nu keren, en alle hens komt aan dek.  
  
  
  
Het schip moet terugkeren en het touwtrekken kan beginnen. 
  
  
  
Barman, steward, matroos, stukadoor,  
iedereen zet zijn beste beentje voor.  
  
  
  
Soms is er wat touw over.  
Beter te veel dan te weinig voor mijn part. 
  
  
Vanaf de boegspriet komt Oostende opnieuw in zicht. 
  
  
  
Hier probeer ik eindjes touw op de juiste plaats te trekken,  
en het is zwaar werk. 
  
  
  
  
Dan toch maar liever een scheepsladder op,  
om hogerop een losgeslagen stuk zeil te bedwingen.   
  
  
  
Ik dacht dat matrozen altijd alles netjes opruimen,  
maar niet waar hoor. 
Dat moest ik nu thuis eens laten rondslingeren! 
  
  
  
De skyline van Oostende komt stilaan opnieuw in zicht. 
  
  
  
We naderen het staketsel. Altijd een beetje riskant met een groot zeilschip. 
  
  
  
Intussen is het Casino ook al niet van plaats veranderd. 
             
  
  
En zo eindigt deze fantastische zeiltocht met de Mercedes,  
die andere waterige oorden gaat opzoeken. 
  
  
  
Onze slogan was: Wind is our Friend. 
Meer info vind je op  www.windisourfriend.com 
  
  
											23-04-2010, 00:00 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											18-04-2010 
										 
										
											 
										
											
											
											  
Waar je hem wel moet zetten lees je hier verder en uitvoerig! 
Saliekruid wordt onterecht nog te weinig gebruikt in de keuken. 
Vandaag gaat hij zijn rol vervullen samen met een stuk kalkoen en selder. 
  
  
  
Kennen jullie al de topper onder de geneeskrachtige planten?  
Dat is inderdaad salie en weten jullie ook waarom dat zo is? Lees verder. 
De naam komt uit het Latijn, en betekent genezen of helen.  
weliswaar was men in de donkere tijden   nog niet veel gewend.  
Van origine was salie terug te vinden rond de Middellandse Zee,  
meer bepaald bij de Grieken en de Romeinen.. 
  
De klassieke Grieken gebruikten de plant al voor de behandeling van  
tuberculose ,  zweren  en slangenbeten.  
Romeinen brachten het mee naar onze streken 
Ze beschouwden de plant als een gewijd kruid, en ze kenden een  
uitgebreid protocol en ceremonie voor het plukken.  
Zo diende het met een speciaal mes gesneden te worden;  
dit mocht geen metalen mes zijn, omdat het kruid hierop zou reageren.  
Ook diende men schone kleren te dragen en schone voeten te hebben.  
 
In de Middeleeuwen was salie het middel (zogezegd) tegen cholera en de pest.  
Later in de tijd, spreken we hier van de 17de en 18de eeuw, was salie  
een uitstekend ruilmiddel voor onze Nederlandse buren.  
In het verre Oosten ruilden ze de salieblaadjes voor theeblaadjes.  
Drie kisten thee voor één kist salie aub. Geboren handelaars, die Nederlanders! 
Zelfs de Sinezen waren ze te slim af met de salie. 
  
Laten we toch ook even naar het gerecht kijken.  
Door al deze uitleg zijn de salieblaadjes al opgeslokt door de kalkoen, zie ik. 
  
  
  
We zullen ons dus maar beter bezighouden met het keukenaspect van salie. 
Salie is ook daar veelzijdig, vooral om de gerechten beter verteerbaar te maken. 
Het wordt toegevoegd zowel bij vis- als vleesgerechten, echter wel laag gedoseerd  
te gebruiken en met zo weinig mogelijk andere kruiden gecombineerd. 
Ons kruid is afkomstig van een bladhoudende vaste plant met een sterke geur  
en doortastende smaak. De Romeinen (hier zijn ze weer!) brachten er reeds  
hun kazen mee op smaak. Gedroogd en ingevroren bewaart salie goed zijn aroma! 
Maar degene die ik hier tussen mijn vingers houdt is kakelvers.  
(terloops: ik zie er nogal warm uitgedost uit, maar de foto's dateren van januari) 
  
  
  
  
Kortom, tijd voor het (eenvoudig) recept  “kalkoenschnitzel met selder en salie”:  
  
ingrediënten voor 2 
 
bereiding 
 
 
4 tot 6 dunne kalkoenlapjes 
 
snij de selderstengels in boogjes 
 
 
4 plakjes ham (gekookt of gedroogd) 
 
maak de selder mals in de microgolfoven (2’) 
 
 
2 stengels (witte) selder 
 
kruid de kalkoenlapjes 
 
 
4 middelgrote rijpe vleestomaten 
 
leg op elk plakje een lapje ham en 2 blaadjes salie 
 
 
1 el boter of olie 
 
steek ze vast met een houten prikker 
 
 
8 blaadjes verse salie (of gedroogd) 
 
snijd de tomaten is stukken, kruid ze met pezo 
 
 
1 of 2 sjalotten 
 
stoof sjalotje(s) aan in de vetstof, tot ze glazig zijn 
 
 
pezo 
 
voeg tomaten en selder toe, zet het deksel op de pan 
 
 
  
 
bak de schnitzels 5’ aan elke kant 
 
 
  
 
heel lekker met gekookte piepers of rijst 
 
 
 
  
Het laatste snijwerk zijn de tomaten.  
Na kruiding mogen ze, met de selder, bij de aangestoofde sjalotjes.    
  
  
  
Terwijl de groentjes op volle smaak komen, is er nog wat tijd voor  
nuttige informatie over het wonderkruid salie. 
Op zonnige, droge hellingen en tussen krijtrotsen vinden we salie terug  
in de natuur rond de Middellandse Zee.  
Best is dus in meer noordelijke streken het kruid een zonnig, liefst beschermd  
plaatsje in de tuin te geven (in strenge winters de planten best beschutten).  
De grond mag/moet kalkrijk en goed gedraineerd zijn.  
Kortom, in voedzame, droge grond staat salie zeker op zijn plaats.  
Dank zij de juiste omgeving komt de groengrijze plant in de zomer  
(in Spanje bloeit onze plant nu al een tijd) met mooie paarsblauwe bloemen.  
Salie is ook gemakkelijk te kweken in potten op het terras, zoals wij het doen. 
  
Intussen zijn de heerlijk geurende groenten klaar. 
  
  
  
Terwijl Greta al ongeduldig met mes en vork op de tafel zit te tokkelen,  
kan ik niet stoppen over salie: het plantje is weinig onderhevig aan ziekten  
of insecten en daardoor een gemakkelijk door iedereen te telen kruid. 
voor gebruik in keuken,  blijft de plant langer fris.  
Dit voorkomt houtachtige groei wat de levensduur aanzienlijk verlengt. 
  
  
  
Terwijl intussen de vleesjes heerlijk gebakken zijn, toch nog even dit: 
Men gebruikt salie in sauzen en bij vette vleesgerechten.    
Ook vette vissoorten houden van dit kruid, en zo denken we even aan  
“paling in ’t groen”,  daar hoort zeker salie in (maar niet te veel)! 
Als amateur-kokje heb ik dit laatste nog niet aangedurfd, maar dat komt nog. 
Kruidenazijn en kruidenolie vragen ook om wat salie.  
Gefrituurde salieblaadjes worden geserveerd bij pasta’s of als garnituur bij  
koude schotels; ook bij gedroogde ham met een fris slaatje. Voor de liefhebbers. 
Salie geeft ook de typische smaak aan het Italiaanse gerecht “Saltimbocca”. 
Greta bereidt dit af en toe, met verse salie natuurlijk. 
  
  
  
Greta schept intussen al het heerlijks in haar bord, en dus kan ik nog even  
doorgaan over salie: het wordt door de kenners gebruikt als mond spoelmiddel  
omdat het kruid ontsmettend werkt (aften, ontstoken tandvlees),  
men vindt het ook verwerkt in tandpasta (maakt de tanden witter).  
Lauwe saliethee, gebruikt als gorgelmiddel, werkt genezend bij keelpijn  
en ontstoken amandelen. Ook als slaapmutsje is deze thee ideaal. 
Goed gelezen, slaapwandelaars? 
Extract van salie (olie) helpt bij reumatische pijnen en is ook bloedzuiverend. 
Over dat laatste aspect kan ik me niet uitspreken. 
  
  
En om te eindigen nog enkele praktische salietips: 
Salie niet gebruiken tijdens de zwangerschap! 
(de meeste van mijn lezers gaan daar geen probleem mee hebben) 
en is daarom ook een handig antistress middel. 
vooral bij donkerharigen om de haren nog donkerder en meer glanzend te maken. 
  
  
En nu allemaal naar de salieboer voor een plantje!  
GroB adviezen houden je lekker (en) gezond! 
  
  
											18-04-2010, 17:21 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											11-04-2010 
										 
										
											 
										
											
											
											
  
  
 
Het evenement heet officieel “Oostende voor Anker”, en loopt  
(en drijft vooral)  jaarlijks in de haven van Oostende.  
Vorig verslagje lichtte al een tipje van de sluier, maar veruit  
het interessantste stuk  van deze zomerse dag is de uitnodiging  
voor een zeetocht met de Mercedes,  
een tweemaster van ongeveer zeventig meter lang.  
Een unieke ervaring!! 
  
  
  
De Mercedes kwam in mei 2005 voor het eerst in de vaart en zij  
(denk eraan, een schip is altijd vrouwelijk) is een van de jongste schepen  
in de internationale vloot van de "tall ships".  
Het zeilschip behoort tot het type “Brik”, maar verder weet ik daar geen lap van. 
  
Een indrukwekkend touwwerk, met 900 vierkante meter zeiloppervlakte,  
hoogste veiligheidsstandaard  volgens de Europese richtlijnen voor  
passagiersschepen, uitstekende zeewaardigheid, sterke voortstuwing,  
veel comfort aan boord en een professionele bemanning zijn goede argumenten  
voor een korte zeereis aan boord van de Mercedes. 
  
  
  
Het vaargebied van de Mercedes bevindt zich vanaf het Mediterrane gebied, 
langs de Atlantische kust naar de Noordzee en de gehele Baltische Zee.  
De Mercedes is aanwezig bij bijna alle grote maritieme festivals in Europa.  
Charters in en buiten Europeaanse wateren behoren ook tot de geplogenheden. 
Het schip is een exclusieve locatie voor geschenkreisjes, zakelijke bijeenkomsten,  
regatta begeleiding en alle andere vormen van evenementen. 
Vanuit deze hoek bekeken lijkt het uit “The Pirates of the Caraiben” te komen. 
  
  
  
Nochtans is dit prachtige vaartuig gewoon thuis in Amsterdam. 
Hoewel: dit lijkt een andere Mercedes, eerder een Smart. 
  
  
  
Andere tweemasters uit de “tall ships” reeks liggen hier ook, maar verzinken  
lichtjes in het niet naast de Mercedes.  
  
  
  
Er ligt hier zelfs een bijzondere tweemaster, waarvan de masten naar het schijnt  
tijdens een geweldige orkaan geamputeerd werden. 
  
  
  
Door zijn capaciteit aan zeil is het geen probleem om snel heel wat zeemijltjes  
af te leggen. In 2010 kan je de Mercedes nog terugvinden in bijvoorbeeld:  
Volos (Griekenland), Varna (Bulgarije), Istanbul en elders als deelnemer  
aan “tall ships” regatta.  
  
  
  
Eerder dit jaar was “ze” al te zien in de prinses Sofia Trofee in Palma de Mallorca,  
op het Filmfestival van Cannes en de Formule 1 van Monte Carlo.  
  
 
Het schip “zit” niet stil in 2010. Je kan het onder meer nog gaan  
bekijken in  Hamburg, Dublin, Oostende (!), Calais, Stralsund,  
Szcecin, Scheveningen,  Kiel, Aalborg, Antwerpen, Kristiansand,  
Hartlepool, Klaipeda, Halmstadt,  en in nog een aantal steden  
waarvan ik de naam niet kan schrijven.  
“Szcecin” was al op het randje. Hoe dikwijls zullen in de komende  
maanden  deze zeilen dan niet opgetuigd worden? 
  
  
  
De zijkant ziet er uit alsof je op een spookschip rondloopt. 
  
  
  
Maar niets is minder waar!  We zochten wat we vonden! 
Centraal op het dek is de bar gelokaliseerd… 
  
  
…waar professioneel personeel ons met open armen en tapkranen verwacht. 
  
  
  
Dank natuurlijk aan onze sponsor van deze dag.  
Ergens in deze reeks foto’s zit zijn vlag en logo verstopt.  
Omdat dit geen commerciële website is mag ik uiteraard ook geen  
promotie  maken voor dit financiële bedrijf.  
Het zou een goede prijsvraag kunnen zijn om het te vinden  
tussen de massa zeilen.  Ik zou waarschijnlijk zelf ook  
lang moeten zoeken, en ik verwacht dan ook dat  
de meeste lezers er geen touw zullen aan vastknopen. 
  
  
  
Tot zover de beschrijving van dit merkwaardige schip.  
Of we de zeetocht al dan niet heelhuids overleven wordt volgende keer  
uitvoerig uit de (zeil)doeken gedaan. 
Ship ahoy! 
  
											11-04-2010, 16:20 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											03-04-2010 
										 
										
											 
										
											
											
											  
Met Pasen komen de eieren als vanzelf naar boven. 
Iedereen weet dat witte kippen witte eieren produceren, en bij bruine kiekens  
komen ze natuurlijk bruin te voorschijn. 
Uitzonderlijk vonden we op de heuvel bij boer Manolo een rode kip.  
Zijn eieren zijn dan ook een plaatselijke attractie en fel gegeerd. 
  
  
  
Vandaag staan er lamskoteletten op het menu, met Parmezaanse kaas. 
Waarschijnlijk is de in dit gerecht gebruikte kaas geen echte traditionele. 
  
Parmezaanse kaas (Parmigiano Reggiano, soms parmezaan genoemd)  
is een soort  kaas  die oorspronkelijk uit  Italië  komt, uit de omgeving van  Parma . 
 
