************Populaire muziek van de vorige eeuw tot nu************
19-11-2012
Voorjaar 1970
Voorjaar 1970
Op 31 januari 1970 stonden deze vijf broertjes op nummer 1 in de VS. Wilton Felder, bassist bij The Jazz Crusaders en de gitaristen David T. Walker, Louis Shelton en Don Peake geven hier van jetje. De broers uit Indiana werden ontdekt door Diana Ross en de toen 11-jarige Michael Jackson stond in het middelpunt van de belangstelling. Zou hij goed en wel beseft hebben waarover hij zong?
"Venus" van Shocking Blue stond in de VS op nr. 1 en daardoor kwam de single uit 1969 terug de Nederlandse hitparades binnengestormd. Hij strandde op de 2de plaats want het orgel van Feike Asma stond op 1 die 7de februari 1970. De tekst is van Gerrit den Braber, de muziek van Joop Stokkermans, het arrangement van Bert Paige en de trompetsolo van Jan Marinus. Van Ruud Eggenhuizen alias D.C. Lewis heb ik nadien niets meer gehoord tot ik vernam dat hij in april 2000 overleden was.
Alweer een hitsingle uit het tweede album van Chicago. Gitarist Terry Kath verzorgt hier de lead vocals. De song werd aanzienlijk ingekort als single om toch maar op de radio gedraaid te worden. James Pankow, de trombonespeler van de band, schreef tekst en muziek.
John Fogerty schreef een song over Woodstock, waar het in augustus 1969 drie dagen onophoudelijk bleef regenen... tot Jimi Hendrix het festival de vierde dag afsloot en op 18 augustus om 9 uur 's ochtends aan zijn optreden begon. Een historisch moment.
De perfecte overgang van 1969 naar 1970 is deze openingstrack op "Let It Bleed" (december 1969) die nooit op single is verschenen maar wel veel airplay kreeg en later vaak gebruikt werd in soundtracks. Op de LP staat verkeerdelijk 'Gimmie' en Merry Clayton, backing zangeres, wordt gecrediteerd als 'Mary'. Het was een woelige tijd inderdaad...
Januari 1970: Papa John Phillips brengt een solo album uit genaamd "John, The Wolf King of L.A.". De single daaruit komt enkele maanden later ook heel eventjes in onze hitlijsten piepen. Hij werd toch redelijk vaak op de radio gedraaid. De Mamas & Papas waren niet officieel gesplit en moesten contractueel nog een LP afleveren. Zij kregen het verbod ruchtbaarheid te geven aan dit soloproject. Veel later leerde ik een ander juweeltje kennen op deze elpee, nl. "April Anne", dankzij een Facebookvriend.
Ook in januari 1970 werd het gelijknamig album van Simon & Garfunkel uitgebracht met muziek die opgenomen was in 1968 en 1969. Er zouden nog vele singles uit die prachtige LP komen. Het werd de zwanenzang van de twee boezemvrienden. Art wist in eerste instantie niet dat Paul deze song speciaal voor hem geschreven had. Ontroerend mooi...
Hele andere ruigere geluiden kwamen uit Canada met een zogenaamde ode aan de Amerikaanse vrouw of is het toch een aanklacht tegen de Amerikaanse maatschappij? Randy Bachman en Burton Cummings geven hier het beste van zichzelf. Jim Kale, bassist en co-auteur zegt zelf dat de song geschreven werd na een zenuwslopende tour doorheen de VS. Het was niet speciaal een anti-Amerika song of een anti-oorlogslied. John Lennon zei ooit dat de betekenis van een lied altijd achteraf gegeven wordt, wanneer de song is opgenomen. Iemand anders moet de lyrics maar interpreteren.
Uit het tweede album van de band met de ingekorte naam en simpelweg getiteld "Chicago". Achteraf werd er ook vaak naar verwezen als "Chicago II", maar de Romeinse nummering begon pas met de derde elpee "Chicago III". Tekstschrijver Robert Lamm bevestigt dat de titel niet over drugs gaat zoals gespeculeerd werd maar gewoon over het tijdstip waarop de song werd geschreven: "The time of day in reference is 3:35 AM (or 3:34 AM), which would then be 25 (or 26) minutes to 4 AM." Het leven kan toch simpel zijn, soms...
Merry Clayton zong die hoge stem naast die van Mick Jagger.
Oosterse klanken van de Vlaamse Ann Christy, die hier in het Frans een protestlied brengt tegen de oorlog in Vietnam. Een verschrikkelijke guerilla die in 1969 in alle hevigheid woedde. De laatste loodjes wegen het zwaarst: hier volgen mijn 6 ultieme songs uit dat bewogen jaar.
In 1969 woedde de 'Paul is dead'-hoax in alle hevigheid. Mede door de schuld van deze Amerikaanse zanger (tevens manager van Grand Funk Railroad) die een vliegtuigticket kreeg aangeboden van de platenbonzen van Apple Records. Hij ging met hen lunchen maar kreeg geen platencontract. Op zijn terugweg naar de VS schreef hij verbitterd deze eigenaardige song. De hoezen van de LP's "Sgt. Pepper" en "Abbey Road" en sommige songs van The Beatles werden minutieus ontleed om de theorie dat Paul dood was te staven. De laatste tijd duiken er foto's op van McCartney die op het zebrapad van Abbey Road wordt overreden, maar onlangs ontsnapte hij op het nippertje aan de dood toen hij met zijn vrouw in een helikopter zat. Knight zelf kwam raar aan zijn einde toen hij zijn dochter wou beschermen tegen haar gewelddadige vriend. In 2004 werd hij op 61-jarige leeftijd neergestoken...
