ART . NR . 66 . - FIG . 11 , 12 EN 13 . - BOEKET VAN ROZEN - IN DRIE STADIUMS
Art . Nr . 66 .
Fig . 11 , 12 en 13 .
Boeket van rozen . 1e stadium - schetsopzet . 2e stadium - De onderschildering . 3e stadium - Eindresultaat . Schilderij van Renefer .
ART . NR . 66 . - DE BLOEM EN HET BOEKET.
Art . Nr . 66 .
De Bloem en het Boeket
Bloemen en boeketten vormen studieobjecten , die in de meeste gevallen veel glans en schittering met zich meebrengen . Men begrijpt dus al dadelijk dat men hier de rijkste kleuren van het palet dient te gebruiken en mengingen , die deze rijkdom kunnen aantasten , vermeden moeten worden . Het inzicht , dat men verworven heeft door de studie van het hoofdstuk " De theorie van de kleur " , zal hier zeer goed van pas komen en zal de beginner de weg kunnen wijzen bij de keuze van bloemen , die in aanmerking komen om geschilderd te worden op grond van hun coloriet , dat op geslaagde wijze gebundeld kan worden in een boeket . Dit boeket kan een karakter vertonen naar gelang de kunstenaar zich meer speciaal interesseert voor de vorm of voor het lijnenspel , of dat hij meer waarde hecht aan fantasie of aan kleur . In het eerste geval is de tekening van groot belang en kan , onder omstandigheden , gericht zijn op een meer of minder uitgesproken stilering . In het tweede geval is het de kleurvlek , die de boventoon voert .
Een bloem bezit een zodanige glans , dat hij vaak lichtgevend schijnt te zijn . De lichtstralen van het spectrum , die hij zelf niet opneemt , zendt hij aan onze ogen terug met een opmerkelijke kracht en zuiverheid . Als slechts de tegenstellingen van kleurwaarden in een schilderij hun rol vervullen , kan dit de illusie van lichtwerking geven , zonder dat men zijn toevlucht behoeft te nemen tot bepaalde anilinekleuren , die stellig zeer fraai zijn , maar tevens in het geheel niet kleurecht . Als men echter " met alle geweld " een dergelijke kleur gebruiken wil om een bepaalde toon te verkrijgen , dient hij op het doek vooraf te worden gegaan door een kleur of kleurmengsel , dat hem in toon zeer dicht nabij komt . Is deze gedroogd , dan kan men de niet - kleurechte toon als glacis er overheen aanbrengen . Op deze wijze toegepast , zal de bewuste toon niet geheel verdwijnen in de toekomst en zal de harmonie van het schilderij bewaard blijven . Door zijn zeer gevarieerd karakter kan de bloem een plaats vinden in composities van onderwerpen met uiteenlopend sentiment : vrouwelijkheid , teerheid , goedhartigheid , uitbundigheid , enz... en het boeket verleent hierbij goed diensten door zijn samenstelling , zijn kleur , stijl en de omgeving , waarin het is opgesteld .
Een boeket rozen
We gaan een boeketje rozen schilderen , zoals afgebeeld op fig . 13 . Het is van tere en bescheiden aard en de elementen , die het begeleiden , kenmerken het interieur van een woning . We hebben dit boeket opgesteld op de midden - as , die het vlak in tweeën deelt . Je zult echter opmerken dat de linkse buitenlijn van de schilderijlijst wel gelegen is op een as die links van de midden - as is gelegen en daardoor de symmetrie tegengaat . De achtergrond wordt zodoende verdeeld in verschillende horizontale en verticale vlakken die het vlak levendigheid verlenen zonder het boeket zelf te oversemmen . Zoals de voorafgaande stillevens , is dit boeket zelf eerst " gecomponeerd " met de bloemen in de hand , die daarna in een vaasje geplaatst zijn op een tafel en tegen de gewenste achtergrond . Ook hier gaan we het gebruikelijke procedé volgen met opeenvolgende stadia : goede werkwijze en zelfkritiek brengen kennis en vakkunde voort . Zie er niet tegen op om de constructietekening met de grootste zorg uit te voeren ( fig . 11 , 1e stadium ) , en geef je rustig de tijd om hem duidelijk en correct te maken . In dit verband zouden we geneigd zijn nog verder te gaan en je zou beter beslagen ten ijs komen , wanneer je eerst enige voorbereidende studies maakt bij onderwerpen van deze aard ; wel te verstaan met een ander materiaal , dan waarmee je uw schilderijtje wilt uitvoeren . Deze studies , met krijt of met de pen , zouden je in staat stellen om de aard van uw onderwerp , zijn stijl , zijn golvingen en bewegingen , die eigen zijn aan de diverse onderdelen , goed op u te laten inwerken . Bij het schilderen kunnen uw toetsen dan vrijer zijn en je zult de betekenis van de vormen bijna automatisch aanvoelen . Is de schetopzet klaar , dan gaan we de onderschildering aanbrengen met de platte kwast en in dunne verf , er zorg voor dragend dat de oorspronkelijke tekening bewaard blijft . We hebben die immers nodig om lichten en schaduwen , waarvan het spel vrij ingewikkeld is , op hun juiste plaatsen aan te brengen . We hebben er ook belang bij om te beginnen met de achtergrond en de tafel , om de beschikking te hebben over bepaalde toonwaarden , waartegen we die van de bloemen en bladeren kunnen afwegen en tevens omdat we , laten we dit niet vergeten , steeds vet op mager dienen te werken : de kleuren van de bloemen zullen , uiteraard , dikker in de verf komen te zitten dan de achtergrond . Deze laatste het eerst aan te brengen is , hoe dan ook , noodzakelijk , want het zou zeer gewaagd zijn , om de verschillende tonen van de bloemen , vooral de tere , op een witte achtergrond te willen aanbrengen . Men zou hen n.l. bijna zeker te licht maken . Wees voorzichtig bij het mengen van de kleuren , gebruik daarbij niet te veel , anders zullen zij hun frisheid verliezen . Nu is de ondergrond geheel met verf bedekt ( fig . 