Om deze kaas te maken, heeft men voor 1 kg parmezaan ongeveer 16 liter  
koemelk  nodig, 600 liter voor één kaas. Eén kaas weegt 33 tot 40kg. 
De kaas kent een lange rijpingstijd, minimaal 12, tot optimaal 20-24 maanden. 
  
Dit is veel, vergeleken met bijvoorbeeld  Hollandse kaas , die in een paar maanden 
  rijpt. Gedurende deze tijd moeten de kazen wel voortdurend geborsteld 
en gekeerd worden om de kwaliteit te garanderen.  
Het resultaat, de Parmezaanse kaas, is dan ook hard en hij breekt gemakkelijk. 
  
De echte pure is te herkennen aan het zegel dat over de hele zijkant  
van de kaas gedrukt is, en waarop “Parmigiano Reggiano” te lezen is.  
De kaas is bijzonder omdat hij zeer lang houdbaar is.  
 
De parmezaan wordt ook kant-en-klaar geraspt  verkocht, maar vaak zal in  
dergelijke producten geen echte traditionele goedgekeurde Parmezaan zitten. 
Vandaar dan ook de titel: laat de echte  parmezaan nu opstaan.  
  
De nepkaas wordt meestal gebruikt om schotels te  gratineren , of om  
op  pasta  te strooien.  
Als je over echte parmezaan beschikt, meestal dus in een homp, dan komt  
de smaak beter tot zijn recht in heel dunne plakken over  salades ,  
met alleen  olijfolie  en  balsamicoazijn  uit Modena. 
  
  
  
Een gerechtje maken met Pasen zonder ei kan natuurlijk niet.  
Er zit dus eentje in, dank zij smurfkok, kijk maar in dit recept voor   
“côtelettes d’agneau à la parmesane”  
  
  
  
ingrediënten voor 2 
 
bereiding 
 
 
2 lamskoteletten (+/- 400g samen) 
 
laat het grootste deel van de boter smelten 
 
 
50g boter of olijfolie 
 
haal de koteletten erdoor, leg ze op een bord 
 
 
30g Parmezaanse kaas, geraspt 
 
bedek ze met de Parmezaanse kaas 
 
 
1 ei, losgeklopt 
 
kruid het ei met pezo en andere kruiden naar wens 
 
 
broodkruim of chapelure 
 
haal het vlees door het ei, en door het broodkruim 
 
 
pezo 
 
laat de rest van de boter in een pan smelten 
 
 
marjolein, rozemarijnpoeder of  
 
leg de koteletten er voorzichtig in met een spatel 
 
 
andere kruiden naar keuze 
 
laat ze op een hoog vuur 5’ aan elke kant bakken 
 
 
  
 
ze zullen van buiten bruin zijn en van binnen nog rosé  
 
 
  
 
  
 
 
  
 
ik heb dit bereid met gekookte aardappelen en  
 
 
  
 
200g gebakken champignons  
 
 
  
 
en 400g gemengde groenten uit de diepvries 
 
 
  
 
(deze laatste even aangestoofd met een ajuintje) 
 
 
  
 
desgewenst kan dit ook met een tomatensaus 
 
 
 
  
De vleesjes worden rosé gebakken in de pan. Denk niet dat er iets mis is met je ogen.  
Greta heeft deze foto niet scherp genomen. 
  
  
 
Om niet te veel tijd te verliezen, en geen vijgen na Pasen te krijgen, worden wat 
 Spaanse diepvriesgroentjes bereid met een aangestoofd sjalotje. Snel gedaan. 
  
  
 
Een bakje champignons mag er ook wel bij. 
Hier zie je alles samen. Snel klaar en goed eet- en verteerbaar. 
Buikje vol, en een siësta na, volstaan voor de rest van de dag.  
  
Paasgroetjes van GroB 
  
											03-04-2010, 13:13 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											28-03-2010 
										 
										
											 
										
											
											
											  
In Oostende, historische badplaats aan de Belgische kust, gaat elk jaar  
een maritieme festiviteit door, die we helemaal niet kenden.  
En dat na meer dan 10 jaar als kustbewoner! Dat moeten we zeker goedmaken. 
Voor de 10de  editie, de eerste jubileumuitgave, kregen we toevallig een uitnodiging  
voor een VIP arrangement. Het smaakt naar nog. 
In het centrum van de stad liggen honderden zeewaardige boten en bootjes,  
waarvan er een aantal kunnen bezocht worden.  
Diegene   die voldoende groot zijn natuurlijk. 
  
  
  
  
Langs de kaden zijn witte feesttenten opgesteld, ter verwelkoming van de VIPs,  
waartoe we vandaag behoren.  
Zelfs een aparte VIP parking is voorzien, en in de witte tenten wachten ons  
drank en lekkere hapjes. 
  
  
  
Het weer is perfect, en we maken een eerste rondje langs de kleurige bootjes.  
Eén merkwaardig schip is al zeker een bezoek waard: “De Hydrograaf”,  
het persoonlijke binnenschip van Koningin Juliana van Nederland. 
  
  
  
Geen enkel roer is te groot of te zwaar voor een echte zeebonk,  
zolang de zon niet in zijn ogen schijnt. 
  
  
  
Een beetje schaduw doet een mens af en toe goed, en zeker benedendeks,  
in de salons, waar de koningin vroeger aan haar Koninklijke Thee nipte.  
Greta camoufleert zich handig naast de orchideeën. Perfect assortiment! 
    
  
 
Er is natuurlijk een pianobar. Pim Jacobs   beroerde hier regelmatig de toetsen,  
maar nu heeft gelukkig en tijdig een blonde stoot de rock&roll ingevoerd. 
  
 
 
Aan de achterzijde van de salon hangt een schilderij van deze zelfde Hydrograaf, 
terwijl hij stomend de wijde azuurblauwe Nederlandse wateren bevaart. 
Dat was in een tijd waar de scheepsschouwen CO2 nog bronstig konden uitstoten. 
  
  
  
Naar het schijnt zaten er geregeld verstekelingen en blinde of doofstomme  
passagiers verstopt aan boord.  
Toch maar even kijken voor de zekerheid of de kust (en het schip) veilig is.  
  
  
  
Alle vaartuigen bij elkaar maken het hier tot een gezellige boel, tegen  
de achtergrond van het wooncentrum van Oostende.  
Zoveel vlaggen en wimpels in de binnenhaven van Oostende zorgen  
voor de zonnige zomerse sfeer.  
    
  
 
Naast al de vaartuigen is er aan de wal, op verschillende plaatsen, en ook net voor 
 het treinstation, een gezellige drukte en animatie.  
Sommige, eerder stijve, bezoekers staan hier al een tijdje te apegapen, en zijn  
al wat gebruind door de zon. De meeste anderen kunnen nog een kleurtje hebben. 
    
 
  
De meeste plaatsen zijn open voor het grote publiek.  
Zelfs tanks en ander zwaar materieel zijn alom aanwezig.  
Ik had dan eerder watertanks verwacht, maar alle attracties zijn welkom .  
Hottentottententententoonstellingen en andere curiosa vullen alle lege ruimtes op. 
    
  
 
Ook muziektenten fleuren auditief het spektakel op.  
Aanstekelijke tropische muziek doet sommige dansbeentjes jeuken. 
  
  
  
  
Het podium kan nauwelijks de muzikanten dragen.  
Gelukkig is vandaag het Rode Kruis ook preventief van de partij.  
Oostende heeft geen moeite gespaard om positief deze 10de  editie te verankeren. 
  
  
  
Ik kan moeilijk schatten hoeveel boten speciaal voor deze gelegenheid zijn  
langsgekomen, maar het moet een knappe organisatie zijn om ze volgens afspraak  
vanuit   zoveel locaties   allemaal op de juiste tijd en plaats hier te verzamelen. 
  
  
  
Op sommige plaatsen liggen de meestal houten schuiten tenminste vijf lagen breed. 
  
  
  
Het is een echte heksenketel met al die oude houten vintage boten en schepen. 
Wat me opvalt, is het grote aantal Nederlandse schuiten.  
Het is natuurlijk een win-win situatie, want de Vlamingen zien al het mooie tuig  
uit Nederland, en intussen kunnen de Nederlanders hier genieten  
van de lokale Bourgondische levensstijl. 
Misschien zit er tussen mijn honderden Nederlandse lezers iemand die hier was  
met zijn schuit. Die kan het me laten weten natuurlijk.  
Via de “Reacties”, onderaan rechts.  
  
  
 
Nederlanders en Belgen vullen elkaar perfect aan op dit gebied.  
Door de vele rivieren en stromen water zijn de Nederlanders historisch vergroeid  
met water en de wereldzeeën. 
Vlamingen hebben altijd de meeste tijd doorgebracht op het droge en hebben zich  
dan maar (noodgedwongen?) gespecialiseerd in andere opportuniteiten,  
vooral gericht op eten en drinken.  
Terwijl de Nederlanders droge beschuit  aten op zee, op weg naar de kolonies,  
hielden de Vlamingen het op Bourgondische catering.  
  
  
    
Van dubbele authentieke Vintage gesproken. Ik vermoed dat de boot en de  
Nederlandse schipper (met lange witte Mozesbaard, rechts naast de meerpaal )  
ongeveer dezelfde leeftijd hebben. 
Iemand een gokje? 
    
  
Volgende keer wacht het grote Oostendse avontuur: we gaan op zee  
met de Mercedes, een tweemaster van 70 meter lang. 
  
Ahoy! 
  
											28-03-2010, 00:00 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											20-03-2010 
										 
										
											 
										
											
											
											  
  
Dit vegetarische recept uit Oost-Europa wordt op smaak gebracht met peterselie. 
Van dit gesmaakte plantje zijn er drie soorten in gebruik in de keuken: 
  
Ten eerste is er de wortelpeterselie. 
Deze wortel is zo'n 15 cm lang, maar is minder gekend en toegepast. 
Van  wortelpeterselie  wordt enkel de  penwortel  gegeten.  
  
Krulpeterselie met de bekende gekroesde  blaadjes  wordt in hoofdzaak  
gebruikt als garnering. De smaak is niet erg doortastend. 
  
Bladpeterselie (ook platte peterselie genoemd) bezit gladde bladeren  
en heeft door een hoger watergehalte en een hoger gehalte aan  
etherische oliën  (in hoofdzaak  apiol ) een fijnere smaak dan krulpeterselie.  
Werp van deze plant nooit de steeltjes weg!  
Snij ze in fijne reepjes en geniet van de intense smaak van dit lekkers. 
  
Om de fijnere smaak gebruik ik altijd deze laatste soort in de gerechten.  
Op het terras staan trouwens altijd zowel verse krul- als platte peterselie  
in een schaal met aarde, samen met koriander, dat hetzelfde uitzicht heeft. 
  
Bladeren en wortel kunnen worden gedroogd, waarna ze lang bewaard  
kunnen worden. Bladeren kunnen ook worden ingevroren.  
De wortel dient eerst te worden  geblancheerd  alvorens hij wordt ingevroren.  
  
  
  
  
Het kruid dient pas aan spijzen toegevoegd te worden vlak voor het serveren  
(dus niet meekoken) omdat het anders veel van zijn smaak en frisheid verliest.  
Maar in ons geval kan de smaak of geur niet verdampen of ontsnappen. 
Voor dit recept mag de peterselie rustig mee de oven in. 
  
Ook wordt het vaak samen met  look  aan  roomboter  toegevoegd om  kruidenboter   
te vormen. De smaken van look en peterselie passen uitstekend bij elkaar.  
Gebruik ze altijd samen! 
Bladpeterselie kan ook in salades gebruikt worden. 
Peterselie is ook een klassiek bestanddeel van een  bouquet garni . 
De plant kan gebruikt worden om de geur van  look  uit de mond te verminderen  
door op rauwe peterselieblaadjes te kauwen.  
Ofwel kan je ook op look kauwen om de smaak van peterselie te verminderen. 
(grapje natuurlijk). 
  
  
  
In dit Roemeens recept uit de Karpaten las ik dat rijpe tomaten vereist waren. 
Wie ben ik om daaraan te twijfelen? Ik heb er genomen die wel iets té rijp zijn.  
Dus, als er toch iemand dit receptje wil bereiden: de rode vruchten moeten wel  
een tijd in de oven, wat ze nog heel wat zachter maakt. Opletten dus. 
Het resultaat kan je zien op de foto: ze zijn wat door hun pootjes gezakt, maar de smaak  
was wel in orde! Je leert natuurlijk ook van “mislukkingen” als deze. 
  
Hier dus het onvervalste recept paradais rosii umplute cu oua,   
of zoals wij zouden zeggen: tomaten, gevuld met eieren.  
  
  
ingrediënten voor 4 
 
bereiding 
 
 
4 kleine eieren 
 
was de tomaten en verwijder voorzichtig het kroontje 
 
 
4 grote (rijpe) tomaten 
 
snij het kapje van de tomaten, bewaar het en hol de tomaten uit  
 
 
pezo 
 
draai ze om, zodat het vocht er kan uitlekken 
 
 
50g boter, gesmolten 
 
schik de tomaten in een goed beboterde ovenschotel 
 
 
cayennepeper 
 
zorg ervoor dat ze stabiel staan en niet kunnen omvallen 
 
 
3 el fijngehakte peterselie 
 
verwarm de oven voor op 180° 
 
 
2 el zure room 
 
strooi wat zout en cayennepeper in de tomaten 
 
 
Parmezaanse kaas, geraspt 
 
giet hier wat van de gesmolten boter bovenop 
 
 
  
 
breek de eieren en laat ze voorzichtig in de tomaten glijden 
 
 
  
 
kruid met nog wat pezo, vul op met de kaas en de peterselie 
 
 
  
 
giet de rest van de boter erbij  
 
 
  
 
zet op iedere tomaat zijn eigen afgesneden kapje 
 
 
  
 
plaats de schotel(s) in de oven, voor 20’ à 25’ 
 
 
  
 
de kaas moet dan normaal over de tomaten lopen 
 
 
  
 
serveer de tomaten, met het bovenkuiltje, gevuld met zure room  
 
 
  
 
  
 
 
  
 
lekker met pureeaardappelen, en eventueel een salade 
 
 
 
  
De fles wijn is al half als het gerecht op de tafel komt, en de zetel nodigt uit voor  
een dromerige siësta erna. 
  
Met een frisse salade en smeuïge aardappelpuree heb je elke Roemeen mee, 
en gaat hij daarna vrij gemakkelijk naar de plee. 
  
