E-mail mij

Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.

Archief per week
  • 20/11-26/11 2006
  • 13/11-19/11 2006
  • 06/11-12/11 2006
  • 30/10-05/11 2006
  • 23/10-29/10 2006
  • 16/10-22/10 2006
  • 09/10-15/10 2006
  • 02/10-08/10 2006
  • 25/09-01/10 2006
  • 18/09-24/09 2006
  • 11/09-17/09 2006
  • 04/09-10/09 2006
  • 28/08-03/09 2006
  • 21/08-27/08 2006
  • 14/08-20/08 2006
  • 07/08-13/08 2006
  • 31/07-06/08 2006
  • 24/07-30/07 2006
  • 17/07-23/07 2006
  • 10/07-16/07 2006
  • 03/07-09/07 2006
  • 26/06-02/07 2006
  • 19/06-25/06 2006
  • 12/06-18/06 2006
  • 05/06-11/06 2006
  • 29/05-04/06 2006
  • 22/05-28/05 2006
  • 15/05-21/05 2006
  • 08/05-14/05 2006
  • 01/05-07/05 2006
  • 24/04-30/04 2006
    Inhoud blog
  • ART . NR . 83 . - BESLUIT
  • ART . NR . 82 . b , - FIG . 38 - HET STRAND TE TROUVILLE - DOOR HAMBOURG .
  • ART . NR . 82 . b , - FIG . 36 - HET STRAND BIJ BANYULS - DOOR MEVR . DIVERLY
  • ART . NR . 82 . b , - FIG . 35 - LANDSCHAP DOOR FEUGEREUX
  • ART . NR . 82 . b , - ANDERE VOORBEELDEN
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 34 . - DE KUST VAN BRETAGNE - DOOR RENEFER
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 33 . - SCHETSTEKENING
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 32 . - ZEEGEZICHTEN
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 31 . - DE SEINE BIJ TRIEL - DOOR RENEFER
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 30 . - EEN GEZICHT OP HYERES
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 29 . - OP DE MANIER VAN JONGKIND
  • ART . NR . 82 . b , - FIG . 37 - STADSGEZICHT - DOOR PAULE RAY
  • ART . NR . 82 . a , - VERSCHILLENDE VOORBEELDEN
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 28 . - EEN ANDER LANDSCHAP
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 25 . - HET LANDSCHAP - DE SCHETSOPZET
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 26 . - HET LANDSCHAP - HET TWEEDE STADIUM
  • ART . NR . 82 . a , - FIG . 27 . - HET LANDSCHAP - LAATSTE STADIUM
  • ART . NR . 82 . - HET LANDSCHAP
  • ART . NR . 81 . b , - HET DIER
  • ART . NR . 81 . b , - FIG . 23 . - DE SCHETS VAN HET DIER
  • ART . NR . 81 . b , - FIG . 24. - DE VOLTOOIDE ARBEID VAN HET DIER
  • ART . NR . 81 . a , - EEN GEKLEDE FIGUUR EN EEN STRAATTAFEREELTJE
  • ART . NR . 81 . a , - FIG . 21 . - HET STRAATTAFEREELTJE
  • ART . NR . 81 . a , - FIG . 22 . - HET STRAATTAFEREELTJE
  • ART . NR . 81 . a , - FIG . 19 EN 20 . - DE GEKLEDE FIGUUR
  • ART . NR . 81 . - FIG . 18 . - HET NAAKT
  • ART . NR . 81 . - HET PORTRET EN HET NAAKT
  • ART . NR . 81 . - FIG . 16 . - DE SCHETS - HET PORTRET
  • ART . NR . 81 . - FIG . 17 . - VOLTOOIDE AQUAREL - HET PORTRET
  • ART . NR . 80 . a , - BLOEMEN
  • ART . NR . 80 . a , - FIG . 13 , 14 EN 15 - BLOEMEN - AQUAREL
  • ART . NR . 80 . a , - FIG . 10 , 11 EN 12 - BLOEMEN - AQUAREL
  • ART . NR . 80 . - OEFENINGEN IN DE PRAKTIJK
  • ART . NR . 80 . - FIG . 8 . SCHETSOPZET MET IETS ZWAARDER GEBRUIKT POTLOOD
  • ART . NR . 80 . - FIG . 9 . - VOLTOOIDE AQUAREL
  • ART . NR . 80 . - FIG . 5 EN 6 . - HET STILLEVEN
  • ART . NR . 80 . - FIG . 7 . - VOLTOOIDE AQUAREL
  • ART . NR . 79 . e , - VERWIJDERINGEN
  • ART . NR . 79 . d , - VERBETERINGEN EN DE TOETS
  • ART . NR . 79 . c , - OVER ELKAAR HEENGEBRACHTE TINTEN
  • ART . NR . 79 . b , - VERSMOLTEN TONEN
  • ART . NR . 79 . a , - VLAKKE TINT MET UITSPARING
  • ART . NR . 79 . a , - SCHEMA
  • ART . NR . 79 . - TECHNIEK VAN DE AQUAREL
  • ART . NR . 79 . - VLAKKE TINT
  • ART . NR . 78 . b , - PRAKTIJK - HET MATERIAAL
  • ART . NR . 78 . - PLAAT I - FIG . 4. - VERSCHILLENDE TINTEN
  • ART . NR . 78 . - PLAAT I - FIG . 3. - MODULATIES
  • ART . NR . 78 . - PLAAT I - FIG . 2. - VLAKKE TINT
  • ART . NR . 78 . a , - ( VERVOLG ) PRAKTIJK - HET MATERIAAL
  • ART . NR . 78 . - PRAKTIJK
  • ART . NR . 78 . - PLAAT I - FIG . 1 . HET MATERIAAL VOOR DE AQUAREL
  • ART . NR . 77 . - THEORIE - AQUAREL -
  • AQUAREL - SCHILDEREN EN DE SCHILDERTECHNIEKEN - VIERDE DEEL - ART . NR .76 . - INLEIDING
  • ART . NR . 75 . a , - FIG . 41 . HET BLOEMENMEISJE - ( BONNETERRE ) .
  • FIG . 40 . - STILLEVEN ( RENEFER )
  • ART . NR . 75 . a , - FIG . 39 . - HET KLEURPOTLOOD
  • ART . NR . 75 . a , - TECHNIEK - KLEURENPOTLOOD
  • ART . NR . 75 . - HET KLEURPOTLOOD
  • ART . NR . 74 . e , - HET PORTRET
  • ART . NR . 74 . e , - FIG . 37 EN 38 - HET PORTRET
  • ART . NR . 74 . d , - HET LANDSCHAP
  • ART . NR . 74 . d , - FIG . 35 EN 36 . - HET LANDSCHAP
  • ART . NR . 74 . c , - BLOEMEN
  • ART . NR . 74 . c , - FIG . 33 EN 34 - BLOEMEN
  • ART . NR . 74 . b , - VOORBEELDEN - STILLEVENS
  • ART . NR . 74 . b , - FIG . 31 . - HET PASTEL - STILLEVEN - SCHETSOPZET
  • ART . NR . 74 . b , - FIG . 32 . - HET PASTEL - STILLEVEN
  • ART . NR . 74 . a , - TECHNIEK VAN HET PASTEL
  • ART . NR . 74 . - HET PASTEL - HET MATERIAAL
  • ART . NR . 74 . - FIG . 30 . - PASTELDOOS MET ENKELE TONEN
  • ART . NR . 73 . e , - HET AFFICHE EN ANDERE VOORBEELDEN
  • ART . NR . 73 . e , - FIG . 26 , - ANDERE VOORBEELDEN
  • ART . NR . 73 . e , - FIG . 25 , - ANDERE VOORBEELDEN
  • ART . NR . 73 . e , - FIG . 24 , - ANDERE VOORBEELDEN
  • ART . NR . 73 . e , - FIG . 29 . - ONTWERP VOOR RECLAMEBILJET
  • ART . NR . 73 . d , - EEN DECORATIEVE COMPOSITIE
  • ART . NR . 73 . d , - FIG . 28 . - DECORATIEF LANDSCHAP
  • ART . NR . 73 . d , - FIG . 27 . - DECORATIEVE COMPOSITIE
  • ART . NR . 73 . c , - ZEEGEZICHTEN
  • ART . NR . 73 . c , - FIG . 23 - ZEEGEZICHT
  • ART . NR . 73 . c , - FIG . 21 EN 22 . - ZEEGEZICHTEN
  • ART . NR . 73 . b , - HET LANDSCHAP
  • ART . NR . 73 . b , - FIG . 19 EN 20 . - TWEE LANDSCHAPPEN VAN RENEFER .
  • ART . NR . 73 . b , - FIG . 17 EN 18 . - HET LANDSCHAP
  • ART . NR . 73 . a , - DE GEKLEDE FIGUUR
  • ART . NR . 73 . a , - FIG . 15 EN 16 . - DE GEKLEDE FIGUUR
  • ART . NR . 73 . - HET PORTRET
  • ART . NR . 73 . - FIG . 12 , 13 EN 14 - HET PORTRET
  • ART . NR . 72 . a , - BLOEMEN IN EEN LANDSCHAP
  • ART . NR . 72 . a , - FIG . 10 EN 11 . - BLOEMEN IN EEN LANDSCHAP
  • ART . NR . 72 . - BLOEMEN
  • ART . NR . 72 . - FIG . 7 , 8 EN 9 . - DE BLOEM
  • ART . NR . 71 . b , - DERDE VOORBEELD
  • ART . NR . 71 . b , - FIG . 6 . - DERDE VOORBEELD
  • ART . NR . 71 . a , - TWEEDE VOORBEELD