Deze lugubere song geeft het standpunt weer van een dolende verkrachter/moordenaar. Sommige woorden zouden komen uit de mond van Albert DeSalvo toen hij de misdaden van de wurger van Boston bekende. Keith Richards noemde het nummer "a blues opera". Ook uit de elpee 'Let It Bleed' (december 1969).
Door het succesvol optreden in augustus 1969 op Woodstock kwamen de mannen van Carlos Santana in dat najaar alle hitparades binnengestormd met deze prachtige cover van Olatunji Babatunde's "Jin-go-lo-ba'. Deze Nigeriaanse drummer bracht zijn originele versie al uit in 1959 (!) en Gainsbourg ontdekte hem reeds in 1964 toen hij de song gebruikte voor zijn "Marabout". De hoestekening van de LP maakt nu ook deel uit van ons collectief geheugen.
In 1968 was Jimmy Page alleen achtergebleven bij The Yardbirds. Hij rekruteerde Robert Plant, John Paul Jones en John Bonham om Jimmy Page & The Yardbirds te worden, een geplande tournee in Scandinavië af te werken en de backing band van P.J. Proby te worden. Op hun 2de LP uit oktober 1969 verscheen deze fantastische song met dank aan Willie Dixon ("You Need Love" - 1962) die ze later moesten toevoegen aan de credits. De Small Faces deden in 1966 iets gelijkaardigs ("You Need Loving") maar werden door de rechter ongemoeid gelaten.
Ik sluit het fantastisch jaar 1969 af met deze wonderlijke compositie van Peter Green. Een geweldige song van meer dan 9 minuten. Het instrumentale gedeelte doet mij altijd denken aan het 'Concierto de Aranjuez' van de Spaanse componist JoaquÃn Rodrigo (1901-1999). Jammer genoeg werd de song in tweeën geknipt voor die single uit november 1969: "Oh Well Part 2" kwam op de b-kant. Geniet nu van de volledige versie!
Ann Christy, veel te vroeg van ons heengegaan.
Om Paul McCartney was er veel te doen in 1969. Bijna iedereen geloofde dat hij dood was! Zie bijgevoegde link onderaan.
Jimmy Page was het brein achter Led Zeppelin.
De enige èchte Fleetwood Mac: de bluesformatie uit het Verenigd Koninkrijk. De latere band uit Californië hadden ze anders moeten noemen.
Zoals gisteren beloofd de fantastische b-kant van "Come And Get It". Toen John Lennon in 1967 tijdens de opname van "With A Little Help From My Friends" piano moest spelen met de middenvinger (vanwege een andere gekwetste vinger) noemde hij de song "Badfinger Boogie". The Iveys ("Maybe Tomorrow") tekenden in 1968 een contract bij Apple en op aanraden van Lennon werd de groepsnaam veranderd in 'Badfinger'.
De geweldig swingende b-kant van "Don't Cry Daddy" en geplukt uit de soundtrack van 'Change Of Habit' (1969). De film heb ik nooit gezien en de a-kant van de single vond ik te melig. "That's my philosophy, yeah, yeah, yeah!"...
Ook uit 1969 maar enigszins verscholen op de Soundtrack van de tekenfilm "Yellow Submarine" deze parel. Paul McCartney had enige tijd daarvoor samengewerkt met Paul Jones (ex-zanger van Manfred Mann) op diens single "The Dog Presides". Begint Macca op het einde van deze song toch wel onbedaarlijk te blaffen zeker? Arf... woef!
Grappige live opname uit de gevangenis van San Quentin. Telkens Cash vloekte of schunnige taal gebruikte, werd een biepje daarover geplakt, maar die ingrepen zijn hier godzijdank weggelaten. Compositie van Shel Silverstein die voor Cash ook "25 Minutes To Go" schreef (het origineel van "20 minuten geduld" - Will Tura). En in de jaren '70 voorzag hij 'Dr. Hook & The Medicine Show' ook van een trits leuke hits.
Op de elpee "Let It Bleed" (december 1969) stond een cover van deze mooie blues van Robert Johnson. "When the train left the station...": "Tuut, zei de trein en het station vertrok". In februari 2013 slaat de prijs van een ticket -niettegenstaande de vele vertragingen en stakingen- alweer op...
Maar wat is er erger dan een trein die te veel vertraging heeft of waarvan het kaartje te veel kost? Juist, ja! Een trein die nergens naartoe rijdt. Zoals de trein van deze Britse band in 1969.
The Magic Christian uit 1969 met ook de flamboyante Raquel Welch.
Elvis Aaron Presley
De tekenfilm van The Beatles uit 1969.
In Brussel heet zo'n trein 'de trein naar Nieverans'...
Even terug naar die geweldig goede dubbelelpee uit 1969. Met heel veel blazers en gitaren. In die periode stelden deze Amerikanen zich blijkbaar vragen over 1967 en 1968. Ze omschreven zichzelf als een "rock and roll band with horns": "Questions 67 & 68".
In 1969 was er ook plaats voor mooie melodieuze muziek in een geslaagde mix van pop en klassiek. En dan nog van eigen bodem! Een tijdje later zag ik de groep live optreden in Elsene. "Just a little bit of lovin', baby... yeah!".
Joe Cocker kreeg voor de derde maal een "Lennon/McCartney"-compositie cadeau: in 1964 "I'll Cry Instead" uit "A Hard Day's Night" (de single flopte); in 1968 "With A Little Help From My Friends" uit "Sgt. Pepper" en nu deze 'ekstersong' uit "Abbey Road". 'She could steal but she could not rob'...
In december 1969 kwam deze song uit, geschreven door Paul McCartney. Hij had de band een demo gegeven waarop hij zong en alle instrumenten zelf bespeelde (inclusief de drums). De mannen van Badfinger kopieerden hem letterlijk en het werd een hit. Hij kwam ook samen met de b-kant op de soundtrack van "The Magic Christian", een film met Ringo, Peter Sellers en John Cleese. De fantastische b-kant is voor morgen!
