Mijn meer dan 40 jaar ervaring met tuinieren en het telen van vele
soorten (klein)fruit zonder scheikundige bemesting en - spuiten wil ik
meedelen en zelf nog bijleren.
Voor de fruitliefhebber
30-06-2013
Kleine Vos
Kleine Vos
Een paar jaar had ik geen
kleine vos meer opgemerkt tot daarnet. Ze waren aan t foerageren op de braam
bij de achterinkom.
Ik meende er zelfs 3 te
zien.
Bij terugkomst met het
fotoapparaat waren er nog twee.
Grote brandnetels voor hun
ei-afzet zijn er hier in overvloed.
In de mailgroep Tuinieren op het
seniorennet: Mijn boontjes maken het me moeilijk.
Begin april heb ik heel secuur mijn
boontjes geplant.
Eind april nog geen enkel teken van leven. Allemaal weggerot. eigenlijk kon ik
het weten.
dus opnieuw boontjes geplant, maar
nu voorlopig afgedekt met plastiek ( die eeuwige regen, ja).
Na drie weken geen beweging. Dus een
derde poging. EEN enkel boontje staat nu een paar cm hoog . De rest :
niets , rien de rien.
Liegt dat aan mezelf of zou dat kunnen
dat het plantmateriaal niet deugd dat ik heb besteld bij de
vereninging , dus groepsaankoop.
Of is mijn grond niet geschikt ????
Franzi
Antwoord van steketee
Ik denk niet dat de oorzaak aan het plantmateriaal ligt ,t'is het jaar
niet om boontjes te planten buiten
wegens veel te koud en te nat ,boontjes kunnen daar niet tegen .
Mijn eerste waren ook mislukt ,dan heb ik opnieuw geplant in potjes (4 per
potje ) in mijn veranda
en dan geen enkel probleem met opkomst .
Na 3 weken heb ik ze dan in de tuin verplant op een mooie dag t'is een hele
karwei ik weet het maar
in zulke jaren zou je van alles uitvinden (50 potjes )
Begin Juni heb ik dan de rest uitgeplant onder vliesdoek en deze zijn ook
gelukt maar ik heb gisteren nog maar het vliesdoek verwijderd ,ze waren
al 8cm hoog .
groetjes :steketee
Re:Mijn boontjes maken het me moeilijk
Dit jaar doen ze het in mijn tuin wel uitstekend.
De eerste struikboontjes, gekregen van een kennis die
al veel jaren zijn eigen zaad teelt werden begin mei ter plaatse gezaaid en
kiemden allemaal. Ook twee andere, lage rassen, rond half mei gezaaid doen het
goed.
De staakbonen, drie soorten: Engelse pronkbonen als
snijboon en als droogboon met rode bloemen; de grote witte boerentenen en
kleine, rode, soort Azukiboontjes, afkomstig uit het droge noorden van
Kameroen; alle drie eigen zaad werden eerst voorgekiemd en lukten goed. Geplant
rond 10 mei.
Mijn grond is een
Kempische zandgrond en al vele jaren ecologisch beheerd en verbeterd met
compost en gesteentemelen
FOTOS
Bij de staakbonen: vooraan
de roodbloeiende pronkbonen, de boerentenen, achteraan de Kameroense Azukis,
wel een week later uitgeplant.
Kleinzoon Jochen en zoon
Peter zorgen voor Aleide, met haar beenbreuk zodat ik meekan.
Miel Kint en Jules
Vandecasteele hadden, zoals in het verleden, de uitstap weer tot in de puntjes
voorbereid. Jules had zelfs een bevriend koppel, Waals-Vlaams, als gidsen
ingeschakeld. We kregen weer een knap info pakket met eigen brochure en
duidelijk Plan de Namur.
De eerste halte betreft
het geografisch middelpunt van België. Dit ligt in het dorp Nil-St.-Vincent van
de gemeente Wallain in Waals- Brabant, niet zover van Gembloux, waar we stoppen
in het hotel-restaurant Les 3 Clésvoor koffie/thee en een croissant.
Dan gaat het verder naar
Namen. Bij de samenvloeiing van Samber en Maas ligt het Waals Parlement. Dit
Hospice ST. Gilles was tot 1965 een hospitaal. We worden er ontvangen door
iemand van de public relations. Een zware jongen, MP, houdt toezicht. Hij
begeleidt ons naar een van de 6 Commissiezalen voor de uiteenzetting en daarna
naar de plenaire zaal. Hier geen halfrond, maar een langwerpige zaal.