12 , 2e stadium ) . Hij vertoont de locale tonen volgens hun kleur - en toonverhoudingen . Men diene echter te bedenken dat de schaduwtonen min of meer gewijzigd kunnen worden door de complementairen van de kleuren , waaruit zij zijn samengesteld . Herlees , in dit verband , " De theorie van de kleur " in het vorige lesdeel . Het werk wordt nu verder doorgevoerd om tot de voltooide staat te geraken ( fig . 13 ) . Weer beginnen we met de achtergrond , waarop we nu met wat dikkere verf gaan werken en waarbij de verschillende onderdelen nader gepreciseerd en aangevuld worden : de kast , de lijst en het landschapfragment dat hij laat zien , waarbij de twee laatste onderdelen bescheiden en teruggehouden moeten worden . Vervolgens nemen we de modulaties van de toonwaarden onder handen , in de schaduw worden accenten geplaatst en de lichten worden vet opgezet . Wat we thans doen is echt " schilderen " en we doen dat in de richting van de vormen . Let op de spiraalvormige beweging in de grootste roos ; in eenzelfde draaiende beweging moeten we de verf aanbrengen . Het spreekt vanzelf dat platte en ronde kwasten van verschillende dikte hierbij gebruikt zullen worden . De allerlaatste arbeid kan het beste met een das - of marterharen kwast worden uitgevoerd , die de uiteindelijke verfijningen helpen tot stand brengen , die men kan waarnemen op fig . 13 .
Andere voorbeelden
We besluiten dit hoofdstuk met enkele opmerkingen naar aanleiding van twee andere schilderijen , waarvan we slechts het voltooide stadium afbeelden , zonder na te laten je er aan te herinneren , dat zij ook in drie opeenvolgende étappes werden geschilderd . Het boeket op fig . 14 vormt het voornaamste onderdeel van een compositie van uitgesproken decoratief karakter , met zijn fantasierijke arabesken en zijn achtergrond van wandtapijt . Het verschil met het voorgaande is groot ; hij is wat rustiger , zou men kunnen zeggen en het boeket is wat gewoner , zoals men dit veel in de huiskamer aantreft . Een nog eenvoudiger ruikertje ziet je op fig . 15 . , zo simpel dat hij het eigenlijk alleen van zijn kleur moet hebben . Maar deze eenvoud zou je er toch niet toe mogen verleiden om te menen dat de tekening niet goed bestudeerd zou moeten worden : zonder deze voorzorg zou het eindresultaat van uw bloemenstudie je wel eens heel erg kunnen teleurstellen .
22-10-2006
ART . NR . 65 . a , - FIG . 10 . - STILLEVEN VAN RENEFER . - DE WERKTAFEL VAN DE KUNSTENAAR .
Art . Nr . 65 . a ,
Fig . 10 .
Stilleven van RENEFER : De werktafel van de kunstenaar . Bekijk dit schilderij van neo - klassieke geest met aandacht . Welk een verschil met de beide voorgaande werken . De weergave is van een natuurgetrouwde objectiviteit voor wat betreft de uitbeelding van de onderdelen , waarvan de vorm door een correcte tekening geëerbiedigd wordt . De vertolking van de kunstenaar , die dicht bij de realiteit blijft , doet niets te kort aan de bekoring van dit schilderij . Integendeel , de opzettelijke eenvoud van zijn opzet , zijn originele vlakverdeling , de glans van de kleuren die elkaar op harmonieuze wijze versterken , de sfeer van intimiteit die het ademt , maken het hoogst genietbaar .
Ook hier heeft de kunstenaar zich los gemaakt van een letterlijke waarneming ten behoeve van een interpretatie met golvende lijnen , die eigen zijn aan de vormen in de natuur ; kleur - en toonharmonieën van zeer persoonlijke geest en smaak . Doek met een " expressionistische " tendens .
ART . NR . 65 . a , - FIG . 6 . - STILLEVEN MET VRUCHTEN .
Art . Nr . 65 . a ,
Fig . 6 .
Stilleven Met Vruchten .
ART . NR . 65 . - FIG . 7 . - STERK VERGROOT ONDERDEEL VAN FIG . 5 .
Art . Nr . 65 .
Fig . 7 .
Sterk vergroot onderdeel van fig . 5 .
21-10-2006
ART . NR . 65 . a , - FIG . 8 . - STILLEVEN VAN BOSCO . - FLESSEN .
Art . Nr . 65 . a ,
Fig . 8 .
Stilleven van BOSCO : Flessen .
Een " vertolking " neemt de plaats in van een objectieve weergave - ver doorgevoerde vereenvoudiging van de vormen - het spel van de kleuren toont een harmonie van blauwe en paarsen met flitsen van warme en felle kleuren , die de lichtplekken van het motief suggereren .
ART . NR . 65 . - FIG . 3 , 4 EN 5 . - STILLEVEN DOOR RENIFER
Art . Nr . 65 .
Fig . 3 , 4 , en 5 .
Uiteindelijk gekozen opstelling ( 1e stadium ) . Fig . 4 . Onderschildering ( 2e stadium ) . Fig . 5 . Het voltooide schilderij ( 3e stadium ) .
ART . NR . 65 . - FIG . 1 EN 2 . - ONDERDELEN VAN EEN STILLEVEN .
Art . Nr . 65 .
Fig . 1 en 2 .
Onderdelen van een Stilleven .
Serie pogingen om tot een compositie te geraken met dezelfde onderdelen .
