SARPO MIRA
Vandaag 24 okt. 2011, onder schitterend
herfstweer, heb ik de 3 struiken Sarpo Mira gerooid, zeer laat geplant op 23
mei.
De rode aardappelen zijn wel niet moeders
mooiste, maar er zitten zeer grote kleppers tussen. De opbrengst is groot. Aantasting
door de aardappelplaag is er niet gekomen. Het vroege ras Biogold en het late ras
Toluca bezweken wel aan de plaag, evenals de rode Raja, die nog gevoeliger
bleek, maar anderzijds een aardappel is die zeer in onze smaak valt.
Twee planten waren al iets vroeger afgestorven.
De derde plant had nog een levende stengel die bezweek onder de vorsten van de
laatste dagen. Bij deze laatste plant vond ik de enige rotte patat.
Nu nog ondervinden hoe ze in onze smaak
vallen. Hieronder de persmededeling van Velt en de smaakbeoordeling van Jos
Pauwels.
Dit persbericht werd toegestuurd door Velt (www.velt.be) , uit het tijdschrift
Seizoenen, november-december 2008, p. 12-13 (Tekst : Luc Vanhoegaerden).
Met dank aan lezer Jos Pauwels die één van de acht Velt-tuiniers is die het ras
dit jaar uitprobeerde. Zijn persoonlijke bevindingen vindt u na
dit artikel.
In haar ledentijdschrift Seizoenen van februari-maart 2007 besprak Velt, de Vereniging voor
Ecologisch Leven en Tuinieren uitvoerig de levenswijze van de Phytophtora-schimmel, die
de aardappelplaag veroorzaakt. Velt wees er toen op dat de plaagresistentie
verschilt van ras tot ras. In de veredelingssector gaat men immers voortdurend
op zoek naar rassen met een duurzame resistentie, die ook de nieuwe varianten
van de schimmel aankunnen.
Sarpo Mira scoort sterk
Van 2002 tot 2006 liep een proefprogramma binnen het Interprovinciaal Proefcentrum voor de Biologische Teelt
(PCBT) met als doel de plaagresistentie tegen Phytophtora in het
aardappelloof na te gaan bij een aantal commercieel beschikbare rassen.
Tegelijkertijd werd de bestendigheid van deze resistentie in de loop van de
testperiode geëvalueerd.Niet minder dan 56 rassen werden in het onderzoek getest.
Eén ras, Sarpo Mira, kreeg de hoogste score voor plaagresistentie in het
loof: sterk tot heel sterk.
Bekijk info over plaagresisitentie bij deze 56 rassen.
In een voortgezet onderzoek van het PCBT bevestigde het ras in 2008 zijn hoge
resistentiegraad. Het weerstond immers met glans de hoge plaagdruk die zich
vanaf begin juni 2008 voordeed bij de aardappelteelt.
Nieuwsgierig
Door intensieve veredeling legde een Hongaars kweekprogramma in de
vroege jaren 1980 de basis voor het ras Sarpo Mira. Begin 2001 kwam het ras
voor het eerst voor op de rassenlijst in Groot-Brittanië, en momenteel wordt
het ras vanuit Denemarken verdeeld in Europa. Sarpo Mira is een late, licht
bloemige tot vastkokende ovale aardappel met wit tot crèmekleurig vruchtvlees
en met een roze tot rood aanlopende schil. Sarpo Mira maakte ons nieuwsgierig.
Dus onderwierpen we dit aardappelras tijdens het voorbije groeiseizoen aan een
veldtest in een biotuin. We kregen voor ons testprogramma klassiek geteeld
pootgoed van het biobedrijf De Brabander in Kersbeek-Miskom.
Frietjes?