We steken de straat over
naar een parkje op de Grognon, de grom- of brombeer. Men heeft er een tijdsspiraal
gecreëerd. Mij trof het plaatje dat Maria van Bourgondië in 1477 (nadat haar
vader Karel de Stoute, datzelfde jaar gesneuveld was tijdens de slag bij Nancy)
trouwde met Maximiliaan van Oostenrijk, de Oostenrijker en niet met de toekomstige
koning van Frankrijk. Aldus vermeed zij dat wij ingelijfd werden bij Frankrijk.
Haar zoon Filips de Schone werd de vader van Keizer Karel,geboren te Gent, 1500.
Het middagmaal hebben we
in het hotel/restaurant Les Tanneurs, de leerlooiers, die hier vroeger
gevestigd waren.
De namiddagwandeling zal
ons door het grotendeels verkeersvrije Oud-Namen voeren. We passeren het
Théatre National, komen voorbij een toren van 1388, in de 16de
eeuw verbouwd tot stadsbelfort.
We komen op de Place aux
Armes, het belangrijkste plein van de stad voor festiviteiten. Daar trekt de
slak, de mascotte van de trage Namenaar, de aandacht. We zijn niet lui maar
traag.
Rue de lAnge en rue du
Fer vormen samen de hoofdstraat van Namen. De winkelpanden maken niet direct
een grote stadsindruk en de straten zijn allesbehalve proper.
De eerste kerk die we in
het vizier krijgen is de St. Jan de Doperkerk bij de Place aux Légumes.
Bovenaan staat het niet helemaal recht. Jules slaat een zijweg in om in het
Maison des Desserts een doos Biémutrés, typisch snoepje van Namen, aan te
schaffen, voor straks op de bus.
De tweede kerk is de
barokke St Loup een heilige uit de streek van Bordeaux-gebouwd door de Jezuïeten. We passeren nog
het Museum Félicien Rops, de
naturalistische schilder-tekenaar, destijds op de index.
Op
de Place St. Aubain is een tennistornooi gaande met oude sterren. St. Aubain is
de kathedraal, de bisschopszetel van Namen, de vroegere plaats van
aartsbisschop Leonard. De kerk werd gebouwd van 1710 tot 1780 in classistische
stijl, volgend op de barok, met tongewelf en grote koepel op de viering, de
kruising van middenbeuk en dwarsbeuk. Achteraan vielen mij de marmeren zuilen
op.
We
wandelen tot aan de Samber. Er meert juist een Namourette aan, een soort
watertaxi. Tegenover de brug over de Samber ligt het grootseminarie van Namen.
Met
de bus rijden we de citadel op, over het centrale plein tot het uitzichtpunt op
de andere weg naar de citadel, maar niet geschikt voor bussen. Knap panorama.
Zie de fotos.
Met
wat verplaatsen van een kraamauto lukt het terugdraaien met de bus.
De
citadel beslaat een oppervlakte van 80 Ha en is aldus een van de grootste
forten van Europa. Eronder ligt er een heel netwerk van gangen. Het fort was al
in de tijd van Filips de Goede, hertog van Bourgondië (1430) een belangrijk
bolwerk. Vauban, de militaire architect van Lodewijk XIV maakte er een echte
citadel, kleine stad van.
We
rijden naar de resten van de abdij Villers-la-Ville, in 1146 gesticht door Cisterciensermonniken
van Clairvaux (Trappisten). Het werd een groot gebouwencomplex. De abdij bezat
veel gronden, tot in het Antwerpse toe. De site bedraagt 15 ha met een
abdijmuur van 1,5 km. De grote kerk werd opgetrokken in gotische stijl met het
gewelf op 23 m hoogte. Een klein gedeelte is nog bewaard. Voor de rest
indrukwekkende ruïnes.
Tijdens
de Franse bezetting, na de revolutie werd de abdij verkocht als bouwmateriaal.
Nu is het een beschermd gebied. Miel zoekt een doorgang naar de kruidentuinen.
In een eerste bloeit de salie met blauwe bloemen. In de verdere tuin valt de
forse groei van diverse kruiden op. De bezoekersgids over de abdijtuin zit bij
de gekregen documentatie. Er rest geen tijd meer om hier lang stil te staan.
