Mijn meer dan 40 jaar ervaring met tuinieren en het telen van vele
soorten (klein)fruit zonder scheikundige bemesting en - spuiten wil ik
meedelen en zelf nog bijleren.
Voor de fruitliefhebber
30-01-2009
De Aardbeienbedden Machine
Te Pamel zag ik de machine om opgehoogde aardbeienbedden professioneel aan te leggen. (Zie 23/1 Ruggentrekker)
Karel bezorgde mij een verslag uit Nieuwe Oogst, een Nederlands
Landbouwtijdschrift, over het langlopend onderzoek van het Praktijkonderzoek
Plant & Omgeving van Wageningen betreffende de sleedoorn als
pruimenonderstam.
Dit onderzoek is al 25
jaar terug gestart in Wilhelminadorp, het reeds lang gesloten proefcentrum voor
de Nederlandse fruittteelt in Zeeland. We bewaren goede herinneringen aan de
bezoeken daar. We hebben er ooit een Veltbusuitstap naartoe ingericht.
Doel is een betere
pruimenonderstam dan de St Julien A te vinden.
Men selecteerde zaailingen
van sleedoorn op basis van groeikracht, hoeveelheid doorns en wortelopslag.
Men ging uit van 113
sleedoorntypen en entte er Opal op.
(Opal is een van mijn topfavorieten onder de pruimen.)
De groeikracht van deze
bomen variëerde van sterk tot zeer zwak.
Deze proeven werden verder
gezet in Randwijk bij Wageningen, de nieuwe locatie voor de verdwenen vroegere
proeftuinen.
Sleedoorn laat zich goed
vermeerderen door zomerstek van de meest belovende sleedoorntypes. (Dit is een
interessante eigenschap voor de boomkwekerij!)
De voorbije jaren plantte
PPO-fruit 18 sleedoornselecties met als proefras Queen Victoria.
Uit de eerste resultaten
van de proeven lijken er goede onderstammen bij te zitten.
Onderzoeker Frans Maas:
De groeikracht variëert tussen die van de zwakke onderstamVVA-1 en de sterke
groei van St Julien A. De producties lijken goed en dat geldt ook voor het
vruchtgewicht.
Deze proeven zullen nu
verder gezet worden en ook andere rassen moeten uitgetest worden.
Tussen haakjes een hele
tijd terug dacht men de Engelse, zwakke onderstam Pixy te kunnen gebruiken, maar
het vruchtgewicht van de meeste rassen was ook danig verminderd.
De
onderzoeker verwacht dat uiteindelijk drie of vier sleedoornselecties
interessant zullen zijn voor de boomkwekerij en de bedrijven, en dus ook voor
de pruimenliefhebbers.
Nog enkele jaren geduld. Misschien
toch maar eens proberen met eigen sleedoornonderstammen. Je weet maar nooit.
Het aanbod enten was echt
geweldig. Alhoewel er veel gegadigden waren bleven er nog veel over.
Voor mij was deze dag
bijzonder omdat ik kennis kon maken met Nynke Zijlstra en Frits Doornenbal uit
het verre Friesland. Ik heb hen leren kennen via de blog. Ze hadden mij een
lijst gestuurd van door hen gezochte appelen. Ik had er geen enkele van, maar
ik kon hen wel plezieren met een hele hoop pruimen.
Een tweede bijzondere
ontmoeting had ik met Harry Van de Velde van Ranst, die mij de Tradica uit zijn tuin bezorgde. In Pomologia4/2007, van de Nationale Boomgaardenstichting
verscheen de bespreking van dit Antwerpse ras.
Rond 1900 nam de vader
van Johan Baert een ent van de boom in Wommelgem voor een hoogstam in Wijnegem. Johan Baert en Harry Van de Velde hebben
het ras staan in Ranst. De NBS biedt het ras reeds een aantal jaar aan. De
appel zou ontstaan zijn in de streek Wommelgem-Boechout en kreeg zijn naam door
de Antwerpse fruitauteur Ickx.
Enkele vruchtkenmerken:
Grote, hoekige appel
Grondkleur: groen, bij
rijping geel.
Dekkleur: dieprood,
donkerkarmijnrood gevlamd, meer gevlamd naar de steelholte; lichtgroen regelmatig
gespikkeld.
Vlees: gelig met enige
rode doorschijn vanaf de schil en met heldergroene, soms dubbele vaatbundels.
Vast, zoet, sappig, aromatisch.
Plukrijp midden oktober.
Te bewaren tot april. Best te telen op een sterkere onderstam.
