Sinds 1969 waren bands als 'Blood, Sweat & Tears' en 'Chicago' enorm populair in West-Europa en in dat kielzog bestormden andere groepen -waar de sound van blazers, gitaren en orgel centraal stond- onze hitlijsten. Luister maar naar deze hit uit 1970. ♫♫♫ "Hahahahaha... I'll find myself a real cool world" ♫♫♫
Misschien de band waarvan de sound nog het meest geleek op die van 'Blood, Sweat & Tears'. De groepsnaam komt uit een toneelstuk van Shakespeare en het is ongelooflijk hoe goed de stem van Jim Peterik gelijkt op die van David Clayton-Thomas. ♫♫♫ "Great God in heaven, you know I love you..." ♫♫♫
Zelfs uit Nederland kwamen trompetgeluiden, zij het heel wat commerciëler dan hun Amerikaanse of Britse voorbeelden. Dit is de debuutsingle uit september 1970. Jacques Kloes was de leadzanger van deze gezellige bende muzikanten.
De zoveelste hit van deze Noord-Amerikaanse band sinds zijn ontstaan als 'Chicago Transit Authority'. Was het nu 25 of 6 vóór 4 of was dat een ander nummer? Het is nu in elk geval 2 vóór half elf. Goedemorgen iedereen!
En als afsluiter voor vandaag een knappe compositie van Gerry Goffin en Carole King, met de geweldige stem van de Canadees David Clayton-Thomas, de fantastische blazerssectie en het formidabel achtergrondkoor. Ook uit 1970: "That ole sweet roll..."
In augustus 1970 bracht 'The Godfather of Soul' alias 'The Hardest Working Man in Showbusiness' een live dubbelelpee uit waarop deze parel van een funky song stond. Jammer genoeg werd hij voor de single in twee stukken geknipt (part 1 & part 2). Volgens mij de allereerste song met het woord 'sex' in de titel. ♫♫♫ "One, two, three, four... can I take 'em to the bridge?" ♫♫♫
In september 1970 bracht de vroegere zanger/gitarist van The Impressions de legendarische elpee 'Curtis' uit. Misschien moeten we deze titel in gedachten houden op 21-12-2012. Rhythm & Blues en soul gleden langzaam maar zeker over naar funk. De hoes staat in het collectief geheugen gegrift en olifantenpijpen waren toen in de mode. En dat is heus geen werkwoord...
Robert Bloom was een Amerikaanse songschrijver die vaak met Jeff Barry samenwerkte. Hij was actief in de genres pop, calypso en rock en hij had vooral een 'zwarte' stem. Zo schreef hij o.m. mee aan 'Mony Mony' (Tommy James & The Shondells). Bloom leed aan depressies en schoot zich in 1974 door het hoofd. Barry was de enige begunstigde van zijn levensverzekering. One-hit wonder uit de zomer van 1970.
Voorlopig bleef Stevie Wonder de soulmuziek en zijn platenlabel 'Motown Records' nog altijd trouw en dit resulteerde in deze grote hit uit die prachtige zomer van het jaar 1970.
Maar 'The Queen Of Soul' liet zich ook niet onbetuigd. Met deze song, geschreven door Ahmet Ertegün en Betty Nelson, kwam zij na Stevie Wonder op 1 te staan in de VS in september 1970. De compositie werd eerst opgenomen door Ben E. King in 1962 en werd opnieuw een hit voor Adriano Celentano in 1977.
Ik heb een optreden van James Brown op DVD toen hij al diep in de vijftig was. Ongezien! Fantastisch optreden!!!
Vandaag sta ik even stil bij het Isle of Wight Festival dat plaatsvond van 26 tot 31 augustus 1970. Naar schatting 6 Ã 700.000 toeschouwers (meer dan Woodstock 1969). Op het eiland woonden slechts 100.000 mensen, vandaar de enorme problemen (voedsel en water). Nadat de Canadese zangeres haar compositie 'Woodstock' had gebracht sprong de hippie Yogi Joe op het podium en begon een speech af te steken. Hij werd vlug verwijderd door haar manager en het publiek begon boe te roepen. Mitchell eindigde haar optreden met dit fijn lied, alweer een eigen compositie:
Deze Canadese singer/songwriter bevestigde op het Festival dat plaatsvond op het eiland Wight in augustus 1970. Waarschijnlijk heeft hij vele hippies in slaap gewiegd met zijn 'Bird On The Wire'. Onder hen lag Urbain Servranckx mee te luisteren. Enkele jaren later brak hij door als stand-up comedian (avant-la-lettre) en zanger onder de gevleugelde naam 'Urbanus van Anus'.
De Amerikaanse zanger/gitarist schitterde al op Woodstock en deed dit nog eens over op het eiland Wight, een jaar later. Hij bracht o.m. deze prachtige compositie van George Harrison en zong iedereen wakker. Toepasselijk veranderde hij de titel in "Here Comes The Dawn".
Wie dan nog niet wakker was op het eiland Wight zal wel opgeschrikt rondgekeken hebben toen Alvin Lee zijn keel openzette. TYA leverde ook op Woodstock schitterend werk af. Lee is een fervente fan van Elvis Presley en vandaar de groepsnaam. The King brak door in 1956 en 'tien jaar later' richtte Lee zijn groep op (1966).
Jimi Hendrix had enorme technische problemen bij het inzetten van 'Machine Gun', zijn protestsong tegen de oorlog in Vietnam. Uiteindelijk werden die problemen verholpen door de krachtigere installatie van Pink Floyd. Naar verluidt was de akoestiek op het eiland Wight abominabel door de hevige wind die de muziek naar alle richtingen blies. Na het festival ging Jimi op Europese tournee en in Duitsland werd hij uitgejouwd. Hij keerde terug naar Soho in Londen, sprak daar met Chas Chandler en Eric Burdon. Hij trad zelfs op met de funkband 'Eric Burdon & War'. Nog geen 48 uur later verwisselde hij het tijdelijke met het eeuwige...