  • ART . NR 71 . a , - FIG . 4 . EN 5 . - HET STILLEVEN - TWEEDE VOORBEELD
  • ART . NR . 71 . - HET STILLEVEN
  • ART . NR . 71 . - FIG . 1 , 2 EN 3 . - HET STILLEVEN
  • ART . NR . 70 . b , - TECHNIEK VAN DE GOUACHEVERF
  • ART . NR . 70 . a , - HET MATERIAAL VOOR GOUACHE
  • ART . NR . 70 . a , - PLAAT I - HET MATERIAAL VOOR GOUACHE
  • SCHILDEREN EN DE SCHILDERTECHNIEKEN - DERDE DEEL - ART . NR .70 . - GOUACHE - PASTEL - KLEURENPOTLOOD
  • ART . NR . 69 . a , - LAATSTE RAADGEVINGEN
  • ART . NR . 69 . - HET DIER
  • ART . NR . 69 . - FIG . 41 .
  • ART . NR . 69 . - FIG . 40 . - DE EZEL DOOR PELAVO
  • ART . NR . 68 . d , - HET DECORATIEVE LANDSCHAP
  • ART . NR . 68 . d , - FIG . 37 EN 38 . - DECORATIEF LANDSCHAP
  • ART . NR . 68 . c , - DE FIGUUR IN HET LANDSCHAP
  • ART . NR . 68 . c , - FIG . 36 . - LANDSCHAP DOOR SHEDLIN .
  • ART . NR . 68 . c , - FIG . 35 . - BOSGEZICHT DOOR CHARLOT .
  • ART . NR . 68 . a , - FIG . 39 . - STADSGEZICHT DOOR ITHIER .
  • ART . NR . 68 . c , - FIG . 34 . - LANDSCHAP DOOR RENEFER
  • ART . NR . 68 . b , - TWEE ZEEGEZICHTEN
  • ART . NR . 68 . b , - FIG . 33. - BRANDING OP DE ROTSEN
  • ART . NR . 68 . b , - FIG . 32 . - STRANDGEZICHT
  • ART . NR . 68 . a , - FIG . 31 . - EEN MET DE KWAST GESCHILDERD LANDSCHAP
  • ART . NR . 68 . a , - EEN MET DE KWAST GESCHILDERD LANDSCHAP
  • ART . NR . 68 . a , - FIG . 30 . - TUINGEZICHT
  • ART . NR . 68 . - HET LANDSCHAP
  • ART . NR . 68 . - FIG . 26 , 27 , 28 EN 29 - LANDSCHAP
  • ART . NR . 67 . a , - FIG . 21 EN 22 - GEKLEDE FIGUUR
  • FIG . 25 . - NAAKT DOOR CALLEWAERT .
  • ART . NR . 67 . a , - FIG . 19 en 20 . - NAAKT - ONDERSCHILDERING EN VOLTOOIDE STUDIE .
  • ART . NR . 67 . a , - DE FIGUUR
  • ART . NR . 67 . - FIG . 24 . - PORTRET DOOR C . LE BRETON .
  • ART . NR . 67 . - FIG . 23 . - ZELFPORTRET VAN RENEFER .
  • ART . NR . 67 . - FIG . 16 , 17 EN 18 . - DE KOP EN HET PORTRET .
  • ART . NR . 67 . - DE KOP EN HET PORTRET .
  • ART . NR . 66 . - FIG . 15 . - EENVOUDIG BOEKETJE .
  • FIG . 14 . - DECORATIEF OPGEVAT BOEKET VAN RENEFER .
  • ART . NR . 66 . - FIG . 11 , 12 EN 13 . - BOEKET VAN ROZEN - IN DRIE STADIUMS
  • ART . NR . 66 . - DE BLOEM EN HET BOEKET.
  • ART . NR . 65 . a , - FIG . 10 . - STILLEVEN VAN RENEFER . - DE WERKTAFEL VAN DE KUNSTENAAR .
  • FIG . 9 . - STILLEVEN VAN SHEDLIN . - EXPRESSIONISTISCHE TENDENS .
  • ART . NR . 65 . a , - FIG . 6 . - STILLEVEN MET VRUCHTEN .
  • ART . NR . 65 . - FIG . 7 . - STERK VERGROOT ONDERDEEL VAN FIG . 5 .
  • ART . NR . 65 . a , - FIG . 8 . - STILLEVEN VAN BOSCO . - FLESSEN .
  • ART . NR . 65 . - FIG . 3 , 4 EN 5 . - STILLEVEN DOOR RENIFER
  • ART . NR . 65 . - FIG . 1 EN 2 . - ONDERDELEN VAN EEN STILLEVEN .
  • ART . NR . 65 . a , - ANDERE VOORBEELDEN
  • SCHILDEREN EN DE SCHILDERTECHNIEKEN - TWEEDE DEEL - ART . NR . 65 .
  • ART . NR . 64 . f , - VLAKTEN - LUCHT EN WOLKEN.
  • ART . NR . 64 . f , - PLAAT XVI . - EEN LANDSCHAP .
  • ART . NR . 64 . f , - PLAAT XV - EEN BEWOLKTE HEMEL .
  • ART . NR . 64 . f , - PLAAT XIV - EEN VLAKTE .
  • ART . NR . 64 . e , - ONDERDELEN VAN HET LANDSCHAP .
  • ART . NR . 64 . e , - PLAAT XIII - EEN BOOM
  • ART . NR . 64 . d , - ENKELE GEBRUIKSVOORWERPEN .
  • ART . NR . 64 . d , - PLAAT XII . - TWEE VOORWERPEN VAN AARDEWERK .
  • PLAAT XI . - EEN KOPEREN POT .
  • ART . NR . 64 . d , - PLAAT X . - SCHOTEL EN MAATBEKER VAN TIN .
  • ART . NR . 64 . d , - PLAAT IX . - EEN KRISTALLEN FLACON .
  • ART . NR . 64 . c , - GROENTEN
  • ART . NR . 64 . b , EN c , - PLAAT VIII - PERZIKEN - EN GROENTEN
  • ART . NR . 64 . b , - TWEEDE STUDIE
  • ART . NR . 64 . b , - PLAAT VII - ZIJDEN SJAAL - EN PEER
  • ART . NR . 64 . a , - DE EERSTE SCHILDEROEFENINGEN
  • ART . NR . 64 . a , - PLAAT VI - EEN LAP STOF
  • ART . NR . 64 . - OEFENINGEN IN DE PRAKTIJK
  • ART . NR . 63 . - PLAAT IV - HET MATERIAAL VOOR HET SCHILDEREN MET OLIEVERF
  • ART . NR . 63 . - PLAAT V - HET MATERIAAL VOOR HET SCHILDEREN MET OLIEVERF
  • ART . NR . 63 . - DE OLIEVERFTECHNIEK - HET MATERIAAL.
  • ART . NR . 62 . a , - VERVOLG - KLEUREN
  • ART . NR . 62 . - PLAAT III - KLEUREN
  • ART . NR . 62 . - PLAAT II - DE KLEUREN
  • ART . NR . 62. - PLAAT I - THEORIE VAN DE KLEUR
  • SCHILDEREN EN DE SCHILDERTECHNIEKEN - EERSTE DEEL - ART . NR . 62 .
  • BESLUIT VAN HET ONTWERPEN .
  • ART . NR . 61 . d , - FIG . 105 . - ONTWERP
  • ART . NR . 61 . d , - REPRODUCTIE EN DRUKTECHNIEKEN IN KLEUREN
  • ART . NR . 61 . d , - FIG . 101 , 102 EN 103 . - SCHEMATISCHE VOORSTELLING VAN KLEUREN
  • ART . NR . 61 . c , - FIG . 104 - HOE TE WERKEN
  • ART . NR . 61 . c , - FIG . 100 . - TEKENING IN LIJNEN EN SPATWERK VAN BECAN .
  • ART . NR . 61 . c , - HOE TE WERKEN
  • ART . NR . 61 . b , - FIG . 99 . - HET MATERIAAL VAN DE STEENTEKENAAR
  • FIG . 98 . - BOEKDRUK EN KOPERDIEPDRUK
  • ART . NR . 61 . b , - DRUKTECHNIEKEN
  • ART . NR . 61 . a , - FIG . 91 . - LOSSE DRUKLETTER
  • FIG . 92 . - VERGROTEN OF VERKLEINEN
  • FIG . 93 EN 94 .
  • ART . NR . 61 . a , - FIG . 95 , 96 EN 97 . - RASTERCLICHE'S
  • ART . NR . 61 . a , - REPRODUCTIE EN DRUKTECHNIEKEN
  • ART . NR . 61 . - FIG . 88 . - MODESCHOW
  • FIG . 89 . - ONTWERP - MODETIJDSCHRIFT
  • FIG . 90 . - HERENMODE .
  • ART . NR . 61 . - PLAAT VI - MODETEKENING
  • ART . NR . 61 . - DE MODETEKENING
  • ART . NR . 60 . a , - PLAAT IV - SCHETSEN VOOR EEN LAYOUT
  • FIG . 87 . - GEKOZEN SCHETS
  • ART . NR . 60 . a , - PLAAT V - UITVOERING VAN DE TEKENINGEN
  • ART . NR . 60 . a , - HET ONTWERPEN VAN EEN ADVERTENTIE
  • ART . NR . 60 . - FIG . 86 . - RECLAME - ONTWERPEN
  • ART . NR . 60 . - HET RECLAME ONTWERPEN
  • ART . NR . 60 . - PLAAT III - ( CASSANDRE EN DRODOVITCH ) .
  • ART . NR . 59 . e , - FIG . 85 - HET VOLTOOIDE ONTWERP - DOOR A. CREUZOT .
  • ART . NR . 59 . e , - FIG . 82 . - SCHETSEN VOOR EEN COMPOSITIE .
  • FIG . 83. - SCHETSEN VOOR DE COMPOSITIE .
  • ART . NR . 59 . e , - FIG . 84 . - UITGEZOCHT EN DAARNA UITGEWERKT .
    Blog als favoriet !
    Willekeurig SeniorenNet Blogs
    mijn_mooiste_kiekjes
    blog.seniorennet.be/mijn_mo
    Teken en schildercursus fritske3
    TEKEN EN SCHILDERTECHNIEKEN EERSTE DEEL VANAF 14/10/06
    09-11-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.AQUAREL - SCHILDEREN EN DE SCHILDERTECHNIEKEN - VIERDE DEEL - ART . NR .76 . - INLEIDING
    AQUAREL