ART . NR . 65 . a , - ANDERE VOORBEELDEN
Art . Nr . 65 . a ,
Andere Voorbeelden
Op fig . 6 is een stilleven van vruchten afgebeeld , waarvan we het niet nodig geacht hebben de vooafgaande stadia te tonen . In het de voorafgaande stadia te tonen . In het voorgaande lesdeel hebben we de manier van weergeven van een peer en een perzik bestudeerd , maar , zoals we reeds zeiden , betrof dat afzonderlijke studietjes . In dit geval hebben we het voornemen om een compleet onderwerp uit te beelden , een geheel , zonder nochtans een compositie " in optima forma " te willen realiseren . In feite blijven we hier van een volstrekt natuurlijke objectiviteit en de enige oorspronkelijkheid bestaat dan ook uit de plaatsing van de schaal met vruchten op de vierkante vloertegels . Natuurlijk hebben we ons weer allereerst gewijd aan de constuctie van het onderwerp in zijn vogelperspectief , die de vruchten zo voordelig doet uitkomen in hun schittering en kleurengamma .
Nadat de opzet is uitgevoerd , hebben we de onderschildering gemaakt in de locale tonen , eenvoudig gezien en zonder in te gaan op het blauwachtig fluweel van de perziken ( dit blijft bewaard voor het laatste stadium ) en op de nuances in de tinnen schaal die ook pas later aan de beurt zullen komen .
We willen naar aanleiding van dit voorbeeld nog wel opmerken dat het vaak zeer gunstig is om aanvankelijk met opzet overdreven krachtige tonen aan te brengen tijdens de onderschildering . Men krijgt dan een forse ondergrond , die sterk van kleur is en tijden het latere werk geleidelijk wordt teruggebracht tot de gewenste tonen .
In ieder geval dient de onderschildering bij dit voorbeeld reeds zeer welsprekend te zijn , als de toonwaarden goed getroffen zijn : een warm licht , rijk en tintelend , zal van deze schaal moeten uitstralen , een lichtstraling , die de schilder nog zal versterken tijden het derde stadium .
Dit laatste zal gekenmerkt worden door het aanbrengen van smeurige verflagen , waarbij men vermijden moet om te talrijke mengingen te maken , wanneer men één of andere toon zoekt , teneinde de verf niet een verzadigd , zwaar en goor aspect te geven , dat iedere frisheid ontbeert . Door een grote hoeveelheid kleuren in een mengsel wordt de kleur gedood . Overigens kan men met een sober palet een grote kleurigheid realiseren . Dit geldt voor alle soorten van onderwerpen , maar in ons geval zijn sommige kleuren dermate helder , dat we in zuivere staat op ons palet kunnen vinden .
Fig . 10 toont je een derde stilleven ( in voltooide staat ) , dat ook gekenmerkt wordt door warme en levendige tonen , je ziet hier weer eens hoe men een belangwekkend en aantrekkelijk geheel kan maken van voorwerpen , die in wezen heel simpel , ja , bijna banaal , zijn . Bestudeer dit schilderij goed en schenk daarbij aandacht aan de origenele compositie , de tegenstellingen , de betekenis die de rode en warme tonen krijgen door het donkergroen van het neerhangend gordijn , de mooie verfbehandeling en zijn geslaagde harmonie .
Op de fig . 8 , 9 , en 10 , heeft je de gelegenheid , om aan de hand van illustraties , enkele zeer verschillende opvattingen van het stilleven met elkaar te vergelijken . Voor sommige kunstenaars is het stilleven weinig meer dan een aanleiding om een aantal kleurvlekken naast elkaar te plaatsen . Die moeten het hem dan " doen " en de geziene werkelijkheid wordt slechts gebruikt om een " starschot " te geven aan het scheppende brein , dat de werkelijkheid loslaat naar gelang de gevoelsstemmingen van de kunstenaar , zijn invallen en zelfs zijn weloverwogen berekening , die tot doel heeft aan een oorspronkelijke sensatie of opvatting uitdrukking te geven .
Men bedenke wel dat een ieder , naar eigen believen , de persoonlijke visie die de kunstenaar hem voorzet , kan interpreteren en dat is misschien wel de reden dat dit soort van kunstwerken - daargelaten hun zuiver picturale hoedanigheden , zoals toonverhoudingen en verfbehandeling - charme of minstens een zekere belangwekkendheid kunnen bezitten . De sensatie , die de beschouwer ondergaat voor een of ander doek , kan identiek zijn aan digene , die de kunstenaar zelf ondervind . Maar het aanschouwen van zo'n schilderij kan ook alweer slechts een uitgangspunt zijn voor diegene , die het bekijkt en deze aanschouwing kan wel eens geheel verschillende gedachten opwekken , een geheel ander denkproces , ja zelfs " droom " , in beweging zetten ; zijn verbeeldingskracht zal er door geprikkeld worden en zal hem op andere wegen kunnen voeren dan die de kunstenaar zelf gevold heeft .
Maar bedenk ook dat de artiest , door zeer dicht bij de natuur te blijven , ontroeren en bekoren kan , zonder ingewikkelde gezochtheden , door een eenvoudige taal te blijven spreken , die ieder mens met gevoel zal kunnen verstaan . Op deze voorwaarde echter - want er is een voorwaarde - dat hij zijn vak beheerst en dat hij zelf ook gevoelig is voor de bekoring van de dingen om hem heen , zo "gewoon " als deze ook vaak zijn , maar die hij met goede smaak bijeen weet te zetten naar gelang hun vormen , zoals hun kleuren . Het bewijs daarvan vindt je in het schilderij van de schilder RENEFER , dat zo " smakelijk " is om te zien en tevens de juiste sfeer vermag op te roepen .