Ook een van mijn favoriete zangers/gitaristen uit die periode was Rory Gallagher die in augustus 1970 optrad met zijn groep 'Taste' tijdens het Festival van het eiland Wight. "What's going on?" moeten die eilandbewoners gedacht hebben, toen ze die 6 Ã 700.000 hippies aan land zagen komen.
Nog een ander opgemerkt optreden op het eiland Wight was dat van de Amerikaanse band 'The Doors' met de flamboyante frontman Jim Morrison. Zij brachten o.a. 'The End' en deze meer dan 12 minuten durende song. Een jaar later was het voor deze zanger ook het einde. Hij voegde zich bij de fameuze Club 27 en jamt nu waarschijnlijk met Jimi in 'Rock and roll heaven'. Over en uit... voor vandaag.
6 Ã 700.000 hippies streken neer op dat kleine eiland.
Een van mijn eerste 45-toerenplaatjes.
Machine Gun
Voor meer uitleg over dat festival, zie onderstaande link.
De gouden jaren '60 waren voorbij en de seventies kondigden zich somberder aan. En dat vertaalde zich in de muziek. Weg met bubblegummuziek en aardige popdeuntjes. Ozzy Osbourne en zijn volgelingen brachten op vrijdag de 13de februari 1970 de LP 'Black Sabbath' uit en daarin hadden ze het over tovenaars en heksen. Heavy Metal vond zijn weg in de popmuziek en gaf later aanleiding tot Gothic Rock of simpelweg Goth. De hoes van de LP doet mij altijd denken aan de LP 'Nacht en Ontij' van Boudewijn de Groot.
Alvin Lee en zijn makkers hadden goed gescoord op Woodstock 1969 en deze single stond van juni tot oktober 1970 hoog in de Britse charts. Het zou de enige hitsingle van TYA worden. De bands begonnen zich in het algmeen meer en meer toe te leggen op de verkoop van elpees. Ik zag de groep in het voorjaar van 1971 spelen in Vorst-Nationaal. Een herinnering om nooit te vergeten.
Jimi Hendrix schitterde op Woodstock 1969 en ook op het Isle of Wight Festival dat plaatsvond van 26 tot 31 augustus 1970. Op 18 september 1970 sloeg het noodlot toe en werd de Club 27 groter. Hij haalde zijn 28ste verjaardag op 27 november 1970 niet. Die dag werd ik 19 en rond die periode stormde deze single de hitlijsten binnen. De song stond al te blinken op de dubbelelpee 'Electric Ladyland' uit 1968. "Well I'm standing next to a mountain and I chop it down with the edge of my hand..."
In november 1970 stormden Robert Plant, Jimmy Page, John Paul Jones en John Bonham de hitlijsten binnen en zodra ik de kreet van Plant hoorde dacht ik meteen aan de Vikingen. De song werd geschreven na een optreden in Reykjavik (IJsland) en zonder videoclip zag ik in mijn verbeelding al die plundertochten uit lang vervlogen dagen: "A-ah-ahh-ah, ah-ah-ahh-ah, we come from the land of the ice and snow from the midnight sun where the hot springs blow..."
Er werd in november 1970 veel gespeculeerd wie er allemaal deel uitmaakte van de nieuwe groep die eerst 'Eric & The Dynamos' heette. Tijdens een optreden in de VS werd die verkeerdelijk aangekondigd als 'Derek & The Dominos'. Eric Clapton wou anoniem blijven en koos voor die nieuwe groepsnaam. Hij werd vergezeld in de band door toetsenist Bobby Whitlock, bassist Carl Radle en drummer Jim Gordon. Allen hadden zij deel uitgemaakt van de groep 'Delaney, Bonnie & Friends'. Duane Allman werd ook uitgenodigd door Clapton en hij is hier te horen in een episch gitaarduel. 'Layla' is een ode aan Pattie Boyd die toen nog getrouwd was met George Harrison, de boezemvriend van Clapton. De single werd pas in het voorjaar van 1971 uitgebracht.
De volledig uitgeklapte hoes van de eerste elpee van Black Sabbath.
Ozzy Osbourne staat tweede van rechts.
Alvin Lee zit tweede van links.
Jimi Hendrix was in 1970 een levenslustige jongeman. Niets wees erop dat hij kort daarna zou overlijden.
Led Zeppelin naast een vliegtuig.
Eric Clapton staat hier uiterst links op de foto. Duane Allman staat er niet bij want die weigerde permanent lid te worden van Derek & The Dominos. Hij speelde op 10 van de 14 songs op de allereerste elpee.
Dit is de hoes van de dubbelelpee 'Layla And Other Assorted Love Songs'.
Duane Allman staat niet op het hoesje. Hij was slechts een gastgitarist.
In 1970 stond de neef van Ravi Shankar heel even in de Amerikaanse charts met een elpee waarop alleen maar covers stonden van pophits overgoten met een Indiaas sitarsausje. Deze single werd toen regelmatig gedraaid in Jeugdclub De Reinaert, nabij de Brusselse Beurs. Ravi Shankar zelf overleed jammer genoeg op 11 december 2012 op 92-jarige leeftijd.
Country meets pop. Joe South schreef deze knappe song en zangeres Lynn Anderson had er een wereldhit mee. Het was al een tijdje geleden dat country nog in de hitparades gestaan had (Bobbie Gentry en Jeannie C. Riley) maar dit deuntje overheerste vanaf september 1970 de ether. ♫♫♫ I beg your pardon... ♫♫♫
In de tweede helft van de jaren '60 was Neil Diamond vooral bekend als componist in de Brill Building net zoals Carole King en Neil Sedaka. Hij schreef voor o.a. voor The Monkees en 'Red Red Wine' (Peter Tetteroo) en 'Kentucky Woman' (Deep Purple) waren ook van zijn hand. Vanaf het najaar 1970 begon de Amerikaan ook bij ons door te breken als singer/songwriter. Onder meer met dit gospelachtige lied.