Na
het bezoek genieten we nog van een drankje in het tegenover liggend
café-restaurant Le Moulin de lAbbaye, een vroegere watermolen op de Dijle.
De meesten bestellen het streekbier Triple de Villers, gebrouwen te Melle! We
waren toe aan een verfrissing op deze zomerse dag.
Op
de terugreis kondigde voorzitter Lionel Vandenberghe voor volgend jaar de reis naar de Westhoek achter
het front van 14-18 aan.
Met de beenbreuk van mijn
vrouw had ik de mails van de mailgroep Tuinieren niet goed bekeken.
Naar alle
waarschijnlijkheid stierven de takken af door kanker (Nectria galligena) .
O.a. Jonagold is er
gevoelig voor.
Ik ben mijn Jonagolds
gaan bekijken en heb 2 kankertakjes afgeplukt en gefotografeerd. Je ziet
duidelijk de plek waar het weefsel afgestorven is. Het begint met een
ingezonken plek op de bast.
Zaak is de tak tot in het
gezonde weefsel af te knippen en te verwijderen. Bij mij is dat verbranden.
Kankers gaan witte puntjes vertonen. Dit zijn de sporen die zorgen voor verdere
infectie. Ook takken op de grond zorgen voor verdere besmettingen.
Bij mij zijn er slechts
zeer weinig vruchten dit jaar. Vorig jaar geen enkele.
Als je op de blog klikt en
linksboven bij zoeken kanker invult, kom je meerdere blogs en fotos tegen waar
er sprake is van kanker. Naar beneden scrollen.
Ik neem me voor hier meer
over te berichten dit jaar.
Van Andre Vandenberghe van
de
Fruitwerkgroep
"VELT-Beernem".
kreeg ik hierover een zeer interessante E-mail.
Wat
betreft de fruitoogst, ook hier zal deze dit jaar niet overvloedig zijn. Een
beetje pruimen, de peren zullen wel goed zijn, en van de appelen is het zeer
wisselvallig. Vanda en Alkmene zijn hier goed, daarentegen is alle bloei van de
Boskoop afgevallen wegens niet bevrucht. Andere appelsoorten zijn ook zeer
wisselvalig wat dracht betreft. Dus zeker geen goed jaar voor de appelen.
Perziken zullen we er een paar hebben, maar geen grote hoeveelheden.
Ik
denk dat de oorzaak velerlei is, te koud weer, dus onvoldoende kiemen van het
stuifmeel, en door het koude weer onvoldoende insecten die bevruchten, geen
bijen die vliegen bij dit koude weer, en neem er maar bij de bijensterfte die
veel koloniën gedecimeerd hebben.
Bij mij is Vanda eveneens
goed. Ik ben Alkmene gaan bekijken: opvallend veel schade door de Kleine
Wintervlinder en haast geen vruchten. Het betreft de ene helft van een forse
boom op onderstam M7. De andere helft is Schone van Boskoop. Hier is de
bladstand veel beter en zijn er een beetje vruchten.
Zondag 16 juni 2013. Herkennen van
voedingsgebreken, ziekte- en insectenaantasting.
Van 09u30 tot 12u00.
Bij Lieve en Gilbert Putman.
Lattenklieverstraat 156 te St.Joris.
Komen aan
bod:
·Hoe
voedingsgebreken herkennen en verhelpen.
·Algemene
ziekte beelden in de fruittuin herkennen. O.a. vruchtboomkanker, schurft,
witziekte, enz...
En, wat is hieraan te verhelpen op een ecologische manier.
·Aantasting
van boom en vrucht door insecten herkennen en ecologisch voorkomen en
bestrijden.
·Enkele
ecologische middelen en nuttige insecten voor verhelpen aan deze ongezonde
toestanden.
·Ook wordt
aandacht besteed aan de nieuwe reglementeri
Op Bezoek bij Peter Vandendaelevan Bio-Pajottenlandersappen
Peter heb ik in het begin der tachtigerjaren leren
kennen als lid van Veltjeugd.De
kernleden, waaronder onze dochters maakten eerst deel uit van Natuur 2000, een
jeugd-natuurbeweging in het Antwerpse. Uit onmin met de voeding op de kampen begon
een kern met een eigen groep. De haast wekelijkse activiteiten waren vooral
natuurstudie en uitstappen en kampen. Meerdere malen naar de Kalmthoutse heide.
