Kroniek van een toffe familie en een toffe gemeente.
27-04-2005
Stafke wordt Gusta.
Een van de notabelen van de Voorheide een eigenzinnige deelgemeente van Arendonk, heeft sinds een groot jaar een ezel. Hij heeft dat beest aangeschaft omdat kennissen van zijn vrouw die niet te beroerd zijn om hem een pee te stoven hem wijsgemaakt hadden dat ezels distels eten. Dat doen ze inderdaad ook, als ge maar lang genoeg wacht met fatoenlijk eten voor dat beest. Tegen alle adviezen in ging mijn vriend het beest uitzoeken bij een boer die ezels kweekte. En dat moet ge nu juist niet doen... De raarste uit de nest blijft altijd over tot laatst en die kocht hij. Zodoende kwam de notabele thuis met een exemplaar dat eerder leek op een kruising tussen een lama en een paard. Het beest liet alle distels links liggen, vrat alle bloesems van de kersenbomen en stond regelmatig op de openbare rijweg de gebruikers ervan te terroriseren. De plaatselijke huisarts moest vijf kilometer omrijden om één van zijn patienten te kunnen bezoeken, twee facteurs heeft hij de stuipen op het lijf gejaagd en onze plaatselijke parochieherder die met iedereen overweg kan is van zijne velo geduwd. Het beest, de ezel dus, kreeg de naam van een van zijn rechtse vrienden: eentje met een goed hart maar een slecht karakter. Hij werd Stafke genoemd. Stafke vond het prachtig zo in de wei te staan. Hij liet de distels voor wat ze waren, regelmatig mocht er een asielzoekerke op zijne rug gaan zitten en hij creëerde een prettige relatie met de vrouw van de notabele. Die zag dit alles met lede ogen aan en na beraad met enkele van zijn vrienden ter linkerzijde besloot hij het beestje te laten castreren. Een veearts die normaal de testikels van Brabantse trekpaarden en dikbilstieren verwijderde werd aangezocht om Stafke van zijn mannelijkheid te beroven. 4 spuiten met valium, 3 volwassen manskerels en tien meter scheepstrossen zijn er aan te pas gekomen om de ezel tegen de grond te krijgen. Toen moest hij zich gewonnen geven. De uitgesneden testikels werden vooraleer ze op te voeren aan de loslopende ganzen in triomf door de wei gedragen. Nadien werd onder het nuttigen van een fles "ouwe Klare" zoals boeren onder elkaar wel meer doen naar een bijpassende naam gezocht. Het werd "Gusta". Zijn vrienden ter linkerzijde konden zich volledig in deze naamskeuze vinden.
Vandaag starten we met een nieuwe top 5. De Filou van de week. Het is de bedoeling dat iedere week 5 personen, instellingen, verenigingen... genomineerd worden voor het maken van een stommiteit, een stomme opmerking of een dwaze activiteit. "Het is de bedoeling dat iedereen zijn filou van de week mag aanduiden via de "voeg toe"-site of via email. Op het einde van de week wordt een klassement opgemaakt, en verder uitgebreid naar maand om tenslotte met de filou van het jaar te stoppen. Vanaf nu massaal toevoegen.
top vijf week 17. 1. ex aequo: de exotische tweeling Steve Stevaert en Bart Somers voor de manier waarop ze, door hun kazak te draaien in probleem 177 - B.H.V. zelf probeem 1 zijn geworden.
3. De Belgische Gumballers met hun sportkarren voor de arrogante manier waarop ze met hun medemensen omgaan en lak hebben aan alle miserie die voortkomt uit onbeschoft rijgedrag..
4. Margriet Hermans, de Kempische "Miss Kaasboerin" voor de manier waarop ze zich, dag in dag uit, het vuur uit de sloffen loopt om uit te blinken in leegheid.
5.De Vlaamse scoutsbeweging die op een congres haar katholiek imago laat vallen in de hoop op een familieuitbreiding maar onverwijld naar een splitsing toewerkt met leden en groepen die vasthouden aan hun oorspronkelijke basisregels.
De positiefste miskleum van het weekend: het weerbericht.
