Insecten op de Hegte Heide
Dit is een reservaat te
St-Antonius -Zoersel van Natuurpunt, bestaande uit een sinds 30-40 jaar niet
bemeste weide van 2 Ha en 6 Ha bos, voornamelijk grove den dat men zeer geleidelijk
overschakelt naar loofbos.
Gids Wim Veraghtert is een
uitstekende natuurkenner.
Er komen nog zon 30
dagvlinders voor in De Kempen. De Kleine Vos geldt nog als een algemene
vlinder. Ik had er jaren geen meer gezien tot vorige week. Wim had er dit jaar
nog geen waargenomen.
Wim had vlindernetten bij
en potjes. Hij liet ons een meegebrachte, grote nachtvlinder zien, een
populieren pijlstaart. Na bezichtiging mocht het jongvolk het beestje
vrijlaten.
Als handboek raadde hij
het boek Dagvlinders , een overvloedig geïllustreerde veldgids voor West-Europa
aan.
We vernamen dat met het
warmer worden nieuwe soorten naar onze streken komen. Dit is het geval met een
kleurige nachtvlinder: Spaanse vlag.
Ook met insecten is dit
het geval: bv. de tijgerspin, waarvan we er op de oude weide meerdere te zien
kregen; zelfs een koppeltje. Het mannetje is minstens de helft kleiner.
We zien roofvliegen, een
sikkelsabelsprinkhaan, ook een nieuwkomer van de laatste 10 jaar.
Een paar keer een Kleine
vuurvlinder, waarvan de enige waardplant de schapenzuring is.
We kunnen de glazenmaker, de
Paardenbijter, een libel, van dichtbij bewonderen. Wim houdt ze bij de
vleugels. Vlinders integendeel mogen niet bij de vleugels vastgenomen worden,
want dan komen de beschuttende schubben los.
Ik verneem dat de grote
libel die we af en toe zien jacht maken voor ons huis de Keizerlibel is, de
grootste libel van onze streek.
Het verwondert mij dat we
slechts één daas, een regendaas te zien krijgen. Misschien is het te zonnig?
Van de 5 soorten blauwtjes
krijgen we er een te zien: het Boomblauwtje met zilverkleurige achtervleugels
en vele verspreide puntjes. Bij het Icarusblauwtje is er meer een patroon en is
er onderaan een licht oranje bruine band. Interessant was dat Wim ons telkens
op de voornaamste kenmerken wees: zo leer je vlugger waarnemen en op naam
brengen. Bij het Oranje zandoogje zei hij te letten op de 2 witte stipjes in
het oog. Bij het bruin zandoogje is dit maar één wit stipje in het zwarte oog.
In de loop van de
wandeling kregen we de drie koolwitjes te zien: het Groot koolwitje, het Klein koolwitje
en ook het Geaderd witje. Bij nauwkeurig kijken zie je het streepjespatroon.
Deze soort zou zelfs iets meer voorkomen dan het Klein koolwitje.
Vooraleer het weiland te
verlaten vonden we nog een dode hazelworm, misschien slachtoffer van het maaien
van een strook. Om meer afwisseling te bekomen en de viltlaag te doorbreken
doet men aan dit selectief beheer. Er is ook een stukje geplagd.
We wandelen in de zonnige
bosrand en het bonte zandoogje laat niet lang op zich wachten.
Als laatste wordt nog een
nachtvlinder geschept: een hyena vlinder. Zijn rups wordt zelfs een moordrups
genoemd omdat hij zich niet houdt aan plantaardig voedsel maar andere insecten
verorbert.
Morgen is er in Malle en
Zoersel de 2 de Turen in Vlindertuinen van Natuurpunt. Wij doen ook
mee, maar de regen werd spelbreker.
FOTOMATERIAAL
Wim Veraghtert
Wim Veraghtert
Er is ook jong volk van de
partij.
Luisteren met open mond
Nog aandachtige
toehoorders
Populieren pijlstaart
Populieren pijlstaart
De vrijlating