Maar ook naar het Centraal Massief in Frankrijk in 1982. We gingen er onze
dochters ophalen en er werd nog een week wandelen op de GR-paden aan
toegevoegd. Op het einde van die week vernam ik het overlijden van mijn vader,
92 jaar oud. We hadden hem nog bezocht op de heenreis.
Veltjeugd telde een goede 50 leden. Hun blad Paloke
typten ze met onze schrijfmachines op stencils die dan hier uitgedraaid en
samengeraapt werden, gebundeld en geniet; alles op één dag. Het waren gezellige
dagen. Meerdere keren gingen ze ook helpen bij de toenmalige bioboeren.
Peter Vandendaele is al 25 jaar gevestigd te Pepingen
in het Pajottenland. Aan het huis grenst een majestatische hoogstam boomgaard.
Er staan nog enkele honderd jaar oude bomen. Ik verwonderde mij vooral over de
gezonde kriekenbomen, diverse cultivars Schaarbeekse krieken, waaronder de
selecties van Gemboux. Maar ook zeer grote en vrij gezonde noordkrieken. Bij
mij in het Kempische zand heb ik die al 30 jaar geleden moeten rooien. Het
begon met afstervende takeinden door de monilia. Als er vruchten waren werden
die pas het laatst aangetast. Na een paar jaar is de boom zo verzwakt dat hij
zelfs niet meer bloeit. Ik heb mijn 5 rassen gerooid. Er was wel geen
Schaarbeekse kriek bij.
Mijn Kempische pruimen lijken eenzelfde weg op te
gaan.
Een spreuk die ik bij de beginjaren van de bioteelt vaak hoorde: "De grond van de zaak is de zaak van de grond!" kwam uit mijn onderbewuste naar boven. Goede leemgronden zijn veel beter geschikt voor grootfruit. In zandgronden doet ook kleinfruit het redelijk goed. Maar de lekkere braambozen lijden dan weer onder strenge wintervorsten.
Van een vorig bezoek bij hem bracht ik een chip mee.
Ik dacht een Winterramboer. Het zou eerder een Grijze Winterreinette kunnen
zijn. Deze herfst moet uitsluitsel kunnen geven.
Bij een glas appel-framboos en appel-bosbes (echte,
geen blauwe bes) vertelde Peter over zijn bedrijf: meer dan 20 verschillende
bio-sappen. Het bedrijf telt 8 Ha eigen bio-boomgaarden.
Marc Lateur van de Universiteit Gembloux heeft
onderzoek gedaan naar de beste appelrassen in bio-teelt voor appelsap: Reinette
Hernaut, Reinette de Waleffe, Reinette Baumann, Reinette de Blenheim, Reinette
des Capucines, Eisdener Klumpke, Joseph Musch, Keuleman, Suntan, Trezeke
Meyers. Belangrijk is betrouwbaarheid, volume en aroma.
Interessant was ook te vernemen dat Gembloux nog een 3
tal nieuwe rassen voor hoogstam (enkel nog op nummer) en zelfs een zevental
voor laagstam aan het uitproberen is.
Vandaag was het blijkbaar
eindelijk weer een droge dag in deze zeer late, natte en koude lente.
Gisteren kwamen we terug -en dan met een ambulance, 2 bestuurders, een man en een vrouw, 950 km, waarbij vele uren in de regen, in 10u15' met 1 sanitaire stop, met het bed naar de gehandicapten wc en 2 maal tanken, immers in Italië is de brandstof het duurst- uit
Zuid-Tirol, het gebied dat na de eerste wereldoorlog bij Italië aangehecht werd. De bus doet er 3u langer over met o.a. de verplichte stops. We waren er met de senioren van Zoersel in het 4 sterren hotel Terentnerhof in
het dorp Terenten, op een hoogteligging van 1250 m. Het was er net als hier geen te best weer.
De tweede dag bezochten we
de burcht Taufers en op de weg terug kwam Aleide ongelukkig ten val en liep
hierbij een enkelvoudige breuk op boven de knie. In het hospitaal van Bruneck
op 16 km, kreeg zij en serieuze blok aan het been: een zware plaaster tot boven
de knie. Dat maakt je behoorlijk gehandicapt en meteen werd ik verpleger.
Gelukkig had ik het
fruitboek Apfel- und Birnesorten Europas
voorgestelt auf derEUROPOM 2005 in München,
uitgave Obst- und Gartnerbauwverlag München bij , ISBN 13:978-3-87596-120-1.