1969 was ook het geboortejaar van de 'psychedelic soul' waarvan The Temptations de vaandeldragers waren. In de jaren '70 nam Undisputed Truth de fakkel over. Norman Whitfield en Barrett Strong maakten gretig gebruik van deze muzikale uitlaatklep. Dennis Edwards, Melvin Franklin, Eddie Kendricks, Paul Williams en Otis Williams zingen hier de longen uit hun lijf. De bridge met het karakteristieke "ya!" en de percussie werden een jaar later opnieuw gebruikt in de song "ABC" van de Jackson 5.
Sylvester Stone voegde er nog een magisch snuifje aan toe en wat kwam er uit de muzikale kookpot? Een fraaie mengeling van funk, soul, rhythm & blues en dance. Onweerstaanbaar op de dansvloeren en niet alleen in 1969. Begin jaren '70 kwam de fraaie instrumentale cover van The Jazz Crusaders maar die is voor volgende week, wanneer de Teletijdmachine daar halt houdt.
Ik was al gek op dit nummer van de Spencer Davis Group uit 1967 maar deze LP-versie "blew my mind", om een gevleugelde uitspraak uit de sixties te gebruiken. In 1969 heette deze Amerikaanse band nog voluit CTA zoals de gelijknamige busmaatschappij maar enkele tijd later moesten deze ruige jongens 'Transit Authority' laten vallen op bevel van de rechter. De band 'Chicago' was geboren.
Als dat 'brulboei' John Fogerty niet is die met grote trom wordt aangekondigd. Hij brengt hier een ware protestsong tegen het willekeurig inlijven in 1969 van soldaten voor de oorlog in Vietnam. "It ain't me... It ain't me, I'm no senator's son..."!
Eind 1969 gonsde het van de geruchten dat er een Rock Opera in de maak was over het leven van Jezus Christus. Als voorsmaakje werd de single "Superstar" van Murray Head & The Trinidad Singers toen al uitgebracht. De volledige box "Jesus Christ Superstar" kwam er pas in 1970. Door het grote succes van de LP box kwam de single in 1971 terug in de Amerikaanse charts binnen. Zie link onderaan de pagina: http://en.wikipedia.org/wiki/Superstar_(Jesus_Christ_Superstar_song)
Ongelooflijk mooie en melancholische song van deze Schotse band. Met een prachtige 'achterwaarts' afgespeelde gitaarsolo van Junior Campbell. Uitgebracht in november 1969 maar ook in het voorjaar van 1970 nog vaak gedraaid. "The world is a bad place. A bad place. A terrible place to live. Oh, but I don't wanna die"...
Tijd voor een volledig album en een mijlpaal in de geschiedenis van de jazz/rock/blues. Dave Greenslade (Hammondorgel/vibrafoon/ piano/backing vocals), Dick Heckstall-Smith (sax/fluit), Jon Hiseman (drums), James Litherland (gitaar/lead vocals) en Tony Reeves (bas). Mijn collectie bevat een exemplaar op vinyl èn een op compact disc. Een echte favoriet uit november 1969!
"Ummagumma" is een dubbelelpee met een live- en een studioalbum. Op de liveplaat staat deze meer dan 8 minuten-durende song met na 3 minuten de oerschreeuw van Roger Waters. De legendarische song stond al op de b-kant van een geflopte single uitgebracht op 17 december 1968: "Point Me At The Sky". "Ummagumma" betekent op de campus van Cambridge "seks" en wat wil het toeval? Af en toe speel ik mee in de quizploeg "Careful With That Sex, Eugene"...
"Peru" is een van mijn favoriete tracks uit dat machtig concept album "Laughing Cavalier" dat in de legendarische Abbey Road studio's werd opgenomen. Ditmaal met Sylveer Vanholme als leadzanger i.p.v. de drummer, Freddy Nieuland. De Belgische popgroep was dan ook jarenlang bijzonder populair in Latijns Amerika.
Volgens de overlevering vroeg Peter Fonda aan Bob Dylan een song te schrijven voor zijn nieuwe film "Easy Rider" (1969). His Bawbness kribbelde enkele lyrics op een velletje papier en zei hem: "Give this to Roger McGuinn; he'll know what to do with it"... En zo geschiedde: Dylan wou niet gecrediteerd worden als tekstschrijver en liet zelfs zijn naam weghalen uit de eindgeneriek van de film.
In 1969 leerde de wereld ook gospel via de radio kennen. Toen George Harrison werd aangeklaagd voor plagiaat van zijn compositie "My Sweet Lord" op "He's So Fine" van The Chiffons hield hij vol geïnspireerd te zijn geweest door deze aanstekelijke gospelsong. Harrison gaf zijn compositie eerst aan Billy Preston om het pas later op te nemen en uit te brengen met het gekende succes en alle gerechtelijke perikelen achteraf. Maar daarover later meer.
Een andere oorstrelende compositie zat verborgen op de b-kant van "Let Me Love Let Me Live", een andere single van dit Grieks trio. Maar geen nood, het werd spoedig ontdekt door deejays en samenstellers van programma's en vaker op de radio en op T-dansants gedraaid dan de a-kant.
Telkens ik de blinde Puertoricaan "Listen to the falling rain" hoor zingen spits ik mijn oren. Zijn single uit 1969 is zo mooi en zo zacht dat je bij manier van spreken zonder paraplu door de malse regen zou lopen.
Jimmy Webb schreef deze prachtige compositie al in 1968 en de Amerikaanse zanger/gitarist Glen Campbell (met de zachte stem)bracht hem datzelfde jaar in oktober uit in de VS. In Canada en het VK werd de song pas een hit in 1969 zodat hij toen bij ons ook af en toe in de ether kwam.