SCHILDEREN EN DE SCHILDERTECHNIEKEN - TWEEDE DEEL - ART . NR . 65 .
Schilderen en de Schildertechnieken
Tweede Deel
Art . Nr . 65 .
Het Stilleven Voorwoord
In het eerste deel van deze cursus hebben we de techniek bestudeerd van het schilderen van een aantal voorwerpen of afzonderlijke elementen , die niet in eigenlijke zin " compositie " vormden . Het ligt voor de hand , dat in de aanvang eenvoudige oefeningen noodzakelijk voor u zijn , bestemd om je vertouwd te maken met het materiaal en tevens geschikt om een eerste contact te leggen met modellen van uiteenlopende aard , een contact dat , naar we verwachten , voldoende uitgebreid en ernstig opgevat was , om thans met succes op de ingeslagen weg verder te gaan .
We gaan ons dan nu bezighouden met de weergave van omderwerpen , die in de volle zin van het woord stillevens zijn en vervolgens met bloemstukken , portretkoppen , menselijke figuren , landschappen en dieren . Dat we beginnen met een stilleven , wil niet zeggen dat de studie daarvan minder inspanning en toegewijde aandacht zou vereisen dan bijv. een landschap ; laat men zich daarin vooral niet vergissen ! Maar in het eerste geval wordt de arbeid thuis in het comfortabele omgeving tot stand gebracht , naar onbewegelijke voorwerpen , onder een weinig veranderlijke belichting . De beginner , die uiteraard minder snel werkt dan een geroutineerd kunstenaar , kan onder die omstandigheden op zijn gemak en met zorg werken , doordat hij in staat is het geziene lange tijd waar te nemen , zonder zich te haasten en angst te hoeven hebben voor veranderingen in het licht , die zo vaak zeer snel de motieven van een landschapschilder andere aspecten kunnen verlenen .
Inleiding
Een stilleven bestaat , zoals men weet , uit levenloze voorwerpen , zoals vruchten , groenten , boeken , gebruiksvoorwerpen , sieraden , kleren enz . Niettemin kan men er ook wel eens een levend en beweeglijk element in brengen , hetgeen meestal een dier zal zijn . De Vlaming SNIJDERS en de Fransman CHARDIN behoren tot de schilders , die zich deze vrijheid zo nu en dan veroorloofd hebben . Het is begrijpelijk dat met het oog op een zekere " eenheid " , die men zijn compositie gaarne geven wil , men de diverse onderdelen van een stilleven uit dezelfde soort of " familie " zoekt , of uit categorieën die vanwege hun gebruik of doel aan elkaar verwant zijn . Laten we eens enkele voorbeelden geven : vruchten en groenten - een vis , een citroen en wat peteselie - boeken , papier en schrijfgereedschap - een bontmantel , handschoenen , een sjaal , een handtasje en zo zou men natuurlijk kunnen doorgaan . Dergelijke stilevens roepen , ieder voor zich , een bepaalde sfeer op , die om in de volgorde van bovengenoemde voorbeelden te blijven , de keuken , de studeerkamer of het boudoir zal zijn . In dit opzicht kan een stilleven dus veel betekenend zijn , een bepaald denkbeeld uitdrukken of een bepaalde sfeer in gedachten brengen . Maar , waar enerzijds bepaalde fantasieën in dit verband ( mits van gezonde smaak ) stellig geoorloofd zijn , moet men het anderzijds niet willen zoeken in een oorspronkelijkheid van twijfelachtig gehalte door voorwerpen van sterk uiteenlopend karakter bijeen te willen zetten , zoals een biefstuk met een flesje parfum , om een sterk voorbeeld te geven .
De Uitvoering Van Het Stilleven
Thans gaan we over tot het schilderen van een stilleven uit de keukensfeer . We hebben daarvoor gekozen : twee vissen , wat groenten , een fles slaolie , een aarden kruik en een vaatdoek , dit alles losjes neergezet op een tafel , zoals fig . 1 . ons laat zien .
Allereerst dienen we al deze elementen te groeperen op zodanige wijze dat er een homogene eenheid ontstaat , van een hoofdmotief voorzien en evenwichtig aandoend ; kortom , een gecomponeerd geheel . De vier schetsjes van fig . 2 tonen je een serie pogingen om tot een compositie te raken . We hebben tenslotte een vijfde gekozen , waarvan een schetopzet in fig . 3 ( 1e . stadium ) is afgedrukt , welke schets onstond op de wijze , die we in het eerste lesdeel meer dan eens bespraken . Deze compositie is n.l. de enige , die bovengenoemde hoedanigheden bezit . Let u bijv . eens op de plaatsing van de fles en de kruik . Zij staan niet in het midden van het doek , dat anders in twee gelijke delen verdeeld zou worden , hetgeen een symmetrie met zich mee zou brengen , die eentoonig en onaantrekkelijk zou zijn . Deze beide voorwerpen zijn , integendeel , zo geplaatst dat hun gemeenschappelijke verticale as het schilderij in twee ongelijke delen verdeelt , om op die wijze een oninteressante symmetrie te vermijden . Het hoofdmotief is dus links van de middenas geplaatst . Vervolgens hetzelfde beginsel is het doek ook in de hoogte verdeeld en wel door de achterrand van de tafel . Deze compositielijnen scheppen aanstonds een gevoel van stabiliteit , terwijl de vaatdoek links en de groente rechts de compositie " vastheid " verlenen , tesaman met de vissen , die dan de ruimte tussen beide uitersten opvullen . Merk ook op dat deze vissen als het ware " te paard " zitten en assen hebben , die rechts in dezelfde richting lopen als de fles en de kruik , een verticale indeling , die ook correspondeert met de indeling volgens de z.g. gulden snede van het gehele vlak . Op deze wijze wordt de blik in de richting van het hoofdmotief geleid. Thans komt de onderschildering aan de beurt ( fig . 4 ) . Het licht komt van links , de schaduwen verdelen zich dus min of meer over het gehele onderwerp . We moeten ons doek met de verschillende locale tonen vullen , zonder detaillering en volgens hun onderscheiden waarden voor de licht - en schaduwpartijen . In dit verband houdt je dus weer voor ogen wat hierover in het eerste lesdeel werd opgemerkt .