    Schilderen  en  de 
                              Schildertechnieken

                             VIERDE  DEEL
            
    Art . Nr . 76 .
                                Inleiding

      Thans  krijgen  we  te  maken  met  een  werkwijze , die  geheel  verschillend  is  van  hetgeen  we  tot  dusver  bestudeerd  hebben .  Hij  is  zelfs  tegengesteld  aan  deze , waar  het  betreft  de  dekkende  eigenschappen , zoals  vooral  olie -  en  gouacheverf  die  bezitten .  Bij  deze  laatste  wordt  de  verf  in  meer  of  minder  dikke  en  ondoorschijnende  laagjes  aangebracht  op  de  ondergrond , waarvan , in  beginsel , niets  meer blijft  doorschijnen .  Bij  de  waterverf  daarentegen  -   we  vermelden  dit  reeds  -  moet  de  gebruikte  verf  een  bepaalde , meer  of  minder  sterke , doorschijnendheid  blijven  vertonen , zodat  de  witte  kleur  van  het  papier  op  de  een  of  andere  wijze  blijft  meespreken  bij  de  verf  ten  behoeve  van  zijn  glans  en  helderheid .  Het  is  het  in  stand  houden  van  deze  doorschijnendheid , die  de  aanstrekkelijkheid  en  frisheid  van  de  aquarel  uitmaakt  maar  er  tevens  de  moeilijkheid  van  vormt . 
      Bij  olie -  en  gouacheverf  ondergaan  de  kleuren  door  toevoeging  van  wit  in  kleinere  of  grotere  hoeveelheden  een  dienovereenkomstige  vermindering  van  hun  waarde .
      Bij  de  waterverf  bestaat  de  kleur  wit  als    zodanig  eigenlijk  niet .  Het  papier  vervangt  hem , maar  fungeert  slechts  als  reflector , zou  men  kunnen  zeggen , terwijl  water , het  hier  vereiste  verdunningsmiddel , naar  gelang  de  gebruikte  hoeveelheid , waardenverschillen  veroorzaakt :  naarmate  er  meer  water  zit  in  de  oplossing , die  het  penseel  tot  stand  bracht , is  de  waarde  van  een  bepaalde  kleur  zwakker .
      Als  gevolg  van  deze  fundamentele  verschillen  zal  men  gemakkelijk  inzien  dat  er  een  waarachtige  tegenstelling  bestaat  tussen  de  techniek  van  de  aquarel  en  die  van  de  dekkende  procedees .  Waar  bijvoorbeeld  bij  de  olieverf  het  over  elkaar  aanbrengen  van  verflagen  een  gewone  gang  van  zaken  is , is  het  bij  de  waterverf  noodzakelijk  dat  het  werkstuk  bij  voorkeur  in  één  enkele  zitting  voltooid  wordt  en  wel , als  het  enigszins  mogelijk  is  door , als  het  ware  met  één  slag , de  juiste  tonen  op  een  spontane  en  trefzekere  wijze  aan  te  brengen .  Je  zult  ook  gemakkelijk  begrijpen  dat  als  je , na  een  paarse  toon  aangebracht  te  hebben , zich  gaat  bedenken  en  hem  wilt  vervangen  door  een  gele , dat  je  dan  dit  paars , als  je  wilt , twintig  keer  achtereen  kunt  overschilderen  met  geel , maar  wat  zal  het  resultaat  zijn  ? 
      Je  zult  het  paars  gaan  vervuilen  en  een  grauw  zwarte  toon  verkrijgen 
    -  geel  en  paars  zijn  complementaire  kleuren
    -  maar  geel  zult  je  er  nimmer  mee  krijgen .
      In  ieder  geval  dient  men  geknoei  met  tinten  te  vermijden  en  er  zich  voor  te  hoeden  meerdere  malen  over  een  eens  geplaatste  toon  heen  te  schilderen , anders  krijgt  het  werk  een  moeizaam , overwerkt  en  ondoorschijnend  aspect , dat  een  tegenspraak  vormt  met  de  visuele  sensatie , die  de  aquarel  van  nature  dient  te  verwekken , indien  men  althans  de  aard  van  het  procedé  geen  geweld  wil  aandoen . 
      Men  zegt  vaak  dat  in  de  kunst  slechts  het  eindresultaat  er  op  aan  komt  en  zo  ziet  men  dan  ook  dat  knappe  schilders  tegenwoordig , op  een  weldoordachte  wijze  weliswaar , gebruik  maken  van  gouacheverf  in  hun  aquarellen  om  een  krachtiger  effect  te  kunnen  bereiken .  Maar  dan  blijven  het  ook  geen  echte  aquarellen  meer  en  wanneer  we  deze  techniek  willen  bestuderen , zullen  we  dit  eerst  in  zijn  " zuivere  " staat  doen , om  het  zo  eens  uit  te  drukken . 
      In  dit  verband  kunnen  we  opmerken  dat  aan  de  aquarel  wel  geweten  wordt  dat  hij  niet  de  kracht  van  een  olieverfschilderij  vermag  te  bezitten ;  zijn  aspect  zou  het  gewoonlijk  ontbreken  aan  energie , de  voorgronden  aan  stevigheid  enz .  Nu  kan  niet  ontkend  worden  dat  zijn  uitbeelding  minder  ver  doorgevoerd , minder  indringend  is  dan  bij  het  gebruik  van  olieverf .  Maar  het  resultaat  hangt  toch  grotendeels  af  van  de  geaardheid  en  het  kunnen  van  de  kunstenaar  zelf .  Onder  de  meesters  van  de  19e  eeuw ,  die  op  dit  gebied  naam  hadden , zou  men  bijvoorbeeld  aan  HARPIGNIES  niet  een  gebrek  aan  kracht  mogen  verwijten .  Zeer  zeker  wist  hij  deze  hoedanigheid  niet  tot  niet  tot  stand  te  brengen  door  vette  verflagen , maar veeleer  door  een  goede  toepassing  van  de  verschillende  waarden , die  de  tonen  te  zien  geven .  Hiermee  wil  ook  gezegd  zijn , hoezeer  de  studie  van  de  aquarel  voor  de aspirant - schilder  van  nut  kan  zijn  door  n.l.  te  dwingen  tot  een  zeer  nauwlettende observatie  van  toonwaarden . 
      De  kritiek , die  men  tot  de  waterverf  richt , is  dus  niet  geheel  gegrond , al  moet  men , van  de  andere  kant , geen  dingen  van  hem  verlangen , die  hij  nu  eenmaal  niet  geven  kan . 
      Vele  kunstenaars  hebben  de  aquarel  dan  ook  beschouwd  als  een  haastig  hulpmiddel , waardoor  men  een  tekening  op  snelle  wijze  van  wat  kleurvlekken  kan  voorzien , waarbij  de  tekening  zelf  altijd  hoofdzaak  bleef  en  de  kleur  toevoegsel  en  aanvulling .  Anderen  daarentegen , zij , die  zich  echte  waterschilders  noemen  en  technische  virtuositeit  bezitten , leggen  er  zich  op  toe  om  met  waterverf  echte  schilderijen  te  maken , waarin  het  getekende  element  geen  rol  meer  speelt , maar  alles  louter  door  de  kleur  wordt  uitgedrukt . 
      Concluderend  herhalen  we  eenvoudigweg  dat  men  een  aquarel  niet  te  ver  moet  willen  doorvoeren  en  niet  moet  trachten  uit  deze  werkwijze , die  van  nature  een  zekere  snelheid  en  doortastendheid  vereist , meer  te  halen  dan  er  in  zit ...
      De  Engelsen  zijn  de  eersten  geweest  die  gepoogd  hebben  de  techniek  van  de  waterverf , die  tot  nu  toe  eigenlijk  tot  niet  meer  geleid  had  dan  tot  het  onstaan  van  bleke  en  onbeduidende  verluchtingen , nieuw  leven  in  te  blazen .  Zij  zijn  daar  uitstekend  in  geslaagd .  Onder  hen  moet 
    R.P.  BONINGTON  genoemd  worden 
    ( 1802 - 1828 )  een  der  grootste , wiens  artistieke  vorming  overigens  geheel  frans  was .  Dank  zij  hem  en  de  vermaarde  Fransman   GERICAULT  -  die  de  gelegenheid  had  om  in  Londen  het  werk  van  de  Engelsen  te  bestuderen  -   nam  de  aquarel  een  vlucht , die  hij  tot  dusver  niet  gekend  had .  Sedertdien  hebben  de  meeste  grote  schilders  er  met  succes  mee  gewerkt . 
      Het  is  waar  dat  de  verplichting , die  hij  aan  de  kunstenaar  oplegt  om , indien  mogelijk , in  één  greep  de  frisheid  en  de  spontaniteit  te  bereiken , waartoe  hij  in  staat  stelt , de  aquarel  in  het  bijzonder , geschikt  te  maken  om  in  de  vrije  natuur  een  vluchtige  indruk  of  een  voorbijgaand  effect  vast  te  leggen , maar  daarbij  toch  ook  de  mogelijkheid  verschaft  tot  een  aandachtige  en  geduldige  studie  in  het  atelier , zonder  nochtans  het  werk  te  gaan   "verknoeien " .  Want , zoals  reeds  gezegd , de  aquarel  heeft  vooral  waarde  door  zijn  spontaniteit . 
      Om  kort  te  gaan , de  waterverf  verschaft  ons  een  geriefelijke  werkwijze  met  een  materiaal  dat  weinig  omvangrijk  en  licht  van  gewicht  is , waardoor  we  in  staat  gesteld  worden , dingen  te  maken , die  het  oog  strelen  door  hun  helderheid , frisheid  en  doorschijnendheid , hoedanigheden  die  -  we  herhalen  dit  nog  eens  -   de  niet  te  loochenen  bekoorlijkheid  van  de  aquarel  uitmaken . 

