iii
EXIT YALDING
Van Howard Stringer vernam ik dat Yalding
Organic Gardens niet meer geopend wordt. Ik ben er tal van keren geweest
met groepen, telkens met een smakelijke biolunch en gegidste rondleidingen. Het
was steeds moeilijk om de mensen terug naar de bus te krijgen. Men wou er
altijd nog wat blijven.
Yalding bij Maidstone was de tweede tuin van Garden Organic, zelf gevestigd in Midden Engeland te
Ryton-on-Dunsmore bij Coventry.
We bezochten Yalding een laatste maal op 23 september vorig jaar. Die stond weer op het programma voor de
tweedaagse
van 13-14
september dit jaar: Wisley Gardens - Canterbury-Brogdale - en nu als vervanging Sissinghurst.
Hieronder een gedeelte uit het verslag van Jan Vannoppen, directeur van
de Vereniging Ecologisch Leven en
Tuinieren vzw. (Seizoenen 1/2008 p. 8-9
)
Gezien het tijdsverschil konden
wij bij de aankomst in Yalding al meteen aan tafel, voor een overheerlijk
ecologisch middagmaal. Maar we keken toch vol ongeduld uit naar de rondleiding:
een boeiende tocht door de tijd.
Yalding Gardens toont namelijk veertien aparte tuinen uit verschillende
periodes, van de 13 de eeuwse apothekerstuin tot de moderne ecotuin. Tof om
ideeën op te doen. De met geurige kruiden beplante zitbedden uit de
middeleeuwse tuin zijn uiterest geschikt om te verpozen en te minnekozen. Bij de cottagers garden van begin 19 de
eeeuw vertelde de gids over William Cobbett, die in zijn boek Cottage Economy
(1821) stelde dat een plattelandsfamilie zo goed als zelfvoorzienend kan leven
op een kwart acre (10 are). De
mas-tu-vu-stijl van de Victoriaanse tuin, met opvallende exotische
bloempartijen en veel ornamenten, deed me onwillekeurig denken aan de kakafonie
van attributen die je in sommige Vlaamse tuintjes ziet. Toen en nu geldt trop
is te veel! Ook
in de 20sts eeuw was de tuin een afspiegeling van de samenleving. In WO II was er
bijvoorbeeld de dig for Victory-campagne, een grootschalige promotie van
allotments of volkstuintjes, relevant in de strijd tegen de schaarste. We
leerden ook hoe in de oorlog DDT een snelle opmars kende als wondermiddel om
luizen- notoire tyfusdragers- en malariamuggen te bestrijden. En hoe het gif na
de oorlog op grote schaal gepromoot werd bij boer en tuinder met strijdvaardige
advertenties in de stijl van Dit is de atoombom onder de insecticiden. Dan
liever de harmonie van de Gertrud Jekyll-borders, of het knusse van de
kindertuin waar alles op miniformaat is.
Tot zover de beschrijving van Yalding, een van de toontuinen van Garden
Organic, onze zusterorganisatie in het Verenigd Koningrijk: ouder en veel
groter dan Velt (toch 12.000 leden), met veel ideeën en projecten. We kunnen er van leren, maar
liefst geen copy-paste, want Vlaanderen is Engeland niet. Hier en daar hoorde
ik de verzuchting: Mocht Velt ook zon toontuin hebben... Maar zelfs voor een grote organisatie als
Garden Organic is de kost hoog. In de coulissen hoorde ik de gids klagen dat nu
ook de laatste betaalde tuinman is overgeplaatst naar Ryton, de grootste tuin
van Garden Organic.Nu moet alles gedaan worden door vrijwilligers? zuchtte
hij. En ik dacht aan de vele Velt-vrijwilligers die in Vlaanderen en in
Nederland helpen om tuinen in stand te houden, zoals de Dodoenstuin in Schilde, de groententuinen bij Comité Jean Pain vzw te
Londerzeel, en in Nederland de Natuurtuin
t Loo in Bergeijk en de Velttuin in Gemert. "
|