In oktober 1970 werd een tweede single uitgebracht uit het album 'Elton John' van ... Elton John. En eigenlijk was dit ook een gospelsong. Bernie Taupin schreef de lyrics. Toen men hem vroeg wat ze betekenden antwoordde hij dat hij zomaar woorden die goed klonken bij elkaar had geplaatst zoals de Franse dichters Baudelaire en Rimbaud dat ooit gedaan hadden.
Maar het was deze b-kant van 'Take Me To The Pilot' die de voorkeur kreeg en dus meer gedraaid werd door de deejays. 'Your Song' betekende meteen de wereldwijde doorbraak voor het schrijversduo Bernie Taupin/Elton John.
Ananda Shankar, niet te verwarren met zijn beroemde neef Ravi Shankar.
Bekende popdeuntjes met de sitar.
Een van mijn eerste singles.
De fantastische tweede elpee van Elton John uit oktober 1970. Ik heb hem tweemaal op vinyl (eentje is letterlijk grijsgedraaid) en nog eens op compact disc.
Deze progressieve geluiden kwamen in 1970 van boven de Moerdijk. Het nummer begint rustig als een kabbelend beekje doorheen een sprookje met een heerlijke dwarsfluit in de achtergrond, maar vanaf 1:40 minuten barsten de gitaren, de drums en het orgel los. De slotakkoorden lijken sterk op die van 'Hair' in de versie van Zen. Op het einde zingt Jan Stips zelfs enkele woorden in het Latijn, 40 jaar vóór het mode werd in sommige Vlaamse politieke kringen. Donna nobis pacem (Geef ons vrede)!
Na Jazz Bilzen (1965-1981), Monterey (1967), Wight (1968-1969), Hyde Park en Woodstock (1969) was het de beurt aan Nederland om een popfestival te organiseren. Het 'Kralingen Music Festival' werd gehouden in het Kralingse Bos, in de buurt van Rotterdam, van 26 tot 28 juni 1970. Fantastische affiche met o.m. Tyrannosaurus Rex, The Byrds, Santana, Jefferson Airplane, Supersister en Pink Floyd (zie link onderaan voor alle acts). Circa 120.000 toeschouwers woonden dat 'Pop Paradijs' of 'Holland Pop Festival 70' bij, gesponsord door Coca-Cola. De weergoden waren de muziekliefhebbers gunstig gestemd en daar haalden deze Britten hun voordeel uit. Het bekendste festival van Wight waar ook ene Urbain Servranckx tussen het publiek zat vond twee maand later plaats.
Na het optreden van Tyrannosaurus Rex (met Marc Bolan en Mickey Finn) in het Kralingse Boswerd deze single in oktober 1970 uitgebracht en werd de moeilijke groepsnaam ingekort tot T. Rex. De glamrockperiode zou er pas enkele jaren later aankomen. Opmerkelijk voor deze song is het ontbreken van drums. In de plaats daarvan wordt het ritme ondersteund door tamboerijn en handgeklap.
Terwijl de buitenlandse artiesten in Kralingen hun act op het hoofdpodium deden stonden Thijs van Leer (orgel, fluit), Jan Akkerman (gitaar), Martin Dresden (bas, vocals) en Hans Cleuver (drums, vocals) op een zijpodium hun ding te doen. De grote doorbraak kwam er pas in het voorjaar van 1971 toen ik Focus zag optreden in het voorprogramma van Ten Years After in Vorst-Nationaal.
Prehistorie troef in de muziekgeschiedenis: na de Troglodytes (Troggs) en Tyrannosaurus Rex (T. Rex) kwam nu de Neanderthaler op de proppen. Hier werden de zaadjes gelegd voor 10cc want wie zat achter deze eendagsvlieg, zo vernamen we later? Eric Stewart, Kevin Godley en Lol Creme. Graham Gouldman kwam er iets later bij. Op het singlehoesje stond "Play it loud!" in grote letters geschreven en dat moet je beslist doen want er wordt precies met grote botten van een dinosaurus gemept op pauken, overtrokken met vellen van sabeltandtijgers!
Dit clipje is natuurlijk beter, jammer dat er 10cc staat i.p.v. Hotlegs, want dat is geschiedenisvervalsing. Zo zullen er in het jaar 3000 wellicht ook mensen zijn die beweren dat Obelix van Gallië naar Belgica verhuisde om minder belastingen aan Caesar te moeten betalen.
Enkele sfeerbeelden van het Festival in Kralingen.
Ray Dorset was het boegbeeld van Mungo Jerry. Met zijn krullende haardos en zijn grote bakkenbaarden leek hij op een sater. In een andere clip die in openlucht werd opgenomen had hij trouwens precies bokkenpoten.
De leuze van het festival was: vrijheid, blijheid en muziek.
Hopelijk waren er niet te veel slachtoffers van die kleine hittegolf eind juni 1970.
Hotlegs bestond in eerste instantie uit Lol Creme, Kevin Godley en Eric Stewart. Graham Gouldman kwam er iets later bij. In 1972 ontpopte de groep zich als 10cc.
Een Franse single want hierop staat "A jouer très fort".
De b-kant van 'Are You Ready?' uit 1970 was minstens even boeiend. Het was een moderne versie van een oude traditionele bluessong getiteld 'Stack O'Lee Blues' gezongen door Fred Waring's Pennsylvanians (1923). Voor de ontelbare covers moet je bij Arnold Rypens zijn! (Zie link onderaan dit bericht.)
Ondertussen kwamen er psychedelische rockgeluiden uit Nederland overgewaaid. Een nieuwe band was opgericht door de tweelingbroers Chris en Gerard Koerts. De eerste zangeres was Manuela Berloth (1968–1969) en vanaf de komst van de flamboyante Jerney Kaagman (1969–1983, 1987–1990) kon het niet meer stuk. 1970 was echt wel het jaar van de doorbraak en die begon met deze mooie compositie van George Kooymans van Golden Earring.