Men moet dus niet te vette verf gebruiken , maar eerder licht wrijvend over het boek te werk gaan , nochtans niet al te dun , want de eigen kleur van de ondergrond moet toch wel geheel verdwijnen . Het uitvoeren van de onderschildering moet tot gevolg hebben dat er een verflaag onstaat uit locale kleuren en tonen , die geschikt is om er verder overheen te werken , zonder dat die eerste laag hinderlijk is voor een verdere voltooiïng . En hiermede zijn we genaderd tot het derde stadium .
In het vorige lesdeel hebben we gezegd dat het werken in opeenvolgende etappes zonder onderbreking zou kunnen worden volbracht . Maar we hebben er aan toegevoegd dat er nochtans geen enkel bezwaar behoeft te bestaan tegen onderbreking en derhalve indroging . Vanzelfsprekend zijn er gevallen , waarin het voorkeur verdient om in de natte verf te blijven werken , maar in het algemeen moet de verf toch de gewenste dikte verkrijgen door laag voor laag aan te brengen . Het verdient aanbeveling om de dikste op te zetten ongeveer 24 uur na de voltooiïng van de ondeschildering . Deze laatste is dan begonnen in te drogen en de verse verf zal er beter op hechten en zal niet " wegzakken " in de laag , waarop hij wordt aangebracht . Als deze laatste nog te vers is , kunnen er onaangename kringen onstaan doordat de nieuwe toetsen van het penseel aan de randen wegduwt, die zich dan ophoopt en een soort van vooruitspringende kussentjes veroorzaakt .
In het algemeen kan men zeggen dat de onderschildering , die " en frottis " zonder overdaad van de verf is uitgevoerd , een snelle hervatting van het werk mogelijk maakt . Welke systeem gevolgd moet worden , dient je dus zelf , geval voor geval te beoordelen . In ieder geval komt men er niet zonder vallen en opstaan en de ervaring is eigenlijk niets anders dan de som van onze vergissingen ; dat hebben we reeds eerder opgemerkt . En als eens iets verkeerd gaat , raak dan niet in de put en wees vooral nooit ontmoedigd . Integendeel tracht er uw voordeel mee te doen . Fig . 5 toont de voltooide studie . Tijdens deze laatste etappe , heeft de kunstenaar het modelé flink aangepakt door het volume van diverse voorwerpen goed te doen uitkomen , dank zij talrijke en delicate overgangszones . Let eens op de levendigheid van het " handschrift " , die min of meer nerveuze toetsen die , met opzet , aan dit schilderij een pittige expressie verlenen . Onder fig . 7 tonen we een sterk vergroot onderdeel van fig . 5 . De techniek van de schilder laat zich daarop nog beter beoordelen , de vette toetsen kan men duidelijk onderscheiden evenals de veel dunner gehouden donkere partijen .
Tenslotte kan men op het voltooide schilderij ook goed de achtergrond beoordelen . Deze is aan de linkerzijde wat donkerder om een krachtige tegenstelling te kunnen vormen tegenover de lichtpartijen , die over de fles , de kruik en het doek spelen , terwijl hij wat afzwakt naar de rechterzijde , waar hij geplaatst is naast de voorwerpen , die zelf in de schaduw staan : ziedaar het scheppen van contrasten , die zich in de geziene werkelijkheid ook vaak voordoen . Je kunt deze zonder enige angst toepassen , ten voordele van het effect . Overigens zult je in de natuur praktisch nooit twee warme of twee koele tonen naast elkaar aantreffen . We bedoelen hier natuurlijk niet zuivere tonen , maar gebroken tonen die een grotere of kleinere rol spelen in een warm of koel gamma . In ieder geval dient je er bij uw scheppingen naar te streven een aangename harmonie van tonen te vinden , die elkaar goed aanvullen , zonder een overheersende kleur uit te sluiten .
20-10-2006
ART . NR . 64 . f , - VLAKTEN - LUCHT EN WOLKEN.
Art . Nr . 64 . f ,
Vlakten - Lucht en Wolken
De schilderijen , die we te zien krijgen , vertonen vaak zwakheden . Dit is in het bijzonder het geval met vlakten , vooral in de voorgrond . In een studie of een voltooid schilderij , zelfs in een schets , moet men natuurlijk het verschil tussen lucht en grond tot uitdrukking brengen . Welke ook de kracht is , die sommige luchten kunnen vertonen , hij zal nimmer de soliditeit hebben van de aarde , waarboven hij troont . In deze laatste moet een zekere dichtheid en vastheid voelbaar zijn en dat is nu een kwestie van de juiste toowaarden . Een vette verfopdracht kan het effect van de goed getroffen toonwaarden nog versterken . De schetsopzet is van groot belang . Zijn lijnen moeten gespannen zijn , krachtig aangebracht , vooral daar , waar zij de golvingen in de aardbodem voelbaar maken . Bestudeer de tekening op plaat XIV , eerste stadium , uitgevoerd met de platte kwast en verdunde gebrande sienna of zwart , zoals we tot dusver steeds gedaan hebben . Bij dit onderwerp is het echter niet nodig om brede schaduwpartijen aan te zetten . De onderschildering ( tweede stadium ) in wat dikkere verf , vertoont de locale tonen met zijn nuances die hij bevat , naar gelang de diverse kleuren .
