BUXUSPLAAG (Cylindrocladium buxicola)
Vorige zomer hoorde ik voor t eerst van deze nieuwe ziekte. De
buxushagen in de Dodoenstuin te
Schilde gingen kapot. De buxushaagjes vormen er namelijk het Renaissancepatroon
van de kruidentuin, zoals ten tijde van Dodoens ( 1517-1585). Zijn befaamd Cruydeboeck verscheen in 1554.
Dit trof mij des te meer omdat ze in 1973-74 gestekt
werden met materiaal uit mijn buxushaag.
Toen wij hier in 1962 kwamen stond er een jonge buxushaag aan de
zuidkant voor het huis. Ik heb die verplant als gedeeltelijke afscheiding van
de nieuwe moestuin om de oostenwinden weg tehouden. Veel snoeiwerk is er nooit
aan te pas gekomen. Wel was ik hofleverancier van de Aalmoezeniers van de
Arbeid van de Londenstraat in Antwerpen voor Palmzondag.
Ik herinner me één probleem: tijdens de hete zomer van 1976 verbrandden
op één plaats een paar takken, die later afstierven.
Maar wat staat er mijn Buxushaag nu te wachten? Jaren
geleden kreeg ik een aanbod om die voor 20.000 BEF te verkopen!
Enkele dagen terug kwam ik op het Bezoekerscentrum
van Zoerselbos, bekend om zijn fantastische Boerentuin, destijds nog ontworpen door kunstenaar Marc De Roover,
vroegere bewoner van Het Boshuisje, nu woonachtig in Frankrijk.
Ook hier heeft de Buxusziekte lelijk toegeslagen. Ik heb er enkele
fotos genomen.
Er zit niet veel anders op dan alles te rooien. Maar er is een oplossing:
er bestaat een zeer kleine hulstsoort met haast identieke blaadjes: Ilex cremata convexa wist Leo Cautereels mij te
vertellen.
Deze soort werd al veel gebruikt voor snoeifiguren in plaats van buxus,
maar ligt wel hoger in prijs.
Ter Informatie:
een artikel van Yvonne de Hilster in
RESOURCE Weekblad voor Wageningen UR van 20 sept. 2007
Praktijkonderzoek Plant en
Omgeving Wageningen presenteerde begin september (2007) op drie
bijeenkomsten met buxuskwekers en -handelaren de resultaten van onderzoek naar
gewasbescherming tegen taksterfte door de schimmel Cylindrocladium buxicola.
Twee jaar geleden werd de ziekte voor het eerst in Nederland gemeld. Die is
bedreigend voor Nederlandse boomkwekers, want buxus is voor hen een van de
belangrijkste soorten. En door het natte weer zijn de problemen dit jaar nog
groter dan vorige jaar.
De ziekte kan ook een ramp zijn voor particulieren met veel buxushagen, zoals
kasteeltuinen en begraafplaatsen. Bij planten die dicht op elkaar staan, zijn
de donkere vlekken op stengels en bladeren moeilijk te zien. Maar als de
bladeren ineens van de takken vallen, heeft een buxusplant al te veel schade.
Als niet op tijd wordt gecontroleerd en ingegrepen verwoest de schimmel alle
planten. Enkele middelen kunnen de ziekte in toom houden, vertelt onderzoeker
ir. Fons van Kuik van PPO. Maar als de planten aan particulieren worden
geleverd die niet spuiten, steekt de ziekte weer de kop op.
Omdat de ziekte zich niet alleen verspreidt via de bodem, afgevallen bladeren,
water en dieren maar ook via kleding en gereedschap, is goede hygiëne
belangrijk. Praktijkervaringen laten verder zien dat buxus die door
stikstofbemesting sneller groeit en daardoor zachter is, wat vatbaarder is dan
harder gewas. Voor een goede bestrijding weten we echter nog onvoldoende van
de epidemiologie van de schimmel, zoals verspreiding en overleving, zegt Van
Kuik. Hij hoopt vervolgonderzoek te kunnen doen naar onder meer de biologie van
de schimmel en een effectief spuitschema.
Op http://buxusclub.com/posterbuxus.pdf ziet u nog meer.