De tweede single van deze Nederlandse rockband was ook meteen een schot in de roos! Heerlijk om je luchtgitaar eens boven te halen.
Driemaal is scheepsrecht. Nog eentje om het af te leren: dit is de derde single van de geweldige Nederlandse rockband, ook uit 1970. ♫♫♫ "Manta, she's wild and exciting!" ♫♫♫
The Golden Ear-rings werden opgericht in Den Haag in 1961 (en daarmee een jaar ouder dan de Stones), ze evolueerden naar Golden Earrings en lieten de 's' vallen in 1969. Dit was de opwindende hitsingle uit 1970. Oost, West, thuis best!
Pacific, Gas & Electric moest de naam van de band in 1971 aanpassen tot PG&E op aandringen van de gelijknamige Amerikaanse nutsmaatschappij. Een gelijkaardig verhaal gebeurde bij Chicago Transit Authority die de naam moest inkorten tot Chicago vanwege de gelijknamige autobusmaatschappij. Toppunt: als je nu PG&E intikt bij Google kom je automatisch bij de nutsmaatschappij want zij heeft die drie letters aangenomen als logo nu de band niet meer bestaat!
Earth & Fire in 1970.
De groep een aantal jaren later. Jerney Kaagman, hier geflankeerd door de twee broers Koerts, was samen met de tweeling de enige constante in de rockband.
Een elpee uit 1970.
In het begin van de jaren '70 was lang haar voor rockmuzikanten in de mode.
Nog een mooie track uit 'McCartney', de eerste soloplaat van Paul McCartney, uitgebracht in april 1970. In de VS kwam ze meteen op nr. 1 in de hitlijsten maar in het VK bleef ze steken op nr. 2 omdat 'Bridge Over Troubled Water' van Simon & Garfunkel wekenlang op de hoogste plaats stond. Macca nam de hele LP op in zijn homestudio in een sfeer van 'back-to-basics' en dat viel niet bij iedereen in goede aarde.
In augustus 1970 werd de neerslag van een uitputtende tour doorheen de VS uitgebracht op een dubbele liveplaat. 'Mad Dogs And Englishmen' was de weergave van een perfecte balans tussen rock en soul en verkocht als zoete broodjes, mede dankzij de knappe backing band met uitblinkers als Leon Russell, Chris Stainton, Rita Coolidge, Jim Gordon, Jim Keltner en Bobby Keys.
Een van de grootste verrassingen van de zomer van 1970 was het uitbrengen van het dubbelalbum 'Self Portrait' met vele covers van bekende songs zoals o.m. 'Blue Moon', 'Let It Be Me' en 'The Boxer'. Dylan moet het waarschijnlijk beu geweest zijn beschouwd te worden als de spreekbuis van zijn generatie en met een air van 'ik neem de songs op die ik wil' werd uit die elpee ook deze quasi instrumental geplukt met veel blazers en een hoog 'lalala'-gehalte. His Bawbness moet in zijn vuistje gelachen hebben want deze single werd zijn grootste commercieel succes. In België bereikte hij namelijk de 9de plaats in de hitlijsten en in Nederland zelfs de 3de. Telkens ik de hoestekening bekijk moet ik aan de schilder Vincent van Gogh denken. Wellicht omdat het rechteroor (links op de tekening) rood ziet...
Waarschijnlijk was dit lied de aanleiding tot de groene beweging in ons land. Een knappe tekst van Phil Van Cauwenbergh op een bestaande melodie, want de originele song komt van Wally Whyton en was in 1968 ook in Amerika een strijdlied voor de ecologisten.
Het origineel uit 1968 van Wally Whyton:
Maar dè dansplaat uit de zomer van 1970 was ongetwijfeld deze 'Are You Ready?' die pas na 42 seconden losbarst. Charlie Allen was de drummer/vocalist van deze Amerikaanse blues/rock-band die mij af en toe deed denken aan de Chambers Brothers.
Waarschijnlijk de bekendste song uit de Rock Opera 'Jesus Christ Superstar' gecomponeerd door Andrew Lloyd Webber en Tim Rice (1970). Ontroerende liefdesverklaring van Maria Magdalena aan Jezus Christus. Pas in maart 1971 zou de LP box op nummer 1 belanden in de Amerikaanse charts en in 1973 werd de filmversie uitgebracht met een vernieuwde soundtrack.
Steven Demetre Georgiou werd in Londen geboren uit een Zweedse moeder en een Grieks-Cyprische vader en hij nam in 1966 de artiestennaam Cat Stevens aan. In 1970 zei hij vaarwel aan zijn populair repertoire en werd hij folkrockzanger. In 1977 werd hij moslim en veranderde hij zijn naam in Yusuf Islam. Deze song uit zijn LP 'Tea For The Tillerman' is voor mij de mooiste ode van een vader aan zijn zoon.
Er waren vele veranderingen op til in de muziekwereld vanaf 1970. Onze Amerikaanse strandjongens hadden afscheid genomen van hun pop/rock-repertoire en definitief van de surf. Met deze mooie slow en prachtige accordeongeluiden uit de LP 'Sunflower' werd het nieuw decennium ingeluid. Vanmorgen had ik ook tranen in mijin ogen, niet van geluk of verdriet maar van de vrieskou!
Maar de grootste verrassing kwam, voor mij althans, van 'Van The Man'. Geen 'angry young Them' meer en ook geen populaire deuntjes meer uit zijn 'Bang Records'-periode. Een nieuwe singer/songwriter was geboren en hij legde zijn ziel bloot in de knappe LP "Moondance' uit 1970.