Jef Koffie's trots zou op weekend vertrekken. Om te gaan wandelen en fietsen ergens in de richting van de kust. Afgaande op de onheilspellende weerberichten die ons via de nationale televisie- en radiozenders bereikten hadden wij ons een pallet paraplus en regenfrakken aangeschaft, kwestie van de voorspelde regen- hagel- en donderbuien het hoofd te kunnen bieden. Het zou oude wijven gaan regenen op zaterdag en zondag en dat komt allemaal aangewaaid vanover de zee had ons vader zaliger ons geleerd.We hebben, neem het van ons aan, nog nooit zoveel zonnige terrasjes aangedaan als afgelopen zaterdag en zondag. Daar zaten wij met onze paraplus en regenjassen, en overal rondom ons topjes en blote buiken. Welgeteld één keer hebben wij een druppeltje weten vallen. We hebben er de patron van café-eethuis "Wildenburg" in Wingene bij geroepen....d'r klopt nooit iets van die weerberichten zei de cafébaas:" Hier in de Vlaanders schijnt de zon altijd". We konden nikske anders dan hem gelijk geven en nog ne Rodenbach drinken.
Toch nemen we de metereooo....euh weerkundige diensten nikske kwalijk.... Ze hadden ook zon kunnen voorspellen en het dan laten regenen.
Jef Koffie's trots in Ardooie en hun ontmoeting met een hulpvaardig man.
Tijdens het weekend van 22-23-24 april hadden wij met broers en zussen (10 stuks sterk) onze tenten opgeslagen in de vakantie- hoeve "Bouckenhove" in Lichtervelde. We meldden ons op vrijdagmiddag aan op het gemeentehuis van Ardooie voor de fietsenhuur. Malheureusement waren er maar zes velo's beschikbaar. Voor de vier ander hebben we zelf gezorgd. De verantwoordelijke bediende in Ardooie, Luc Vanneste, heeft echter alles in het werk gesteld om ons toch een fijne fietsdag te bezorgen. 's Avonds op zijn eentje de banden nog opgepompt, en zelfs op zaterdagmorgen zijn eigen fiets afgegeven om ons uit den brand te redden. Ook met informatie en tips heeft hij ons voortreffelijk geholpen. Al zijn andere collega's zagen er ook sympathiek uit. Zelfs de politie lachtte naar ons. We willen dus Luc Vanneste voordragen als grootste West-Vlaming van Ardooie, en hem en daarmee al het personeel van Lichtervelde bedanken voor hun hulp en voor hun sympathie.
U kunt op dit berichtje reageren door hier rechts op de knop voeg toe te drukken. Alvast bedankt.
Afgelopen weekend is onze familievereniging "Jef Koffie's trots" met z'n tienen op hoevevacantie getrokken naar Lichtervelde, naar Bouckenhove. Prachtig. Voor onze zaterdagse activiteit hadden wij fietsen nodig die we in Ardooie op de kop konden tikken. Voor randinformatie (fietskaarten edm.)zouden we ons op vrijdagmiddag wenden tot het gemeentehuis van Lichtervelde. De zon en de terrasjes rondom de markt in Lichtervelde lonkten echter zodanig dat we ver na sluitingstijd aan het gemeentehuis toekwamen. Dus geen landkaarten of andere informatie!!! ... Een wegfietsende bediende (denken wij, we zullen zijn naam nooit kennen) kwam terug en liet ons in het gemeentehuis binnen. Daar werden we uiterst vriendelijk en hulpvaardig ontvangen door een zekere Bart...een jonge gast, die van bureau naar bureau stoof om toch maar aan de gewenste dokumentatie te geraken. ...Het heeft niet mogen zijn. Toch willen we langs deze weg de onbekende fietser, den Bart en al zijn collega's die er nog waren bedanken voor hun inzet. .....'t Was plezant in Lichtervelde. Wij nomineren dus als grootste West-Vlaming van Lichtervelde, den Bart en met hem het ganse gemeentepersoneel.
U kunt op deze berichten reageren door hier rechts op de knop "voeg toe" te klikken.
Ik heb een nonkel die ten zeerste begaan is met zijn afkomst. Voortdurend zoekt en speurt hij in oude boeken om maar te kunnen uitvissen of we niet afstammen van het een of het ander chique volk. Het toeval wil dat er in onze familiestamboom rond de jaren 1805 een haagweef voor kwam. Een haagweef is wat ze tegenwoordig een ongehuwde moeder noemen. Iemand die op het verkeerde moment op de verkeerde plaats tegen de verkeerde vent is opgebotst. Mijn nonkel beweert nu dat "onze familie-haagweef" een affaire gehad heeft met generaal Bernadotte, een van Napoleon's maarschalken. Het is dezelfde Bernadotte die jaren na " de daad" koning is geworden van Zweden.
...Eén vraagje: kunnen wij nu aanspraak maken op de Zweedse troon?.