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 75 . a , - FIG . 41 . HET BLOEMENMEISJE - ( BONNETERRE ) .
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . 75 . a ,

    Fig . 41 . Geklede  figuur .

    Het  bloemenmeisje  ( Bonneterre ).

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FIG . 40 . - STILLEVEN ( RENEFER )
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Fig . 40 .

    Stilleven  ( Renefer ).

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 75 . a , - FIG . 39 . - HET KLEURPOTLOOD
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 75 . a ,
    Fig . 39 . Het  Kleurenpotlood
    Verschillend  gepunte  stiften .
    A )  op  papier  platgeslepen  punt  ( scherp puntje  voor  brede  lijnen  A' ) .
    B )  vierkant  geslepen  ( brede  kant  voor  vlakken :  B'  -  scherp  hoekje  voor  lijnen :  B'' ) .

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 75 . a , - TECHNIEK - KLEURENPOTLOOD
    Art . Nr . 75 . a , 

                                    Techniek 
                              ( kleurpotlood )

      De  techniek  van  het  kleurpotlood  is  bepaald  eenvoudig , want  hij  is  praktisch  gelijk  aan  die  van  het  gewone  tekenpotlood .  De  scherpe  punt  gebruikt  men  natuurlijk  voor  afzonderlijke  lijnen , in  het  bijzonder  bij  de  schetstekening  en  ook  voor  het  plaatsen  van  fijne  accentjes .  Bij  modeleringen  gaat  men  heen  en  weer  wrijvend  te  werk  met  min  of  meer  brede  arceringen  en  dan  maakt  men  gebruik  van  de  platte  kant  van  de  stift , die  men  dus  van  een  bepaalde  lengte  houdt , of  van  de  afgesleten , dus  enigszins  plat  geworden  punt  ( zie  fig . 39 , A ) ,  hetgeen  het  voordeel  heeft  over  een  scherp  kantje  te  blijven  beschikken , zonder  opnieuw  te  slijpen  of  van  potlood  te  veranderen .  In  deze  kleurentechniek  is  het  mogelijk  om  tonen  van  verschillende  kleur  over  elkaar  heen  te  plaatsen , waarmee  bedoeld  wordt  dat  men  over  een  reeds  geplaatste  toon  een  andere  heen  wrijft , waardoor  er  een  derde  onstaat  door  de  optische  vermenging  van  de  beide  eersten .
      Men  moet  hier  echter  goed  weten  te  onderscheiden  want , wanneer  bijvoorbeeld  bij  waterverf  een  karmijnrood  en  een  ultramarijnblauw  bij  menging , een  bepaald  paars  zullen  opleveren , zal  dat  bij  kleurpotloden  niet  op  dezelfde  wijze  in  zijn  werk  gaan .  Dan  n.l.  zal  het  paars  roder  of  blauwer  zijn , naar  gelang  je  begonnen  bent  met  het  rode  of  het  blauwe  potlood .  De  kwestie  is  dat  hier  geen  echte  vermenging  plaats  vindt , maar , zoals  we  reeds  zeiden , van  het  plaatsen  van  de  ene  kleur  over  de  andere  en  de  bovenliggende  kleur  zal  de  overhand  behouden  in  de  nieuw  onstane  toon .  Dit  moet  men  goed  voor  ogen  blijven  houden . 
      Anderzijds  moet  men  het  over  elkaar  heen  tekenen  niet  overdrijven , om  het  papier  niet  glad  te  polijsten .  Het  zou  dan  geen  kleur  meer  op  gaan  nemen  en  op  de  bewuste  plaatsen  een  glimmend  aspect  verkrijgen , die  een  onaangename  tegenstelling  vormt  met  de  andere , meer  matte  delen  van  de compositie . 
       Verschillende  toonwaarden  van  een  bepaalde  kleur  verkrijgt  men  natuurlijk  door  meer  of  minder  druk  op  het  potlood  uit  te  oefenen .
      Hoe  gaat  men  nu  te  werk , wanneer  men  uitsluitend  kleurpotloden  gebruikt  ?  Ziedaar  een  kwestie  van  persoonlijke  geaardheid , die  uitdrukking  zoekt  in  een  bepaalde  techniek .
      We  zouden  willen  aanraden  om  de  schetsopzet  uit  te  voeren  in  de  hoofdkleur  van  het  onderwerp .  Deze  wordt  dan  zo  ver  mogelijk  doorgevoerd  in  een  gamma  van  dezelfde  kleur , maar  met  een  licht  gebruik  van  het  potlood , dus  zonder  hard  te  drukken , zelfs  niet  in  de  donkerste  fragmenten , om  niet  de  mogelijkheid  te  bederven  van  het  juiste  effect  van  de  later  nog  aan  te  brengen  kleuren . 
      Op  deze  ondergrond , die  bedoeld  is  om  een  bepaalde  atmosfeer  te  scheppen , komen  dan  de  verschillende  kleuren  met  hun  waarden , die  het  werk  zijn  voltooiing  moeten  geven . 
      Om  de  gewenste  tonen  te  bereiken  kan  men , zoals  we  zagen , de  kleuren  over  elkaar  heen  zetten .  Maar  men  kan  ook  kleurstreepjes  van  verschillende  kleur  naast  elkaar  plaatsen , dus  niet  op  elkaar , een  wijze  van  doen , die  verwant  is  aan  de  tecniek  van  de  impressionistische  of  divisionistische  schilders .  Op  normale  afstand  van  de  ogen  gehouden , zullen  deze  streepjes  zich  met  elkaar  verenigen , waarbij  het  effect  een  zekere  straling  blijft  behouden .  Je  kunt  dit  overigens  beoordelen  op  het  voorbeeld , dat  we  van  deze  techniek  geven  ( fig . 41 ) .
      Om  kort  te  gaan , het  kleurpotlood  is  een  materiaal  dat  aan  het  temperament  van  een  kunstenaar  uitnemend  tegemoet  kan  komen .  Beurtelings  kan  het  immers  de  meest  solide  opbouw  tot  stand  brengen  en  de  krachtigste  accenten  en  ook  de  teerste  en  vloeiendste  overgangen  scheppen . 
      Volleigheidshalve  moeten  we  nog  vermelden  dat  er  kleurpotloden  bestaan , waarvan  de  stift  niet  een  wasbasis  heeft , zoals  die  waarover  we  in  het  voorgaande  spraken , maar  die  gebruikt  kunnen  worden  met  water  als  oplosmiddel .  Men  begint  deze  op  gewone  wijze , dus  droog , te  gebruiken , waarna  men  de  aangebrachte  kleuren  met  een  nat  penseel  verder  kan  bewerken .  Krachtige  schaduwen  kan  men  verkrijgen  door  over  het  nog  vochtige  papier  heen  te  tekenen .  Is  het  papier  geheel  gedroogd , dan  kunen  bepaalde  accenten  en  omtrekken  met  een  scherp  puntje  van  het  potlood  worden  toegevoegd . 
      Dit  procedé  heeft  natuurlijk  enige  verwantschap  met  de  aquarel .  Laat  ons  daarom  terugkeren  tot  de  gewone  potloden  en  je  twee  voorbeelden  presenteren  van  tekeningen  in  een  verschillende  techniek . 

                               Voorbeelden
                                     van
                   verschillende  technieken

      In  het  eerste  ( fig . 40 )  werd  de  schets  uitgevoerd  in  een  neutrale , bruine  toon  en  toen  verder  doorgevoerd  op  de  wijze  zoals  boven  werd  aangegeven .  De  arbeid  werd  toen  voortgezet  door  het  aanbrengen  van  de  grote  vlakken  in  hun  algemene  toon  en  daarna , fragment  voor  fragment , voltooid .  Daarbij  werden  strepen  en  arceringen  gebruikt , op  sommige  plaatsen  krachtig  en  op  andere  meer  samengesmolten , terwijl  de  tonen  als  zodanig  een  zekere  gelijkmatigheid  behielden . 
      In  het  tweede  ( fig . 41 )  werd  de  schets  eveneens  met  zorg  opgezet  in  een  nogal  warm  bruin .  De  grote  plans  werden  verkregen  door  lichte  wrijving  met  kleurige  tonen , maar  gelang  het  licht  en  de  schaduw  .  Maar  toen  werd  een  techniek  toegepast  met  levendige , naast  elkaar  geplaatste  streepjes  van  verschillende  kleur , die  op  een  afstand  gezien , samensmelten .  Er  is  hier  dus  sprake  van  een  soort  van  toonontbinding  op  het  papier ;  wanneer  ons  oog  een  normale  afstand  bewaart  van  het  papier , dan  verbinden  de  tonen  zich  weer , echter  niet , zonder  dat  er  zich  een  zeer  speciale  trilling  aan  het  oog  blijft voordoen . 


    08-11-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 75 . - HET KLEURPOTLOOD
    Art . Nr . 75 .