Misschien ben ik verbaasd dat deze parel van Macca nooit op single is uitgekomen. Misschien ook niet. Hij stond enigszins verborgen op zijn eerste solo LP 'McCartney' uit april 1970. Paul McCartney schreef de song al in 1969 en droeg hem op aan zijn eerste vrouw, Linda Eastman, die hem geholpen had om de breuk met The Beatles te boven te komen. Pas in 1977 bracht hij met zijn groep Wings een liveversie (uit 1976) op single uit.
Een mooie maxi single uit JCS.
Yvonne Elliman
Paul McCartney in 1970.
Frontcover van zijn eerste solo LP 'McCartney'.
Back cover met de titel van de LP en een foto van de artiest met zijn dochtertje.
Als bijlage hieronder een link naar "Jesus Christ Superstar" met de opmerkelijke cast.
Deze Amerikaanse singer/songwriter kreeg nooit helemaal de erkenning die hij verdiende. Zijn composities werden nochtans gecoverd door de grootsten: 'If I Were A Carpenter' (Bobby Darin, The Four Tops), 'How Can We Hang On To A Dream' (The Nice), 'Reason To Believe' (Rod Stewart). In 1959 verbleef hij in Vietnam als militair adviseur voor de VS. Daar kwam hij in aanraking met heroïne. Hij trad op in Woodstock (1969) en had vreemd genoeg een hit in 1970 niet met eigen werk maar met deze prachtige compositie van... Bobby Darin. Een van mijn eerste singles trouwens. De folkzanger kwam tragisch om het leven in 1980 t.g.v. een overdosis heroïne.
Psychedelic Soul in 1970 gecomponeerd door Norman Whitfield en Barrett Strong. De VS werden toen overheerst door de oorlog in Vietnam, protestacties, betogingen, studentendemonstraties, rassendiscriminatie, drugsgebruik, omgekochte politici, enz. Met de diepe basstem van zanger Melvin Franklin "And the band played on." Kortom, The Temptations op hun best!
Alsof dat nog niet genoeg was deed Edwin Starr daar nog een schepje bovenop. Alweer een compositie van Norman Whitfield en Barrett Strong. The Temptations namen de originele versie op in 1969 maar om hun conservatieve fans niet voor het hoofd te stoten werd die song niet als single uitgebracht, enkel op elpee. Starr had met deze ultieme protestsong een dikke nummer 1-hit te pakken. In 1986 had Bruce Springsteen met zijn liveversie een Top-10 hit, maar na de terroristische aanslagen van 9/11 werd de song op een blacklist geplaatst van songs die niet meer op de Amerikaanse radiostations mochten gedraaid worden. "War, what is it good for? Absolutely nothing!". Soul met een politieke boodschap.
Alweer een parel uit de LP 'Cosmo's Factory'. Bijna iedereen dacht dat deze song over de oorlog in Vietnam ging maar volgens John Fogerty is dat niet het geval. Hij had het over het Amerika van toen (1970) en de massa wapens die toen in omloop waren bij de gewone burgers. Volgens Stu Cook, de bassist, werden de dreigende junglegeluiden bekomen door gitaar- en pianoklanken die achteruit werden afgespeeld. Een van mijn favorieten van CCR.
Eind 1968 en het hele jaar 1969 werd de hele muziekscene beheerst door de 'Musical Hair'. Vanaf augustus 1969 tot het grootste gedeelte van 1970 was dat het 'Woodstock Festival'. En sinds december 1969 (single 'Superstar') en het uitbrengen van de box 'Jesus Christ Superstar' in oktober 1970 stond deze Rock Opera in het middelpunt van de belangstelling. Ian Gillan (de zanger met de machtige stem van Deep Purple) speelde de rol van Jezus. Maar daarover later meer.
De oorlog in Vietnam op zijn hoogtepunt in 1970.
Jezus Christus stond in 1970 meer dan ooit in het middelpunt van de belangstelling die terug zou opflakkeren in 1973 toen de filmversie van 'Jesus Christ Superstar' uitkwam.
De Amerikaanse boogie/bluesgroep bracht in 1970 een krachtige bewerking uit van deze compositie van Wilbert Harrison. In 1976 maakte Bryan Ferry er met Roxy Music 'Let's Stick Together' van. De titel zou een vrije vertaling van onze nationale leuze kunnen zijn.
Alweer een prachtige b-kant van een CCR-single: "Lookin' Out My Back Door" is de a-kant en natuurlijk staat deze heerlijke slow met de sax ook op de LP 'Cosmo's Factory' uit 1970. Doug Clifford staat op de hoes afgebeeld zittend op een racefiets. Toen sprak ik de profetische woorden: "Ooit zal een Amerikaan de Tour de France winnen, want ze zijn al aan het trainen."...
Mick Jagger speelde de hoofdrol in de film "Performance" uit 1968, maar die werd pas uitgebracht op 3 augustus 1970. Uit die soundtrack komt deze fantastische song met heerlijke geluiden van Ry Cooder's slidegitaar. Naast Jagger spelen ook o.a. James Fox en Anita Pallenberg mee.
De peetvader van de Britse blues gaf in de sixties onnoemelijk veel artiesten een kans via zijn kweekvijver van talent 'The Bluesbreakers'. Oordeel zelf maar: Eric Clapton, Jack Bruce, Peter Green, Mick Fleetwood, John McVie, Hughie Flint, Mick Taylor, Harvey Mandel, Larry Taylor, Aynsley Dunbar, Jon Hiseman, Dick Heckstall-Smith en Andy Fraser, om de belangrijkste te noemen. En in 1970 scoorde hij een solohit met een van de meest opwindende liveplaten ooit. Wat een huzarenstukje op mondharmonica!
De peetvader van de Britse blues zag het levenslicht in 1933 (!)