Mooie zwart/wit foto van de Amerikaanse zanger/gitarist en sessiemuzikant, Glen Campbell.
Leuk popliedje uit 1969. De laatste single waarop frontman Dave Dee nog meezong. Kort daarop verliet hij de groep voor een solocarrière die jammer genoeg niet van de grond kwam. Als je goed luistert hoor je een ratelslang, terwijl in onze uitdrukking "een addertje onder het gras zit"... Een wetenswaardigheidje: "The group was partially cited by George Harrison in his introduction to The Beatles song "I Me Mine" on Anthology 3 (originally from Let It Be). Harrison jokingly announced, "You all will have read that Dave Dee's no longer with us [referring to both Dave Dee's departure in September 1969 and to John Lennon having left the Beatles about the same time, while this recording was made without him in January 1970], but Micky and Tich and I would just like to carry on the good work that's always gone down in Number Two [referring to EMI Studio 2, where the Beatles made the majority of their music]."
Een tijdsdocument uit oktober 1969 van de BRT-TV: een mix van pop en klassiek, enkele jaren vóór het Electric Light Orchestra. Alleen met het nabootsen van de typemachine op het podium hadden de Brusselaars enkele problemen.
De Belgische zanger van Siciliaanse afkomst is hier te zien in een Scopitone filmpje uit 1969 met marionetten. Ondertussen heeft hij wereldwijd al meer dan 100 miljoen platen verkocht. Viva Scopitone!
Een andere meezinger van formaat is deze eendagsvlieg van een groep studiomuzikanten uit november 1969. Niemand wou met deze song geïdentificeerd worden zodat voor de fictieve naam "Steam" werd gekozen. De song wordt door een man gezongen wiens stem als twee druppels water op die van Cher lijkt. Tot vandaag wordt deze 'oorwurm' nog regelmatig gezongen op sportevenementen.
Bubblegum music was al tot bij ons doorgedrongen sinds 1968 met enkele hits van 1910 Fruitgum Cy en The Ohio Express. Maar ook in 1969 was deze muziekvorm geweldig succesvol. De aanstekelijke song werd geschreven door Jeff Barry en Andy Kim (niet de minsten), speciaal voor de tekenfilmserie 'The Archie Show' op de Amerikaanse buis en "Sugar Sugar" werd wereldwijd een dikke nummer 1.
Dave Dee staat hier uiterst links naast Dozy, Beaky, Mick en Tich.
De studiomuzikanten wilden niet geassocieerd worden met dit deuntje uit vrees voor hun reputatie maar in een stoombad wilden ze wel op de foto. Begrijpe wie begrijpe kan...
Deze dramatische song stond al op de gelijknamige LP uit 1968 maar werd pas in 1969 als single uitgebracht. Op dat ogenblik dachten deze Grieken dat het einde van de wereld wel eens heel nabij zou kunnen zijn. Volgens de Maya's is het afgelopen op 21 december 2012 of was die kalendersteen dan toch te klein? Sommige bronnen spreken van 23 december. Op je hoede blijven is dus de boodschap!
"And now the end is near"... Het verhaal van dit lied -dat bol staat van de dramatiek- is genoegzaam bekend. Claude François schreef in 1967, samen met Jacques Revaux en Gilles Thibaut, "Comme d'habitude" na zijn pijnlijke breuk met France Gall. De Canadees Paul Anka hoorde de song in 1968 op de Franse TV toen hij in Parijs was, verwierf de rechten op de song en schreef de Engelse lyrics. De covers zijn bijna ontelbaar.
Deze melancholische song van Donovan Leitch uit 1968 werd een jaar later "aangepakt" door Deep Purple (Mark 1) en stond op de 3de LP. De bezetting bestond toen uit Ritchie Blackmore - gitaar, Rod Evans - lead vocals, Jon Lord - toetsen en backing vocals, Ian Paice - drums en Nick Simper - bas en backing vocals. De meeste bandleden wilden een hardere koers varen en dit bracht spanningen teweeg en leidde uiteindelijk tot het vervangen van Simper en Evans, kort daarna. De cover van de LP is een fragment van 'De Tuin der Lusten' van Hieronymus Bosch.
Maar de mooiste dramatische song uit die periode vind ik nog altijd deze cover van "Plaisir d'amour", een zeer oud Frans lied (1784) dat ook zou leiden tot de song "Can't Help Falling In Love", een hit voor Elvis Presley. Kippenvel gegarandeerd!
Volgens mij een van de mooiste foto's van Ol' Blue Eyes.
Deze foto is de juiste van de formatie Mark 1 van Deep Purple (1968/1969). De foto op de videoclip van YouTube is de verkeerde want dat is Mark 2 (vanaf eind 1969) en daar staan de vervangers Ian Gillan en Roger Glover op.
Ik heb een boontje voor deze tranentrekker uit 1969. De Britse zangeres (niet te verwarren met haar naamgenote uit 1974 - "Hot Shot") zong deze compositie van Cy Coben/Mel Foree hoog in de Britse charts (nr. 6). Coben schreef ook "Show Me the Man"/"Waar is de man" en "The Great El Tigre"/"El Bandido", twee hits voor Will Tura. De original is voor Hank Snow (1949); Lonnie Donegan bracht de song naar het V.K. en Tony Sheridan en The Beatles namen hun versie op in Hamburg (1961) o.l.v. Bert Kaempfert (pas uitgebracht in 1964). Ook Hank Williams Jr. (1969) en The Traveling Wilburys (1990) hadden hun eigen versie. De song gaat over een weesjongetje dat niemand wil adopteren omdat het blind is...
