Mijn meer dan 40 jaar ervaring met tuinieren en het telen van vele
soorten (klein)fruit zonder scheikundige bemesting en - spuiten wil ik
meedelen en zelf nog bijleren.
Voor de fruitliefhebber
11-06-2005
WAAROM DRAGEN PRUIMEN NIET?
Bericht:
Hallo, ik zie hier in de blog dat er veel pruimen zijn dit jaar !
Ik heb 7 bomen staan en moet vaststellen dat er bij mij zeer weinig vruchten te bespeuren zijn.
Ik woon wel in de vlaanders en ik denk dat wij een beetje vorst hebben gekregen tijdens de bloei.
Kan dat de reden zijn ?
Vorst kan inderdaad de reden zijn dat er weinig of geen vruchten zijn. Met die factor hebben we veel meer rekening te houden in De Kempen, dan in de Vlaanders. Die factor was er dit jaar wel een beetje hier, maar wellicht minder in uw streek.
Een ander belangrijk punt is de bestuiving. Ken je de rassen die je hebt staan? Er zijn zelfbestuivers en andere. Het makkelijkst is Google te laten zoeken. Typ in : Bestuivingstabel pruimen. Je komt bij de gegevens van Guy de Kinder, tuinbouwleraar te Mechelen. Als je meerdere rassen hebt, is het ene ras soms al minder geraakt dan het andere.
Een andere reden is de beurtjaargevoeligheid. Na een jaar met te grote dracht volgt meestal een zeer mager jaar.
Zo heeft Andre Lagrou, een kozijn van ons in Leffinge, dit jaar haast niets aan zijn eigen pruimenras, eveneens wortelecht, dat niet moet geënt worden. Ik heb er de naam Polderpruim aan gegeven. Ik heb die hier ook staan, maar de vruchten smaken hier opvallend minder goed dan deze uit zijn Poldergrond. Trouwens ik heb ooit de kans gehad op een pruimendag van de Friends of Brogdale te Faversham in Kent het ras Jubileum te proeven. Mijn vruchten waren groot, doch die waren nog véél groter en smaakten werkelijk uitstekend.
Een factor die bij liefhebbers nogal veel uit het oog verloren wordt is de verzorging van de bomen. Pruimen vragen meer bemesting dan bv appels. Ook peren zijn op dat punt meer veeleisend. Dit heb ik tot mijn schade zelf ondervonden. Lange tijd heb ik gedacht dat peren minder geschikt waren voor mijn Kempense grond, tot de bemesting werd opgedreven, nadat ik dit gezien had bij anderen.
Wel heb ik hier in de winter een te hoge waterstand en dat is helemaal niet bevorderlijk voor het fijne wortelgestel. Herman Vandepoele te Torhout (Zie het Gastenboek) heeft gezorgd voor drainering van zijn grond en dat is een groot pluspunt. Als dit niet mogelijk is, dan kan men zijn toevlucht nemen tot het planten op een heuveltje. De gebroeders Vereyken, die een biologische hoogstamboomgaard hebben in Berlaar, hebben er sterk het nut van ondervonden. Zelf heb ik vastgesteld dat de woelmuizen s winters naar dergelijke plaatsen verhuizen en zich te goed doen aan de wortels rond hen. Bij oudere bomen kan je dit beschouwen als een natuurlijke vorm van wortelsnoei. Beroepstelers doen wortelsnoei soms machinaal. Liefhebbers die dit nog nooit gezien hebben, zouden verschieten bij het zien van zon ingrepen.
Een andere factor is de gezondheidstoestand van de boom. Ik heb al over het ras Jubileum geschreven. Vroeger was dit bij mij een topras. Ik heb erg veel droge en zieke takken moeten wegknippen en ik zie nog verdrogende takjes. De takmonilia slaat verder toe. De boom verzwakt er sterk door . Een onvoldoende gevoede of door ziekte verzwakte boom vormt minder en zwakkere bloemen, die weinig vruchten kunnen geven.
Een verklaring dat mijn Kempische pruimen het minder goed doen is de grotere gevoeligheid voor de honingzwam die in mijn grond aanwezig is. Misschien zou ik regelmatiger moeten kalken?