  
  
											20-03-2010, 00:00 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											14-03-2010 
										 
										
											 
										
											
											
											  
  
Een van de activiteiten van Olaba het afgelopen jaar was een bezoek  
aan de stad Lier, op ongeveer 15 km van Antwerpen, ook een stad. 
  
Olaba is al dikwijls ter sprake gekomen, en de regelmatige lezers  
kennen deze organisatie wel. Voor de nieuwe lezers: Olaba staat voor  
“Organisation de loisirs agréables et blabla amical”. 
  
De organisatie heeft per definitie acht op (hun) rust gestelde leden,  
die allerlei te gekke dingen doen om hun (weinige) tijd te verdrijven. 
Als we nuchter zijn spreken we Frans met elkaar, maar dat gebeurt zelden. 
Vroegere Olaba avonturen vind je in overvloed op deze weblog. 
  
Op naar Lier dus, op een mooie zomerdag.  
De stad staat ondermeer bekend om zijn Zimmertoren.  
De heer Zimmer was een notoir uurwerkmaker.  
Er zijn mannen die niet van  de rokken kunnen wijken,  
maar deze heer kon niet van de klokken blijven. 
Goed voor de toerist, die soms toch wil weten hoe laat het is. 
Op de voorgevel van de toren staan al 13 klokken  
en één heiligenbeeld,  en dat is maar het begin. 
  
  
  
  
Het eerste bezoek kunnen we maar doen omdat Gina iemand kent  
die iemand kent die in een patriciërswoning   niet alleen wóónt, maar daar ook  
een kantmuseum uit de grond heeft gestampt.  
Lier is, of was, bekend om zijn kant, zoals Brugge.  
Dit zelfde huis wordt ook gebruikt in de televisiesoap “Goesting” die momenteel  
loopt op zender “één” als de plaats waar sommelier Kurt woont met zijn moeder.  
Hier komt de prachtige eetkamer in beeld. 
  
  
  
Ook de salon is beeldig mooi, en authentiek. 
  
  
  
  
Deze mysterieuze dame werd ter plaatse van kant gemaakt. 
  
  
  
Na dit verhelderende bezoek hebben we onze dorst  
even aan de kant gezet,  en gaan we via smalle oude straatjes  
aar de Sint Gommaruskerk.  
Dit Gotisch pareltje druipt binnenin van het zonlicht.  
Het is ook de gelegenheid om al biddend bij de heilige  
Gommarus zijn genade  af te smeken voor alle gevaren  
die we vandaag nog moeten trotseren.    
  
  
  
Na een Italiaanse lunch in het stadscentrum smeren we de bruine beentjes in  
en stappen ongeveer honderd meter in de richting van de Zimmertoren,  
ons volgend exploot. 
  
  
  
De toeristische dienst van Lier was tijdig op de hoogte gebracht van de komst  
van de vermaarde Olaba’s, en had voor een sublieme verrassing gezorgd. 
Ze bieden ons namelijk een kleine chocoladen versie van de toren aan.  
Erik, als echte chocoladeliefhebber, bewondert en koestert het lekkere ding.  
Tijdsgebrek en een overvloedige lunch beletten ons echter om deze smakelijke 
 constructie vreugdevol te consumeren. 
Na rijp beraad wordt beslist het meesterlijke cacaoproduct te schenken aan  
de Bond van Oprustgestelde Mangoplukkers van Lier. 
Ik ben het enige lid. 
  
  
  
We bezoeken eerst de toren, met klokken, uur- en raderwerken  
langs alle kanten, verspreid over drie verdiepingen.  
Dan gaan we naar het gebouw aan de overkant.  
Nog meer klokken en wijzerplaten slaan ons figuurlijk om de oren.  
  
  
  
In het gebouw is zelfs een Fitnessruimte voor Jonggepensioneerden voorzien. 
Een instructeur laat ons op de maat van een uurwerk (uiteraard)  
indringende oefeningen doen  om soepeler nekspieren te krijgen.  
Erik valt natuurlijk weer uit de toon.  
Hij krijgt een aparte individuele oefening Powerliften.  
Niet te onderschatten trouwens! 
Hij moet honderd maal een zware zwarte, met lood gevulde container opheffen,  
ter stimulering van de armbicepsen. Kan van pas komen in de volgende bar. 
  
  
  
 
Na het bezoek zijn we weer buiten- en uitgelaten.  
Denk niet dat er aan de rechterkant een roze flamingo staat. Het is Yvette. 
  
  
  
De volgende afspraak is een boottocht op de Kleine Nete. Er zijn twee formules.  
Een zonder drank en een met drank. Uitzonderlijk is de eerste formule vandaag  
niet beschikbaar, en zijn we verplicht de tweede versie te nemen. Jammer.  
  
  
  
Dit is onze watergids. Ik zal hem maar John noemen. 
John wijst ons de plek aan waar de alligators na de middag hun siësta houden. 
  
  
  
Lier is toch wel een aangename provinciestad.  
Dat doet me er aan denken dat ik hier geboren ben. 
Niet hier, maar in het ziekenhuis.  
  
  
  
Deze brug is nogal laag. Konden ze in de middeleeuwen niet weten  
dat John hier ooit met toeristen zou moeten onder varen.  
We begrijpen nu ook beter het nut van de nekspieroefeningen van daarnet.  
Iedereen   komt er soepel onder door, met het hoofd nog intact. 
Voor zover als mogelijk bij een Olaba. 
  
  
  
Dat moet gevierd worden! Een lekker biertje doet alle emoties wegspoelen. 
  
  
  
De alcoholische gevolgen laten zich al snel zien. 
De ergste foto’s zijn gelukkig gecensureerd, door toedoen van de Olaba president.  
  
  
  
We varen hier langs de Vismarkt.  
En, als je het weet, zie je hier de ingang van de kunstacademie,  
waar ik nooit op de schoolbanken heb gezeten. 
Gelukkig maar, voor de school. 
  
  
 
Het water van de Kleine Nete heeft bijzondere eigenschappen.  
Stoelen blijven er gewoon op staan.  
Eigenlijk was dat trucje van Jezus van Nazareth om op het water te lopen  
niks bijzonders: hij wist de paaltjes staan. 
  
  
  
Terug op het droge lopen we een kudde schapen tegen het zongeblakerde lijf.  
Lierenaars hebben als bijnaam: schapenkoppen, en ik kan het weten,  
want ik ben een lammetje, zeggen sommigen. 
  
  
  
Tot slot van deze mooie dag drinken ter afscheid nog een glaasje  
op de Grote Markt, in het zicht van het stadhuis en het belfort uit 1369.  
Zo ziet het plein er dan uit (??) vanuit de drankgelegenheid waar we voorlopig  
afscheid nemen van Lier en de andere Olaba’s.  
  
Alles bij elkaar is het een plezierige dag geweest.  
Jammer van de 50 € parkeerboete die ik achteraf mocht betalen.  
Bij mijn vorig bezoek, twintig jaar eerder, mocht je overal vrij parkeren. 
De wereld is veranderd, en wij ook.  
  
  
  
											14-03-2010, 00:00 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											06-03-2010 
										 
										
											 
										
											
											
											  
  
  
Ik heb terloops al eens vermeld dat Spanje, Oostenrijk, en nog andere stukken Europa,  
(waaronder Vlaanderen) een tijd verenigd waren onder één gezag.  
Keizer Karel was de man die dit domeintje bezat, waar de zon nooit onderging.  
Wij kennen deze knaap als Karel V.  
In Spanje heten ze hem Karel I, en in de Spaanse volksmond is het Don Carlos.  
Zijn zoon was Filip II of Felipe, de Inquisitie man, maar je mag dat snel vergeten. 
Wat ik wil zeggen is dat in de grond Oostenrijk en het verre Spanje verder  
niets met elkaar gemeen hadden/hebben. 
Daar ga ik nu toch even, als uitdaging, wat verandering in brengen. 
Ik ga beide landen krachtdadig op de rooster leggen! 
Daarvoor zal ik een harde Japanner inschakelen, hoewel die op zichzelf  
volledig oneetbaar is. 
  
Wat je hieronder op de foto ziet aan eetbaars is qua herkomst volledig neutraal:  
een paar ronde tournedootjes, een bakje champignons, twee piepertjes die  
straks een blinkend metalen jasje om krijgen, en een mes van Piet Huysentruyt. 
  
  
  
Nu begint het: spiesen uit Tirol. Ik wil jullie de authentieke naam niet onthouden: 
 Pilzspiesschen Tiroler Art  
Als je dit drie keer uitspreekt, ben je al je speeksel kwijt en is je honger al over. 
Hoe steek je dit kunstwerk (letterlijk) in elkaar? Ziehier: 
  
  
ingrediënten voor 2 
 
bereiding 
 
 
350g paddenstoelen 
 
snijd de geborstelde champignons in dikke plakken 
 
 
4 pruimtomaten 
 
halveer de tomaten, haal het zaad er uit en laat uitlekken 
 
 
basilicumpoeder (Spanje: pasta) 
 
doe de basilicum in de tomaten 
 
 
olijfolie 
 
bak de champignons even aan op hoog vuur in olie 
 
 
1 (witte) ui in stukken gesneden 
 
leg ze even opzij op een bord 
 
 
100g spekblokjes 
 
bak de spekblokjes in dezelfde pan 
 
 
1 kleine rode paprika 
 
vul de halve tomaten met de spekblokjes 
 
 
pezo 
 
zet de ui 1’ in de microgolfoven, om hem mals te maken 
 
 
peterselie, fijngehakt 
 
ontdoe de paprika van zaadlijsten, snijd hem in blokjes 
 
 
  
 
zet de paprikablokjes ook even in de microwave 
 
 
  
 
steek alle groenten afwisselend aan vleespennen 
 
 
  
 
plaats de gevulde tomatenhelften goed tegen elkaar 
 
 
  
 
deze hoeveelheden zijn goed voor 3 vleespennen 
 
 
  
 
strooi pezo over de brochettes, bedruip ze met olijfolie 
 
 
  
 
grill de brochettes 10’ of leg ze op de tepanyaki  
 
 
  
 
  
 
 
  
 
heel goed met butifarra of andere worstjes (pag. 120) 
 
 
 
  
  
Na het steekspel zien de brochettes er ongeveer zo uit: 
  
  
  
  
Tot zover het Oostenrijkse gedeelte.  
Hoewel ik mijn twijfels heb over de weersomstandigheden in Oostenrijk  
om geregeld te kunnen barbecueën.  
Zelfs in Spanje moet je in deze druipnatte winter een droge dag uitzoeken. 
  
De inbreng aan Spaanse kant bestaat vooral uit “butifarras” .  
Ik had de lekkere Catalaanse worst vroeger al eens willen grillen, maar dat liep faliekant af. 
Zie deze interessante maar moedeloze ervaring op een andere plaats in mijn webblog:  
“Het geheim van de Barbaarse Barbecue”,  genoteerd op 19/07/2009.
Klik hiervoor rechts in de maand juli 2009, en je komt erop.  
  
  
De BBQ werd toen deskundig en definitief afgevoerd naar de grote vuilnisbak. 
Om terrassnoeperijen toch mogelijk te maken, werd na de derde en laatste  
versleten BBQ een gloednieuwe teppanyaki aangeschaft. 
Het ding werkt even goed, en is veel gemakkelijker te onderhouden. 
Het Japanse woord "teppanyaki" is afgeleid van teppan, dat ijzeren plaat  betekent, 
 en yaki dat gebakken  wil zeggen in het Japans. 
  
  
Butifarras komen uit noordelijk Spanje, meer bepaald uit Catalonië.  
Op zichzelf is dat geen probleem, behalve dat ze daar botifarras  heten. 
Botifarra schotels zijn een van de meest bereide gerechten in Catalonië.  
Ziehier, hoe ze te bereiden. Je kunt natuurlijk evengoed andere worsten gebruiken. 
Let op: butifarras  zijn GEEN bloedpensen. Die noemt men hier morcilla .  
Butti’s en botti’s bevatten VLEES (en natuurlijk kruiden en look).  
De ronde exemplaren zijn (meestal) van elkaar gescheiden door een touwtje, 
 vandaar de naam bottifarras soleñadas  (eenzame botti’s). 
  
  
  
Botifarraworst is zeker tweeduizend jaar oud.    
De Romeinen, die hier ook al eens toevallig voorbijkwamen, noemden het  
botulu  of lucanica , toen ook vervaardigd van rauw varkensvlees en kruiden.  
Vandaag vindt men ook varianten in Italië, Portugal en Brazilië. 
Botifarra is eveneens uiterst populair in  Paraguay .  
Misschien daarom dat dit land zangers voortbrengt met geweldig sterke stemmen.  
Het zou kunnen dat de botifarra’s aldaar té heet worden opgediend. 
  
Hier is een van de Catalaanse manieren om de worstjes lekker te maken: 
Botifarras o salsitxes a la pagesenca  (= paddenstoelen, in het Catalaans). 
  
  
ingrediënten voor 2 
 
bereiding 
 
 
witte en zwarte butifarras (Spanje) 
 
prik de butifarras in met een vork, marineer ze twee uren 
 
 
(of andere worstjes, merguez …) 
 
spoel de piepers schoon  
 
 
marinade voor de worstjes: 
 
leg ze in een microwave schotel met een beetje water 
 
 
2 grote aardappelen 
 
kook ze gaar, omwikkel ze met alu-folie 
 
 
300g paddenstoelen 
 
leg de butifarras op de grill of tepanyaki (halve power) 
 
 
pezo 
 
draai ze een paar malen om, na 10’ zijn ze gaar 
 
 
roomsausje of aïoli 
 
kruid de champignons en bak ze ook in 7’ 
 
 
  
 
open de alu-folie bovenaan, snijd een spie uit de piepers 
 
 
  
 
vul die met het sausje 
 
 
  
 
  
 
 
  
 
lekker met Paddenstoelbrochettes uit Tirol, pag. 94 
 
 
 
  
  
  
  
Er liggen ook nog een paar chorizootjes op, vergelijkbaar met merguez worstjes. 
Nu al het lekkers staat te popelen, schieten de kok en de teppanyaki in gang.  
De klus is bijna geklaard, de hitte van de bakplaat doet al het werk,  
behalve het af en toe omdraaien van de sissende stukken. 
  