Alweer een hit uit de Britse charts: nummer 1 in oktober 1969. Geschreven door Burt Bacharach/Hal David. David had een geniale ingeving toen hij "pneumonia" liet rijmen op "phone ya". Gentry werd bij ons bekend in 1967 met haar one-hit wonder "Ode To Billie Jo" maar ze had buiten onze landsgrenzen heus nog andere hits.
Het origineel werd geschreven door de Franse componist Michel Legrand als "Les moulins de mon coeur". Het mooi thema (gezongen door Noel Harrison) werd in 1968 al gebruikt voor de film "The Thomas Crown Affair" (met Steve McQueen en Faye Dunaway) en ik hou bijzonder veel van deze versie van Dusty Springfield uit haar fantastisch album "Dusty in Memphis" (1969). Speciaal voor Eddy DS, omdat hij ook veel van molens houdt.
Alweer een prachtige compositie van Burt Bacharach/Hal David. In 1968 gaven ze die aan Herb Alpert die er een geweldige hit mee had. Geen instrumentale versie (trompet) maar een gezongen (!) en in 1969 kwam de vrouwelijke versie uit: "This Guy's In Love With You" werd "This Girl's In Love With You".
Vandaag sluit ik deze portie van 5 liedjes uit 1969 gezongen door een zangeres af met een compositie van Paul McCartney. De Welshe zangeres was sinds 1968 de beschermelinge van de Beatle en haar eerste single "Those Were The Days" had haar geen windeieren gelegd. Het supermodel Twiggy had McCartney attent gemaakt op de kwaliteiten van Hopkin. Lange tijd werd er gespeculeerd op een romance tussen Paul en Mary maar Paul koos voor Linda. Goodbye and see you tomorrow!
Het singletje uit 1969. Er is ook nog een actrice die dezelfde naam draagt.
De Amerikaanse zangeres Bobbie Gentry in een sexy pose.
De Britse Mary O'Brien.
De nicht van Whitney Houston schreef haar naam nog met een 'e' achteraan in het begin van de jaren '60. Haar tante, Cissy Houston, is de moeder van de onlangs overleden Whitney.
Machtige compositie, soul, feelgood music en protestsong uit 1969
Machtige compositie, soul, feelgood music en protestsong uit 1969
Glen Campbell is naast een zeer goede zanger ook een begenadigd gitarist. Dat bewees hij regelmatig als sessiemuzikant bij o.m. The Champs, The Beach Boys en Sagittarius. Hij heeft ook een fijne neus voor geweldig mooie composities, zoals deze uit 1969 van Jimmy Webb. Jammer genoeg werden bij de 76-jarige Amerikaan de symptomen van de ziekte van Alzheimer vastgesteld.
Het Amerikaans duo Foxx (broer en zus) bracht dit plaatje uit in 1963 maar het werd pas een hit in het V.K. toen de single in 1969 opnieuw werd uitgebracht. En daar leerde ik het liedje kennen. In 1974 werd de song nog bekender door de versie van Carly Simon & James Taylor. Het liedje is gebaseerd op een oude folksong genaamd "Hush Little Baby".
Tijd voor een portie 'feelgood music' uit 1969: The Equals met "Michael And The Slipper Tree". Het plezier van Eddy Grant en zijn makkers spat zo uit de luidsprekers. Wel handig zo'n pantoffelboom: "Brand new shoes for you and me..."!
En de opvolger, later dat jaar, was zo mogelijk nog opwindender. Een meezinger van formaat. "Bobby Joe and his foot machine"... Wat moeten we ons daarbij voorstellen?
Het was inmiddels geleden van 27 december 1967 dat Dylan nog een elpee had uitgebracht ("John Wesley Harding"). De grootmeester gooide het over een hele andere boeg met "Nashville Skyline" (april 1969) met behulp van het kruim van studiomuzikanten als o.m. Charlie McCoy (gitaar, mondharmonica), Charlie Daniels (bas, gitaar) en Bob Wilson (orgel, piano). Het hele album ademde de sfeer uit van countrymuziek. Dit is de eerste single uit die LP.
Het bekendste nummer uit de elpee "Nashville Skyline" was zonder twijfel "Lay Lady Lay". Dylan was niet aanwezig op Woodstock maar wel op het festival van het eiland Wight. Hijzelf was niet tevreden over zijn optreden aldaar en de kritieken achteraf waren niet mals. Toch blijft deze song een prachtige herinnering uit die warme zomer van 1969.
En tot slot de derde single die in oktober 1969 uit dat geweldig album "Nashville Skyline" werd getrokken. Met dank aan de fantastische studiomuzikanten en het is vooral het dromerige geluid van de pedal steel gitaar dat mij boeit.
Robin Gibb had de groep net verlaten toen deze single in 1969 uitkwam. Oorspronkelijk was de song bedoeld voor Joe Cocker. Uiteindelijk namen Barry en Maurice hem alleen op met Colin Petersen aan de drums.
Geweldige single van Tony Joe White die Elvis Presley meteen op zijn setlist plaatste. White luisterde als kind veel naar Cajun music uit Louisiana. Dan weet je meteen waar hij de mosterd vandaan haalde voor zijn swamprock. Billy Swan producete de single en werd zelf pas bekend als singer-songwriter in de jaren '70.
"Nashville Skyline" van Bob Dylan. Mooie, originele foto.
The Bee Gees herleid tot een trio want Robin had de groep verlaten.
In navolging van Kuifje, Neil Armstrong en David Bowie droomde Salvatore Adamo in 1969 ook van een uitstap naar de maan. Met een prachtige barokke trompet en op het einde hoor je zelfs een Indiase sitar weerklinken.