Eddy Vets, voorzitter
NBS-Mechelen leidde de entdemonstratie in door de drie Louis: Louis Hoegaerts
demonstreerde de voornaamste enttechnieken (spleetenten, de plakenting en de
verbeterde of Engelse plakenting en de kroonenting, die men uitvoert rond april
of eind aug.- begin sept. wanneer de bast gemakkelijk loskomt). Louis Eelen, werkte
met zijn vlijmscherpe beitel. Hij had ook een speciale tapeband mee, gebruikt voor isolatie; en Louis Millis, de rechterhand van Eddy Vets
creëerde met de verbeterde plakenting boompje na boompje voor de gegadigden.
Zonet vond dochter Leen
een kip zonder kop in de tuin. Een jonge kip werd het slachtoffer van een vos
bij de morgenuitstap. Dit is het eerste slachtoffer onder mijn kippen.
Zolang ze in het hok
blijven met de kettingen (zie blog 01/04/2007) in het uitloopgat, zijn ze tot
nog toe veilig, maar een vos kan blijkbaar ook op de loer liggen tot ze hun
bescherming verlaten. Enkel de kop is weg. Zon grote honger had de vos ook
blijkbaar niet?
Het slachtoffer is een
jong dier, deze zomer aangeschaft. De overige 6 kippen leggen weer zoveel dat
we met ons zessen de eieren haast niet op krijgen.
Gisteren (22/1) had ik het
genoegen de eerste dag van de 4 daagse Cursus
Biologische Teelt van Aardbeien mee te maken aan het Provinciaal Proefcentrum Kleinfruit te Pamel in het Pajottenland.
Om er te geraken moet je
wel hogere regionen opzoeken. Via een trap aan de achterkant kom je in de
ontvangsthal met cafetaria. Aanpalend is de zaal met vooraan vergaderruimte met
tafels in U gerangschikt. Veel volk: 34 deelnemers.
Na de voorstelling
verhuizen we naar andere helft van de zaal voor de cursus met powerpoint
presentatie, zeer goed geconstrueerd en helder uitgelegd door Yves Hendrickx,
de directeur van het centrum, een expert aardbeien met vele jaren ervaring,
eerst in de klassieke teelt en al 10 jaar in bio.
Verzadigd van een eerste pak leerstof gingen we in het gure en natte weer een kijkje nemen naar de proefvelden. De afgedekte planten leken nog zeer
gezond, niettegenstaande de voorbije , zware vriesperiode.
Het vermeerderingsveld
ligt klaar met de ruggen afgedekt met plastiek, waarin de planten zullen komen
en ertussen een 4 m breed worteldoek. Net voor de uitlopers verschijnen komt er
een laagje van 2-3 cm compost op. Men schikt de groeiende ranken. Nog iets
later brengt men opnieuw een dunne compostlaag aan waarin de nieuwe planten
voorbeeldig en gezond groeien en dit ondanks dat de moederplanten soms
infecties vertoonden. Op deze manier heeft men weinig last van onkruidgroei.
Hierboven komt nog een
tunnelconstructie.
Na de namiddagcursus
gingen we weer buiten kijken.
Yves vertelde dat de ruggentrekker
bij hen op punt gesteld werd en dat hij deze machine al in Spanje aan t werk heeft
gezien. Men plant op ruggen om te voorkomen dat de planten met hun wortels in stagnerend water staan.
Vooraan snijden de
verbrede tanden een strook grond weg en stuwen deze naar binnen waarop een rol
de grond aandrukt. Vervolgens wordt de vloeidarm in t midden en wat verzonken
aangelegd en over dit alles wordt de plastiek aangetrokken, dit alles door dezelfde machine. In de toekomst zal
dit afbreekbare plastiek zijn, gemaakt uit organisch materiaal, dat toch
voldoende lang meegaat.
De compostbereiding wordt
professioneel aangepakt. Vroeger moest massaal afgevoerd worden. Er is de
hakselaar en het materiaal wordt geregeld omgezet, en zo nodig opnieuw optimaal
bevochtigd. In de zomer heeft men na drie maand bruikbaar materiaal.
Op de percelen komt 1,5 m3
compost per are (100 m2), aangevuld met organische meststoffen aan de hand van het voorafgaande bodemonderzoek.
Lieven David van Rillaar is een van de zeldzame volbloed tuiniers met de
natuur mee.