  
  
Het wijntje staat paraat, de piepertjes zijn gekookt in de microwave,  
en omwikkeld met alu-folie. Het feest kan beginnen. 
Met een teppanyaki zit je gebakki.  
  
  
Wat hebben we vandaag geleerd? 
De eindstand Oostenrijk - Spanje is 1-1, en de scheidsrechter was een Japanner. 
  
  
  
  
  
											06-03-2010, 00:00 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											26-02-2010 
										 
										
											 
										
											
											
											  
Een wandeling maken door Toledo, de oude hoofdstad van Spanje,  
is alsof je 500 jaar teruggekaatst wordt in de tijd. 
In de oude binnenstad is er weinig of geen verkeer te zien. 
Alleen oude straatjes, binnenplaatsen, en een massa winkeltjes  
met armaturen, wapens, en allerlei oude (namaak)dingen waar  
het blanke staal voor wordt gebruikt. 
  
  
  
  
Een van de bekendste ex-inwoners is de schilder El Greco, uit de glorietijd  
van Spanje, toen er heel veel geld was (ergens anders geplunderd natuurlijk,  
zoals in Vlaanderen bijvoorbeeld) en geen twintig percent werklozen, zoals nu. 
Nochtans zag El Greco, afgaande op zijn zelfportret, er niet zo stralend uit. 
  
  
  
Domenikos Theotokopoulos (what’s in a name?) is zijn echte naam.  
De Spanjaarden vonden dit wat lastig om uit te spreken, en hij werd dus  
terecht algemeen bekend als El Greco ( Spaans  voor de "De Griek"). 
Het schrijven lag nog iets moeilijker, wat denk je van Δομήνικος Θεοτοκόπουλος. 
Onleesbaar voor de meesten, maar omdat ik bij de nationaliteiten 
van mijn lezers zie dat er toch één Griek tussen zit, wil ik deze persoon  
toch ook de volledige originele naam geven. 
  
El Greco werd geboren in He raklion  op  Kreta  in  1541  en hij was  
een getalenteerde kunstschilder die voornamelijk in Spanje werkte. 
Net als Greta en ikzelf was hij al een echte Europeaan. 
Na een opleiding op Kreta in de kunst van de  iconen  reisde El Greco  
naar Italië,  en in Rome studeerde hij onder de schilder  Titiaan .  
In 1577 emigreerde hij naar Toledo in Spanje, waar hij zijn  
grootste hoogte  bereikte, tot aan zijn dood in  Toledo  op  7 april   1614 . 
Hij was erg geliefd onder hoogwaardigheidsbekleders en schilderde  
vooral religieuze werken en portretten.  
De schilderijen van El Greco onderscheiden zich door de langgerekte vormen  
en de expressieve kleuren. Zijn werken doen werkelijk erg modern aan. 
Hier zie je het schilderij “De doop van Christus”, geschilderd rond 1610.  
  
  
  
  
Na zijn dood werd El Greco eeuwenlang niet meer als belangrijk  
kunstenaar gezien.  
Aan het eind van de 19e eeuw ontstond echter een hernieuwde belangstelling  
in zijn hoogst persoonlijke expressie.  
El Greco bevrijdde zich van de exacte vorm, licht en kleuren van zijn onderwerpen  
en inspireerde kunstenaars als  Pablo Picasso  en  Jackson Pollock  in hun  
inspanningen om de kunst te transformeren 
De meeste kunstcritici bestempelen hem als een moderne schilder ‘avant-la-lettre'. 
Hij slaagde erin zijn schilderijen licht te laten uitstralen, wat totaal ongewoon  
was in de   jaren 1600. Als voorbeeld zie je het zicht op de stad Toledo,  
van op de plaats waar we verblijven in hotel Eurostar. 
  
  
  
Deze historische en artistieke bespiegelingen veroorzaken dorst en honger.  
Dus gaan we op zoek naar de beste bar van Toledo: de Gambrinus. Niet te missen! 
Bemerk de frappante gelijkenis tussen de kraag die El Greco rond zijn nek draagt,  
en de kraag van de pint die Greta in haar knuistje neemt.  
De Spanjaarden weten waar Joost de mosterd en de pils vandaan haalt. 
  
  
  
De Gambrinus serveert Cruzcampo bier, en dat zullen we geweten hebben. 
  
  
  
Aan de zijkant van de bar ligt een driehoekig pleintje, waar Greta snel haar  
plaatsje vindt. Merk op dat ook hier het spel van licht en schaduw volop  
tot zijn recht komt. El Greco vergezelt ons.  
  
  
  
Na de bestelling van enkele natjes en droogjes neem ik even tijd  
voor persoonlijke hygiëne.  
Dat geeft me de gelegenheid eens rustig het interieur te bekijken. 
Op één plaats hangen de lekkerste hammen te drogen aan de haak,  
met onderaan het druippotje om resterend vocht op te vangen.  
  
  
  
  
Even verder staan een aantal gezellige tafeltjes klaar om gasten te ontvangen. 
Het is nu rond 4 uur, zowat de kalmste periode van de dag. 
  
  
  
  
De Cruzcampo pils wordt hier hoog in het vaandel en in de vrachtwagen gedragen. 
  
  
  
Spanjaarden eten tapa’s altijd aan de toog. Geen probleem hier. 
  
  
  
Er was een tijd dat deze plaats ook een huisbrouwerij was.  
De bewijzen zijn nog aanwezig. 
  
  
  
Intussen is de bestelling toegekomen. Eigenlijk wilden we een kleine tapa  
eten, maar de hoeveelheden die men neerzet zijn aan de ruime kant.  
Mijn probleem is dat ik nauwelijks kan weerstaan aan al die lekkere dingen. 
De kelner heeft dus niet veel moeten afruimen. 
’s Avonds bij het romantische diner kunnen we geen pap meer zeggen,  
en eten we maar enkele kruimeltjes. 
Er is nog een sappige story aan verbonden met een steak en een hond,  
maar het zou me te ver leiden om dat hier en nu uit de doeken te doen. 
  
  
  
Na de heerlijke maaltijd in de Gambrinus werpen we nog een laatste blik  
in het interieur. Geen blik in staal natuurlijk, hoewel dat in Toledo ruim  
voorhanden is, zoniet zouden we de barjuffrouw achter de toog  
te veel doen schrikken van het lawaai.  
  
  
  
De tijd is gekomen om oud Toledo te verlaten, met zijn pittoreske straatjes  
en dito winkeltjes met   Armas Historicas. 
  
  
  
We rijden het laatste stuk naar Malaga door een monotoon landschap.  
Een ultieme stop voor een kleine snack en een smeerbeurt voor de keel  
voeren we uit net voorbij Granada. 
Er is daar een piepklein dorpje, Riofrio. Door het dorpje loopt een rivier,  
eveneens genoemd Riofrio natuurlijk, wat zoveel betekent als “koude rivier”. 
Bij onze aankomst ziet het er nogal verwilderd uit, en er is geen levende ziel.  
  
  
  
We zitten hier in de uitlopers van de Sierra de Loja, met zicht op de hoogste  
toppen van de Sierra Nevada.  
Sinds 1664 wordt hier op forel gevist. Dat is toevallig ook het jaartal van het  
ontstaan van het bier 1664 van Kronenbourg, maar verder is er geen verband.  
Onlangs werden hier forelvangsten gedaan tot 5.2 kg! 
Je moet wel over een stevige barbecue beschikken om dat visje te braden! 
  
  
  
Het visseizoen loopt hier het hele jaar, waarbij men verse forel serveert  
van de barbecue in de talrijke restaurants. 
Het oogt hier niet zo aantrekkelijk als normaal.  
Gisteren is hier een zware storm gepasseerd, en alles ligt overhoop. 
  
  
  
De hoofdattractie hier is nochtans niet meer de forel, maar de steur. 
Na drie en een halve eeuw forellen vangen was men er wat op uitgekeken,  
en is er een familie gestart met het kweken van steur.  
Niet de vis is op zichzelf heel interessant, maar wel zijn eitjes,  
met andere woorden gezegd: het draait allemaal rond kaviaar.  
Kaviaar mag sinds enkele jaren niet meer ingevoerd worden  
in de Europese Unie,  enkel als eitjes, om zelf te kweken. 
Wil je er meer over weten, dan kan je naar http://www.caviarperse.net. 
Persoonlijk vind ik de smaak van kaviaar maar niks.  
  
  
  
Vroeger werd de steur in het wild gevonden in de Guadalquivir, die ook Sevilla  
en Cordoba bespoelt. Maar sinds die werd afgedamd voor drinkwater  
en elektriciteit, is het visje in Spanje bijna uitgestorven.  
In Riofrio bevindt zich nu een van de grootste steurkwekerijen in de wereld. 
Naast forel kan men er ook de steur zelf eten in de plaatselijke restaurants. 
Dat zal bij ons volgend bezoek dan ook gebeuren. 
  
  
Steuren zijn grote, primitieve vissen met een bepantserde kop.  
Hij is een van de weinige dieren die de prehistorische tijd heeft overleefd. 
Kenmerkend is de lange snuit met een soort uitstulpbare slurf.  
Ze worden tot 6 meter lang, 500 kg zwaar en maximum 100 jaar oud. 
Steur is een vis die heel zuurstofrijk water nodig heeft.  
Bij een tekort aan zuurstof, zal de vis krom groeien en uiteindelijk sterven. 
Het pure zuivere water dat rechtstreeks van de Sierra Nevada komt is  
uiterst geschikt voor deze vissen, die volledig ecologisch gekweekt worden. 
Deze viskweek valt wel buiten het gewone.  
Alleen al het feit dat de oude knarren heel gevoelig zijn voor hun leefmilieu , 
is er ook nog een groot praktisch probleem. 
Mannetjes worden pas geslachtsrijp na 7 tot 15 jaar en vrouwtjes na 8 tot 20 jaar. 
Wie een kwekerij start moet een heel aantal jaren wachten op de eerste eitjes,  
en om iets tastbaars terug te zien van zijn investering.  
Vandaar dat er weinig steur wordt gekweekt in de wereld en dat de eitjes  
een heel duur exclusief product blijken te zijn.  
Dit inloopstadium zijn ze hier intussen al wel voorbij.  
  
De ei-afzetting vindt normaal plaats in diepe rivierdelen met stenige bodem,  
of ook wel boven zandbanken in ondiep water bij de monding van rivieren. 
Het vrouwtje verspreidt daarbij de eieren (tot 800000 stuks, bij grote exemplaren)  
over een oppervlakte van honderden vierkante meter. 
Enkel op enkele plaatsen in Europa leven nog wilde steuren.  
In de Dordogne bijvoorbeeld zijn ze nog niet helemaal weggevist.  
  
  
  
Na enkele tapa’s nemen we afscheid van deze interessante plek. 
Het laatste dat we zien is een wilde eend, dicht tegen de weggespoelde oever. 
Dit lekkere beestje legt natuurlijk al de link naar een mogelijk volgende  
hoofdstuk in de kokeneten rubriek. 
Come and see next week. 
  
  
  
											26-02-2010, 00:00 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											20-02-2010 
										 
										
											 
										
											
											
											  
  
  
De kalkoen is een  gedomesticeerde  vogel oorspronkelijk afkomstig uit  Yucatán , 
  waar hij door de Maya's  gehouden werd. In de 16e eeuw werd de vogel  
in Europa populair op het menu, na import door de Spanjaarden.  
Het Nederlandse woord kalkoen is afgeleid van de stad Calicut in India. 
In Denemarken, Estland, Noorwegen is het kalkun , in Zweden kalkon  enzovoort. 
De naam in de meeste andere Europese talen wijst op een exotische origine. 
Het komt voor een deel voort uit de misvatting dat Columbus naar India was gevaren,  
toen hij Amerika ontdekte. Vandaar ook in het Frans: dinde  (in feite d’Inde). 
  
De  Pilgrim Fathers , Engelsen die twee eeuwen later naar Amerika trokken,  
om het land te exploiteren namen kalkoenen mee. Dat was echter onnodig, 
 aangezien daar een grote, wilde soort kalkoen bleek voor te komen,  
namelijk de "wild turkey".   Wij wisten dat natuurlijk intussen. 
Zie foto hieronder. 
Deze soort wordt in de  VS  traditioneel verorberd op  Thanksgiving Day . 
Een kalkoen wordt gekenmerkt door zijn naakte rode kop, met  lellen   
aan beide kanten van zijn snavel. 
  
  
  
Vandaag gaan we een (klein stukje van dit) beestje bereiden en opeten. 
Als toemaatje denken we daarbij aan gegrilde tomaten , altijd lekker. 
Je kunt het topje er af nemen, ofwel ze in twee snijden, zoals ik  
deze keer deed, in tegenstelling tot het recept. 
  
  
Ingrediënten voor 2 
 
bereiding 
 
 
4 grote rijpe tomaten 
 
Verwijder het harde kroontje van de tomaten, snij er de kapjes af 
 
 
45g vers broodkruim 
 
Schep er de zaadjes uit 
 
 
3el gehakte peterselie 
 
Rangschik ze op een ingevette ovenschotel 
 
 
2 tenen look, grof gehakt 
 
Meng het broodkruim, peterselie en look; kruid met peper en zout 
 
 
pezo 
 
Vul er losjes de tomaten mee 
 
 
olijfolie 
 
Besprenkel de tomaten met olie  
 
 
  
 
Zet de schotel 15´in een oven van 200 º   
 
 
 
  
  
  
Dan is de tijd gekomen voor het vogeltje, dat al een tijdje   (ten minste vier uren)  
in de koelkast staat sappig te worden in een Oosterse marinade. 
Het recept staat te boek als: Kalkoenfilet met koriander.  
Maak het eens voor een ander (maar ook voor jezelf). 
  
  
ingrediënten voor 2 
 
bereiding 
 
 
400g kalkoenfilet 
 
snij de kalkoenfilets in repen 
 
 
voor de marinade: 
 
doe de marinade met al de rest, gesneden waar nodig 
 
 
2 eetlepels vissaus (nam pla) 
 
leg de kalkoen in de marinade, dompel ze onder 
 
 
2 el sake (of gin) 
 
zet dit afgedekt ten minste 4 uren in de koelkast 
 
 
sap van ½ limoen of citroen 
 
bekleed de bakplaat van de oven met aluminiumfolie 
 
 
1 el milde currypasta 
 
leg de kalkoenreepjes erop, of op een schoteltje 
 
 
2 el kokosmelk of lichte (soja)room 
 
zet 10’ onder de grill en dien op (Oosterse smaak!) 
 