                            Het  Kleurpotlood

                              Het  materiaal

      Van  alle  hier  behandelde  technieken  is  het  kleurpotlood  zonder  twijfel  het  handigste  en  tevens  goedkoopste  materiaal . 
      Zeer  zeker  wordt  het  gewoonlijk  beschouwd  als  het  arme  broertje  van  het  pastel , net  goed  genoeg  om  een  beetje  kleur  te  geven  aan  een  tekening  met  zwart  potlood  en  men  ziet  het  dan  ook  meer  in  handen  van  scholieren  dan  van  kunstenaars .  En  toch  vinden  deze  in  dit  loutere  kleurpotlood  een  uitdrukkingssmiddel  voor  het  uitvoeren  van  complete  kunstwerken , waarbij  het  aan  de  meest  uitenlopende  opvattingen  tegemoet  kan  komen . 
      We  zeiden  dat  dit  het  handigste  materiaal  is .  Het  is  immers  veel  minder  omvangrijk  dan  olie - ,  zelfs  dan  gouache -  of  waterverf ; de  uitrusting , die  het  omvat , neemt  zeer  weinig  ruimte  in  en  is  zeer  gemakkelijk  verplaatsbaar .  Het  staat  ons  toe  om  buiten  te  werken  onder  iedere  weersomstandigheid ;  samen  met  hem  kan  de  tekening  snel  in  veiligheid  gebracht  worden  in  het  dichtgevouwen  karton , wanneer  het  zou  gaan  regenen . 
      Het  is  bovendien  goedkoop , want  het  behoudt  altijd  zijn  kleurgevende  eigenschappen  en  vrees  voor  uitdroging  kent  het  niet .  Natuurlijk  is  het  altijd  beter  om  een  ruime  sortering  potloden  van  goede  kwaliteit  tot  zijn  beschikking  te  hebben ;  de  prijs  behoeft  daarvoor  in  ieder  geval  geen  beletsel  te  zijn . 
      Er  bestaan  dozen  met  12 , 24 , 36  en  meer  kleuren .  Die  van  24  stuks  is  reeds  voldoende , want  zijn  kleurenassortiment  is  groot  genoeg  om  bevredigende  resultaten  te  bereiken , werkelijk  complete  kunstwerken , die  rijk  aan  expressie  zijn .  Wel  echter  dienen  uw  potloden  van  zeer  goede  kwaliteit  te  zijn . 
      Voor  het  papier  bevelen  we  het  fabrikant  Canson  aan , met  fijne  korrel ;  we  zeggen , let  wel , niet  glad , want  daarop  pakt  het  potlood  niet  goed .  Maar  papier  met  een  grof  oppervlak  dient  in  ieder  geval  vermeden  te  worden  omdat  de  kleurstift  bij  het  opwrijven  tussen  de  kleurvlekjes  witte  puntjes  zou  achterlaten , die  zeer  onaangenaam  aandoen  en  de  dichtheid  en  soliditeit  van  de  kleuren  ernstig  schaden .  Voor  schetsen  kan  niet  niet  te  glad  schrijfmachinepapier  zeer  geschikt  zijn , terwijl  men  ook  gebruik  maakt  van  licht  getinte  papiersoorten , grijs  of  beige , te  kiezen  naar  de  algemene  toon  van  een  bepaald  onderwerp , waarop  lichte  tonen  zeer  gunstig  uitkomen . 
      Het  papier  kan  worden  gemonteerd , op  een  tekenkarton , dat  normale  afmetingen  bezit , zoals  men  gebruikt  voor  de  gouache .  Maar  je  kunt  natuurlijk  ook  een  raamkarton  met  knijper  gebruiken , zoals  dat  beschreven  en  afgebeeld  werd  op  plaat  I  van  Art . 70 . a .
      Vergeet  in  ieder  geval  nooit  om  tussen  het  tekenpapier  en  het  karton  enkele  andere  velletjes  te  schuiven  als  een  soort  beschermend  matrasje , anders  zal  de  geringste  oneffenheid  in  het  karton  vlekjes  op  het  werk  doen  onstaan . 
      Het  is  voorts  raadzaam  om  geen  gebruik  te  maken  van  vlakgom ;  daarmee  wrijven  op  een  aangebrachte  kleur , veroorzaakt 
    " wolkjes "  van  die  kleur  en  in  ieder  geval  wordt  het  papier  dusdanig  aangepast  dat  het  de  kleurstift  niet  meer  opneemt  op  dezelfde  wijze , hetgeen  ook  weer  vlekken  met  zich  meebrengt , wanneer  men  n.l.  over  die  gegomde  plekken  heen  tekent :  de  regelmatigheid  van  de  papierkorrel  speelt  zijn  rol  bij  het  uiteindelijke  aspect  van  de  kleurtekening . 

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 74 . e , - HET PORTRET

    Art . Nr . 74 . e ,

                                Het  Portret

      We  danken  het  aan  de  bereidwilligheid  van  een  onze  beste  leerlingen , de  heer  Martineau , dat  we  zijn  zelfportret  hier  kunnen  afbeelden , dat  hij  tot  stand  bracht  volgens  de  werkwijze , die  we  herhaalde  malen  beschreven  naar  aanleiding  van  de  onderwerpen  die  we  bespraken .  We  volstaan  met  de  twee  laatste  stadia  van  zijn  werk  te  laten  zien , zonder  te  vergeten  dat  een  aanvankelijke  schetstekening , met  ernst  en  zelfcritiek  tot  stand  gekomen , een  gebiedende  noodzakelijkheid  blijft .   
      Fig . 37 ,  die  het  tweede  stadium  toont , suggereerd  voldoende  een  krachtig  geconstrueerde  schets , naar  de  gewoonte  van  deze  kunstenaar  om  niets  te  verwaarlozen  of  in  het  midden  te  laten .  Voor  het  overige  verwijzen  we  je  naar  het  hoofdstuk  over  het  portret  in  gouache .  Het  voorbeeld , dat  we  daarbij  gaven  heeft  ook  hier  zijn  geldigheid  voor  wat  betreft  de  ontwikkelingsgang ;  de  toegepaste  techniek  is  in  dit  verband  niet  de  hoofdzaak . 
      Als  je  de  afbeelding  van  het  tweede  stadium  goed  bekijkt , zult  je  opmerken  dat  het  werk  hier  al  vrij  ver  doorgevoerd  is ;  de  ondergrond  is  inderdaad  reeds  geheel  voorzien  van  locale  tonen  en  enkele  overgangswaarden .  Het  karakter  werd  er  in  uitgedrukt , zoals  dat  het  geval  was  met  de  schetstekening  en  het is  door  dit  solide  en  ernstige  begin  dat , we  herhalen  het , Martineau  in  het  verdere  verloop  van  zijn  werk  de  uitdrukking  en  het  karakter  heeft  weten  te  bewaren , hetgeen , zoals  je  wel  met  ons  eens  zult  zijn , van  kapitaal  belang  is , aangezien  een  gelijkend  portret  het  wezen  moet  uitdrukken , dat  gelegen  is  in  bepaalde  bijzonderheden  en  karaktertrekken , waaraan  ieder  gelaat  nu  eenmaal  zijn  persoonlijkheid  dankt . 
      Het  aanbrengen  van  de  ondertonen , breed  en  eenvoudig  gezien , is  grotendeels  het werk  geweest  van  de  vinger  die , door  een  licht  wrijvende  beweging , al  hier  en  daar  vloeiende  overgangen  te  voorschijn  wist  te  roepen  en  een  ondergrond  schiep  die  voor  dit  stadium  van  de  arbeid  van  voldoende  betekenis  was .  De  pastellist  heeft  er  inderdaad  belang  bij  om  het  papier  bij  de  eerste  bewerkingen  niet  te  overbelasten , teneinde  alle  mogelijkheden , die  het  zachte  pastel  hem  te  bieden , in  het  laatste  stadium  te  kunnen  benutten . 
      Bekijk  nu  eens  fig . 38 , dus  het  voltooide  portret .  Uit  deze  studie  springen  karakter  en  leven  als  het  ware  te  voorschijn .  De  tekening  blijft  duidelijk  bewaard , zonder  droog  of  hard  te  zijn , wel  echter  gedaan  met  het  gemak , dat  kenmerkend  is  voor  kunstenaars , die  hun  vak  verstaan , een  vak  dat  zij  met  ware  liefde  uitoefenen .  Let  eens  op  het  frisse  coloriet , dat  zo  goed  profiteerde  van  de  delicate  en  fluwelige  materie  van  het  pastelkrijt .  Enige  krachtig  aangebrachte  toetsen  geven  de  lichtaccenten , waardoor  het  clair-obscur  zijn  juiste  betekenis  kreeg .  We  hebben  hier  te  doen  met  een  werkstuk , dat  we  blij  zijn  aan  onze  leerlingen  te  kunnen  voortzetten  en  waarvan  zij -  daarvan  zijn  we  overtuigd  -  veel  voordeel  kunnen  trekken  voor  hun  eigen  studie .


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 74 . e , - FIG . 37 EN 38 - HET PORTRET
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 74 . e ,
    Fig . 37  en  38 .  Het  Portret
    Reeds  vrij  ver  doorgevoerde  ondertonen , aangebracht  op  een  dergelijke  geconstrueerde  schetstekening . 
    Voltooid  werkstuk .  Zelfportret  in  pastel , zowel  krachtig  als  fijngevoelig , door  onze  oud - leerling   Martineau .