Er worden 495 appel- en100 perenrassen in beschreven. (In het Duits spreekt men van Sorten). Op de linker bladzijde staan er 5 beschrijvingen en op het rechter blad de 5 afbeeldingen.
Ik was er vele uren mee
zoet.
Het ontstaan wordt
vermeld; de rijpheidstijd; de vrucht wordt beschreven: grootte, kleur en
fijnheid van het vruchtvlees, sappigheid, zuurzoet gehalte en al of niet aroma.
Vervolgens de aanwending: vers gebruik, gebruik in de keuken en mogelijke
verwerking. Aanplant als laagstam voor het huishouden of als half- of hoogstam
voor de Streuobst (zeg maar als landschapselement, of als wegbeplanting(Iets wat wij spijtig genoeg niet kennen). Als
besluit enkele interessante opmerkingen.
Korte, duidelijke, Duitse
degelijkheid.
Vandaag was er behoorlijk
belangstelling voor de open Velttuin: 49 man registreerden zich, maar bij een
aantal werd dit vergeten. Het viel mij op dat er meer niet-Veltleden bij waren dan in het verleden. Een drukke dag met veel vragen en vooral interesse
voor het vele kleinfruit. Als gevolg van deze koude lente is nog geen enkele aardbei rijp. Vorig jaar deze tijd waren er al de eerste aardbeien Sonata en dit jaar zelfs nog geen enkele rijpe Clery, een vroeg ras dat minstens een week vroeger rijp is dan Sonata. Ik zag onder andere Eddy terug die de twee Velt-weekreizen
meemaakte die ik in 1999 en 2002 inrichtte naar Engeland. Enkele maakten van de
gelegenheid gebruik om insectengaas aan te schaffen.
Dank zij het goede weer was ook Aleide van de partij. In haar rolstoel kon zij menige geïnteresseerde laten genieten van haar rijke ervaring.
Een speciale attractie was ook de permatuin die Berten bij ons heeft. Hij gaf uitleg over de manier waarop hij hier 3 jaar terug mee begon. Berten is ook medewerker op het pas gestarte permatuinproject van de Veldstraat te Zoersel. Sommige van onze bezoekers waren ook daarin geïnteresseerd.
Maar ook minder goed
nieuws: het in de vorige blog
aangekondigde 12 de Afrikaans Tuinfeest op 7 juli wordt als gevolg van het
accident met de organisator Aleide spijtig genoeg afgelast.
Met de senioren van de Landelijke Gilde met 2 bussen van De
Blauwvoet (Balen) naar Vaals (Nederlands
Limburg) met het Drielandenpunt, het hoogste punt van Nederland: 321m. en dan
verder iets voorbij Aken naar de Bruinkoolmijnen.
Wij zitten boven op de dubbeldekker met 70 plaatsen.
Onderweg rijden we door de regen. Chauffeur Yves vertelt mij dat hij vooral op
Londen rijdt.
Na de koffiestop in het restaurant bij de
Wilhelmina-uitkijktoren van Vaals stapt
de gids op de bus. Hij wijst ons de interessante plaatsen van de streek. We
hebben relatief geluk: het regent niet meer, doch het zicht is niet zeer
helder.
Te Aken toont hij de gespecialiseerde
brandwondenkliniek en vertelt hij over de grote universiteit met 60.000
studenten, die tot in Nederland een kot zoeken, slechts een 5 tal km verder.
Vandaar naar de plaats Inden, een van de drie bruinkoolontginningsgebieden in de streek, niet
ver van Aken.
Te Eschweiller met de indrukwekkende
elektriciteitscentrale wordt o.a. gestookt met bruinkool- verlaten we de
autoweg om naar het eerste uitkijkpunt te rijden.
De groeven zijn reusachtig en de machines navenant. Men
graaft tot ongeveer 200m diep. Een reeks panelen geeft uitleg. Zie fotos.