 
2 teentjes look (of 2 tl lookpasta) 
 
  
 
 
1 chilipepertje (of piment d’Espelette) 
 
bereid met gegrilde tomaten (samen 10’ onder de grill) 
 
 
1 bosje verse koriander, fijngesneden 
 
en “amandelsaus voor kalkoen” uit “Sauzen” 
 
 
 
  
En dan gaat het samen gezellig onder de grill met de tomaten. 
De Spaanse terracotta schoteltjes doen weer hun dienst. 
  
  
  
Het geurige en smeuïge kalkoenfiletje mag na 10’ de tafel op, voorzien van  
een takje lekkere verse koriander uit de grote pot op het terras.  
  
  
  
Nu heb ik toch wel een sausje gevonden zeker, dat uitgevonden is  
om bij kalkoen te geven (almond sauce for turkey) . 
Weer een geluk bij een geluk. 
Dit makkelijke sausje kan rustig gemaakt worden terwijl het vogelbeestje  
zich te pletter amuseert met de tomaatjes in de oven. 
Foelie heeft natuurlijk de voorkeur op nootmuskaat. 
Het is de gemalen schil van deze specerij, en is fijner van smaak. 
  
  
  
ingrediënten voor 2 
 
bereiding 
 
 
voor 10 cl saus: 
 
smelt de boter in een kleine steelpan 
 
 
30g amandelpoeder 
 
roer het amandelpoeder erdoor tot het blond is 
 
 
(of de noten geblancheerd en fijngehakt) 
 
doe de bloem erbij en doe de fond erbij en water 
 
 
10g boter 
 
kruid met een snuif zout, suiker en foelie 
 
 
1 el bloem 
 
breng de saus aan de kook, klop op met een garde 
 
 
8 cl kippenboeljon, of een beetje -fond  
 
de saus moet niet gezeefd worden 
 
 
zout 
 
roer er voor het opdienen de room door  
 
 
suiker  
 
  
 
 
foelie (of nootmuskaat) 
 
  
 
 
1 el (soja)room 
 
  
 
 
 
  
  
  
  
De kok van dienst komt even de filetjes op de tafel zetten, en hij lijkt  
nog een beetje onzeker over het resultaat. Greta is soms een hard jurylid! 
  
  
Over de tomaatjes wordt nog wat verse basilicum gelegd (zalig!), en alles . 
staat klaar voor de definitieve hap. 
Ingrediënten uit alle continenten zijn vandaag de revue gepasseerd. 
De vino tinto heeft intussen ook al zijn weg gevonden naar het wijnglas merk ik.  
Een van de betere dagen in mijn kokleven is dit . Alles is gelukt. Smakelijk. 
  
  
  
  
  
											20-02-2010, 00:00 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											13-02-2010 
										 
										
											 
										
											
											
											  
Na een heerlijk ontbijt in hotel Cuatro Postes in Avila poetsen we de plaat  
naar Toledo, voor een extra uitstap in het binnenland, die niet gepland was. 
De afstand is 250 km, voornamelijk langs autoweg, dus heel comfortabel. 
Onderweg komen we langs een Embalse, een kunstmatig meer dat drinkwater levert. 
Rechts in het midden van de foto is de brug waar we net over reden. 
  
  
  
Ook de andere kant van het meer ziet er voldoende fotogeniek uit,  
maar de waterstand mag wat hoger zijn.  
Hoewel er wel wat wolken hangen in de heuvels, gaat het zeker niet regenen. 
  
  
  
Toledo is de hoofdstad van de  gelijknamige provincie , in de autonome gemeenschap 
van  Castilië-La Mancha  in  Spanje . De stad is gelegen aan de rivier de  Taag  (El Tajo),  
ten zuidwesten van de hoofdstad  Madrid .  
De rivier omspant de oude stad volledig, en was in de middeleeuwen natuurlijk  
makkelijk te verdedigen. De stad heeft een rijke geschiedenis en cultuur,  
en staat dan ook op de  Werelderfgoedlijst  van de  UNESCO . 
  
  
  
We hebben onderweg via internet geboekt in het prachtige Eurostar hotel,  
dat op een heuvel ligt buiten de stad.  
Vanuit onze kamer hebben we een prachtig overzicht over de oude stad. 
  
  
  
Toledo, een van de oudste steden van Spanje werd in  192 voor Christus   
door de Romeinen veroverd, die haar 'Toletum' noemden.  
Onder de  Visigoten  was de stad van  534  tot  712  hoofdstad en werden er talrijke  
concilies gehouden.  
Toen waren dat de vergaderingen die het politieke en religieuze leven beheersten. 
 Ze zijn vandaag vervangen door Toppen van de Europese Unie. 
  
In de Moorse tijd was de stad tot  1035  de zetel van een emir onder het opperbevel  
van de kalief van Córdoba; daarna beleefde de stad als zelfstandig koninkrijk  
een bloeitijd door de wapenfabricage, en ook door de wolnijverheid.  
Zelfs nu kan je in elke toeristenwinkel alle soorten (nep) snij- en hakwapens kopen.  
Het blanke staal maakte Toledo bekend doorheen alle tijden. 
Ook de wetenschap werd op hoog niveau beoefend. 
In  1085  bezette de Castiliaanse koning  Alfonso VI  de stad. In  1087  werd ze  
de residentie van de koningen van Castilië en tevens het kerkelijke centrum  
van heel Spanje.  
Toen Philips II, zoon van Keizer Karel de residentie naar  Madrid  verplaatste,  
verloor de stad haar politieke betekenis. In de Spaanse burgeroorlog  
werd Toledo beroemd door de verdediging van de Alcazar. 
  
Hier zie je de rechts kathedraal en links het Alcazar, dat is het kasteel. 
  
  
  
Vooral ’s avonds komt de schoonheid van het Alcazar tot zijn recht. 
  
  
  
Toledo heeft een oneindig aantal smalle middeleeuwse straatjes. 
In een ervan sta ik (links) rustig tegen een muur mijn puntzakje frieten te eten. 
  
  
  
Verbindingen tussen paters- en nonnenkloosters waren ook al voorzien,  
om samen de Heer te loven en peren te stoven. 
  
  
  
Weinig straten zijn vlak te noemen.  
De toerist kan sightseeing combineren met fitness. 
  
  
  
Oude kerkjes met wanordelijke structuren bepalen het stadsbeeld. 
Toledo bezit geen echte toeristisch bekende blikvanger.  
Het is een stad om te verkennen door de smalle straatjes,  
die je vijfhonderd jaar terugzetten in de tijd.  
  
  
  
Deze volgende foto is niet bewerkt.  
Het is gewoon een reflectie in een etalageraam  
van een van de talloze winkeltjes met snijapparaten. 
  
  
  
Onze wandeling leidt ons langs het Alcazar.  
Vandaar heb je een ruim zicht over de omgeving, met de Taag  
en een reeks middeleeuwse gebouwen op de achtergrond. 
Toledo is in feite een kleine, maar niet overzichtelijke stad. 
  
  
  
Poorten en deuren in de oude stad zijn meestal nog origineel en onverwoestbaar. 
  
  
  
Toledo is ook de stad van de hertog van Alva (of ook wel Alba, want in het Spaans  
klinkt dat hetzelfde). Wij kennen hem onder deze verkorte naam. 
Don Fernando Álvarez de Toledo, was een  Spaans  generaal en  landvoogd   
van de  Nederlanden  aan het begin van de  Tachtigjarige Oorlog .  
Zijn bewind leidde tot een verheviging van de opstand in de Nederlanden  
en uiteindelijk tot het ontstaan van de  Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden .  
In de Nederlanden was hij bijgenaamd de IJzeren Hertog en in Spanje de Grote Hertog. 
  
In 1566 werd Alva door de toenmalige koning  Filips II  (zoon van Keizer Karel V)  
vanuit Italië naar de Nederlanden gestuurd.  
Hij kreeg een leger van 10 000 man en onbeperkte bevoegdheid.    
Directe aanleiding voor de benoeming van Alva was de  Beeldenstorm . 
Volgens een anekdote had Alva tegen Filips II gezegd dat hij maximaal  
zes maanden nodig zou hebben om de opstand neer te slaan  
en dat er "enkel wat koppen moesten rollen". 
Aan zijn eigen kop kan je al zien dat hij geen koorknaapje was.  
Zelfs de schilder van het portret had dat al (letterlijk) in het snuitje. 
  
  
  
Vrijwel direct na zijn aankomst in  Brussel  richtte deze schurk  
de  Raad van Beroerten   (=onlusten) op, die in de volksmond  
al snel bekend stond als "de Bloedraad".  
Zijn komst deed veel edelen als  Willem van Oranje  op de vlucht slaan. 
Deze besloot in overleg met zijn broers om een inval te wagen in de Nederlanden.    
In de  Slag bij Dalheim  werd hij verslagen door Alva's soldaten. 
Alva was woedend en liet 18 edelen onthoofden op de  Grote Markt van Brussel .  
Twee populaire edelen, graaf  van Egmont  en  Graaf Horne , werden later eveneens  
als voorbeeld publiekelijk onthoofd in Brussel.  
Willem van Oranje had daar ook bij moeten zijn,  
maar doordat hij tijdig gevlucht was, ontkwam hij eraan. 
  
De Raad van Beroerten was naar de maatstaven van die tijd erg efficiënt.  
Tijdens de vijf jaar van Alva's bewind werden zo'n 8950 personen uit alle lagen  
van de bevolking ondervraagd en veroordeeld wegens verraad, ketterij of beide; 
 verbeurdverklaring van goederen bij vermogende veroordeelden kwam veel voor.  
In totaal werden er meer dan 1000 dwarsliggers letterlijk een kopje kleiner gemaakt. 
  
Op  2 oktober   1572  plunderden en moordden de Spanjaarden onder de leiding  
van deze wreedaard in  Mechelen , nadat er daar in de maand september voordien  
even een niet-katholiek bestuur aan het bewind was geweest.  
Op 15 november van dat jaar onderging het Noordelijk  Zutphen  een dergelijk lot. 
  
De  Watergeuzen  verweerden zich succesvol in een drietal zeeslagen  
tegen Spaanse schepen.  
Vanwege deze tegenslagen en zijn kwetsbare gezondheid diende Alva  
bij Filips II zijn ontslag in.  
Na zijn terugkeer werd hij aanvankelijk als held binnengehaald door Filips II,  
maar door een liefdesaffaire van zijn zoon Frederik werd ook Alva zelf  
in opspraak gebracht.  
Alva werd verbannen van het hof en bracht zijn tijd door in het kasteel van  Uceda .  
  
Hij vervult de rol van slechterik in het  Suske en Wiske  album “Het Spaanse Spook  
In Spanje wordt deze meedogenloze katholieke moordenaar beschouwd als 
  "de beste van zijn tijd en een van de besten in de geschiedenis".
Alles is relatief. 
  
  
  
De kathedraal van Santa Maria de Toledo  was, zoals die van Antwerpen, gepland  
met twee torens, maar waarschijnlijk ontbraken de nodige financiële middelen. 
Niks nieuws onder de zon dus. 
Vermits we de uitzonderlijk mooie kathedralen van Sevilla en Burgos in detail  
bezochten, de absolute top dus, laten we deze links liggen. 
  
  
  
We komen dus uit aan de rechterkant, en wie zit daar?  
Een ingetogen muzikant,  die zorgvuldig en beheerst Aziatische klanken  
produceert tegen een kleine vergoeding. 
  
  
  
Aan de Torre de San Nicolas springen de Moorse invloeden zo in het oog. 
  
  
  
Een muzikaal meisje haalt onvoorstelbare klanken te voorschijn  
uit een merkwaardig instrument, met bijhorende strijkstok.  
  
  
  
  
  
In de omgeving is er nog het Monasterio de San Juan de los Reyes.  
Er zijn in Spanje evenveel middeleeuwse kloosters als tapabars.  
Meestal beperken we onze bezoeken tot de laatste categorie. 
Dat komt omdat de openingsuren ons beter liggen. 
  
  
  
Na het uitgebreide bezoek aan de stad keren we met de bus terug naar het hotel. 
In dit reusachtige moderne etablissement zijn we praktisch alleen als hotelgasten. 
Deze periode in de herfst is het laagste van het laagseizoen.  
We hebben dan ook een romantisch arrangement kunnen boeken voor een prijsje. 
Onder meer zijn inbegrepen: halfpension  en ontvangst met Cava op de kamer. 
In het romantische pakket zijn eveneens de twee aparte bedden  
vervangen door een kamerbreed dubbelbed (!).  
In het restaurant voor het diner is een rode roos voorzien voor de aanwezige dame.  
  
             
  
Deze roos moet ik dan ook op een passende wijze aanbieden aan Greta. 
Cupido komt uit Toledo! Wat een interessante ontdekking! 
  
Het moet geen Valentijn zijn om je liefste plezier te doen. 
Daarenboven heeft ze haar halve fles wijn ook nog… 
  
P.S. waarom we nauwelijks iets gegeten hebben van het nochtans lekkere menu 
 komen jullie volgende keer te weten. 
  
  
  
  
             
  
											13-02-2010, 00:00 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											06-02-2010 
										 
										
											 
										
											
											
											  
Voor ik het vergeet moet ik toch nog even iets kwijt over de activiteiten,  
of het gebrek daaraan op 1 januari 2010. 
In het kort: net als vorig jaar bewandelen we de zeedijk van Fuengirola. 
Iets gemakkelijk dus om het jaar mee te beginnen.  
In het begin van januari mag je niks forceren. Het begin moet makkelijk. 
  
Het weer is tot ieders tevredenheid min of meer bevredigend. 
We vertrekken aan de kant van de plezierhaven, en stappen richting Malaga. 
Er is een vaste plaats waar zandwerkers hun visuele producten aanbieden. 
Ditmaal hebben ze natuurlijk als thema: de drie koningen, Los Tres Reyes. 
Deze drie wijzen zijn erg populair in Spanje, vooral bij de kinderen. 
Ten eerste omdat ze op 6 januari nooit naar school moeten, maar vooral  
omdat ze dan geschenken krijgen. Hoewel Sinterklaas vanuit Spanje  
al zijn verplaatsingen doet met de stoomboot, is hij hier helemaal niet bekend. 
We zien hier een st(r)andwerker die de laatste hand legt aan een zanderige inwoner  
van Bethlehem, terwijl de ezel smaakvol de inhoud van zijn trog verorbert. 
  