Op het Eurovisiesongfestival van 1969 kon Louis Neefs de hoofdvogel niet afschieten met "Jennifer Jennings" maar met "Iris" won hij een internationaal festival in Griekenland. De b-kant is trouwens "Agapo Tin Ellada", volledig in het Grieks gezongen.
In eigen land was Arthur Blanckaert wel sant. In 1969 scoorde hij met deze prachtige compositie. Een Engelse vriend uit Zaventem vertelde mij toen dat deze song een wereldhit had kunnen zijn mits hij in het Engels was gezongen. Ondertussen is de zanger 72 en nog altijd actief.
En ik eindig vandaag met een andere track uit dat fantastisch album "Laughing Cavalier" uit 1969 en trouwens ook op single uitgekomen. Blijkbaar hadden Sylveer Vanholme & C° niet al te veel vertrouwen op de maan want ze vroegen meteen om terug naar de aarde te vliegen.
In 1971 zorgden de Wallace Collection voor de soundtrack van de film "La Maison".
De best verkopende Belgische artiest aller tijden!
"Serenade" was ook een mooie single van de Brusselse band.
Deze Nederlandse band uit Den Haag is de langst actieve muzikale groep. Hij bestaat een jaar langer dan de Stones! In 1969 waren zij een van de eerste Europese groepen om doorheen de VS te touren. Toch zou het tot 1973 duren eer ze ginder konden doorbreken. Hoeveel mijlen zouden ze toen werkelijk afgelegd hebben?
Dan ging het heel wat makkelijker voor de band van Robbie van Leeuwen om door te breken in Amerika in 1969. Het was een meesterlijke zet van hem om de zanger te vervangen door Mariska Veres. Haar taalfoutje (ze zingt 'godness' i.p.v. 'goddess') bedekken we met de mantel der liefde. Zo ook de inspiratie voor dit nummer: "The Banjo Song (Oh Suzanna!)" van de 'Big Three'. Dat kwamen we pas vele jaren later te weten dankzij het internet. Toch een geweldige intro. Ze geraakten niet verder dan een 2de plaats in Nederland (geen sant in eigen land) maar stonden wel op 1 in het land van Uncle Sam.
In het kielzog van Shocking Blue braken ook deze Nederlandse jongens door in de USA. Toen ik deze single voor het eerst hoorde in 1969 dacht ik meteen aan Paul Anka. Ik vond dat de stem van Hans Bouwens (echte naam van George Baker) daar heel hard op leek. Jaren later koos Quentin Tarantino voor deze song toen hij de soundtrack samenstelde voor zijn film "Reservoir Dogs". Ook duidelijk een fan.
En het bleef maar goed gaan voor de Nederlandse groepen. In het najaar van 1969 stonden Peter Tetteroo ('zwarte' stem) en Hans van Eijck (toetsenist en componist van de song) ook hoog in de hitlijsten van de Benelux. In het voorjaar van 1970 bereikten ze zelfs de Amerikaanse charts! "Après tous les beaux jours je te dis merci, merci"...
En ik beëindig dit onderonsje van onze Noorderburen uit het formidabel en gevarieerd muzikaal jaar 1969 met de opvolger van "Venus", die ik -zo mogelijk- nog leuker vond. "Mighty Joe with the bass voice"...♥♪♫♪♫♥♪♫♪♫♥♥♥♪♫♪♫♥♪♫♪♫♥...
Golden Earring werkte naarstig aan een internationale carrière.
Shocking Blue met de flamboyante Mariska Veres.
Sommigen meenden een verdoken boodschap voor drugs te ontdekken maar ik zie hier alleen maar een groen tasje.
De Amerikanen dachten eerst dat dit een Schotse groep was.
Het mooie hoesje van de single en geef toe, we waren toen toch allemaal een beetje verliefd op Mariska.
Eind september 1969 werd het 'magnum opus' van de Fab Four uitgebracht met deze song als eerste single uit dat legendarisch album "Abbey Road". De naam van de band stond niet eens op de voorzijde van de elpeecover, enkel een foto van hen bij het oversteken van het zebrapad in de nabijheid van de opnamestudio's (genomen op 8 augustus 1969). 40 jaar later (op 15 augustus 2009) zou ik exact hetzelfde doen, samen met mijn drie alter ego's.
Op de achterzijde van de cover stonden de woorden "Beatles" en "Abbey Road" op een muur afgebeeld met daaronder de songs (kant A en kant B).
Op 15 augustus 2009 (40 jaar na The Beatles) steken Mike, Michael, Mitchell en Michel het beroemde zebrapad nabij de Abbey Roadstudio's over. Foto links bovenaan (c) Chantal De Keyster
De b-kant van "Come Together" was deze wondermooie compositie van George Harrison en in sommige landen werd ze zelfs tot a-kant gepromoveerd. John Lennon kreeg jaren later nog last met Chuck Berry omwille van vermeend plagiaat van "Come Together" met "You Can't Catch Me" maar de zaak werd in der minne geregeld. En Harrison ontleende de eerste zin "Something in the way she moves" uit een gelijknamige song van James Taylor, maar het blijft toch een van zijn mooiste composities.
Maar de geliefkoosde slow van mijn allerliefste en mij is deze 'Lennon/McCartney'-compositie waarop Paul zich de longen uit het lijf zingt. Speciaal voor Chantal De Keyster, met dank aan de goede herinneringen!
In januari 1969 was John Lennon beginnen jammen met Billy Preston op het orgel en experimenteren met synthesizers en dat resulteerde in deze jazzy compositie vol met 'white noise' op het einde. Luister ook naar de formidabele bas van McCartney. Speciaal is ook het abrupt einde. It's driving me mad...