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 74 . d , - HET LANDSCHAP
    Art . Nr . 74 . d ,

                               Het  Landschap

      Men  zou  geneigd  zijn  om  al  bij  voorbaat  te  denken  dat  het  gebruik  van  pastel  voor  een  lanschap , zo  niet  een  waagstuk , dan  toch  een  onderneming  is , waaraan  grote  materiele  moeilijkheden  verbonden  zijn .  We  hebben  hierbij  dan  op  het  oog  het  uitvoeren  van  een  landschap  naar  de  natuur .  Daar  is  wel  iets  van  waar  en  wel  als  gevolg  van  de  hinder , die  een  grote  doos  met  pastels  met  zich  mee  kan  brengen .  Het  is  n.l.  niet  altijd  mogelijk  om  deze  vlak  bij  de  hand  te  hebben  , als  gevolg  van  de  aard  van  het  terrein :  men  zou  een  klein  houten  vouwtafeltje  kunnen  kopen  of  laten  maken , dat  men  dan , met  een  vouwstoeltje , pastels , papier  enz.  met  zich  naar  buiten  zou  moeten  meenemen .  Een  uitstapje  naar  buiten  wordt  er  stellig  niet  gemakkelijker  op , maar  zoiets  moet  men  dan  moedig  onder  ogen  zien . 
      Het  spreekt  vanzelf  dat  het  gebruik  van  een  tafeltje  niet  onder  omstandigheden  noodzakelijk  is , want  het  is  denkbaar  dat  één  of  ander  element  in  de  natuur  ons  te    hulp  komt .  En  tenslotte  dient  men  toch  ook  de  kunst  te  verstaan  zich  te  behelpen . 
      Op  fig . 36  zien  we  een  landschap , waarvan  het  onderwerp  gebruikt  werd  als  decoratief  motief , dat  je  eerder  zag  en  wel  tijdens  de  studie  van  de  gouache ;  het  geeft  een  herfstemming  weer  tijdens  een  mooie  zonnige  dag .  Er  is  hier  een  gehele  toonschaal  van  kleuren , die  eigen  zijn  aan  het  jaargetijde , van  groenen , die  in  het  licht  nog  een  zekere  frisheid  bezitten , tot  aan  krachtige  en  warme  roden  en  daartussenin  stalende  gelen  van  bepaalde  boomsoorten , o.a.  populieren .  De  herfst  is  het  seizoen  van  de  ochtendnevels  die , ofschoon  later  verjaagd  door  de  zon , in  de  atmosfeer  blauwe  en  tere  paarse  tonen  achterlaten , die  op  gelukkige  wijze  constrasteren  met  de  gele  tonen  van  het  gebladerte .  
      Zoals  gewoonlijk  zijn  we  begonnen  met  een  contructieschets , die  je  in  fig . 35  ziet , die  ook  een  deel  van  de  ondertonen  bevat .  Deze  schets  is  ditmaal  uitgevoerd  met  het  Wolff  2 B  potlood .  Je  ziet  dat  deze  tekening  licht  en  eenvoudig  gehouden  is  en  niet  in  gecompliceerde  bijzonderheden  treedt .  De  tekening  zal  verder  doorgevoerd  worden  tijdens  het  laatste  stadium  van  de  arbeid . 
      De  ondertonen  werden  aangebracht  met  halfzachte  pastels , licht  dooreengewreven  met  de  vinger  en  natuurlijk  in  die  geest  van  vereenvoudiging , die  we  u  steeds  voor  ogen  hebben  gehouden .  Aldus  hebben  we  een  dunne  ondergrond  verkregen , waarop  de  voltooiing  zal  plaats  vinden .  Deze  zal , met  zachte  pastels , de  tekening  van  de  ondertonen  aanvullen , het  pastelkrijt  vetter  opbrengen , nuances  plaatsen  en  pittige  accenten , sommige  onderdelen  en  vormen  nader  aanduiden  en  preciseren  ( fig . 36 ) .  Denk  er  aan  dat  pastel  geschikt  is  voor  vlakke  tinten , maar  zich  ook 
    " schrijvenderwijze "  laat  gebruiken .  

    07-11-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 74 . d , - FIG . 35 EN 36 . - HET LANDSCHAP
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 74 . d ,

    Fig . 35  en  36 .  Het  Landschap
    Schetsopzet  en  begin  van  de  ondertonen .
    Voltooid  werkstuk .


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 74 . c , - BLOEMEN

    Art . Nr . 74 . c ,

                                   Bloemen 

      Hier  vinden  we  de  triomf  van  de  pastel  en  dat  ligt  ook  wel  voor  de  hand .  We  hebben  immers  tot  onze  beschikking  een  doos  met  alle  zuivere  kleuren , die  we  in  de  natuur  zien , in  het  bijzonder  bij  bloemen , met  de  gamma's  van  toonwaarden  dezer  kleuren .  Door  het  pastel  dus  hebben  we  alle  kans  om  bij  de  uitbeelding  van  een  boeket , bijvoorbeeld , veel  van  de  schittering , de  rijkdom  en  vooral  van  de  zuiverheid  van  de  nuances  te  verkrijgen , die  de  natuur  zelf  te  zien  geeft .    
      Nogmaals , pastels  worden  niet  aangescherpt ;  een  zakmes  hebben  we  dus  niet  meer  nodig .  De  platte  uiteinden  van  de  pijpjes  kunnen  we  gebruiken  bij  de  uitvoering  van  grote  vlakken , zoals  achtergronden  en  de  scherpe  kantjes  zullen  dienst  doen  bij  de  fijne  lijntjes ;  zij  zullen  a.h.w.  het  handschrift  gaan  uitdrukken . 
      We  hebben  voor  u  het  boeketje  goudbloemen  uitgevoerd , dat  je  op  fig . 34  ziet .  Het  onderwerp  is  vrij  eenvoudig , maar  vertoont  niettemin  enkele  problemen  bij  de  uitvoering , doordat  de  bloemen  dicht  opeen  zitten  en  bovendien  zeer  verwant  zijn  van  kleur , zodat  hun  vormen  verloren  dreigen  te  gaan  in  elkaar .  Het  is  door  een  juist  treffen  van  de  waarden , dat  we  dit  aangename  probleem  zullen  oplossen .  
      Steeds  getrouw  aan  onze  werkwijze , geven  we  aan  de  schetstekening  de  gebruikelijke  zorg , waardoor  overigen  de  moeilijkheden  van  de  volgende  étappes  enigszins  verminderd  kunnen  worden .  Wil  dit  nu  zeggen  dat  we  bij  het  tekenen  alle  afzonderlijke  blaadjes  van  iedere  bloem  moeten  weergeven  ?  Geenzins , wel  zullen  we  van  nabij  hun  silhouet  moeten  volgen  om  iedere  onzekerheid  bij  het  aanbrengen  van  de  ondertonen , waarvan 
    fig . 33   een  gedeelte  toont ,  te  vermijden .  Deze  ondertonen  zullen  de  achtergrond  bevatten , de  locale  tonen  van  iedere  bloem , de  diepste  schaduwen  en  de  kleur  van  het  glas , dit  alles , waar  nodig , zachtgewreven  met  de  vingertop . 
      Het  is  in  het  laatste  stadium  dat  we  de  zachte  pastels  nemen  voor  het  verkrijgen  van  een  vetter  laagje , om  de  kleuren  meer  kracht  te  geven  en  ook  om  op  pittige  wijze , schrijvend  zou  men  bijna  kunnen  zeggen , enkele  kleine  accentjes  en  golflijntjes  te  plaatsen , die  het  geheel  levendigheid  en  karakter  verlenen  ( fig . 34 ) . 

     


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 74 . c , - FIG . 33 EN 34 - BLOEMEN
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 74 . c ,
    Fig . 33  en  34 . -  Bloemen
    Schetsopzet  met  gedeeltelijk  de  ondertonen .
    Eindresultaat .  Boeketje  goudbloemen  ( Renefer )

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 74 . b , - VOORBEELDEN - STILLEVENS
    Art . Nr . 74 . b ,

                                Voorbeelden 

                                   Stilleven

      We  gaan  weer  te  werk  volgens  het  procedé  in  drie  stadie , dat  je  bekend  is :  schetstekening , ondertonen , doorgevoerde  afwerking  en  we  herhalen  : 
      1e .  Schetstekening :  uit  te  voeren  in  hard  houtskool , ontdaan  van  overbodige  lijnen  met  een  zacht  vlakgom , vervolgens  gefixeerd . 
      2e .  Ondertonen :  de  locale  tonen  in  licht  en  schaduw , eventueel  ook  enkele  overgangstonen , aanbrengen  met  halfzachte  pastel ; verzachten  met  de  vinger .
      Op  fig . 31  ziet  je  een  gedeelte  van  dit  tweede  stadium .  Aan  de  linkerzijde  is  het  papier  weliswaar  met  kleur  bedekt  maar , indien  het  te  bereiken  eindeffect  al  enigzins  zichtbaar  wordt , blijft  de  vorm  als  zodanig  toch  nog  vrij  vaag . 
      3e .  Doorgevoerde  afwerking  ( met  zachte  pastels ) :  men  zie  fig . 32 .  Gevoelige  en  subtiele  modulaties  van  kleurwaarden  werden  aangebracht  in  een  rijker  kleurenspel  volgens  de  techniek , die  in  het  vorige  hoofdstuk  beschreven  werd . 

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 74 . b , - FIG . 31 . - HET PASTEL - STILLEVEN - SCHETSOPZET
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 74 . b ,
    Fig . 31 .  -  Het  Pastel 
    Stilleven  -  Schetsopzet .  De  ondertonen  zijn  reeds  voor  een  gedeelte  aangebracht .

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 74 . b , - FIG . 32 . - HET PASTEL - STILLEVEN
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 74 . b ,

    Het  Pastel  -  Stilleven

    Voltooid  werkstuk .