Na de ontginning over enkele tientallen jaren wordt
het een groot meer, See in het Duits. Iets dergelijks hebben we gezien bij het
bezoek vorig jaar met Zoersel aan Gräfenhainichen (bij Leipzig, in het vroegere
Oost-Duitsland) waarmee de gemeente verbroederd is. De ontginning is daar al 20
jaar gestopt, grote meren, doch een 5 tal van die reuzen-machines heeft men
samengebracht rond een openluchttheater.(klik in de rechtermarge op de blogs
22/10-28/10 2012 . Als je bij zoeken bovenaan links Ferropolis intypt krijg je slechts
een gedeelte te zien en spijtig genoeg niet de machines)
Daarop rijden we naar de grote uitkijktoren. Er zijn
een 20tal gegadigden voor de beklimming van de 216 gemakkelijke treden. In de namiddag, vanaf 14u kan je wel met de
lift.
We rijden weer naar het grote restaurant te Vaals voor
een degelijk middagmaal.
Daarna gaan we opnieuw op tocht met de gids door het mooie,
groene, golvende Limburgs landschap.
Eerst staat een bezoek aan een schapenboerderij op het
programma. Het begint opnieuw te regenen en op een bepaald moment ook te
hagelen. Het uitstappen gebeurt in de regen. Er stond een demonstratie van
schapen-drijven op het programma, doch daarvoor is het geen weer. Ik schat het rond
de 10°.
De boer, man met baard en bruine hoed, een echte
herder geeft uitleg. Hij kweekt een paar duizend schapen en heeft 8
schaapsherders in dienst, die elk met een kudde natuurgebieden onderhouden. Dit
brengt verschraling mee van de gronden met als gevolg een grotere
soortenrijkdom aan planten en bloemen. Vervolgens gaat het naar de stallen. Een
aantal geïnteresseerden verdringt zich rond de herder.
Het doet deugd weer op de warme bus te stappen.
Als we verder rijden is de regen gestopt. We dwarsen
een reeks dorpjes met nu en dan een mooi panorama. We komen o.a. ook door Valkenburg.
Te Margraten zijn we nog net voor sluitingstijd (17u) op het Amerikaans kerkhof
met 8.000 graven en nog eens 2.000 namen van de vermisten op de muren. Velen vielen
in de slag van de Ardennen. Bij het binnenrijden zie je bij het huis van de
Amerikaanse conservator een knappe boomgaard. De gids vertelt dat er te
Margraten nog een fruitveiling is. Zuid-Limburg is naast De Betuwe,
Zeeuws-Vlaanderen en de Flevopolder nog een belangrijke fruitstreek. Hier is
ook de grote boomkwekerij Frijns gevestigd. In het verleden ben ik er een paar
keer geweest. In Echelrade, dorp van de Fusiegemeente Eijsden-Margraten bezocht
ik een achttal jaar geleden Marc Vandewall, kweker van de prachtige, resistente
herfstappel Colina. Hij ontwikkelde nog een paar beloftevolle rassen, doch ik
heb er geen verdere informatie over.
In de particuliere tuinen zie je ook meer fruit dan
bij ons en er zijn eveneens (rest)boomgaarden. Hetzelfde in Duitsland. Niet ver
van de bruinkoolontginning bloeide nog een late appelboom; een courtpendu of
een Reinette de France?
Nog een derde maal naar het restaurant te Vaals voor
het avondmaal. Bij momenten breekt zelfs de zon door en dan naar huis.
Het viel mij in de bus op zo weinig vermoeide mensen
te zien. Blijkbaar zorgde de avondmaaltijd voor nieuwe energie, ook voor
mezelf.
FOTOS van mijn echtgenote Aleide.
U zijt alvast welkom op het 12 de
Afrikaans Tuinfeest op zondag 7 juli in de namiddag op de Lage Weg 60 te
2980 Halle-Zoersel.
Het is betrokken maar de
voorspelde regen blijft, op wat spatjes na, uit.
In het Brabantse zien we
af en toe geel oplichtende koolzaadvelden. Voorbij Namen is het vooral een weidestreek.
Het kasteel van het dorp
Freÿr, gemeente Hastière- vroeger dagelijks in het nieuws met het aantal
opgehaalde schotbalken- ligt op de linkeroever van de Maas, ongeveer halfweg
Dinant-Givet.
De parkeerplaats is
nauwelijks te zien en Gerard, de chauffeur zet ons toch af bij het kasteel. De smalle
weg er naartoe is weinig geschikt voor bussen. Als je uit richting Dinant komt
is het kasteel en de parking te weinig duidelijk en te weinig uitnodigend
aangeduid.
