Mijn meer dan 40 jaar ervaring met tuinieren en het telen van vele
soorten (klein)fruit zonder scheikundige bemesting en - spuiten wil ik
meedelen en zelf nog bijleren.
Voor de fruitliefhebber
26-05-2005
POMPOENEN
De pompoenen zijn gezaaid en geplant.
Pompoenen zijn bij ons al een oud verhaal.
De eerste pompoen die ik mij herinner was de grote Franse, gele. Ik zie die nog staan, of beter liggen in onze tuin, die moest wijken voor de bouw van varkensstallen. Ik was 4 en mijn ouders waren vooruitstrevende West-Vlaamse boeren. Van dit ras hebben we ooit massaal soep gemaakt voor een van de Antiduwvaart manifestaties, begin der zeventiger jaren. Rom De Cock van de Leefmilieugroep Zoersel had voor de vruchten en de melkkruiken gezorgd, want men verwachtte 2 000 deelnemers. Daar er beduidend minder volk kwam opdagen, hebben we geloof ik, al de ouderlingtehuizen van Schoten afgedweild om de soep aan de man en vrouw te brengen!
Halverwege de zestiger jaren kregen we zaden van de Hokkaido pompoen. Ik weet niet meer of het van Pierre Gevaert van Lima of van Alberic Splllebeen, van het Berkenhof te Zwevegem, een van de eerste biologische boeren, was. Oshawa, of zijn vrouw Lima hadden die nog meegebracht vanuit Japan. De meesten waren donkergroen, maar sommigen hadden een rode blos. Later zag ik te Sint Maartens-Latem enkel nog de oranje Hokkaido, heel decoratief, opgehangen in een groot net aan de balken van de zoldering van wat toen de Wereldcommune heette.
We teelden die jaar na jaar verder van eigen zaad.
In 1970 stichtten we het Groencomité Halle. Als adviseurs vroegen we de heer en mevrouw De Belder van het Arboretum te Kalmthout, zeer entoesiaste mensen , waarvan we veel geleerd hebben.
Mevrouw bezorgde ons diverse pompoenzaden, die we zaaiden en oogsten. De moeite waard. Maar het volgende jaar zaaide ik weer onze Hokkaido. Het resultaat was verbluffend: Vruchten in allerlei vormen, kleuren en grootte!
Onze Hokaido waren we kwijt. Daarvoor had de kruisbestuiving van het jaar voordien gezorgd.
Sinsdien zaaien we diverse rassen. De oranje Hokkaido (Uchiki Kuri of Red Kuri) en de groene Hokkaido zijn daar steeds bij. En toch is daar variatie in . Het ene jaar bewaren die al beter dan het andere. Meestal is de pel mee te genieten.
Het voorbije jaar werden zij overvleugeld door de Acorn, de eikelpompoen. De laatsten van deze groene pompoen zijn nu oranjegeel geworden en hebben hun goede smaak tot nu bewaard. Het betreft biologisch zaad uit de Organic Catalogue van Chase Organics en de Henry Doubleday Research Association.
In het verleden had ik ook zaad van Peter Bauwens. Van hem hebben we nog steeds de Siam of Bananenblad pompoen: groot, ovaal, groengevlekt op vuilwitte ondergrond.
Deze pompoen heeft wit vlees en behoort tot een aparte soort.
Ik heb het ooit meegemaakt dat een dergelijke pompoen ontkiemd was op een plaats waar hij naar alle kanten de nodige ruimte had, met ranken tot 10 m. Ik oogste maar eventjes 41 grote vruchten! Daarna heb ik dit nooit meer meegemaakt.
Het wordt laat. Een andere keer meer.
In een aparte blog kan je meer lezen over de pompoenfamilie. Al een hele tijd terug heb ik me daar ooit mee bezig gehouden. Voor sommigen misschien interessant genoeg?
Reacties op bericht (0)