  
  
  
Met man en macht wordt gewerkt om de openluchtstal af te wroeten.  
De os, op de voorgrond, lijkt jammer genoeg meer op een Bouvierhond  
met horens  dan op een stier zonder kroonjuwelen.  
  
  
  
De heilige maagd Maria ziet er ook niet op haar best uit, maar wellicht  
komt dat door een zware bevalling. Het is verbazend dat ze al rechtop kan zitten. 
Als je ziet dat het kindje Jezus, enkele dagen na zijn geboorte, al heel flink uit  
de kluiten gewassen is, is het niet te verwonderen dat Maria er wat krampachtig bij zit. 
Bij de geboorte was dat zeker een baby van 20 kg en een lengte van 80 cm. 
Jozef zit er ook wat verweesd bij. Als timmerman laat hij er geen gras over groeien  
en daarenboven heeft al een stuk hout gevonden om mee te knutselen.  
Ofwel houdt hij het gereed om mee te slaan als er nog eens een witte duif  
in de buurt van Maria komt.  
Kijk even goed naar de heilige Jozef. Ik heb de indruk dat hij een dikke tong heeft. 
 Mogelijk heeft hij gisteravond te lang aan de fles whisky gehangen,  
toen de drie koningen op bezoek waren.  
  
  
  
Het strand is grotendeels verlaten. De visserssloepen blijven binnen vandaag. 
Een paar inboorlingen lopen of rijden toch rond op een zandfiets.  
Onder een tent gebeuren de voorbereidingen om zo dadelijk sardines te grillen.  
  
  
  
Slechts enkele mensen doen de stap tot aan het water, waar nochtans  
het meeste zon schijnt, en waar het zicht over de baai het mooist is..  
  
  
  
De grens tussen Fuengirola en Los Boliches wordt gevormd door een rivier.  
Door de december regens loopt er heel wat drinkwater (verloren) in de zee. 
Net als vorig jaar is er een serieuze geul in het strand, waar de rivier  
zich een weg heeft “gebaand”, alleen is hij nu weer anders van vorm. 
  
  
  
Meer volk te vinden langs de barretjes aan de zeedijk.  
Na een slopende wandeling wordt het hoog   tijd om wat op krachten te komen.  
Bij het binnenkomen van Los Boliches is er de Italiaanse tearoom Valentino.  
Greta heeft onmiddellijk de geschikte tafel gevonden. 
  
  
  
Om het nieuwe jaar goed in te zetten nemen we naast de gewone koffie  
ook wat straffer spul, om ook onze binnenkant te verblijden.  
  
  
  
Terwijl we rustig van de omgeving genieten worden we muzikaal onderhouden  
door een Hongaarse student. Op de achtergrond zien we dat de heilige maagd  
zich ondertussen in verticale positie heeft weten te hijsen.  
Het kindje had in zijn bedje gedaan, en terwijl Jozef het stro ververst, 
houdt Maria het "kleintje" overeind.  
Dank zij de goede ingeving van de drie wijzen beschikken de nieuwbakken ouders  
nu over voldoende voorraad wierook en mirre om de onaangename geurtjes  
deskundig te kunnen neutraliseren. 
  
  
  
 
De Hongaar staat te popelen om een gezamenlijke foto van ons te nemen,  
en we laten hem zijn gang maar gaan. Vorig jaar was het warmer zie ik.  
Dan droeg ik een hemd met korte mouwen, en nu met lange.  
Maar verder hebben we geen klagen. 
  
  
  
Een eindje verder is er een plein met een fontein.  
Vorig jaar stond hier een reusachtige kerstboom.  
Nu is hij in de kast blijven staan. 
  
  
  
Op de dijk staat gans het jaar een mooie paardencarrousel opgesteld.  
De grote hotels houden in januari de zon weg van de paardenmolen. 
  
  
  
De brave viervoeters huppelen vrolijk rond en worden begeleid door  
nostalgische orgelmuziek.  
  
  
  
Vorig jaar vonden we een leuk (Engels!) restaurantje met de naam “Mañanas”. 
Het eten was eenvoudig, maar lekker. 
Waarom zouden we hier dus niet opnieuw ons namiddagbuikje vullen? 
Laten we de lunch beginnen met een verfrissing voorzien van een witte kraag. 
  
  
 
We kiezen allebei dezelfde bereiding als vorig jaar. Ook de kok is dezelfde. 
We zien hem in de open keuken en herkennen hem aan zijn piratensjaal. 
  
  
  
Nu moet je eens goed kijken, onder en boven.  
De volgende foto is precies een jaar ouder.  
Zoek hieronder de zeven verschillen met de vorige foto.  
Greta telt niet mee bij het zoeken, want die ziet er nog hetzelfde uit (even jong ). 
De volgende foto heb ik hier gewoon geplukt uit deze weblog.  
Als je het wil controleren, of onze actiepunten van vorig jaar (nog eens) wil zien,  
klik dan bovenaan in de rechterkolom bij “Archief per maand” op “01-2009”. 
Voor diegenen die het niet zouden geloven: hier vind je nu het echte bewijs  
van de economische crisis in Spanje!  
Het volume van dit gerecht, gebaseerd op een gevulde aardappel, is dit jaar  
nog maar een derde, terwijl de prijs met een derde is toegenomen. 
Dit is hetzelfde gerecht met één jaar verschil. Dit bewijs is onomstotelijk! 
  
  
 
Een eindje verder komen we nogmaals de heilige maagd tegen. 
Deze maal met een uitbeelding van een andere periode in het jaar:  
rond half maart zowat.  
Het is een uitbeelding van de Onbevlekte Ontvangenis. 
De Maagd Maria helpt een afgepeigerde witte duif op een boomtak,  
na het waarmaken van het gekende verhaal uit de bijbel. 
  
  
  
Wanneer we terug ter hoogte van de jachthaven van Fuengirola komen,  
doet Greta (rechts in het donker) een poging om het aantal spitse torentjes  
van het havengebouw te tellen. De alcohol heeft zich (nog) niet volledig meester  
van haar gemaakt   Ze telt er “ten minste twee”. Ook het einde is dus gemakkelijk. 
  
  
											06-02-2010, 00:00 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											30-01-2010 
										 
										
											 
										
											
											
											  
  
  
Een Meunière saus hoort meestal bij een zeetong, maar voor de andere  
populaire platvis, de tarbot, komt ze evengoed in aanmerking. 
  
Tarbot is een interessante vis, en lekker ook nog.  
Voor de Fransen en de Engelsen is het een turbot, zoals hier regelmatig  
te lezen is op de menukaart van de plaatselijke restaurants. 
De tarbot is een van de grootste platvissoorten. Hij kan tot 1 m lang worden,  
maar 40 tot 50 cm lange exemplaren komen meer voor. 
Vreemd dat de twee ogen aan dezelfde kant van de vis staan, maar dat komt  
door zijn manier van bewegen, of is het omgekeerd?  
In elk geval: hij schuurt continu over de zeebodem, op zoek naar wat lekkers.  
Mocht hij aan elke kant een oog hebben, zoals jij en ik, dan zou hij aan de 
 bodemkant niet veel te zien krijgen. De natuur heeft deze vis dus wat aangepast.  
De ogen zitten op de oorspronkelijke linkerkant.  
  
Hij komt voor in het noordoosten en het oosten van de  Atlantische Oceaan   
en de  Middellandse Zee . De diepte waarop de soort voorkomt is 20 tot 70 m  
onder het wateroppervlak. Hij kan ook gekweekt worden. 
Maximum leeftijd: 17 jaar voor de mannetjes en 27 jaar voor de vrouwtjes. 
De zoveelste vorm van discriminatie natuurlijk. 
De tarbot van vierde leeftijd kan dus een lengte bereiken van 100 cm. 
Gewoonlijk ligt hij al in de braadpan voor het zover is.  
Wie heeft er nu een pan van een meter doorsnee? 
  
  
  
Hij heeft geen schubben, is dus schoonmaakvriendelijk, maar heeft wel  
een grote hoeveelheid wratachtige knobbeltjes, verspreid over de bovenkant  
van het lichaam.  
De lichaamsvorm is net een platte ronde schijf, maar ook is hij relatief dik.  
Doordat zijn BMI-index aan de hoge kant ligt, is er wel ruim wat vlees aan.  
De kleur is variabel; hij kan zich wat dat betreft enigszins aanpassen aan  
de ondergrond.  
Meestal grijsbruin met een olijfgroen waas erover, donkerbruin of zandkleurig  
met vele donkere vlekken en stippen. Een sterke modekleur dus. 
De onderkant (oorspronkelijk de rechterzijde) is vuilwit. 
Deze roofvis eet voornamelijk andere vissen. Daarnaast versmaadt hij ook  
garnalen en schelpdieren niet, vooral als hij nog jong is.  
Hij verschalkt zijn prooien vanuit een hinderlaag, zoals op de foto.  
De vis is zeer goed gecamoufleerd doordat hij zeer goed in staat is om  
zijn kleur aan te passen aan die van de plaatselijke zeebodem. 
Je ziet hem eigenlijk niet, maar dat is ook zijn bedoeling . 
In de pan heeft hij gelukkig minder gelegenheid om zich te verbergen. 
 
  
  
  
De tarbot die ik bereid heb, kocht ik vers. Het beest woog anderhalve kg. 
De visdame nam mijn beest in behandeling onder mijn goedkeurend oog. 
Na het schoonmaken was er precies de helft over.  
Ik had dus twee dikke filets om mijn gang mee te gaan. 
  
Wat ik er mee deed kan je hier in detail lezen: Tarbot Meunière . 
De naam “Meunière” komt, zoals turbo(t), van het Frans, en betekent “molenaarsvrouw”.  
Heel dichterlijk uitgedrukt, voor gewoon het lichtjes  in bloem wentelen  
van de platte zwemmer. 
Citroen hoort er eigenlijk ook bij. 
  
  
ingrediënten voor 2 
 
bereiding 
 
 
400g vis: tarbot, zeeduivel, … 
 
doe de vetstof in de pan, en laat ze schuimen 
 
 
  2 el boter
 
snijd de vis in twee even grote stukken 
 
 
bloem 
 
kruid ze aan beide zijden met pezo 
 
 
pezo 
 
wentel de stukken vis door bloem en schudt het teveel af 
 
 
bloem 
 
bak de vis aan beide zijden ongeveer 3’ 
 
 
sap van citroen 
 
als de boter te bruin wordt, voeg dan koude boterklompjes toe 
 
 
kappertjes 
 
neem de vissen van het vuur en leg ze op een bord 
 
 
  
 
voor de saus: voeg bij de boter 1 el water per stuk vis 
 
 
  
 
goed mengen met het sap van een citroen 
 
 
  
 
bestrooi de vis eventueel met groene kruiden, en kappertjes 
 
 
  
 
  
 
 
  
 
serveren met groenten en aardappelpuree 
 
 
 
  
  
  
  
Je kan evengoed op dezelfde manier tewerk gaan met zeetong,  
zeeduivel of een andere platvis. 
  
  
  
Mislukken kan dit recept nauwelijks, ook niet voor de beginnende kok (zoals ik). 
Als je een profkok met dit gerecht aan de slag wil zien, klik dan op deze link,  
of kopieer hem in je browser: 
  
http://www.focus-wtv.tv/programma/vispa/vispa-tong-meuni%C3%A8re 
  
Chef Bart Desmidt van restaurant Bartholomeus in Heist maakt het iets 
 gesofisticeerder, met geklaarde boter en zo, maar voor mij hoeft het niet echt. 
Hier is mijn afgewerkte bereiding, met een aardappelpuree en een salade. 
Zonder franjes, maar lekker. Smakelijk. 
  
  
  
											30-01-2010, 21:55 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											23-01-2010 
										 
										
											 
										
											
											
											  
Vandaag doen we een korte rit. De stad Ávila ligt niet zover van Segovia.  
Men kan nog kiezen tussen een autosnelweg of een schilderachtige route.  
  
Ávila  is naast een  provincie  ook de naam van de Spaanse stad en maakt deel uit 
van de regio  Castilië en Léon . Aangeduid in het rood op de kaart van Spanje.  
Het ligt dus net in het centrum van het Iberische schiereiland, want Portugal  
staat niet op deze kaart getekend. 
  
  
  
  
De provincie Ávila ligt tussen de provincies Salamanca, Madrid en Segovia. 
  
  
  
Ávila is de hoogst gelegen stad  
Het hoogst gelegen dorp   van Spanje ligt in Andalusië, in het Alpujarras gebergte,  
tegen de flanken van de Siërra Nevada. 
Het is ook een van de dorpen, waar de beste ham vandaan komt: Trevélez.  
Maar dat was even terzijde; terug nu naar onze bestemming.  
  
  
  
Het mooiste uitzicht op deze kleine gezellige hoofdstad, die in 1985  
tot Werelderfgoed werd verklaard, heeft men vanaf het uitkijkpunt van  
De Vier Zuilen aan de weg naar Salamanca.  
  
Op dit machtige panorama heeft men een hotel neergepoot,  
waar we gereserveerd hebben. Het is het uitstekende Sercotel Cuatro Postes.  
  
Deze heuvel is een ideale plek om de beroemde middeleeuwse stadsmuur  
te bewonderen, de best behouden gebleven stadswal van Europa,  
en een die meer dan twee kilometer lang is.  
  
In Ávila wordt de heilige Theresa meer dan vereerd. Volgens een legende  
werden op deze plek de kleine Theresa en haar broer Rodrigo teruggevonden  
toen zij in hun kinderlijke fantasie besloten van huis weg te lopen  
om de marteldood te sterven in handen van de Moorse Saracenen. 
We zijn nogal laat vertrokken in Segovia, en we komen pas aan na zes uur.  
Een kleine verfrissing, en we vinden een gezellig restaurant pal naast het hotel.  
Het voedsel is zeker niet de top, maar je kunt niet alles hebben.  
Na de maaltijd is de duisternis ingevallen, en we gaan terug naar het hotel  
bovenop de heuvel.  
Het mooiste zicht op de stadsmuren heb je natuurlijk op het dak,  
boven de zesde verdieping, waar een Romeinse fluitspeler ons opwacht. 
  