....Onze va en ons moe dat waren onze ouders. Zo hadden we er twee. Hun ouders waren onze grootouders en zo hadden we er vier. Aan onze va zijne kant twee en aan ons moe d'r kant ook twee.Onze overgrootouders waren met achten. Vier aan iedere kant.... Maar verder? ....en hoe heten die? betovergrootouders?...en nog verder? We hebben het even uitgezocht en we beginnen met mijn kleindochter Renée.: In een kwartierstaat (een overzicht van de stamdrager en zijn/haar precedenten) wordt zij aangeduidt als kwartier-drager of eerste generatie.
Bruintje, geboren in de nacht van 12 op 13 april 2005. De trotse moeder is Julie maar wenste niet gefotografeerd te worden. De vader kon niet achterhaald worden.
Dit is een foto van de grootste vijand van de elfjes: de watertrol. Dag Lien en andere lieve kleinkindjes van mij. Moet ge nu eens horen........
Vorige week toen de laatste blaadjes van de bomen aan het vallen waren en toen het voor de eerste keer een beetje harder had gevroren, ging ik nog een klein wandelingetje maken hier bij ons achter de tuin. Het werd al een beetje donker maar toch kon ik nog alle bomen, konijntjes en andere beestjes zien. In de wei zag ik zelfs twee kleine bambies met hun moeder. Ineens hoorde ik een stil gekraak achter mij. Ik draaide me om en op een takje van een klein berkenboompje zag ik toch wel twee elfjes zitten zeker. Ze leken me heel verdrietig. Ik ging er stilletjes naar toe en vroeg aan het oudste elfje wat hen zo treurig maakte. Het elfje begon aan haar verhaaltje. Samen met de rest van de familie woonden ze in de nabijheid van de moerassen aan de Wamp. Het was daar plezant; ze woonden er tussen de vlinders, de libellekens en de kleine visjes in het water. Soms zagen ze ook grote wezens, mensen zegden ze daartegen.Als de elfjes de mensen zagen komen kropen ze wat dieper onder de bloemblaadjes waar zij op zaten. ...en toen gebeurde het: Op een morgen kwam er een oude grijze man voorbij. Hij had een raar beest met lange oren bij zich. "Kom voort, ezel" knorde de oude grijze man tegen het beest met de lange oren. De oude man blaasde, kloeg, knorde en zuchtte. Opeens werd dat beest zo kwaad dat het met de achterste poten op de oude grijze man sloeg die omviel, pardoes in het water en op de bloem waarop de elfenfamilie zat te kijken. Het blmoemensteeltje knakte en toen de oude grijze man al proestend boven water kwam sloeg hij zo hard met armen en benen dat de elfenfamilie vespreid werd en alle kanten uitvloog. Toen zij van het bloemenstengeltje vielen werden zij door een harde duw van de wind weggeblazen..........en nu zaten zij hier, ver weg van papa en mama elf, ver weg van de eendjes en de waterkiekens. Nog eventjes en het zou donker worden. Dan kwamen de dikke spinnen, de waterholkevers, de berkenboomkruipers en de trollen; allemaal vijanden van de elfjes. De twee elfjes waren zo verdrietig dat kleine traantjes van hun kinnetje over het takje rolden en een klein stroompje van water vormde onder het berkenboompje waar zij op zaten. De twee elfjes wilden toch zo graag terug naar huis, naar de rest van hun familie. Gelukkig wist ik van toen ik zelf klein was waar hier in Arendonk de elfjes wonen. Als jullie beloven het aan niemand verder te zegen zal ik het jullie vertellen.: De elfjes in Arendonk wonen al sinds honderden jaren in de bossen en moerassen aan de Vaart. En dat klopt nog altijd hoor: Aan de moerassen aan de vaart woont ook een oude grijze man en die heeft een beest met lange oren. Men zegt tegen die oude grijze man ook weleens "Sus" maar waarom dat weet ik niet. Toen ik dit aan de elfjes had verteld ben ik rap naar huis gelopen en heb ik aan moeke een klein sigarendoosje gevraagd. Daarin heb ik heel zachtjes de elfjes gezet en samen zijn we toen naar de moerassen aan de Vaart gereden. En wat een groot geluk: op het bruggetje over de Wamp zaten papa en mama elf stilletjes te wachten. Wat was de familie gelukkig toen de twee verloren zusjes terug thuis waren. Ik heb de twee elfjes uit hun doosje gelaten en ben toen maar teruggereden. Onderweg kwam ik het beest met de lange oren tegen. Het stond een beetje te roepen in de wei en het was precies of het wou zeggen: "vergeef me elfjes, ik stampte niet expres met mijn poten maar ik heb een oude grijze meneer als baas en soms wordt ik daar toch óó zó nerveus van." Daarnet, voor ik dit verhaaltje opschreef, ben ik nog even naar de brug gaan kijken en jawel hoor, heel de elfjesfamilie zat gezellig aan de rand van het water te wiebelen op een stukje riet. Ik heb aan de elfjes beloofd dat we in de grote vakantie met alle kindjes een goeie dag komen zeggen. Wat denk je Lien, zullen we dan eens gaan kijken?.