Kant 2 van de elpee opent met alweer een prachtige compositie van George Harrison. De song werd geschreven in de tuin van Eric Clapton in Surrey. Harrison zong, speelde akoestische gitaar en de Moog synthesizer; McCartney zorgde voor backing vocals en speelde basgitaar en Starr beroerde de drums. En Lennon? Die was waarschijnlijk al plannen aan 't maken voor zijn Plastic Ono Band.
Simplistische tekst maar wat voor een samenzang! De Moog synthesizer wordt bediend door Harrison. De akkoorden zijn geïnspireerd door Ludwig van Beethoven's "Moonlight Sonata". Lennon zei hierover dat hij in de zetel lag terwijl Yoko die compositie van Beethoven op de piano speelde. Plots vroeg hij haar de akkoorden achterstevoren te spelen. Zo geschiedde en John schreef 'Because' daarrond. Luister vooral naar het drievoudig harmonieus gezang van Lennon, McCartney en Harrison, dat vervolgens driemaal werd opgenomen zodat ze klonken als negen zangers. Op de intro speelt George Martin (producer) op een "harpsichord".
En toen kwam de medley en die was handig want in die tijd nam ik vroeger een douche en was ik klaar om uit te gaan. Daarna kwam "The End" wat mij toen al deed vermoeden dat het wel eens kon gedaan zijn met mijn favoriete groep. Na "The End" komt de allereerste "hidden track" uit de muziekgeschiedenis: "Her Majesty". Mijn grootste ontgoocheling zou er pas komen in april 1970 want toen was het definitief afgelopen. Ondertussen geniet ik nogmaals van het volledig album.
Klaar om over te steken? (8 augustus 1969)
Let op de Volkswagen "beetle" links in beeld! (front cover)
Kenny Rogers zong voordien bij de New Christy Minstrels ("Green, Green"), net zoals o.a. Barry McGuire ("Eve Of Destruction"), Gene Clark (later bij The Byrds) en Kim Carnes ("Bette Davis Eyes"). In 1968 had zijn groep The First Edition al enige bekendheid verwormen met het fantastische "Just Dropped In (To See What Condition My Condition Was In"), een psychedelische song die door Jerry Lee Lewis werd geweigerd. Dit nummer gaat over een soldaat die terugkomt van de oorlog in Vietnam en zijn geliefde Ruby terugvindt... Hier bestaat enige tegenstrijdigheid. Volgens een bron is die "crazy Asian war" die van Korea omdat er in het lied niet specifiek verwezen wordt naar Vietnam. Maar omdat die song werd geschreven door Mel Tillis in 1967 werd algemeen aangenomen dat het om de oorlog in Vietnam ging.
Burt Bacharach en Hal David schreven dit juweeltje speciaal voor de film "Butch Cassidy and the Sundance Kid" (september 1969) met in de hoofdrollen Paul Newman en Robert Redford. Billy Joe Thomas had er in dat najaar een wereldhit mee tot diep in 1970.
Van deze geweldig mooie compositie uit 'Porgy & Bess' (George & Ira Gershwin/Dubose Heyward) bestaan ontelbare versies. Een van mijn favoriete is deze van de Nederlandse blues/rockband met muzikale grootheden als gitarist Jan Akkerman, drummer Pierre van der Linden en zanger Kazimir 'Kaz' Lux. Volop zomerse muziek in de herfst moet kunnen, toch?
Het hoesje van de single. De man is intussen heel wat veranderd. Hij draagt nu een grijs ringbaardje. Zijn neus is nog altijd dezelfde gebleven...
"Groupy Girl" is ook een mooie single van Tony Joe White.
Uiterst links zit Jan Akkerman voor wie Eric Clapton een grote bewondering heeft.
Deze Amerikaanse folkzangeres schreef dit lied als een ode aan haar schoonbroer, de tweede echtgenoot van haar zus Mimi. Ze voerde het ontroerend (echt gebeurd) verhaal al op tijdens het Big Sur Festival en bracht het later dat jaar uit op een elpee. Tijdens haar optreden op Woodstock 1969 kon je de spreekwoordelijke speld horen vallen. De twee tortelduifjes stierven helaas allebei in 2001.
Deze Amerikaanse singer-songwriter was ook op Woodstock 1969. Hij schreef parels als "Reason To Believe", "How Can We Hang On To A Dream?" en "If I Were A Carpenter" die veelvuldig werden gecoverd. Vreemd genoeg zou hij even later scoren met een song van Bobby Darin. Zijn plankenkoorts en heroïneverslaving waren er de oorzaak van dat de folkzanger nooit echt is doorgebroken en altijd een cultfiguur bleef. In 1980 stierf hij op 39-jarige leeftijd aan een overdosis.
Op Woodstock 1969 kwamen zowat alle muziekgenres aan bod gaande van folk, rock, pop tot soul en funk. Zoals deze knappe medley van "Dance To The Music", "Music Lover" en "I Wanna Take You Higher". Ondertussen viel de regen met bakken uit de hemel...
'The Guitar Man' op Woodstock 1969 zonder zijn backing band Experience (Noel Redding & Mitch Mitchell). Dat Jimi Hendrix gitaar kon spelen bewijst hij hier nogmaals wanneer hij de snaren met zijn tanden beroert. Wat zouden Alvin Lee en Pete Townshend van zijn prestatie gevonden hebben? De congaspeler was in elk geval uitgeput na zijn optreden.
CCR trad ook op in Bethel, NY waar het driedaags Festival van Woodstock werd gehouden (15-18 augustus 1969). Maar vanwege de slechte klankkwaliteit wou John Fogerty niet op de verzamelelpee verschijnen. Het duurde tot in 1994 want ter gelegenheid van de 25ste verjaardag van het festival werd een compilatie-cd uitgebracht inclusief het optreden van Creedence Clearwater Revival. CCR was trouwens ook niet te zien in de documentaire van Michael Wadleigh over het hippiefestival. John Fogerty schreef er nadien nog een song over, maar dat is voor later. Geniet nu van dit tijdsdocument!