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 74 . a , - TECHNIEK VAN HET PASTEL
    Art . Nr . 74 . a ,

                        Techniek  van  het  Pastel

                                      Inleiding

      Wanneer  men  het  karton  verticaal  op  de   ezel  plaatst  of  op  de  knieen  laat  steunen  ( hetgeen  wel  minder  comfortabel  is ) , kan  men  het  werk  aanvangen  met  de  schetsopzet  en  in  hard  houtskool .  Deze  constructieschets  wordt  van  al  zijn  overtolligheden  ontdaan  met  behulp  van  een  zacht  vlakgom ; er  zijn  er  zelfs  speciale  voor  in  de  handel , o.a.  van  Paillard  en  Conté . 
      Om  niet  snel  te  verdwijnen  moet   deze  tekening  gefixeerd  worden  en  ook  om  er  voor  te  zorgen  dat  de  houtskooldeeltjes  niet  de  pasteltoon  gaan  bevuilen .  Daarvoor  gebruikt  men  dan  fixatief  voor  houtskool  en  een  fixeerspuitje , maar  deze  fixatief  moet  men  nogal  spaarzaam  gebruiken  om  het  papier  niet  te  doorweken .  Het  beste  is , twee  dunne  laagjes  aan  te  brengen  en  de  eerste  eerst  goed  te  laten  drogen .  De  vloeistof  dient  als  een  zeer  fijne  nevel  op  het  papier  te  komen  en  tijdens  het  fixeren  moet  men  dus  niet  te  dicht  bij  het  papier  staan . 
      Het  werk  wordt  vervolgens  voortgezet  met  de  ondertonen ;  de  locale  tonen  in  licht  en  schaduw  worden  opgezet  met  halfzachte  pastels . 
      Men  bekommere  zich  daarbij  niet  te  veel  om  de  halftinten , maar  het  is  intussen  altijd  mogelijk  om  in  de   pasteldoos  pijpjes  met  gebroken  tonen , meer  of  minder sterk  gekleurde  grijzen  te  vinden , die  het  mogelijk  maken  nu  reeds  een  verbinding  tot  stand  te  brengen  tussen  licht -  en  schaduwtonen , die  we  herhalen  het , breed  opgezet  moeten  worden . 
      Indien  je  een  vergissing  maakt  en  ergens  een  laagje  pastel  wilt  verwijderen , dan  kan  dat  gebeuren  met  een  platte  en  harde  olieverfkwast , die  op  de  bewuste  plaats  heen  en  weer  gewreven  wordt ;  het  pastelpoeder  zal  daar  wegvallen  en  men  krijgt  de  ondergrond  praktisch  terug  schoon .
      Deze  ingreep  moet  zich  in  ieder  geval  afspelen  voordat  je  met  de  vinger  de  ondertoon , die  vooral  niet  te  dik  moet  zijn , een  weinig  dooreengewreven  hebt .  Dit  verdoezelen  met  de  vingertop , overigens  met  voorzichtigheid  uit  te  voeren , zal  er  toe  bijdragen  de  ondertoon  nog  iets  dunner  te  maken . 
      De  reden  dat  men  voor  de  ondertonen  halfzachte  pastels  gebruiken  moet  dat  men  het  papier  niet  moet  overbelasten ; halfzachte  pastels  laten  minder  kleurstof  achter  dan  zachte .  Deze  laatste  bewaart  men  voor  het  derde  stadium , de  afwerking . 
      Je  zult  nu  wel  reeds  begrepen  hebben  dat  men , met  pastel  werkend , de  tonen  naast  elkaar  moet  plaatsen  en  dat  het  mogelijk  is  om  met  de  vinger  een  zachter  effect  te  bereiken . 
      Pastels  worden  niet  geslepen ;  fijne  lijntjes  zet  men  met  de  scherpe  randjes  die  door  het  gebruik  vanzelf  op  de  pijpjes  onstaan .  Indien , tijdens  het  aanbrengen  van  de  ondertonen , bepaalde  nuttige  lijntjes  verdwenen  mochten  zijn , aarzel  dan  niet  om  deze  te  herstellen  met  behulp  van  zo'n  scherp  randje . 
      De  zachte  pastels  worden  ter  hand  genomen  voor  het  werk  aan  het  laatste  stadium , de  voltooiing .
      Zeer  zeker  zou  hier  geen  sprake  kunnen  zijn  van  vette  empatementen , zoals  bij  olieverf  en  gouache .  Nochtans  is  zachte  pastel  zeer  dekkend  en  kan  soms  in  een  zekere  dikte  op  het  papier  liggen .  Deze  dikte  is  echter  toch  nog  betrekkelijk  zwak .  Men  verkrijgt  hem  eerder  met  én  enkele  toets  en  men  kan  er  later  niet  meer  op  terug  komen  om  te  trachten  hem  dikker  te  maken , wanneer  deze  eenmaal  een  bepaalde  graad  bereikt  heeft .  De  volgende  toetsen  zouden  niet  meer  hechten  en  het  pastel  zou  in  poeder  van  het  papier  vallen . 
      In  dat  geval  evenwel  zou  men  overtollig  pastel  kunnen  wegkrabben  met  een  buigzaam  mesje ;  zelfs  kan  het  papier , dat  als  het  ware  vermoeid  is  geworden  door  de  kleur  met  een  stukje  fijn  schuurpapier  behandeld  worden  om  het  weer  een  zekere  ruwheid  te  hergeven , waarop  het  pastelpoeder  zich  goed  kan  vasthechten . 
      De  verscheidenheid  van  manieren  van  werken  met  pastel  is  zeer  groot  en  de  kunstenaar  zal  veel  gevoel  en  intuïtie  aan  de  dag  moeten  leggen  bij  het  moduleren  volgens  de  vormen  van  zijn  ontwerp , door  arceringen , kruisingen  van  arceringen , toetsen  vlekken  enz. , alles  volgens  zijn  persoonlijke  voorkeur .  Nochtans  moet  men  er  zich  voor  hoeden  zich  een  bepaalde  manier  eigen  te  maken  en  deze  altijd  en  overal  toe  te  passen , hetgeen  koudheid  en  eentonigheid  aan  een  werk  zou  geven . 
      Het  is , dat  herhalen  we  nog  eens , vooral  een  kwestie  van  het  naast  elkaar  plaatsen  van  de  tonen , die  de  grondslag  vormt  van  de  pasteltechniek , veeleer  dan  een  menging  van  de  kleuren , die  overigens  met  dit  procedé  lastig  tot  stand  te  brengen  zou  zijn .  Men  kan  verzachtingen  en  overgangen  tot  stand  brengen  door  de  arceringen  lichtjes  met  de  vingertop  te  bewerken  ( waardoor  de  kleurstof  intussen  ook  beter  op  het  papier  gehecht  wordt ) , maar , opdat  het  procédé  zijn  frisheid  behoudt , is  het  meer  aangewezen  weg  om  een  rijk  toongamma  te  gebruiken , dat  te  vollediger  zal  kunnen  zijn , naarmate  uw  sortering  groter  is  en  deze  tonen  zo  zuiver  en  onvermengd  mogelijk  te  gebruiken , zonder  nochtans  de  tonaliteiten  van  het  model  uit  het  oog  te  verliezen .  Derhalve :  geen  ingewikkeld , dooreengewreven  en  knoeierig  soort  van  werk .  Laten  we  er  nog  eens  aan  herinneren  dat  een  goede  pasteldoos  een  aanzienlijk  aantal  pure  en  gebroken  tonen  met  hun  waardeverminderingen  dient  te  bevatten , en  men  zal  begrijpen  dat  men  dan  zelden  zijn  toevucht  zal  behoeven  te  nemen  tot  mengsels . 
      Pastelkleuren  mogen  frisheid , levendigheid  en  het  fluwelige  hebben  van  de  vleugels  van  een  vlinder , zij  hebben  er  helaas  ook  de  vergankelijkheid  van .  Niet  in  die  zin  dat  zij  geen  vastheid  zouden  hebben  of  niet  tegen  de  tand  des  tijds  bestand  zouden  zijn , wel  verre  van  dat  !  De  heerlijke  scheppingen  van  kunstenaars  als  QUENTIN  de  LA  TOUR ,  BOUCHER ,  CHARDIN  en  ,  in  meer  recente  tijden  MANET  en  DEGAS  zijn  er  het  bewijs  van .  Maar  een  lichte  wrijving  over  het  oppervlak  kan  voldoende  zijn  om  er  de  " bloem "  van  te  doen  verdwijnen .  Zeer  zeker  kan  men  een  pastel  grotere  duurzaamheid  geven  door  hem  met  een  daarvoor  geeingende  vloeistof  te  fixeren . 
    Maar  zijn  fijn , fluweelachtig  dons  zal  dan  verloren  gaan  onder  de  bespuiting , hoe  voorzichtig  je  het  ook  toepast .  De  microcopische  poederdeeltjes  gaan  samensmelten  en  soms  veranderen  de  kleuren  zelf  ook  nog .  

    06-11-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 74 . - HET PASTEL - HET MATERIAAL

    Art . Nr . 74 .

