Rosse of Rode Metselbij (Osmia rufa)
Er zijn veel meer
bijensoorten dan de meesten van ons zich realiseren. Iedereen kent wel de
honingbij maar niet de solitaire bijen, zon 300tal. Alleen al van de
metselbijen komen in de Benelux ruim 20 soorten voor (hoe verder naar het zuiden des te meer
soorten).
Van de
solitaire bijen leeft 70% in de grond en 30% in kieren en gaten.
Bij de
solitaire bijen is er slechts 1 bij, een vrouwtje dat het nest maakt. En toch
is er een zekere aantrekkingskracht. Ze nestelen graag in een kolonie, elk met
zijn eigen nest.
De Rosse Metselbij, Osmia rufa, komt het meest voor en is al actief
van in maart. Ze zijn vaak op
voorjaarsbloeiers te vinden, zoals Blauwe Druifjes. Iemand constateerde dat in
zijn tuin vele mannetjes (zo'n 10 stuks) 's nachts en in koude tijden dezelfde
rustplaats gebruiken.
De bij is slechts enkele maanden
actief op een jaar. In die periode gaat elk vrouwtje op zoek naar een geschikte
nestplaats, in hout, stengels of tussen stenen. Dan begint het vrouwtje met een
aantal foerageervluchten. Daarbij wordt stuifmeel verzameld dat achteraan in de
nestholte wordt opgestapeld. Wanneer voldoende stuifmeel is verzameld, legt het
vrouwtje er een eitje op. Hiervoor wordt dan een wand gebouwd van modder en
speeksel, zodat er een cel ontstaat. Daarna wordt alles herhaald tot de holte
volgebouwd is met cellen. De solitaire bij meet altijd eerst de lengte van een
cel en bouwt dan een drempel op de plek waar de volgende wand moet komen.
Daarna wordt het stuifmeel aangevoerd en het eitje gelegd, om tot slot de
drempel uit te bouwen tot een gesloten wand.
In de laatst gebouwde cellen worden onbevruchte eitjes gelegd, hieruit zullen
de mannetjes komen. De opening vooraan wordt afgesloten met een stevige
mengeling van speeksel met modder, plantenmateriaal of zand, zodanig dat het
broed goed beschermd is. Vandaar hun naam: metselbijen.
In de cellen ontwikkelen de
eitjes zich tot larven die zich voeden met het stuifmeel. In het voorjaar als het stuifmeel
op is komen eerst de mannelijke bijen uit het nest gekropen. Deze wachten
bij de nestplek tot de vrouwtjes uitkomen die dan meteen bevrucht worden.
Speciaal aan deze levenswijze is dat de solitaire bijen dus nooit hun
nageslacht zien, want de volwassen bijen sterven zodra voldoende nesten belegd
zijn.
Omdat solitaire bijen vooral stuifmeel verzamelen en nectar
bijna alleen gebruiken voor de eigen energievoorziening zijn het veel betere
bestuivers dan de honingbij. Honingbijen durven de bloemen vaak te beroven van
hun nectar zonder daarbij de meeldraden aan te raken. Slechts een klein
percentage van de door honingbijen bezochte bloemen wordt daadwerkelijk (goed) bestoven,
terwijl de solitaire bijen bij bloembezoek voor 97% bestuiving zorgen. Hierdoor
is één solitaire bij op het vlak van bestuiving equivalent aan 120 werksters
van honingbijen.
In Wageningen stelde men vast dat de rode metselbij (Osmia
rufa) voor een goede bestuiving zorgt bij
appels tot een straal van 100 meter van het nest. Verder dan 600m vliegt deze
bij nooit.
Boomgaard
metselbijen zijn aangepast aan een koel klimaat en ze vliegen ook bij fris,
zelfs in druilerig weer. Ze doen al ijverig aan bestuivingwerk wanneer de
honingbijen nog in hun kast zitten. Metselbijen hebben een voorkeur voor
vruchtbloesems van appels, kersen, pruimen, perziken en ander steenfruit, maar
bezoeken ook andere bloemen.
De
populatie van deze bij kan spontaan ontstaan door goede nestplaatsen te maken.
Eventueel is de opbouw van de populatie te stimuleren door een aantal bijen uit
te zetten in de boomgaard.
In een
oude heg naast een boomgaard vinden solitaire bijen veel nestgelegenheid in de
gaten van oudere takken.
Zelf
kan men blokken hout aanbrengen, waarin met boren nr 5 tot 10, aan één kant, ongeveer 10 cm lange gaten
geboord zijn. Men hangt het blok op met de openingen naar het zuiden gericht,
en wat beschut tegen de regen. Na een tweetal jaar is het wenselijk een nieuw
nestblok te voorzien. Het oude nest geraakt vervuild.
Je kan
ook bamboestokjes gebruiken. Zie blog van 9/12.
Men
moet geen schrik hebben van deze bijen. Het zijn vredige dieren. Ze hebben wel
een angel, die meer dienst doet als legboor. Ze gebruiken hun angel enkel
wanneer ze in ernstig gevaar zijn, bv wanneer je ze vangt in je hand. Ze vallen
niet aan om hun nest te verdedigen en slaan geen alarm voor de anderen.
Aldus is de rosse
metselbij de perfecte bestuiver voor
de fruitliefhebber met zijn beperkt aantal bomen. Je kan ze zelf lokken door
het aanbrengen van nestgelegenheid. Ze zijn veilig voor mens en dier. Spelende
kinderen rond het nest lopen absoluut geen gevaar.
FOTOMATERIAAL
Nestkastje van het Solitaire
Bijenproject van de universiteit van Gent met Dries Laget www.solitairebijen.be
Dit project startte in 2005. De
foto werd genomen begin april 2007, het zeer warme voorjaar. Dit project werd
intussen stopgezet.
De tweede foto werd nu genomen.
Er zijn nog slechts een paar dichtgemetselde buisjes. De rest zou best tegen
het voorjaar grondig gekuist worden. Het zijn glazen buisjes in een plastieken
kokertje.
Foto 3
toont een demonstratiekastje dat ik een 7 tal jaar geleden aanschafte in Het
Wielewaalhuis/Natuurpunt te Turnhout. Men ziet de glazen buisjes. Met de vorst
kreeg ik de zijkant niet open. Dit kastje is zeker ook aan reiniging toe.