Lucht en Wolken
Tot slot van deze eerste les in het olieverfschilderen , zetten we ons thans aan de studie van een bewogen wolkenhemel , zoals die onstaan kan in de zomer , wanneer door een westenwind , grote , krachtig gevormde wolken het blauw van de hemel doorkruisen . Nu gaan we weer oudergewoonte te werk ; maar het spreek vanzelf dat de vorm van deze speciale onderdelen van het landschap zich snel wijzigt als gevolg van de wind en het zal dus niet mogelijk zijn om hun verschijning met een strenge natuurgetrouwheid , waaraan men dan ook niet gebonden is , weer te geven . De algemene bouw zal groot gezien opgezet worden , waarbij men rekening houd met de wetten van de perspectief , in dit geval toegepast op de hemel , zoals overigens het eerste stadium van plaat XV laat zien . Onmiddelijk daarna gaan we over tot de onderschildering ( tweede stadium ) en we bedienen ons daarbij van platte en nogal brede kwasten , goed van verf voorzien , om de kleurenverhoudingen tussen alle onderdelen van de lucht , zij blauwe partijen , schaduwpartijen van de wolken en hun lichtende randpartijen uit te beelden . We gaan daarbij op brede zelfs gedurfde wijze te werk , terwijl de geleidelijkheid van de overgangen eerst het resultaat van het werken aan het derde stadium zal zijn . Voor de uitvoering daarvan kunnen we je niet genoeg herinneren aan onze opmerkingen bij de volgende stadia , want de vorm en plaats van de wolken zal inmiddels wel grondig gewijzigd zijn . Het is dus noodzakelijk om het visuele geheugen door bepaalde oefeningen te ontwikkelen .
Belangrijke raadgevingen
Omdat we er niet genoeg de nadruk op kunnen leggen , gaan we hier nog eens herhalen , hoe belangrijk het is om de mogelijkheden van uw palet te leren kennen , alvoren men er zich aan gaat zetten om een bepaald onderwerp uit te beelden . We hebben je er in het betreffende hoofdstuk op gewezen dat je zich allereerst dient te wijden aan een ontledende ogenarbeid , dat wil zeggen , in de reeds gebruikte termen , om je veel moeite te geven om de toon van de geziene werkelijkheid te doorgronden en te ontleden . Het is om te beginnen van belang dat je zich vertouwd maakt met uw verven , dat je er zich rekenschap van weet te geven , welk resultaat onstaat door de menging van deze kleuren . Maak dus proeven daarmee op een stuk papier . Geef je goed rekenschap van de verkregen tonen door bijvoorbeeld een bepaald soort geel , een of ander rood met een groene kleur of met een eerstbedoeld blauw , enz . Constateer proefondervindelijk wat er gebeurt wanneer men wit toevoegt aan een of andere toon en hoe hij verandert naarmate meer of minder van dit wit gebruikt wordt . Maak vooral talrijke oefeningen van deze aard .
Tracht vervolgens door menging een of ander locale toon van uw palet terug te vinden , zoals die van een stof of een willekeurig voorwerp , kortom , die van allerlei dingen , die we om ons heen zien . Het is door oefeningen van dit soort , dat je mits veelvuldig herhalingen , er in slagen kunt " er oog op te krijgen " , zoals men dat zegt en daarmee gewapend , zult je pas goed voorbereid zijn om met succes het onderwerp , dat je gekozen hebt aan te pakken en uit te voeren .
ART . NR . 64 . f , - PLAAT XVI . - EEN LANDSCHAP .
Art . Nr . 64 . f ,
Plaat XVI .
Een Landschap . Toepassing van reeds besproken onderdelen ( lucht , bomen , vlakte ) . Men merke op dat de factuur ( verfopdracht ) verwant is aan die van de impressionistische en divisionistische schilders .
ART . NR . 64 . f , - PLAAT XV - EEN BEWOLKTE HEMEL .
Art . Nr . 64 . f ,
Plaat XV .
Een Bewolkte Hemel .
ART . NR . 64 . f , - PLAAT XIV - EEN VLAKTE .
Art . Nr . 64 . f ,
Plaat XIV .
Een Vlakte
ART . NR . 64 . e , - ONDERDELEN VAN HET LANDSCHAP .
Art . Nr . 64 . e ,
Onderdelen van het Landschap
We gaan drie belangrijke onderdelen van het landschap ter hand nemen , die nogal bewerkelijk zijn door hun eigen aard en door de bewegelijkheid van hun vormen . We bedoelen de bomen , de vlakken en de luchten .
In een later stadium van de studie zullen we ons met het landschap als zodanig bezig houden , een studieobject , dat zeer geschikt is om er zijn krachten op te beproeven maar dat , dit willen we nu reeds opmerken , problemen biedt waarvan de beginneling zich aanvankelijk meestal niet bewust is , maar die niettemin vrij groot zijn . Het is om die reden dat we het gewenst achten je nu reeds een gedétailleerde behandeling van de studie der drie genoemde elementen voor te leggen . Zodoende zult je beter voorbereid zijn om de uitbeelding van een landschapsmotief te ondernemen volgens een werkwijze , die we later zullen bespreken .