                                Het  Pastel

                              Het  materiaal

      Pastel  bestaat  uit  fijngewreven  kleuren , gemengd  met  gomwater .  Men  verkrijgt  zo  een  substantie , die  in  de  vorm  van  pijpjes  verkocht  wordt  en  die  min  of  meer  zacht  en  breekbaar  is .  Deze  pijpjes  ( fig . 30 )  zijn  voorzien  van  papieren  wikkeltjes  waarop , behalve  de  naam  van  de  kleur  of  nuance , ook  een  nummer  vermeld  staat , hetgeen  praktisch  is  voor  het  opnieuw  rangschikken  in  de  doos .    
       Zij  bestaan  in  drie  soorten :  hard , halfzacht  en  zacht .  De  zachte  en  halfzachte  pastels  zijn  rond  in  doorsnede  en  het  meest  in  gebruik .  De  harde  zijn  geringer  in  omvang  en  gepunt  aan  één  van  de  uiteinden .  Er  zijn  echter  ook  dikke  soorten  in  de  handel , die  een  conisch  uiteinde  hebben  en  meer  speciaal  bedoeld  zijn  voor  achtergronden , dus  voor  het  kleuren  van  grote  oppervlakken .   
      Deze  pijpjes  geven  hun  kleur  af  aan  het  papier  door  een  wrijvende  beweging , hetgeen  dus  enige  overeenkomst  heeft  met  het  potlood .  Evenwel  is  zijn  techniek , waarop  we  nog  terug  zullen  komen , beslist  niet  zo  eenvoudig .    
       Met  dit  tere  materiaal  dient  men  uiterst  voorzichtig  om  te  gaan , want  de  pijpjes  kunnen  zeer  snel  breken  en  verkruimelen .  In  hun  dozen  rusten  zij  dan  ook  op  watten  als  waren  zij  kostbare  sieraden  ( fig .  30 ) .  
      Men  moet , vooral  in  het  begin , niet  bezuinigen  op  het  aantal  kleuren , want  aanvankelijk  is  het  moeilijk  de  juiste  toon  te  vinden , die  men  op  het  model  aantreft .  Later , wanneer  men  enige  bekwaamheid  heeft  verworven ,  zal  men  zo'n  toon  kunnen  bereiken  door  een  op  de  juiste  wijze  over  elkaar  heen  plaatsen  van  verschillende  kleuren .  Een  pastelkleur  -  en  dit  verklaart  het  steeds  groeiende  aantal  pijpjes  in  de  dozen  -  vindt  men  dus  niet  in  één  enkel  pijpje , maar  in  meerdere , soms  wel  vijf  of  zes , die  een  waardeverzwakking  van  dezelfde  kleur  te  zien  geven .  Zodoende  wordt  de  gewenste  toon  vaak  in  één  keer  bereikt  zonder  herhaalde  kleuren  en 
    " geknoei "  en  eveneens  het  telkens  opnieuw  onder  handen  nemen  van  de  kleur  vermeden , waardoor  de  frisheid , die  een  van  de  aantrekkelijkheden  van  deze  techniek  uitmaakt , aangetast  zou  worden  .    
     Gewoonlijk  gebruikt  men  speciale  papiersoorten , die  fluweelachtig  of  viltachtig  zijn  of  ook  wel  geprepareerd  linnen .  Wat  de  kleur  betreft , deze  moet  bij  voorkeur  niet  wit  zijn , maar  van  een  lichte , neutrale  toon , beige  of  zandkleur ; of  als  de  tonaliteit  van  het  werk  aan  de  donkere  kant  moet  zijn , grijs .   
      We  voegen  hieraan  evenwel  toe  dat  de  leerling  ook  normaal  tekenpapier  van  goede  kwaliteit  kan  gebruiken , liefst  okerkleurig .     Men  kan  het  papier  plakken  op  een  stuk  karton , dat  volkomen  vlak  is  om  geen  knobbels  te  doen  ontstaan .  Teneinde  wordt  het  aan  de  achterkant  met  een  brede , zachte  kwast  rijkelijk  met  kleefpasta  ingesmeerd .  Na  verloop  van  enkele  minuten  zal  de  lijm , door  zijn  vochtgehalte , het  papier  een  beetje  doorweekt  en  slap  gemaakt  hebben , waarop  dan  het  ogenblik  gekomen  is  om  het  op  zijn  karton  vast  te  plakken .  Allereerst  wordt  de  bovenrand  vastgehecht  en  vervolgens  naar  beneden  toe , terwijl  men , ofwel  met  een  schone  lap , ofwel  met  een  zachte , droge  borstel , de  lucht , die  zich  tussen  het  papier  en  het  karton  bevindt , verjaagt .  Dit  wegdrukken  van  de  luchtblaasjes  wordt  nog  eens  herhaald , van  het  midden  uitwerkend , waarbij  men  zich  niet  behoeft  te  bekommeren  om  de  eventuele  plooitjes , die  zich  in  het  papier  mochten  bevinden :  als  het  papier  de  lijm  goed  in  zich  heeft  opgenomen , verdwijnen  deze  wel  tijdens  het  drogen .  Als  het  karton  bij  droging  krom  mocht  gaan  staan , kan  dit  weer  plat  gedrukt  worden  door  middel  van  zware  boeken , waarbij  het  papier  dan  beschermd  wordt  door  een  schoon  vellentje .   Wees  aandachtig  dat , wanneer  uw  papier  op  zijn  plaats  gehouden  wordt  volgens  het  systeem , dat  op  plaat  I  ( Art . 70 . a , )  is  afgebeeld , je  allerlei  onaangenaamheden  zult  kunnen  vermijden .  Men  denkt  er  dan  wel  aan  om  tussen  het  pastelpapier  en  het  karton  een  of  twee  vellen  dik , glad  papier  te  schuiven , omdat  eventuele  onregelmatigheden  in  de  oppervlakte  van  het  karton  geen  hinderlijke  invloed  kunnen  hebben , hetgeen  vooral  bij  pastel  van  belang  is .


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 74 . - FIG . 30 . - PASTELDOOS MET ENKELE TONEN
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 74 .

    Fig . 30 .

    Pasteldoos  met  enkele  tonen

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 73 . e , - HET AFFICHE EN ANDERE VOORBEELDEN

    Art . Nr . 73 . e ,

                               Het  Affiche  en

                          Andere  Voorbeelden
                van  schilderijen  in  gouacheverf

      Schetsen  en  ontwerpen  voor  aanplak -  en  reclamebiljetten  worden  gewoonlijk  in  gouache  uitgevoerd .  De  tegelijk  matte  en  frisse  kleuren  komen  hier  evenzeer  te  pas  als  bij  decoratieve  composities .  Is  trouwens  het  affiche  zelf  niet  in  wezen  van  decoratieve  aard  ?  Aangezien  hij  in  het  algemeen  zeer  eenvoudig  gehouden  wordt , is  het  aantal  van  de  toegepaste  kleuren  daarom  nogal  beperk ;  nochtans  streeft  hij  er  naar , met  zijn  begrensde  middelen , om  met  " esprit " , goede  smaak  en  welsprekendheid  het  artikel  of  produkt , dat  hij  moet  aanprijzen , alle  recht  te  doen  wedervaren .  
     
      De  gouache  is  bij  uitstek  geschikt  voor  het  maken  van  composities  met  vlakke  kleuren , in  een  beperkt  gamma ;  het  is  om  die  reden  dat  hij  het  aangewezen  materiaal  is  voor  reclamewerk .  Dit  wordt  dan  eerst  in  schetsvorm  uitgevoerd  op  een  formaat , dat  kleinen  is  dan  dat  van  het  definitieve  project .
      Men  moet  natuurlijk  beginnen  met  het  vel  papier  vast  te  hechten  op  een  tekenplank .  De  reclameplaat  bevat  vaak  grote  vlakken  van  één  kleur , vooral  in  de  achtergronden  en  om  die  reden  moet  het  papier  eerst  licht  bevochtigd  worden .  Met  een  platte  en  brede  kwast  begint  men  de  verf  een  beetje  overal  over  het  papier  aan  te  brengen , vervolgens  in  horizontale , daarna  in  verticale  banen  gelijkmatig  uit  te  strijken .  Deze  bewerking  wordt  dan  in  beide  diagonale  richtingen  herhaald .  Dit  " kruisen  "  heeft  tot  doel  om  de  verf  een  volkomen  gelijkmatigheid  te  geven .  Vervolgens  wordt  hij  glad  gemaakt  ( dus  van  kwaststrepen  ontdaan )  door  de  kwast  licht  tikken  derwijze  over  het  papier  te  bewegen  in  verticale  richting .  Wie  ooit  een  huisschilder  een  deur  zag  verven , weet  wat  men  kruisen  en  glad  maken  gedoeld  wordt .   
      Is  deze  ondergrond  gedroogd , dan  worden  daar  overheen , ieder  met  zijn  eigen  vormen , de  verschillende  onderdelen  van  het  biljet  aangebracht .  Zo  is  het  ook  in  zijn  werk  gegaan  met  het  op  fig . 29  afgebeelde  aanplakbiljet .  Eerst  werd  de  hemel , de  achtergrond  dus , geschilderd  en  pas  daarna  het  gebouw ,  de  bomen , de  mensen  en  de  lichtstrepen  van  het  vuurwerk . 

                      Andere  Voorbeelden

              van  schilderijen  in  gouacheverf

      We  menen  er  goed  aan  te  doen  door  je  in  kennis  te  brengen  met  enkele  reproducties  van  gouaches , die  de  geest  en  de  bedoelingen  weerspiegelen  van  schilders  met  een  verschilende  persoonlijkheid  ( fig .  24 , 25 , en  26 ) .
      Reeds  eerder  haalden  we  de  beoemde  uitspraak  aan  van  BACON  :  Kunst  is  de  natuur  plus  de  mens .  Dit  zien  we  hier  weer  eens  geïllustreerd . 
      Het  is  dus  niet  zozeer  om  de  uitvoering  die , noodzakelijkerwijze , onderworpen  werd  aan  de  hierboven  uiteengezette  beginselen , dan  wel  om  de  geest  van  deze  drie  schilderijen , dat  we  u  met  aandrang  aanraden  om  te  pogen  jezelf  te  " vinden " , door  er  n.l.  in  te  slagen  uw  eigen  persoonlijkheid  tot  uitdrukkind  te  brengen .  Weet  echter  wel , dat  deze  zich  niet  als  door  een  wonder  zal  vrijmaken , maar  dat  dit  slechts  stap  voor  stap  zal  kunnen  geschieden , dank  zij  een  vastberaden  en  volhardende  arbeid  waarbij  men  blijft  doorzetten , ondanks  de  mislukkingen  en  tegenslagen , die  de  studie  in  de  aanvang  met  zich  meebrengt . 
      We  zouden  hieraan  een  opmerking  van  geheel  andere  aard  willen  toevoegen  en  wel  dat  het  een  grote  fout  zou  zijn  om  je  tot  een  bepaald  soort  van  werk  te  willen  beperken .  Je  dient  ook  praktische  kennis  te  nemen  van  alle  andere  werkwijzen .  Je  kunt  daardoor  bepaalde , tot  dusver  verborgen  gebleven , hoedanigheden  in  jezelf  ontdekken  en  iedere  ervaring , die  je  op  het  ene  terrein  opdoet , kan  van  pas  komen  bij  werk  van  een  ander  soort . 


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 73 . e , - FIG . 26 , - ANDERE VOORBEELDEN
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 73 . e ,

    Fig . 26 .

    We  bieden  je  hier  drie  gouaches  van  de  hand  van  kunstenaars  van  verschilende  geaardheid . Fig . 25  en  26  zijn  beiden  werkelijkheidsschilders  en  tonen  een  zeker 
    " clascisme " in  de  uitbeelding  van  de  natuur .  Niettemin  is  de  vertolking  van  Roger  WORMS   (fig. 26 )  Karakteristieker  en  zijn  factuur  misschien  wat  " driftiger " dan  van  Duclos  (fig. 25 ) .



    >

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!