Hammond, Moog en andere progressieve geluiden uit 1970
Hammond, Moog en andere progressieve geluiden uit 1970
Dit Brits trio bracht een mix van jazz en pop. Niet evident in 1970. Met hun kort haar en donkere kledij voeren ze tegen de stroming in. In 1969 waren ze eventjes komen piepen met 'Birth', een prachtige song waar Elton John de mosterd ging halen. Roy Phillips (vocals, toetsen), Tab Martin (bas) en Trevor Morais (drums) hadden meteen mijn hart gestolen. De sound van het Hammondorgel doet nog het meest denken aan Jimmy Smith of een jonge Brian Auger met zijn Trinity.
Als je van de duivel spreekt, zie je zijn staart. Hier is dan ook Brian Auger wiens sound mij heel erg aanspreekt. Op de steengoede elpee 'Befour' (een van mijn favorieten uit 1970) brengt hij een wondermooie versie van een nummer geschreven in 1968 door Jim Capaldi en Steve Winwood (Traffic).
Een ander Brits trio dat vaak geassocieerd wordt met de sound van het Hammondorgel is ELP. Keith, Greg en Carl brachten meestal een mengeling van jazz, pop, progressieve rock, symfonische rock en klassiek. Maar in deze song krijgt de Moog synthesizer een prominente rol toegewezen. En wij maar spelen met die knoppen in 1970 om het stereo-effect van de linker- naar de rechterluidspreker over te brengen!
Elke woensdagnamiddag was er in de loop van het jaar 1970 op de RTBF-radio een programma gepresenteerd door een vrouw (de namen schieten mij niet meer te binnen) waar dit soort progressieve muziek werd gedraaid. Op de BRT-radio kwam die, bij mijn weten, niet aan bod. Zo ook deze song die op de LP "Hot Rats" stond en als single werd uitgebracht.
Als afsluiter voor vandaag een fantastische versie van deze 'Lennon/McCartney'-compositie uit de LP 'The Last Puff' (1970) en jà ren later nog altijd en veelgedraaide slow in het Jeugdhuis 'De Reynaert' nabij de Brusselse Beurs. De psychedelische rockgroep 'Spooky Tooth' bestond toen uit: Mike Harrison - vocals; Luther Grosvenor - gitaar; Henry McCullough - gitaar; Chris Stainton - bas, piano, orgel, gitaar; Alan Spenner - bas en Mike Kellie - drums.
Deze nieuwe groep was ontstaan uit de as van de Small Faces nadat Steve Marriott die groep had verlaten om Humble Pie op te richten. De overblijvende leden Ronnie Lane, Kenney Jones en Ian McLagan kregenhet gezelschap van twee ex-leden van The Jeff Beck Group: Rod Stewart en Ronnie Wood. De eerste LP heette 'First Step' en werd in de VS toegeschreven aan de Small Faces (!). Voor deze compositie hebben Stewart en McLagan toch iets te veel geluisterd naar 'Some Kinda Wonderful'. Maar de Faces swingen als de pest. Kijk maar naar deze live uitvoering van een jaartje later op de BBC.
Rod the Mod mocht van platenmaatschappij Vertigo ook een solocarrière uitbouwen naast die van de Faces. Op deze gelijknamige LP speelden dan ook nog eens leden van de Faces mee. Heel verwarrend allemaal, maar boeiend. De elpee staat trouwens in het boek '1001 Albums You Must Hear Before You Die'. Voor deze song tekenden Rod Stewart en Ronnie Wood en de specifieke gitaarsound van Martin Quittenton is hier al te herkennen.
'Gasoline Alley' van Rod Stewart werd uitgebracht in juni 1970 (VS) en september 1970 (VK). In november van dat boeiend muzikaal jaar brachten The Hollies dit bijna gelijknamig singletje uit geschreven door het professioneel trio Roger Cook, Roger Greenaway en Tony Macaulay. Ik moet altijd aan beide songs tegelijkertijd denken. Heel verwarrend, maar het blijft boeiend.
En welke muziek kwam er in 1970 van over de grote plas overgewaaid? Naast de swamprock van CCR stond Tony Joe White ook geregeld in de hitlijsten. Zoals met deze knappe single die gaat over een nieuw fenomeen dat toen de kop opstak, nl. 'de groupies'.
Voor wie het fenomeen niet zou kennen voeg ik onderaan een link toe. ;-)
John Fogerty en zijn kompanen begonnen af te wijken van de swamprock en brachten hier een briljante ode aan countrylegende Buck Owens. Alweer een schitterende track uit de elpee 'Cosmo's Factory' (1970).
Rod Stewart met zijn nieuwe groep ontstaan uit een fusie tussen de Small Faces en de Jeff Beck Group.
Rod Stewart solo met zijn typisch 'ananas'-kapsel.
Popmuziek begon stilaan te veranderen vanaf 1970. Rock-'n'-roll werd rock met uitlopers als hardrock of heavy metal. Ian Gillan (de zanger met de hoge stem) en Roger Glover (bassist) waren sinds eind 1969 nieuwelingen in de band en de vernieuwde groep leverde in juni 1970 een legendarische elpee af. De hoes was een knipoog naar Mount Rushmore. De single werd pas een hit in 1972. Met Jon Lord aan de toetsen in een glansrol. "Wait for the ricochet ♫♫♫ ooh, ooh, ooh ♫♫♫ aah, aah, aah ♫♫♫"...
En hier haalde Deep Purple de mosterd in 1969. Luister naar de intro en oordeel zelf maar:
Dankzij BRT-radio 'Omroep Brabant' kon ik in 1970 een mooi optreden bijwonen van The Humblebums in het Flageygebouw in Elsene. Wist ik toen veel dat Gerry Rafferty toen al de zaadjes had geplant voor zijn latere groep Stealers Wheel en dat Billy Connolly stand-up comedian zou worden en mij jà ren later zou meenemen op een interessante reis langsheen Route 66 (op TV weliswaar).
Toegegeven, het is een cover van een machtige compositie van John D. Loudermilk, maar wat voor een. Eric Burdon wist altijd iets speciaals te leggen in zijn versies van bekende nummers. En met de formidabele backing band 'War' kon het niet meer stuk. Funkmuziek was aan zijn opmars begonnen in 1970.
