Onvrijwillig luisterde ik op
de trein naar een gesprek tussen collegas. Een vrouw had immens verdriet. Haar
kat was gestorven in haar armen dezelfde morgen. BAVO was 20 jaar geworden en
had een kattenleven gehad waar geen mens aan kon tippen!
Toen ze begon te vertellen
over het seksleven van haar lieveling keken de mannen onder het gezelschap met
ingetogen pretoogjes naar elkaar. Hij was danig actief geweest bij de kattinnen
in de wijde omtrek en had enorm veel bastaardkinderen in de buurt. Hij stonk
altijd als hij na een avondje stappen thuis kwam maar kreeg dan terstond een
bad met zeep. Kortom Bavo kneep de katjes in het donker! Hij kneep ze, maar
niet altijd zacht, aan het nachtelijk en klagelijk miauw te horen!
Maar hij kwam altijd terug
naar huis, zo trouw was hij, en zijn escapades zag ze door de vingers. Toen de
buren het lawaai te gortig vonden had ze hem laten steriliseren. Het kostte 150
euro. Hij was daarna wreed rustig geworden. Je zou voor minder, zei een collega
en hij werd afgestraft met een boze blik van de dame met de rood omrande ogen.
Als hij stierf had hij nog
lief in haar ogen gekeken. De begrafenis had ze sereen laten verlopen. Ze had
Bavootje afgegeven aan de dierenarts en hem een beetje as gevraagd. Eerst had
ze aan de buurman gedacht om hem in een kistje te laten begraven in de hof.
Maar ze vertrouwde hem niet. Misschien gooide hij hem in de vuilniszak. Dat kan
je het beestje niet aandoen na 20 jaar lief en leed gedeeld te hebben.
Bavo was dus altijd haar
beste maatje geweest. Hij sliep op haar bed en vleide zich dan tegen haar aan. Ze
barstte in tranen uit toen een mannelijke collega zei: Neem mij in de plaats ik
ben al gesteriliseerd ! Zelf was de dame nooit getrouwd geweest en was de
bittere demarcatie van 40 lentes ruim overschreden. Ze voelde zich nu al
eenzaam maar niemand kon Bavo vervangen! Niemand, zeker geen man!
Toen de deugnieten
uitstapten condoleerden ze haar nog. Ik zag aan hun gezicht dat ze wel deelden in
haar groot verlies, maar zag ook dat ze ongelooflijk plezier hadden, de
schijnheiligaards.
Ik voelde met haar mee en
wilde nog zeggen: Bavo had toch veel
kinderen om voor te zorgen! Maar ik hield me wijselijk in.
TOT GAUW
ROCOR
|