Voor de groteren onder ons: elfjes zijn er in Arendonk niet meer, oude grijze mannen daarentegen.............
Een nederlandse kennis van mij is sinds enkele jaren bezig met een zoektocht naar verongelukte Dakota's. Amerikaanse bommenwerpers die tijdens de tweede oorlog speciaal werden ingezet om bombardementen uit te voeren, voedseldroppings te doen en in de septemberdagen van 1944 zweefvliegtuigen vol parachutisten te trekken naar de bruggen rond Arhnem. Volgens de nu gekende gegevens zouden er op 19 september '44 drie toestellen gecrasht zijn in de nabijheid van Arendonk. Vooraleer iedereen in gang schiet met het toesturen van nuttige informatie moeten we er bij vertellen dat er weet is van 3 gecrashte bommenwerpers: Eentje, een Dakota KG-399, stortte neer op 21 september in de omgeving van het dynamietfabriek: De piloot en zijn co-piloot kwamen om, de rest van de bemanning kon zich per parachute redden. Twee andere toestellen zijn vermoedelijk beiden in de nacht van 2 juni 1942 neergestort boven Arendonk. Het zou gaan om twee toestellen van de 49 sqd RAF. Het ene toestel was bemand met Poolse vliegeniers, het andere had een compleet Engelse bemanning. Al deze vliegeniers werden tijdelijk begraven op een voorlopig kerkhof waar nu de nieuwe kerk van de Voorheide staat. Om deze drie toestellen gaat het dus niet. Mogelijk zijn er in de nabije omgeving van Arendonk (ergens in het grensgebied tussen Weelde - Poppel - Hoge/lage Mierde toestellen neergekomen. Dat alles zou dus moeten gebeurt zijn op 19 september '44 op een ogenblik dat Arendonk en omstreken nog niet bevrijd waren. Misschien heeft er iemand nog wel een ideetje, een foto of een oud stukske ijzer dat kan wijzen op 3 vermiste toestellen uit de laatste oorlog.
Archeologische vondsten in de Arendonkse "Rode Del"
De Rode Del in Arendonk is een semi-natuurgebied dat vroeger behoorde tot de Poudréries d'Arendonck, een dynamietfabriek dat in 1964 zijn deuren sloot. Sindsdien zijn grote delen van de Rode Del in handen van firma Ravago. Het ander deel is in de loop der jaren onderhanden genomen door wild-west verkavelaars met alle gevolgen van dien. Een deel is legaal, een ander deel compleet illegaal. Het staat er vol weekendhuisjes die dan ook nog eens een keer permanent worden bewoond. Het domein grenst pal aan de Belgisch-Nederlands grens en is een uitstekend wandelgebied. Het hele gebied oefent een grote aantrekkingskracht uit op "mensen van over de Moerdijk", Hollanders dus. In de loop der jaren, eeuwen is er in dat gebied heel wat gebeurd dus. In de herfst van 2004 vond de familie C. bij een wandeling door het gebied restanten van menselijke botten. De familie C. (die anoniem wenst te blijven omwille van hun woonsituatie -illegaal, permanent- gaf de gevonden botten aan hun zoon die geschiedenis studeert aan de universiteit van Groningen. Deze, op zijn beurt, gaf de resten aan professor Lasaupis van de universiteit van Erlangen (Nurnberg) een erkend archeoloog-antropoloog. Een summier onderzoek heeft ondertussen uitgewezen dat de beenderen minstens 50 jaar moeten zijn. De professor heeft sterke aanduidingen dat ze meerdere honderden jaren oud zijn. Ondertussen gaan in alle stilte de opgravingen in de Rode Del verder. Prof. Lasaupis heeft meerdere heemkundigen uit Arendonk en Reusel (nederlandse buurgemeente van Arendonk) verzocht om een situatieschets te maken om aan de hand van alle gekende gegevens de ouderdom van de knoken en de omstandigheid hoe ze daar verzeild te achterhalen.