Hij wint zelf zaden en selecteert op goede eigenschappen. Zo heeft hij een
enige tomatenverzameling. Een paar jaar geleden berichtten we erover op de
blog. Hij waagt zich aan eigen kruisingen en met succes. Zo heeft hij een eigen
braamboos (braam-frambooskruising ): Vera,
naar een van zijn dochters. Men weet dat het van veel geluk afhangt, maar ook
van Fingerspitzengefühl om goede resultaten te boeken: 1 kans op 100 of 1000
of nog veel minder, afhankelijk van de criteria die men zich stelt. Voor een nieuw,
echt commercieel ras zal dat wel in de miljoenen lopen.
Lieven zond mij gegevens van een zaailing pruim die hij Mirabeau genoemd heeft. Vorig jaar
waren er geen vruchten. Hij had echter fotos van vroeger en die zijn ronduit
schitterend. Na 4 jaar had hij de 1e
vruchten. Eerst dacht hij aan een mirabelpruim. De zeer vroege bloei en grootte
lijkt eerder te wijzen op een myrobolaan of kerspruim. De opbrengst is groot en
de smaak niet te versmaden. Zeker op te volgen deze zomer.
Lieven:
Het is nog maar januari, maar we mogen toch al dromen van sappige, zoete
pruimen, hé.
Bijgaand enkele plaatjes van mijn zaailing Mirabeau.
De kans is groot dat we dit jaar een goed pruimenjaar
krijgen.
Erger dan vorig jaar kan het alvast niet, want dat was
het slechtste in tientallen jaren.
Je snijdt mooi
ontwikkelde, eenjarige scheuten op een goed belichte plaats. Voorzie ze van
naam en steek ze enkele cm in de grond tegen een noordenmuur om te bewaren tot
ongeveer begin april. Daarvan wordt het middenstuk gebruikt als ent.
Zaterdag 24 januari 2009 om 14 u : ENTLES -
ENTBEURS
Kom
zelf je fruitboom maken. Wij kunnen voor onderstammen en enthout zorgen, maar
verwachten vooral fruitliefhebbers die zelf gezond enthout meebrengen, om zelf
een nieuw boompje te maken, of om te ruilen met andere amateurs. Om praktische
redenen graag vooraf een seintje naar 015/25.18.12
Ingericht
door de Nationale Boomgaardenstichting i.s.m. Stadsbestuur Mechelen.
Hoogstamfruitbomen en klein fruit, aanplanting, kweek, snoei en verzorging
DRUIVEN
31 januari 2009 voormiddag (9.00 u. 12.00 u.): theorieles druiventeelt 31 januari 2009 namiddag (13.00 u. - 16.00 u.): praktijkles druiventeelt De praktijk en theorie vindt plaats in de NBS-Padonck-druivengaard gelegen naast de hoofdkerk - Speelhof (centrum) Borgloon Meyermans De prijs voor de cursus bedraagt 14,00 euro voor leden en 18,00 euro voor niet-leden. Gelieve op voorhand in te schrijven!
LEIVORMEN
20 juni 2009 voormiddag (9 u. - 12 u.): theorieles Leivormen en zomersnoei 20 juni 2009 namiddag (13 u. - 16 u.): buitenles Leivormen en zomersnoei Deze theoriecursus vindt plaats in T.I De Wijnpers, Mechelsevest 72 3000 Leuven Het praktijkgedeelte gaat door in de botanische tuin, Capucijnenvoer, 3000 Leuven De prijs voor de cursus bedraagt 14,00 euro voor leden en 18,00 euro voor niet-leden. inschrijven verplicht, max 30 deelnemers Praktische informatie De som kan gestort worden op rekening 451-8525391-96 van N.B.S Voor buitenlandse inschrijvingen iban:BE65 4518 5253 9196, bic:KREDBEBB Voor verdere inlichtingen en inschrijvingen kan u tijdens de kantooruren - ma-do van 8 u. - 16.30 u. en vrij van 8 u.- 14.30 u. - terecht op het NBS secretariaat Leopold III-straat 8 3724 Vliermaal tel: 012 39 11 88, fax: 012 74 74 38 of via e-mail: info@boomgaardenstichting.be Detailplannetjes van de leslocaties vindt u op onze website: www.boomgaardenstichting.be Voor de praktische lessen zullen wegwijzers met de vermelding N.B.S. Les in de omgeving geplaatst worden. Laarzen of waterdichte schoenen en aangepaste kleding zijn sterk aan te bevelen voor de praktijklessen! Nationale Boomgaarden Stichting v.z.w. Vereniging voor pomologie, boomgaard- en landschapsbeheer (staatsblad 18 feb. 1986 18 dec. 1986) zetel: Limburgs Universitair Centrum 3590 Diepenbeek Leopold-III-straat 8 3724 Vliermaal, tel: 012/391188; fax: 012/747438 E-mail: info@boomgaardenstichting.be Website: www.boomgaardenstichting.be
Deze middag, 15/1, zalig in
de tuin gewerkt. Wel bovengronds, want op onbedekte plaatsen is de bodem nog
niet helemaal ontdooid. De voorbije dagen was het maar miserabel weer, donker
en regenachtig. Vandaag, 15 jan. droog en zon.
