Vermeerderen van Braamachtigen
Ik heb weer iets bijgeleerd? Toen ik laatst op de strook van de voor de
aanleg van de gasleiding gerooide bramenhaag aan het zoeken was naar gevallen
hechtingsclipsen, bemerkte ik scheutvorming op bedekte resten van in oktober
geknipte Taybes en Thornfreestengels, die bedekt waren geraakt. Ik heb de
ranken op een kweebed ingelegd to wait and see. Zullen er zich werkelijk
nieuwe planten vormen of lopen de knoppen enkel uit op oude kracht om daarna te
verdrogen?
Ik heb niets
over deze vorm van vermeerderen gevonden in
het
handboek Small Fruit Crop Management
van Gene J. Galetta en David G. Himelrich Uitgever: Prentice Hall Englewood Cliffs, New Jersey 07632 in 1990 ISBN
0-13-814609-8.
Bij de
vermeerdering maakt men onderscheid tussen de de rechtop groeiende - en de rankende rassen.
Bij de rechtop groeiende bramen is het snijden
van wortelstekken een courante techniek. Gedurende het winterseizoen,- maar voor het moment dat de wortels uitbotten
in de lente, want dan zouden te veel knoppen afbreken,- snijdt
men wortels die 5 tot 9 mm dikte hebben
(Bij te dikke wortels lopen de slapende ogen niet of minder goed uit.)
in
stukjes van 7,5 tot 10 cm lengte. Deze worden fris, doch vorstvrij
bewaard. Bij
het planten legt men deze horizontaal in een voor van 7,5 tot 10 cm
diep.
Afdekken met een lichte mulch voorkomt onkruidgroei. Bij het
aanleggen van een nieuwe plantage gaat men soms op deze manier te
werk. Tegen dat de planten in productie komen is er geen verschil meer
met een veld waarbij men met vooraf gekweekte planten
startte De aanlegkosten lagen met jonge planten een flink stuk
hoger dan bij het planten van wortelstukken.
Bij rankende bramen gebruikt men de
techniek van het inleggen der toppen. In de
nazomer of herfst graaft men de toppen in of bedekt deze met een laag grond van
7,5 tot 10 cm. Het volgend voorjaar snijdt men de stengel door op 20 cm van de
nieuw gevormde plant. Dit vergemakkelijkt tevens het verplanten.
De bekende
stekelkoze braam met het peterselie blad Thornless Evergreen moet op deze
manier vermnigvuldigd worden, omdat enkel (afgezien van vermenigvuldigen via de
weefseltechniek) op deze manier de stekelloosheid verder kan gezet worden. Bij
dit ras beperkt de stekelloosheid zich enkel tot de buitenste laag cellen. Vandaar
dat je bij dit ras dikwijls gestekelde wortelopslag ziet, die je dan dient weg
te knippen.
De tweede
manier van vermeerderen bij rankende bramen gebeurt met
stukjes stengel van 1 of 2 knopen, met 2 tot 3 bladeren, die men stekt
in een poreuze groeibodem van perliet bijvoorbeeld, die men voortdurend benevelt.
Eenmaal heb
ik het vermeerderen gezien bij Walpole, de Engelse vermeerderaar te Kings Lynn in
Norfolk. Als ik het goed herinner gebruikte men enkel het blad met steel . De
steel werd in hormoonpoeder gebracht en daarna in de stekgrond geduwd. Eens de
bak vol ging die direct onder de verneveling.
Verder
heeft men de moderne vermeerdering via weefseltechniek
op voedingsschaaltjes. Met deze techniek bekomt men bv. Thornless Evergreen
planten die door en door stekelloos zijn, ook de wortelscheuten.