De gids vertelt dat dit
het enige, lang geleden, heropgebouwde kasteel in renaissancestijl is in de
buurt.Door de smeedijzeren
toegangspoort betreden we het binnenplein met eeuwenoude kinderkop-kasseien. De
gebouwen aan de zuidkant werden halverwege de jaren 1700 afgebroken en
vervangen door het smeedwerk. Aldus was er meer licht en warmte van de zon voor
het kasteel. Tevens werden toen de tuinen in de klassieke stijl van Le Nôtre
aangelegd. Men spreekt hier van een Versailles in het klein.
Het interieur is een
prachtige verrassing: wandtapijten, kostbare meubilering, plafondfrescos,
grote schilderijen met jachttaferelen en verder portetten van belangrijke
heersers en familieportretten. Sinds 1410 is het kasteel nog steeds in handen
van dezelfde familie, reeds 20 generaties. De gids weet boeiend te vertellen.
In 1995 was er een grote
overstroming: de Maas buiten haar oevers. Binnenin stond er 1m water: veel
schade. Alles is prachtig hersteld. Op een deur zijn de sporen nog te zien
(foto).
Lodewijk XIV heeft er
gelogeerd. Die was op veroveringstocht. Vroeger had hij al Frans-Vlaanderen
aangehecht bij Frankrijk. Nu wou hij veel verder doorstoten. Aanvankelijk had
hij succes, maar de Alliantie (Holland, Oostenrijk en Engeland), geleid door de
eerste hertog van Marlborough, John Churchill, die in de Cotswolds (Midden
Engeland) Blenheim Castle optrok, genaamd naar Blenheim in Beieren, waar hij
een belangrijke slag had gewonnen, won het pleit. Winston Churchill, een nazaat
werd er geboren. Fruitliefhebbers kennen de Blenheim Orange, een lekkere
herfstappel die daar ontstond.
We herinneren ons nog de
verwoesting en beschieting van Brussel in 1695. (Blog van 6/4/2013 over de vorige
uitstap. Je kan bij Zoeken, linksboven Brussel invullen). Had Lodewijk XIV
gewonnen, dan waren wij nu misschien Fransen?
We zien de 18 de eeuwse koets
van de kinderen, met alles erop en eraan, gebouwd door een Brusselse
koetsenmaker, wiens bedrijf destijds werd overgekocht door de familie
dIeteren, nu welbekend van Volkswagen-Audi.
Vervolgens gidst een
mevrouw ons door de tuinen in klassieke stijl. Er is de lengteas, aansluitend
op het kasteel, met waterpartijen en sterk geknotte bomen. De lindes zijn vrij
oud maar bleven beperkt in groei door de sterke snoei. Verjonging komt door een
nieuwe scheut. Dit kan zelfs binnenin in de vermolmde binnenkant van een boom
(foto).
Dan is er een dwarsas die boven
op de helling bekroond wordt door een paviljoen in Roccoco-stijl.
In het tweede gedeelte van
de lengteas weer waterpartijen, maar alle aandacht gaat nu naar de appelsienenbomen
in bakken met openklapbare wanden voor het onderhoud. Drie exemplaren zouden al
300 jaar oud zijn. Het zijn grote bonsai-bomen. Achteraan vinden die in het
koude seizoen een plaats in de twee oranjeries, de oudste van de Nederlanden.
Immers appelsienbomen verdragen hoogstens -2°.
In de oranjeries kunnen ze
aan een katrol omhoog getild worden voor (wortel)snoei en vervanging van de
grond.
We zien nog enkele andere
tropische boompjes.
Tussen de hoge hagen
wandelen we omhoog tot aan het roccoco paviljoen met prachtig stucwerk. In het
kasteel had de gids ook al gewezen op het zeer oude, nog intacte stucwerk.
Bij de hagen zien we veel
bloeiend daslook. De gids spreekt van ail des ours, berenlook, naar de
wetenschappelijke naam Allium ursinum. De chauffeur komt ons ophalen naast het
renaissance kasteel en de Maas.
Voor mij was dit een
onverwachte schoonheidsbeleving. Freÿr is wellicht te weinig bekend; maar ligt ook
in een uithoek van het land.
Zie de vele fotos van Aleide
1.Koolzaadveld
2.Veeteeltstreek
3. We stappen uit
4. Gids
5. Zonnewijzer in de kasseien
6. Interieur
7. Jachttafereel
8. Smeedijzeren balustrade
9. Het peil van de overstroming van 1995 is nog
duidelijk te zien op de deur