  
  
Hier heb je het ideale en sublieme zicht op de versterkte middeleeuwse stad,  
die zich aan onze voeten ontrolt.  
  
  
  
‘s Morgens maken we kennis met een nieuw fenomeen: “Lluvia in Ávila”,  
en voor de niet Spanjaarden: er vallen wat vochtige druppels uit de hemel. 
  
  
  
We staan hier vóór het hotel, naast het Cuatro Postes monument.  
Het panorama over de oude cité is anders dan in het duister, want je ziet  
natuurlijk ook duidelijk het deel van de oude stad dat niet verlicht wordt. 
  
  
  
De stad is omgeven door de best bewaarde machtige stadsmuren van Europa.  
Ze zijn 2.5 km lang, 12 m hoog en 3 m dik, hebben 9 poorten en 90 bastions  
met gekanteelde torens. De muren zijn in trapezium vorm opgetrokken. 
 
  
  
  
We gaan van hier te voet afdalen naar de oude stad, en komen voorbij  
enkele bruggen over een rivier. Naast de heilige Theresa (zie verder) is nog  
een bijzonder iemand hier geboren: Isabella, koningin, naast Ferdinand,  
en samen de Katholieke koningen. 
  
Isabella was uiteraard katholiek en voerde diverse politieke wijzigingen door.  
Op  31 maart   1492  tekende ze samen met Ferdinand het Verdrijvingsedict  
Hierdoor werden de  Joden  gedwongen zich te bekeren tot het christendom  
of te verhuizen uit Spanje. Hoewel velen zich bekeren en zo hun eigendommen  
kunnen houden, vertrekken zowat 160 000 - 400 000 marranos (ook te vertalen  
als zwijnen). Hun goud, zilver en geld worden in beslag genomen. 
In  1499  worden ook de moslims voor de keuze gesteld om te zich bekeren  
of te vertrekken.  
Honderdduizenden vertrekken uit Spanje en anderen laten zich dopen. 
Om even bij stil te staan hoe het er toen aan toe ging.  
Een minderheid onder hen trekt naar het zuiden en vestigen zich in de Alpujarras,  
een onvruchtbaar gebied, waar in de 16de  eeuw de Spanjaarden liever wegblijven. 
 
  
  
  
We trekken te voet door de oude stad, die (nog) helemaal niet toeristisch  
is geëxploiteerd. In tegenstelling met het gelijkaardige Carcassonne  
struikelt men hier niet over de toeristische prullaria.  
Tegen het centrum komen we een aantal, vooral jonge, Spaanse macho’s tegen. 
 
  
  
  
Ze keren op hun stappen terug, als ze Greta zien, want blijkbaar komen ze  
graag in haar beeld. De regen is intussen bijna verwaarloosbaar.  
Slechts 10% van de populatie bedient zich nog van een paraplu. 
  
  
  
Blijkbaar is dit een bokkenfuif, waarbij de bruidegom als toreador moet rondlopen.  
Hij heeft zijn bril thuisgelaten, want hij neemt mij voor een stier.  
Misschien moet ik hem prikken met mijn paraplu, maar toch liever niet. 
Ik reageer dus niet onmiddellijk op zijn flapperend gordijn en zijn aanmoedigingen.  
Ik voel me momenteel niet zo bloeddorstig, alleen maar gewoon dorstig. 
  
  
  
Op de kleinschalige Plaza Mayor zijn gelukkig enkele tapabars open.  
Deze is blijkbaar geen moslimbar, want het wemelt hier van de vrouwelijke  
menselijke exemplaren. Behalve die helemaal rechts, en ook die met zijn 
  twee glazen wijn is geen vrouw, echt niet. Waarschijnlijk een Amerikaan.
  
  
  
We laten ons een paar typisch Spaanse tapas goed smaken, in het midden van  
een typisch Spaans decor. 
Neem nu bijvoorbeeld de lampenkappen, waarvan er geen enkele recht hangt. 
  
  
  
  
Ligt het nu aan de wijn of aan mijn ogen, maar de lusters beginnen hoe langer  
hoe meer te dansen en te zwaaien. Tijd om opnieuw een Ávila luchtje te scheppen. 
  
  
Dicht tegen de Plaza Mayor situeert zich   een van de negen stadspoorten,  
die je hier kunt zien aan de binnenkant.  
We zoemen even in naar links, tussen de poort en de gevechtstoren. 
  
  
  
Ávila is, zoals gezegd, de bedevaartplaats van Santa Theresa, hervormster  
van de orde van de Karmelietessen. Zij heeft hier in de 16de eeuw geleefd.  
  
Spanjaarden doen niet liever dan feesten. De Semana Sancta neemt  
een ganse week in beslag, maar het belangrijkste feest van Ávila is uiteraard  
gewijd aan de alomtegenwoordige Teresa de Jesús.  
Eveneens een hele week lang duurt deze verering, meer bepaald van  
7 tot en met 15 oktober.  
Dan wordt het leven van alledag onderbroken om de festiviteiten rond  
deze grote heilige van de stad op gepaste wijze te vieren. 
We zijn nu 18 oktober, en de feestpret is net achter de rug. 
Hier is een vertikaal bloementapijt opgericht met de beeltenis van de maagd.  
  
  
  
Bij haar standbeeld zijn massaal bloemenkransen neergelegd door de feestneuzen.  
  
  
  
Buiten de muren van de stad bevindt zich het klooster van La Encarnación  
waar Teresa de Jesús zevenentwintig jaar lang als kloosterlinge woonde  
totdat zij dit in 1562 verliet om nieuwe kloosters te gaan stichten. 
De nieuwe stad ligt volledig buiten de omwalling, zoals in Carcassonne trouwens,  
maar het is een gewone doorsnee stad, niet direct geweldig interessant. 
  
  
  
Dit is de kant langs waar we de stad zijn binnengegaan en ze ook opnieuw verlaten. 
Greta vindt dat ze beter contrasteert met haar paraplu dan met het omringende groen. 
In feite past Greta in elk prentje.  
Intussen hebben we besloten onze genietvakantie met nog een dag t e verlengen. 
In plaats van direct naar het zuiden te gaan, hebben we nog on-line een extra dag  
geboekt in Toledo. 
Het verslagje zit in de pijplijn, en El Sol ook. Geen lluvia meer.Tot dan. 
   
  
  
  
											23-01-2010, 17:55 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											17-01-2010 
										 
										
											 
										
											
											
											  
  
De winter heeft recent ook toegeslagen in Marbella.  
Vorige zondag was de maximum temperatuur maar 8°! 
Intussen is deze winter weer voorbij en halen we terug de normale  
temperaturen en toestanden, maar dit terzijde. 
  
Laten we ons beter focussen op een gerecht, niet alleen voor de winter,  
maar voor alle seizoenen: varkenshaasje zoetzuur , stevig, en lekker ook. 
Een van de belangrijke ingrediënten zijn ananasblokjes of -schijven uit blik. 
Er zijn enorm veel praktische dingen over dit fruit waar ik niets over wist. 
  
Misschien geldt dit ook wel voor vele lezers. Tijd om informatie te geven! 
Hieronder bulkt het dus van de ananastips . 
Echt interessante dingen over aankoop, bewaring enzovoort bedoel ik.  
Je kunt er maar je voordeel mee doen.  
  
  
De ananas is een  tropische   plant , oorspronkelijk afkomstig uit  Brazilië ,  Bolivia 
en  Paraguay , en werd daar reeds langs voor de komst van Colombus geteeld.  
Tijdens Colombus' tweede reis naar Zuid-Amerika (1493-1496) kwamen er  
al enkele planten mee naar Spanje. 
  
De ananas groeit aan stekelige planten, die de oogst bemoeilijken.  
De Indianen gebruikten de planten dan ook als omheining voor hun dorpen. 
De  Spanjaarden  introduceerden de ananas in de  Filippijnen ,  Hawaï i en  Guam .  
  
In  Europa  werd de vrucht in 1720 voor het eerst met succes gekweekt,  
maar dan wel in  broeikassen .  
Momenteel worden ze overal in de tropen verbouwd op grote plantages. 
  
Ananas rijpt moeilijk na. Daarom moet de vrucht zo rijp mogelijk worden geplukt  
en zo snel mogelijk de winkelrekken bereiken. Het transport van ananas gebeurt  
dan ook meer en meer met het vliegtuig (vandaar ook de naam 'vliegananas'). 
Erg CO2- en milieuvriendelijk is dit niet!  
  
De plant behoort tot de  bromeliafamilie , die ook kamerplanten levert. 
De ananas is een grote  samengestelde vrucht  en ontstaat uit vele kleine  besjes   
die samengroeien.  
Alle vruchtjes vergroeien samen met de bloeisteel tot een samengestelde vrucht. 
Wanneer we een ananas opsnijden is dit duidelijk te merken.  
Het centrale, vezelige deel is de bloeisteel.  
  
Ananas wordt, zoals je weet, vers en ingeblikt aangeboden.  
Verse ananas bevat een product, bromeline, dat inwerkt op dierlijke eiwitten.  
Deze stof maakt de vrucht licht verteerbaar. 
  
Zuivelproducten vermengd met verse ananas kunnen na enkele uren waterig  
worden en een vreemde smaak krijgen. Combinaties van ananas met gelatine 
  (bijvoorbeeld bavarois) verliezen na een tijdje hun binding. 
De stof verliest wel haar werking als ananas enkele minuten wordt gekookt 
  
Ananastip 1!   
Vlees dat gemarineerd wordt in vers ananassap zal hierdoor zachter worden. 
  
Uit de bladeren van de ananasplant worden ook lange, zijdeachtige vezels 
 gewonnen, die in Taiwan en de Filippijnen verwerkt worden tot een fijnmazige  
stof, piña genoemd.  
Gewoonlijk drinkt men tijdens het verwerken dan een piña colada. 
Een ananas kan wel 30 cm lang en meer dan 4 kg zwaar worden,  
en heeft bovenop een  rozet  van bladeren.  
De kleur van de schil is groenachtig tot bruinachtig. 
  
De ananas is rijk aan   vitaminen zoals:  bètacaroteen ,  vitamine A, B1 en E  en 
  mineralen zoals: kalium ,  magnesium ,  fosfor ,  ijzer ,  koper ,  mangaan ,  zink  en  jodium . 
 Verder ook nog veel suikers en citroenzuur.  
Alstublieft, weg met die commerciële pillen en voedingssupplementen! 
  
De natuurlijke (of meest voorkomende)  bestuiver  van de ananas is de  kolibrie .  
Door bestuiving ontstaan zaden, maar omdat de aanwezigheid van zaden  
een negatief effect heeft op de kwaliteit van het fruit, is in  Hawaï , waar ananas  
op grote schaal wordt gekweekt, de invoer van kolibries verboden. 
  
Zoals bij alle bromelia's kan de bloei van de ananas kunstmatig worden opgewekt 
  door middel van ethyleen . Het vroeg oogsten van de hoofdvrucht zorgt voor een 
  tweede oogst van kleinere vruchten. 
Na te zijn geoogst rijpt de ananas niet meer. Daarom wordt het vruchtvlees vaak 
  ingeblikt . De andere variant is uiteraard de verse ananas. 
Nu volgt een verdere reeks praktische tips .  
  
Ananastip 2 tot 8! 
Tekenen dat een ananas rijp is (check dit dus in de ananaswinkel) zijn: 
  
2/  Middelste bladeren bovenop makkelijk los te trekken.  
3/  Sterke ananasgeur (ethylacetaat  
4/  Stevig, veerkrachtig vruchtvlees (een ananas is rijp als het vruchtvlees  
aan de onderzijde meegeeft bij een lichte druk met de vingers). 
5/  De kleur van de schil zegt totaal niets over de rijpheid; ook een groene ananas 
 kan   goed rijp zijn.
6/  De ananas heeft glanzende "ogen". 
7/  Als de ananas niet rijp is kan je hem versneld laten rijpen,  
door de ananas samen met een banaan in een plastic zak te bewaren. 
8/  Een te sterke geur, donkere knobbels en vergeelde kroonblaadjes  
wijzen op overrijpheid.  Ook vruchten met vlekken, beschimmelde plekken  
of zachte schil zijn niet meer vers. 
van december tot april . 
  
Ananastip 9!  Eerst snijdt men de bovenkant weg met een mes, en dan hanteert  
men de ananasschiller. Deze zorgt ervoor met een draaiende beweging dat de schil  
en de weinig smaakvolle steel gescheiden wordt van het lekkere vruchtvlees. 
 
Dames, laat de volgende foto van een ananas zonder jas je niet van de wijs brengen!  
Het is gewoon het resultaat van het verwijderen van alle overbodige delen. 
  
  
  
  
Ananastip 10!  De tijdens het schoonmaken van de ananas verwijderde  
bovenkant kan opnieuw in de bodem worden geplant.  
Op dezelfde wijze waarop een aardappel of ui groeit uit een uitsnede  
zal dan een nieuwe plant groeien.  
Perfect te kweken voor wie een serre heeft! 
  
Ananastip 11!  Omdat verse ananas bromeline bevat, kan het niet  
gebruikt worden in  recepten met  gelatine  omdat het enzym  
de eiwitten (en dus de gelatine) afbreekt. 
Dit effect verdwijnt wanneer de ananas enkele minuten wordt gekookt.  
Ananas in blik bevat geen bromeline meer. 
  
Ananastip 12!  Bewaar een ananas niet onder 8 graden Celsius (dus niet in de 
  koelkast!). Eenmaal te koud bewaard kan bij de ananas het zogenaamde 
lage-temperatuurbederf optreden.  
De vrucht wordt niet meer rijp en gaat vaak van binnenuit rotten.  
Bewaar een ananas bij kamertemperatuur.  
Is de vrucht rijp dan is de houdbaarheid bij 12 graden Celcius nog 1 a 2 dagen. 
Hieronder zie je de grootste ananasplant ter wereld, zoals recent opgenomen  
in het “Guinness Book of Records”. 
 