De familie Baez met uiterst rechts Joan (14 jaar oud) en uiterst links haar jongere zus Mimi.
Soul en funk waren het handelsmerk van Sly & The Family Stone.
James Marshall Hendrix (1942-1970)
Een uitstekende elpee van CCR uit die periode.
En toen het festival teneinde was hield het eindelijk op met regenen. Tijd voor een vreugdedansje zullen de hippies gedacht hebben. "Let the sunshine in..."!
Ondertussen terug naar Woodstock (15-18 augustus 1969). Bob Dylan had zijn afspraak met de muziekgeschiedenis gemist maar zijn vroegere muze was wel present met haar glasheldere stem. Het strijdlied uit 1963 dat indertijd door miljoenen studenten en Amerikaanse zwarten werd meegezongen voor de gelijkheid van de rechten van blank èn zwart, werd nu stil en geruisloos beluisterd door de massa en beloond met een geweldige ovatie.
De nieuwe supergroep samengesteld uit vroegere leden van Buffalo Springfield (Stephen Stills & Neil Young), The Byrds (David Crosby) en The Hollies (Graham Nash) trad ook op in de wei van Max Yasgur. Hier zijn unieke beelden van "Helplessly Hoping" en "Long Time Gone". Jammer genoeg is het geluid van slechte kwaliteit.
Die 17de augustus 1969 konden nagenoeg een half miljoen muziekliefhebbers het optreden van Jefferson Airplane meemaken met de lieftallige frontzangeres Grace Slick. De song die gaat over geestesverruimende middelen werd al uitgebracht door de band in 1967 en dankzij dit optreden kwam de single terug de hitlijsten binnen. Slick schreef haar nummer toen ze nog bij The Great Society zong en gaf later toe dat ze zich baseerde op de Avonturen van Alice in Wonderland (Lewis Carroll).
Ook de Amerikaanse zangeres Melanie was van de partij op dat reusachtig muziekfestival. De song gaf meteen weer waar het op dat concert om ging: drie dagen van vrede en muziek... en mooie, jeugdige mensen.
De vingervlugge Alvin Lee zal mij altijd bijblijven want twee jaar later zag ik hem in Vorst-Nationaal vanop de eerste rij. Mijn trommelvliezen moesten het ontgelden. Wat zou Jimi van hem gedacht hebben? Lee was een hevige fan van Elvis Presley en daar komt de groepsnaam vandaan: de doorbraak van The King kwam er in 1956 en 10 jaar later werd TYA opgericht (1966).
De Britse band was de enige die zich liet betalen vóór de aanvang van het concert. Ze zijn hier te zien bij het spelen van een fragment van "We're Not Gonna Take It", de finale song van de rockopera 'Tommy' waarin deze passage zit. Het nummer werd na het Woodstockfestival gemakshalve omgedoopt tot "See Me, Feel Me" en ook zo als single uitgebracht.
Melanie Safka
Ten Years After met frontman Alvin Lee (onderaan links).
Deze song van de blues/boogieband Canned Heat kwam uit 1968 maar werd opnieuw een hit in 1969 door het Woodstockfestival. De tekst leek wel speciaal geschreven voor het gebeuren en toen gingen letterlijk honderdduizenden jongeren de boer op. "I'm gonna leave this city, got to get away. All this fussing and fighting, man, you know I sure can't stay"...
Een ander hoogtepunt van het Woodstockfestival (1969) was de uitvoering van dit "Lennon/McCartney"-nummer. Joe Cocker's versie kwam ook al uit 1968. Memorabele beelden al had de Brit -volgens mij- toch beter achtergrondzangeressen gekozen i.p.v. -zangers. Met zijn spastische bewegingen mag hij zeker aanspraak maken op het uitvinden van de luchtgitaar.
De blanke blueszangeres die aanvankelijk zong bij 'Big Brother & The Holding Company' was ook al het hoogtepunt geweest op het Monterey Festival (1967). Hier schittert zij weer op Woodstock met het doorleefde "Try (Just A Little Bit Harder)" en vooral met "Ball And Chain". Redenen genoeg om geboeid te blijven luisteren.
Maar de band die bij mij toch wel de meeste indruk naliet met zijn Latijnse sound was Santana. Geniet mee van deze 11:45 minuten lange versie van "Soul Sacrifice" op het festival van Woodstock. Morgen meer muzikale hoogtepunten uit die boeiende periode.
Artiesten die optraden of op Woodstock waren, alfabetisch gerangschikt: Joan Baez - The Band - Blood, Sweat & Tears - Paul Butterfield Blues Band Canned Heat - Joe Cocker - Country Joe and the Fish - Creedence Clearwater Revival - Crosby, Stills, Nash & Young - Grateful Dead - Arlo Guthrie - Tim Hardin - Keef Hartley Band - Richie Havens - Jimi Hendrix - The Incredible String Band - Jefferson Airplane - Janis Joplin - Melanie Mountain - Quill - Santana - John Sebastian - Sha-Na-Na - Ravi Shankar Sly & the Family Stone - Bert Sommer - Sweetwater - Ten Years After - The Who - Johnny Winter (c) Wikipedia
Grote afwezigen volgens mij: The Beatles - The Rolling Stones - Bob Dylan - The Doors - The Byrds - Donovan - Manfred Mann - e.v.a.
Richie Havens (links) met zijn gitarist
Country Joe McDonald
Prachtig beeld van het optreden van Joe Cocker
Janis Joplin met de mooie zonnebril
Legendarisch gitaarduel tussen David Brown (bas) en Carlos Santana (rechts)