Billy Joe Thomas is een Amerikaanse singer/songwriter die in onze contreien ondergewaardeerd en miskend is maar dit is de original uit 1970 die een tijdje later werd gecoverd door Elvis Presley en bij ons dus een hit werd in de liveversie.
Elvis was er als de kippen bij om deze prachtige song te coveren.
Zo verging het ook de Amerikaanse singer/songwriter Joe South. Hij schreef prachtige composities als o.m. 'Down In The Boondocks', 'Hush', 'Games People Play', 'Birds Of A Feather', 'Rose Garden' en deze classic uit 1970, maar wie ging er weer met de pluimen lopen?
Juist, ja... Elvis The Pelvis!
Deep Purple Mark II met Jon Lord uiterst links, in het middel Ian Gillan en uiterst rechts Roger Glover.
Prachtige hoes.
De originele bezetting van The Humblebums: Gerry Rafferty (links) met Billy Connolly.
In 1970 werden ook legendarische elpees uitgebracht zoals deze plaat uit de maand maart. De pers bejubelde deze band meteen en de term 'supergroep' was niet van de lucht. En terecht! Stel je voor: de leden kwamen uit fantastische groepen als The Byrds, Buffalo Springfield en The Hollies. Deze LP stond maandenlang in alle mogelijke hitlijsten. De song werd geschreven door David Crosby en de titel alleen al was een nachtmerrie voor elke hippe jongere van toen.
'Handbags And Gladrags' is een legendarisch nummer geschreven door de voormalige zanger van de groepen 'A Band of Angels' en 'Manfred Mann'. Hij bracht het enkel op elpee uit in 1970. Chris Farlowe bracht het al uit op single in 1967 en Rod Stewart in 1969, met veel meer succes dan de auteur zelf. Doet de naam 'd'Abo' een belletje rinkelen? Mike is de vader van Olivia d'Abo, een actrice/zangeres/songwriter en zijn nicht is de actrice Maryam d'Abo (uit 'The Living Daylights').
Hier komt een ander legendarisch nummer geschreven door Norman Whitfield & Barrett Strong. CCR bracht zowaar een ode aan Motown in 1970! De song was al bekend in de versies van Gladys Knight & The Pips en vooral Marvin Gaye. John Fogerty kon er maar niet genoeg van krijgen en maakte er een lang dansbaar nummer van (meer dan 11 minuten!). Stond natuurlijk op een even legendarische elpee: 'Cosmo's Factory'.
De jaren '60 waren op een woelige manier geëindigd maar de seventies dreigden nog woeliger te worden. De jeugd van toen bleef maar met grote vragen zitten zoals oorlog, milieuvervuiling, seksualiteit e.d.m. De 'golden sixties' waren voorbij en de jaren van besparing en crisis kondigden zich somber aan. Ook de Moody Blues stelden zich vele vragen. Met een geweldig opwindende intro èn outro.
Vanuit Nederland kwam eind juni 1970 leuke popmuziek. De boodschap was nochtans duidelijk: "Trouw nooit met een man die aan de spoorwegen werkt". Nogal wiedes: met al die stakingen en vertragingen weet je nooit wanneer ie thuiskomt...
Pure pop voor de jeugd van toen en een meezinger van formaat! The Tremeloes namen deze song van Jeff Christie op in het Engels en ook een versie in het Spaans ('No comprendes'). Niet tevreden over het eindresultaat weigerden The Trems de single uit te brengen. De platenmaatschappij vroeg dan maar om hun stemmen weg te vegen en te vervangen door de stem van de auteur die in allerhaast nog twee muzikanten moest zoeken om de groep 'Christie' te vormen en op tournee te gaan voor de promotie van de single. Wat je hier hoort is dus de instrumentale track van The Tremeloes met daarop de stem van Jeff Christie. De Spaanse versie van The Trems werd wel uitgebracht in Spanje en Zuid-Amerika met succes. Maar in de rest van de wereld stond Christie bijna overal op het hoogste schavotje. Kijk vooral naar het videoclipje uit het jeugdprogramma Tienerklanken (BRT).
De Spaanstalige versie van The Tremeloes:
Palingpop uit Volendam. De slows van deze Nederlandse jongens die met veel pathos werden gezongen waren niet zozeer aan mij besteed, maar hun uptempo nummers kon ik wel smaken. Deze leuke single stond eind juni 1970 ook in onze hitparade.
In de maand juli 1970 ben ik een maand lang gaan werken in de plaatselijke Colruyt samen met mijn goede vriend Geert S. Een uitstekende leerschool voor later en de wedde was mooi meegenomen. Het was zwaar werk maar de voldoening achteraf was des te groter. Tijdens die mooie zomermaand hoorde ik nieuwe boeiende geluiden op de radio. Cat Stevens was in het najaar van 1968 ingestort door tuberculose en een klaplong. Het duurde een vol jaar om er bovenop te komen. De LP 'Mona Bone Jakon' was het eerste product dat hij afleverde en deze ode aan zijn ex-lief Patti d'Arbanville beheerste toen de radiogolven. Dit is dan ook de eerste song uit die periode die mij te binnen schiet:
Het vullen van de rekken en af en toe in een koker plaatsnemen om winkeldiefstallen te voorkomen van 's ochtends tot 's avonds was heel arbeidsintensief maar gelukkig was er muziek in de Colruytwinkel. De voormalige zanger/gitarist van Amen Corner had een nieuwe groep gevormd en zijn eerste single werd in de maand juli 1970 grijsgedraaid.