   
  
Nu dat je dit allemaal weet komt mijn varkenshaasje zoetzuur op de proppen,  
waarin de ananas (en eventueel het sap) verwerkt wordt. 
  
Hieronder wordt het haasje gekruid, terwijl ik “ananassap  
  
  
Greta zegt altijd dat ik meer moet proeven, en hier zie je het bewijs dat ik dat ook doe,  
met pijn in mijn tong weliswaar.  
  
Ananastip 13!  (nog eentje dan maar, voor de bijgelovigen) 
Let op dat je bij het uitspreken van het woord “ananassap”  
in je mond houdt, want zoniet kan het wel pijnlijk zijn, zoals bij mij.  
Probeer maar eens. 
  
  
  
  
Het makkelijke recept vind je hier, met een variant voor risotto liefhebbers. 
In plaats van de vloeibare kippenfond, kan je natuurlijk ook vaste kippenboeljon gebruiken.  
Varkenshaasje Zoetzuur  komt er aan.  
  
  
  
ingrediënten voor 2 
 
bereiding 
 
 
een varkenshaasje van 400g 
 
snij het vlees in blokjes, laat de ananas uitlekken 
 
 
3 lente-uitjes 
 
snij de lente-uitjes in ringetjes 
 
 
125g sojascheuten 
 
bak de vleesblokjes rondom goed aan in hete olie 
 
 
1 blik ananasblokjes of –schijven  
 
kruid met pezo 
 
 
150g blokjes tomaat (blik) 
 
voeg er de blokjes tomaat, de fond en de chilisaus aan toe 
 
 
koffielepel (vloeibare) kippenfond 
 
eventueel ook ananassap (zie verder*) 
 
 
een vijftal el zoetzure (chili)saus 
 
doe de lente-uitjes in de pan en laat 10’ sudderen, 
 
 
2 el olijfolie 
 
doe er de ananasblokjes en de sojascheuten bij 
 
 
pezo 
 
laat goed doorwarmen 
 
 
  
 
breng eventueel verder op smaak met zoetzure saus 
 
 
  
 
indien nodig wat aandikken met maïzena express 
 
 
  
 
lekker met gekookte rijst, lange korrel Uncle Ben in zakje  
 
 
  
 
  
 
 
  
 
* een variant is:  
 
 
  
 
al het ananassap toevoegen in de pan, samen met de rijst 
 
 
  
 
de rijst zal het vocht opnemen, ananasrisotto als het ware 
 
 
 
  
  
  
Het afgewerkte gerecht komt op de terrastafel. 
  
  
Greta durft het schoorvoetend en met enige schroom aan om toch enkele schepjes 
 op haar bord aan te brengen. 
  
  
  
Na de eerste proeving lijkt het volledig in orde, en nu zet ze volledig door.  
Ik heb het bereid met gewone witte gekookte rijst, en het heeft heerlijk gesmaakt. 
  
Mocht er iemand me willen bedanken voor het geven van al deze tips, aarzel dan niet  
om hier onderaan rechts op Reageer  te drukken. 
Veel pret met je ananas! 
  
  
  
											17-01-2010, 14:06 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											06-01-2010 
										 
										
											 
										
											
											
											  
 
Mocht je toevallig (of doelbewust) in Segovia terecht komen, laat dan niet na 
ten minste een halve dag door te brengen in de “Real Fabrica de Cristales  
de La Granja” (Koninklijke glasfabriek van la Granja) op het grondgebied  
van het dorp San Ildefonso. Wij zijn er twee dagen na elkaar geweest. 
Het is niet meer dan acht kilometer verwijderd van de stad.  
  
De eerste maal was de glasblazersschool gesloten (zie bezoek daaraan  
in vorig verslag), maar het ticket was de volgende dag ook nog geldig. 
De eerste dag hebben we enkel de enorm uitgebreide ateliers  
en het grote museum bezocht.  
De oude gebouwen zijn zeer attractief gerestaureerd, en het is een genot  
rond te wandelen in de vroegere werkplaatsen tussen de duizenden  
kunst- en gebruiksobjecten. Foto’s daarvan zie je hieronder.  
  
Wie er zeker van is nooit  in Segovia te komen (spijtig!) kan zich hierbij  
een klein idee vormen van de schitterende originele stukken.  
Het is zo overweldigend en groots, dat het niet te vatten is in de korte  
fotoreportage die je hier vindt. 
  
In de reusachtige fabriekshal in prachtig verweerde kleuren  
staat een oven,  waar zand gesmolten wordt tot glas. 
Dit is geen fabriek, dit is een kathedraal. 
 
  
  
  
De glazen voorwerpen die worden tentoon gesteld zijn  
prachtig om zien,  en moeilijk om te blazen denk ik. 
  
  
  
  
 
Het gaat van de meest gesofisticeerde sieronderwerpen tot gewone  
alledaagse  flessen in alle denkbare kleuren, uit tijden dat de uilen  
nog spraken, en water dronken. 
Deze flessen zijn zo dik, dat ze (meestal) op de grond kunnen vallen  
zonder te breken. 
  
  
  
Naast rond glas zijn er ook alle soorten plat glas uitgestald.  
Ook levensgrote brandglasramen worden hier vervaardigd.  
Het koord onderaan hangt op ongeveer een meter hoogte, geen klein stukje dus. 
Dit is een klassiek voorbeeld, zoals ze meestal ook te zien zijn in kerken. 
  
  
  
Totaal andere technieken werden toegepast voor  
deze kunstcreatie met glasdecor. 
  
  
  
Brandglasramen in lood hoeven niet altijd in een kerk terecht te komen.  
Er zijn ook mogelijkheden in publieke plaatsen, of bij particulieren.  
Alle moderne ideeën en technieken komen aan bod, zoals hier op dit  
reusachtige bloemenpaneel, los opgehangen in de ruimte. 
  
  
  
Eeuwen geleden knutselde men hier al aan dagelijkse gebruiksvoorwerpen  
voor de betere klasse van de bevolking weliswaar. Heel arbeidsintensief, sierlijk,  
kleurrijk en mooi, maar als je goed kijkt zie je dat ze wel scheef in elkaar zaten. 
Vandaag zijn dit natuurlijk uiterst zeldzame collector items. 
  
  
  
Wat men destijds ook al nodig had waren objecten om voedsel en drank  
of andere leuke dingen in te bewaren. 
Niet alleen waren deze voorwerpen nuttig, maar tegelijk waren ze prachtig afgewerkt  
en prestigieus als decor in een tijd dat er zeer weinig welstellende mensen waren. 
  
  
  
De echte topcreaties waren voorbehouden voor de Koninklijke familie,  
zoals deze prachtige reeks wijnkaraffen. 
  
  
  
Een glazen karaf graveren is geen kinderspel, zodat men geschikte machines  
probeerde te ontwikkelen om de zware klus tot een goed einde te brengen. 
  
  
  
Vandaag staan de technieken om glas te modelleren veel beter op punt,  
zoals blijkt uit deze vrouwenbuste uit massief glas.  
Ontvreemden zal men dit niet gemakkelijk doen.  
Je kunt gemakkelijker een klein olifantje in beweging krijgen. 
 
 
  
  
  
Bekijk goed deze eeuwenoude fles. Het etiket eronder vermeldt:  
”Botella Belga para agua mineral Spa”.  
Hoeft geen vertaling denk ik.  De Spa flessen van tegenwoordig  
hebben wel een hele evolutie ondergaan. 
 
  
  
  
  
 
En wat denk je van deze? Heb je al ooit de oudste Spa fles gezien?  
Kijk dan maar goed. In het Spaans staat op het etiket: 
  
Botella   (1724-1743) 
Verde muy obscura soplado a molde fijo trabajada al puntil.  
Botella Belga de agua mineral. Sello “Pouhon Spa” y escuido de Louis  
Georges de Berghes, Principe Obispo de Lieja. 
  
Vrij vertaald: heel donkergroen glas, gemaakt met een vaste gietvorm,  
bewerkt met puntil   (kort puntig voorwerp). 
Belgische fles voor mineraal water. Voorzien van zegel “Pouhon Spa”  
en wapenschild van Louis Georges de Berghes, Prinsbisschop van Luik.  
  
  
  
  
  
Dit rondt ons bezoek af aan Segovia en omgeving. Op naar Avila! 
  
  
											06-01-2010, 00:00 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											29-12-2009 
										 
										
											 
										
											
											
											  
Vorig weekend viel er niet te tennissen door onophoudelijke regen. 
Goeie reden om een party te organiseren. 
Een van de vaste loltrappers en muziekmakers is Dodo.  
Ik dacht dat hij een Engelsman is, maar Greta houdt het op een Oekrainees. 
Hier zie je hem stiekem in het halfdonker nog even wat muzieknoten  
w armblazen op zijn trompet, vooraleer het volk toestroomt.  
  
  
  
  
Wanneer de eerste gasten verschijnen, zien ze er nog wat onwennig uit. 
Pas wanneer de muziek zich ontplooit, en voedsel en drank op de proppen  
komen, gaan de poppen aan het dansen en de remmen los. 
  
  
  
  
Ook de altijd fitte Kerstman is aanwezig.  
De rendieren heeft hij gelukkig achtergelaten op de parking met een wortel.  
  
  
  
  
De man aan wie we deze geslaagde party te danken hebben is  
de manager  van dit uitmuntend sportcentrum, José Kreijman.  
Een geboren Nederlander, die zijn hersenen op de juiste plaats heeft,  
want hij woonde de meeste tijd in Kapellen, bij Antwerpen. 
Je kunt het er nog altijd aan zien  
  
  
  
  
Nederlanders zijn hier uiteraard altijd goed vertegenwoordigd,  
zoals aan deze tafel.  Links, met het rode hemd zie je Fred.  
Fred is ook Nederlander. Hij woont permanent in Calahonda, is de huiszanger,  
En een die trouwens wijd en zijd bekend geworden is in centraal Andalucia.  
Vooraleer hij de micro vast neemt moet hij alleen nog wat autogrammen uitdelen. 
  
  
  
  
Glazen en drank in overvloed.  
De eerste bewegingen om in te schenken verlopen nog wat hoekig. 
  
  
  
Keuze genoeg in de dranken, geschikt voor een publiek tussen 0 en 100 jaar. 
Geen van beide extreme categorieën zijn evenwel aanwezig vandaag. 
  
  
  
Dodo komt tot leven, speelt en zingt zoals de ware Oekrainese trompetter. 
  
  
  
Het echte croonerswerk is toch wel weggelegd voor Fred. 
  
  
 
Tussendoor even happen! Minipizza’s, rijstschotels… 
  
  
  
…en lekkere salades. Nadien nog hapjes, belegde broodjes  
en andere tapas met gamba’s, tonijn enzovoort. 
  
  
  
Links zie je onze Engels/Italiaanse tennispresident Adrian,  
die al onze groepswedstrijden plant en er de discipline in houdt. 
Zijn Duitse echtgenote Ursula vecht een harde strijd uit  
met een weerspannige gamba. 
  
  
  
  
  
De strijd wordt grandioos gewonnen en iedereen is weer tevreden 
  
  
  
Niet in het minst Joerg en Erika uit Berlijn 
  
  
  
Intussen houden de muzikanten er vlotjes de sfeer in. 
  
  
  
  
Louisa en Adrian laten de beentjes en armpjes gaan. 
  
  
  
Ik rust even uit, van foto’s te nemen, maar zelfs van te dansen. 
  
  
  
Tussenin houdt José even een mini speech om de gasten te bedanken,  
maar vooral toch zijn vriendin Carol, die weer al het lekkers heeft bereid. 
  
  
  
Dodo benadert stilaan zijn kookpunt en heeft zijn jas al aan de kant gelegd. 
  
  
  
Soms wordt de trompet hem wat lastig om te bespelen.  
Dan maar liever even de marimba’s hanteren, tot de concentratie terug is. 
Zijn Engelse zangteksten worden wat moeilijk verstaanbaar,  
maar niemand die daar over valt. 
  
  
  
En José, hij wroet voort.  
De laatste tapa’s worden in schaaltjes gelegd en rond gedeeld. 
  
            
  
  
  
De dranken zitten ook al aan een lager peil dan een paar uren geleden. 
(maar worden constant aangevuld, n.v.d.r.) 
  
             
  
De ene zwenkt naar links, de andere zwenkt naar rechts maar Dodo  
staat pal en ledigt zijn volgende emmer bier. 
  
  
 
Aan de lol komt geen einde. Having a good time. 
  
  
    
Greta is nooit diegene die het minst gedanst heeft. 
  
  
  
Een prachtige party om de regen te vergeten. 
Een zwierige avond, een herinnering om te koesteren, dank zij… 
 
  
  
  
											29-12-2009, 16:47 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
										
											24-12-2009 
										 
										
											 
										
											
											
											  
Het is nu verschrikkelijk slecht weer in Marbella. 
De temperatuur is OK, zo'n 19°, maar er is enorm veel wind  
en regen. Veel beterschap is er zelfs niet onmiddellijk op komst. 
In het plaatselijk strand waar we wonen is een gleuf ontstaan  
van 60 cm diep  en zeker 1 à  2 meter breed. 
Greta is er tien minuten geleden een foto gaan nemen. 
Rechts staat een vuilnisbak van 70 cm hoog, om een idee te geven. 
  
  
  
Desalniettemin  ... 
  
  
  
											24-12-2009, 13:23 geschreven door grob    
											 
										 
										
											
												
												
												
											 
										 
 
										
											 
									
									
								
									
										
											
									
									
												
													
													
												
tophotel "Huerta de la Paloma" in Priego de Cordoba  
 
												
													
													
												
Poolse Jonagoldplukker in Haspengouw 
 
												
													
													
												
tulpenbootje in Meliskerke/Zeeland 
 
												
													
													
												
discrete blik achter de schermen in Segovia 
 
												
													
													
												
beste Spaanse tapabar:  Gambrinus in Toledo 
 
												
													
													
												
aan het werk in hoteltuin in Alberic 
 
												
													
													
												
aan de Groenplaats met Seniorennet 
 
												
													
													
												
met vrienden in El Palmar (Valencia) 
 
												
													
													
												
catamaran van Tarifa naar Tanger 
 
												
													
													
												
lunch in Parador van Arcos de la Frontera 
 
												
													
													
												
Viking van de Geiranger fjord