Bomen
Het is , nogmaals , door de ontleding in drie stadia , dat we het gewenste resultaat kunnen bereiken . Men zie hiervoor plaat XIII . die de boom in drie stadia weergeeft . Door enkele zichtbare fragmenten van de stam en de takken en door de plastiek van het gebladerte , kunnen we zijn constructie , skelet zou men kunnen zeggen , aanvoelen . De eerste staat toont de opbouw , die bij dit soort van onderwerp stellig niet zo nauw luistert als bij de vorige oefeningen , maar niettemin getrouw het algemene karakter van de weergegeven boomsoort tot uitdrukking dient te brengen . Deze tekening is weer overgeschilderd met het dunne uiteinde van de platte kwast met wat verdunde gebrande sienna of zwart ... Zoals men ziet , zijn licht - en schaduwpartijen sterk contrasterend in schetsvorm aangebracht , waarbij de kwast vlak gebruikt werd voor donkere massa's . Wel te verstaan is de verf hier nog een z.g. sausje , dat bestaat uit verf , aangelengd met siccatief , hetgeen we daarom aanbevelen , omdat een snelle droging ons in staat zal stellen de eerste onderlaag spoedig na het schetsen aan te brengen . Laten we daarbij niet vergeten dat we in de open lucht werken en het licht zich ieder ogenblik kan wijzigen ; het is dus gewenst om zo min mogelijk tijd te laten verlopen tussen de verschillende étappes van de arbeid ; overigens droogt siccatief nog sneller in open lucht . Nu is onze schetopzet klaar , maar alvoren met de onderschildering aan te vangen , willen we een opmerking inlassen . We hebben hier te doen met een grijze hemel en een groene grasvlakte . Hoewel deze beide elementen met opzet zeer eenvoudig werden gehouden , neemt dat niet weg dat het licht hierop een aantal sterk genuanceerde toonwaarden tovert . We gaan dus , nog altijd voornamelijk met de platte kwast , de grote licht - en schaduwpartijen opzetten in de locale tonen , naar gelang hun respectieve nuances , die al de nodige verschillen vertonen , zoals op het tweede stadium te zien is . Laten we hier nog eens aan herrinneren , dat met locale toon bedoeld wordt de toon , die eigen is aan een bepaald voorwerp of fragment onder een bepaalde belichting : dus het rood van een kers , het geel van een citroen , het groen van een boom , enz . Het tweede stadium heeft al zijn eigen waarde en kan een goede ondergrond vormen voor het derde stadium , dat we tot stand brengen door rijkelijk met vette verf te schilderen in de richting van de onderscheiden bewegingen , die de vormen vertonen en de schommelingen tot uitdrukking brengen , niet slechts in drie van de " valeurs " , maar ook in die van de kleuren zelf . Maar , zo zal men zich wellicht afvragen , waar blijft hier nu de zo hoog geprezen , vereenvoudiging ? Laten we elkaar goed begrijpen . Vereenvoudigen wil niet zeggen alles weglaten en voor het overige is een landschap een dermate gecompliceerd geheel , dat zelf in een ver doorgevoerde studie een zekere vereenvoudiging als het ware automatisch plaats vindt . Op de plaat , die het eindstadium toont , merken we naast een zeer genuanceerd modelé , een soort van nerveus " schrift " in het gebladerte , waardoor het ietwat slappe karakter van het tweede stadium hersteld wordt .
19-10-2006
ART . NR . 64 . e , - PLAAT XIII - EEN BOOM
Art . Nr . 64 . e ,
Plaat XIII .
Een Boom
1e , 2e en 3e Stadium .
Voltooid werkstuk
ART . NR . 64 . d , - ENKELE GEBRUIKSVOORWERPEN .
Art . Nr . 64 . d ,
Enkele Gebruiksvoorwerpen
We zetten ons naar verschillende kanten gerichte studie voort en bezien daarom thans een geslepen kristallen flacon , zoals is afgebeeld op plaat IX . We willen je niet verhelen dat de moeilijkheden hier niet gering zijn , maar is , door deze uitdaging , de studie niet juist zeer de moeite waard ? De technische problemen vereisen hier een geduldige en zorgvuldige werkwijze ; we tonen je dan ook deze keer vier verschillende stadia , in plaats van drie , zoals bij de twee voorafgaande voorbeelden . Onze waarneming bespeurt een menigte reflexen , lichtpuntjes , tegengestelde toonwaarden en eigenaardig vertekeningen , waaruit we er de meest karakteristieke moeten kiezen voor een bevredigend resultaat , want ook hier blijft het waar , dat vereenvoudiging één van de grondslagen ons werk dient te zijn . Indien enerzijds ons oog op fotografische wijze te werk gaat , dient toch anderzijds ons brein mede te werken aan het maken van bovenbedoelde keuze , waarbij door het kijken door de oogharen ( dus met half gesloten ogen ) een aantal overbodige détails verdwijnen . Er is nog een andere moeilijkheid en deze houdt verband met het schilderen van een voorwerp dat strakke , eenvoudige en zuivere omtrekken vertoont , die min of meer bouwkunstig zijn en op ondubbelzinnige en toch ook weer luchtige wijze moeten worden weergegeven . Wees dus niet bang om je rustig de tijd te geven om met gestrekte arm de kwast te hanteren en zowel rechte als gebogen lijnen met vaste hand uit te voeren . We hebben hierbij dan tevens een goede oefening in de weergave van dingen , die duidelijk uitgesproken omtrekken vertonen . Het spreekt vanzelf dat het tot stand brengen van de eerste contructie hier meer dan ooit met aandacht dient te gescheiden ; een contructie - of verhoudingsfout zou hier , we zeggen niet onherstelbaar , maar in ieder geval lastig goed te maken zijn bij de latere veropzet en nog meer bij de uiteindelijke afwerking . Zoals fig . 1 van plaat IX laat zien , begint men dus met een duidelijke en correcte constructieschets , die dan gevolg wordt door een eerste , los geborstelde verflaag , waarbij slechts de voornaamste partijen behandeld worden , zonder te letten op de glimlichte en weerspiegelingen . Vervolgens wordt deze eerste onderlaag wat verder doorgevoerd en zoals fig . 