Einde april 2008 zetten Velt-tuiniers 12 kg pootaardappelen uit op acht
groentetuinen in Limburg (Dilsen-Stokkem, Hoeselt, As en Zepperen), Vlaams
Brabant (Berg-Kampenhout, Veltem, Wilsele) en Brussel (Sint-Stevens-Woluwe). De
testgronden varieerden van zeer droog grof zand en lemig zand tot lichte
zand-leem- en vochtige leemgrond. Het ras gaf na een viertal maanden een
tiental fors uitgegroeide knollen per struik. De opbrengst op de testpercelen
lag gemiddeld rond 1,3 kg per struik. Door het grote formaat van de knollen is
Sarpo Mira een aanrader voor liefhebbers van frietjes.
Karakteristieken
De teelt van Sarpo Mira toont een aantal opvallende kenmerken:
Het pootgoed liet zich eerder moeilijk voorkiemen. De beste resultaten werden verkregen
door scheutvorming binnenskamers, op een laagje vochtig gehouden overjaarse
compost gemengd met kokosvezel.
De groen-grijs gekleurde bladeren plooiden dicht bij valavond.
Het uitbundig groeiende gewas stoelde breed uit en had een lange
stengelgroei.
Het afrijpen begon pas laat in het seizoen, vanaf midden september.
In vergelijking met andere klassiek geteelde aardappelrassen leek
Sarpo Mira ons weinig wind- en droogtegevoelig.
Ziektresistentie
Wat ziekteresistentie betreft, stelden we een zekere schurftgevoeligheid
op de knollen vast. Op enkele groeiplaatsen was er een beperkte aantasting door
Alternaria merkbaar. Wat bovenal opviel was de
zeer sterke weerstand van Sarpo Mira tegen de aardappelziekte in het loof.
Alleen op de erg natte tuingronden in Zepperen en Dilsen-Stokkem werden er
tijdens het rooien enkele aangetaste knollen gesignaleerd.
Gevoeligheidsresitentie
Het mechanisme dat Sarpo Mira een sterke weerstand geeft tegen
Phytophtora, is bekend als de zogenaamde gevoeligheidsresistentie. Eenmaal de
schimmel is binnengedrongen in een plantencel sterven door overgevoeligheid
de omringende cellen af. De schimmel kan zich niet verder ontwikkelen. Daardoor
blijft de aantasting lokaal. De sporenvorming wordt ingedijkt. Bij een hoge
infectiedruk, zoals dat in 2008 op al de testplaatsen het geval was, vertoonden
de bladeren karakteristieke, kleine ingedijkte zwarte plekjes op afgestorven
bladgedeelten.
Conclusie
De uitgevoerde Velt-test bevestigde de PCBT-resultaten: Sarpo Mira biedt
ook voor de gewone biotuinier goede teeltperspectieven. Het ras Sarpo Mira
vormt momenteel een waardevol alternatief in de jaarlijks weerkerende strijd
tegen de Phytophtora-schimmel. Samen met andere resistente rassen die in de
beroepsteelt in ontwikkeling zijn (Bionica, Biogold) maakt het een
aardappelteelt met een beperkte Phytophtora-aantasting absoluut mogelijk. De
Deense verdeler van Sarpo Mira (Danespo) wil in 2009 biologisch pootgoed van
Sarpo Mira op de markt brengen. Vanaf 2009 vind je bij Ecoflora ( www.ecoflora.be
), onder voorbehoud, pootgoed van Sarpo Mira.
Bovenstaand artikel is © Velt vzw.
Auteur : Luc Vanhoegaerden.
En dit schreef Jos Pauwels later, na afloop van
de Velt-proef in zijn groentetuin (2008).
Sarpo Mira was eerst
afgerijpt eind oktober. De gemiddelde opbrengst lag rond de 2 kg per struik. Er
is wel een zekere schurftaantasting op de knol. Het vruchtvlees is wit, de knol
is zeer hard (moeilijk door te snijden), de smaak vind ik persoonlijk als
kookaardappel niet zo lekker. Deze is onvergelijkbaar met Charlotte, Ratte,
Cornes de Gattes.
Als frietaardappel is hij nogal aan de droge
kant maar met de baktijd iets te verminderen zou dit wel eens anders kunnen
zijn. Tenslotte als pureeaardappel is hij wel lekker.
FOTOMATERIAAL