Elke dag van de maand juli 1970 fietste ik naar de Colruytwinkel en na een dag hard labeur was ik blij huiswaarts te keren. Vaak spookten muziekjes rond in mijn hoofd die ik overdag een aantal keren op de radio gehoord had. Zoals deze Amerikaanse versie van "Ach, was ik maar bij moeder thuis gebleven...", geschreven door Randy Newman:
Eric Burdon had in 1966 al een versie opgenomen van "Mama Told Me" maar hij noch de overige leden van The Animals weten nog wie er bij de opname aanwezig was. De single van Eric Burdon & The Animals werd nooit uitgebracht maar de song verscheen wel op een solo-LP van Burdon uit 1967. In 1969 sloot de Brit Burdon een verbond met de Amerikaanse funkgroep 'War' en deze oorwurm uit juli 1970 zong ik dagelijks mee terwijl ik de rekken van de Colruyt vulde met flessen wijn, zonder ooit enig druivenvocht te verspillen.
Maar dè grote hit van juli 1970 was zonder twijfel die song over een travestiet (waarschijnlijk de allereerste). Een dure grap zo bleek later want Ray Davies moest een Amerikaanse tour onderbreken en vanuit NY terugvliegen naar Londen om 'Coca-Cola' te vervangen door 'cherry cola'. Zo had Auntie BBC beslist. Lola, L O L A, Lola... ♫♫♫ ♫♫♫...
Cat Stevens werd op Jazz Bilzen uitgejouwd. Het publiek lustte zijn nieuw genre niet.
Conclusie: de eerste 6 maanden van 1970 werd er nog veel geluisterd naar muziek uit de jaren '60. En eigenlijk startte het nieuwe decennium van de seventies pas op 1971.
Nummer 5: Diverse Artiesten met "London Pop News"
Nummer 4: Wallace Collection met "Serenade"
Nummer 3: CCR met "Willy And The Poor Boys"
Nummer 2: Simon & Garfunkel met "Bridge Over Troubled Water"
Op 2 mei 1970 was er ook een Top-5 van de best verkochte LP's op de BRT-radio. Op nummer 5 stond de verzamelaar 'London Pop News' met o.a. pareltjes als 'A New Day Yesterday' (Jethro Tull) en 'That Was Only Yesterday' (Spooky Tooth), maar ook dit juweeltje:
De verzamelaar 'London Pop News' met op de hoes een veelkleurig stiertje staand op een wereldbol bevatte blues rock, folk rock en prog rock. Uitgegeven door platenmaatschappij Island Records met o.m. Traffic ('Medicated Goo') en ook deze rockende koningin:
Op 2 mei 1970 stond de plaat 'Serenade' van de Wallace Collection in de Top-5 van de bestverkochte elpees op nummer 4. Naast deze song stonden natuurlijk ook het titelnummer op die schijf naast 'Bruxelles (Part 1/Part 2)', 'We Gotta Do Something New', 'Hocus Pocus', 'We Are Machines', 'Dear Beloved Secretary', 'See The Man' en enkele andere minder bekende songs. De uitgeverij was Odeon (EMI).
BRT Top-5 bestverkochte LP's op 2 mei 1970: op nummer 3 stond 'Willy And The Poor Boys' van CCR uit november 1969 (!). Naast het bekende duo 'Down On The Corner' en 'Fortunate Son' stonden covers van 'Cotton Fields' (Huddie Ledbetter) en 'The Midnight Special' (Traditional) maar ook eigen werk, zoals deze rocker:
Op het fantastisch album 'Willy And The Poor Boys' van CCR (Fantasy Records) stonden ook nog 'Poorboy Shuffle', 'Don't Look Now (It Ain't You Or Me)', 'Side O'The Road', 'Effigy' en deze mooie 'Feelin' Blue', helaas maar al te vaak vergeten op onze radiostations dezer dagen. Maar op 2 mei 1970 stond deze LP dus op nr. 3 in de Top-5.
Op nr. 2 in de Top-5 van de bestverkochte LP's van 2 mei 1970 op de BRT stond het album 'Bridge Over Troubled Water' van S & G uitgebracht door Columbia Records op 26 januari 1970. Naast het titelnummer stonden 'El Condor Pasa (If I Could)', 'Cecilia', 'So Long, Frank Lloyd Wright', 'The Boxer', 'Baby Driver', 'The Only Living Boy in New York', 'Why Don't You Write Me', 'Bye Bye Love' (live opname uit Ames, Iowa. Nummer van The Everly Brothers geschreven door Felice & Boudleaux Bryant) en 'Song for the Asking'. Ook deze LP mocht ik helemaal op mijn Gründig taperecorder zetten dankzij mijn goede vriend Geert S.
Nog een song uit dat formidabel album 'Bridge Over Troubled Water' van Simon & Garfunkel dat op 2 mei 1970 op nr. 2 stond in de Top-5 van de bestverkochte elpees op de BRT. Bij deze hemelse klanken smelt ik helemaal weg. Lailalai, lai lalai lai lailalai lailalai ♫♫♫♫♫♫....
En op nr. 1 in de Top-5 van de bestverkochte 33-toeren platen van 2 mei 1970 stond deze blanke act op 'Motown Records' die zoveel succes had dat de groep een onderafdeling kreeg van die platenmaatschappij met hun eigen bandnaam, nl. 'Rare Earth'. Het album 'Get Ready' werd in de VS uitgebracht op 30 september 1969 maar vond zijn weg in West-Europa, via de discotheken, pas vanaf het voorjaar van 1970. De bezetting van de band was de volgende: John Parrish:trombone, bas, vocals Gil Bridges: saxofoon, tamboerijn, vocals Kenny James: orgel, elektrische piano, vocals Rod Richards: gitaar, vocals Pete Rivera: drums, vocals Dit is track nr. 1 (kant A):
Buiten 'Magic Key' stonden ook 'Tobacco Road' [John D. Loudermilk], 'In Bed', 'Train To Nowhere' [Kim Simmons/Chris Youlden - Savoy Brown] en deze versie van 'Feelin' Alright' [Dave Mason - Traffic] op kant A van de LP 'Get Ready' van Rare Earth, de onbetwiste nr. 1 in de LP Top-5 van de BRT-radio op 2 mei 1970.