2 laat zien , zijn de nuanceringen hier al wat talrijker en ook zijn enkele reflexen al te voorschijn gekomen : de lichtste puntjes echter bewaren we voor het laatst . Thans zijn we genaderd tot het laatste stadium , zie fig . 4 , waar we terecht komen door met een wat dikkere verf de elementen van fig . 3 nog eens onder handen te nemen . De vorm van reflexen en weerspiegelingen moet zeer precies worden nagevolgd , aangezien anders de totale vorm wijzigingen zou ondergaan . De kleine lichtpuntjes moeten zo spontaan mogelijk met een klein puntig penseeltje , dat goed van verf is voorzien , aangebracht worden en in geen geval voor een tweede of derde keer worden overgeschilderd , om deze lichtpunten en - strepen hun helderheid en frisheid te doen behouden . Thans komen een tweetal metalen voorwerpen aan de beurt . Ons voorbeeld toont een tinnen bord en dito maatbeker ( plaat X ) . Materiaal en kleur zijn zeer aantrekkelijk met het grijs , dat wat stiller is dan zilver , soms met blauwachtige , dan weer okerachtige nuances , vooral als het metaal niet mishandeld is door het te glimmend op te poetsen . Weg met die polijsting , maar natuurlijk ook het stof ! Laten we licht en lucht op het metaal doen inwerken om het dat aspect te doen krijgen , dat we er gaarne van zien . Ook bij deze voorwerpen zijn de reflexen en glimlichten zo overvloedig , dat we weer moeten vereenvoudigen . Maar aangezien hier alles ondoorschijnend is , zal het iets gemakkelijker zijn om overbodigheden weg te laten en het belangrijkste te behouden . Een goed opzet is natuurlijk ook hier noodzakelijk , die dan in het eerste stadium gevolgd wordt door een groot gehouden aanduiding van de schaduwpartijen in een lichte verfopdracht , terwijl de lichtplekken hun effect doen gelden op die plaatsen , waar het doek niet met verf bedekt werd . Dan wijden we ons weer aan het tweede stadium , nog altijd in vrij dunne verf , die de plaatselijke toon weergeeft met zijn verschillende nuances in kleur en toon . Deze onderlaag moet nu het doek geheel gaan bedekken . Tenslotte de laatste stadia , waarin de uitbeelding nog verder wordt doorgevoerd met grotere vastheid en met de lichtplekken royaal in de verf .
Op plaat XI ziet men de voltooide studie naar een koperen voorwerp , dat ons volgende onderwerp zal zijn . Drie achtereenvolgende stadia waren ook hier nodig , zoals je nu wel bekend zal zijn . Maar in dit geval zijn de laatste twee geheel met het tempermes uitgevoerd . Dank zij dit instrument verkrijgt de verf weer eens een geheel ander en zelfs bijzonder " rijk " aspect . Men gebruike dit mes op de volgende wijze . Men houdt het vast zoals een metselaar zijn truweel en de verf wordt er mee opgenomen aan de van ons afgekeerde zijde , dus juist anderom als de metselaar doet . De verf wordt dan op dezelfde wijze op het palet gemengd in een draaiende beweging . Deze verf wordt met dezelfde kant van het lemmet op het doek aangebracht en uitgesmeerd waar en voor zover nodig . Het aldus verkregen effect schort het vaak aan nauwkeurigheid bij sommige lijnen en omtrekken van het behandelde object , maar dan kan de kwast weer ter hand worden genomen voor het aanbrengen van als wenselijk aangevoerde correcties of verfijningen . Zo kan bijvoorbeeld het handvat niet gemakkelijk alleen met het mes worden geschilderd ; bij dit fragment kan dan de penseel te hulp komen . Het spel van lichten en reflexen is hier , zoals men ziet , levendiger dan bij het tinnen voorwerp . Maar koper dient dan ook opgepoetst te worden ! Men lette er voorts op dat het in ons geval rood koper betreft en geen geel koper of messing . Dit laatste metaal is veel geler dan echt koper , waarvan de amgemene toon rose-violetachtig is . Om een stuk aardewerk te schilderen , nemen we weer uitsluitend onze kwasten ter hand . We kiezen daarbij bij voorkeur witte voorwerpen , die van eenvoudige versiering voorzien zijn . ( Plaat XII ) . Het is hierbij echter vrij lastig om mooie , vloeiende en regelmatige overgangen te verkrijgen , van de delicate schaduwen naar de lichtste partijen , en hun weergave , dient op subtiele wijze tot stand gebracht te worden . De tekening moet zuiver uitgevoerd worden zonder te veel overbodige lijnen , die de verf kunnen bevuilen , waarna zoals gewoonlijk , de onderlaag op zeer eenvoudige en regelmatige wijze wordt aangebracht in magere verf , niet " knoeierig " en met weglating van de versiering ; slechts de plaatselijke tonen van de voorwerpen , de achtergrond en de tafel in hun tegenstellingen van licht en schaduw en hun harmonie . De overgangszones van licht naar schaduw kunnen reeds voorbereid worden door een zig-zag beweging van de wrijvende kwast , van boven naar beneden over de gehele lengte van de tussentoon . Vervolgens komt , met het derde stadium de afwerking , waarbij de verf weer wat dikker aangewend wordt , zonder gebruik te maken van een verdunningsmiddel , alle partijen overschilderend in de juiste tonen , die we overal waarnemen . De kwasten , die hiervoor gebruikt worden , dienen schoon te zijn en kunnen , desgewenst , voor dit doel in de linkerhand in reserve gehouden worden ( zie hiervoor pl . V ) . Sommige van hen gebruiken we dan uitsluitend voor de donkerder , andere weer voor de lichter tonen . Het is van belang te bedenken dat er bepaalde glimlichtjes te zien zijn , die met zuiver wit moeten worden aangebracht . De witte kleur van het aardewerk moet dus een beetje toniger worden gehouden , teneinde de lichtjes hun schittering te kunnen verlenen .