Vorige maandag, 12/1 begon
het te dooien . (Vorst begonnen met Kerstmis). Op dinsdag was er hier haast
geen sneeuw meer te zien. Na 12 jaar hebben we toch nog een serieuze vorstperiode
gekregen. Ik ben benieuwd hoe mijn bramen en braambozen (kruising braam en
framboos ) het er zullen afgebracht hebben. Er kan schade zijn vanaf 10°C.
Het venijnigst is de uitdrogende, scherpe oostenwind, maar die was er dit jaar
gelukkig niet bij.
Begonnen met de druiven te
snoeien en ook nog wat bij het kleinfruit.
Ik kreeg bezoek van
Silvain, die ik via de blog heb leren kennen. We sneden enkele enten, speciaal
van de interessantste bewaarrassen. De stekken van kleinfruit die hij vorig jaar had
gekregen, hadden goed gepakt. Het doet plezier dat te horen. Voor meer had hij
echter geen plaats. Silvain heeft een goed labellingsysteem, plus ook nog een plaatsschema
op zijn computer.
Tegen de zuidkant van de
schuur staat de Weiki kiwibes (Kiwibessen zijn kleine, onbehaarde bessen om zo te eten, in tegenstelling met de grote, harige kiwi's, Actinidia deliciosa),
ontwikkeld in Beieren te Weihenstephan. In 2004 kocht ik een exemplaar bij de
boomkwekerij Herr te Meckenheim, net onder Bonn. Vandaar bracht ik o.a. ook de
Jojo en Toppruimen mee. Hun silhouetten zag je in een vorige blog. Van een
bestuiver werd niet gesproken. Als je op de Webstek van Weihenstephan kijkt
spreken ze wel degelijk van vrouwelijke en mannelijke exemplaren.
In de catalogus van het Garten-Center Der Sängerhof in Meckenheim staat:
'Kleine, selfbefruchtende, frostharte Kiwisorte, die auch Bayernkiwi genannt wird.'
Ik hoop dit jaar de proef
op de som te kunnen nemen.
Het ras Issaï
datikernaast geplant had, bevroor bij het uitlopen door lentenachtvorst. Nu staat er een
nieuw exemplaar. Zou tot 3o ° in winterrust kunnen verdragen. Ik moet niet vrezen
dat de laatste koudegolf noodlottig kan geweest zijn. Nu weet ik dat ik zal
moeten afschermen bij het uitlopen, want dan is een jonge plant blijkbaar wel
heel kwetsbaar. De jonge blaadjes bevriezen gewoon.
Het ras Issaï heeft zowel
mannelijke als vrouwelijke bloemen en zou als bestuiver kunnen fungeren, maar
dat zal nog wel een paar jaar duren.
De Weiki had wel veel
lichtconcurrentie van een zaaiwalnoot. Die is nu verplant. Dat verklaart dat de
plant pas vorig jaar, in het 4 de jaar, flink ging doorgroeien. Dit jaar is het
het 5de jaar.
Tot nog toe werd er zo
goed als niet naar omgezien. Daarstraks ben ik wat gaan insnoeien, omdat ik
gelezen had dat bij later snoeien, net als bij druiven, bloeding kan optreden
bij het hernemen van de sapstroom. Feitelijk had ik zomersnoei moeten
toepassen, maar gezien de trage start was dit minder noodzakelijk.
Komen er dit jaar al of
niet vruchten?
Vorig jaar pakte de
universiteit van Gent, in samenwerking met de Veiling Profuco, uit met
professionele Kiwibesteelt.
In 3 fruittijdschriften van november schreef men over Kiwibessen. Straks verschijnen die wel in meerdere fruittuinen bij de liefhebbers. Meerdere rassen zijn intussen verkrijgbaar. o.a. bij de Proeftuin in Zomergem.
In het besneeuwd winterlandschap komen de boomsilhouetten
beter uit.
1. De 2 jaar oude
zaaiperzik van Pulderbos is mooi vertakt.
2. Kerspruimen of
myrobolanen vormen hogere bomen met veel fijn hout.
3. De pruim Jojo groeit
breder uit in tegenstelling met Top, die een echte kopgroeier is.
4. De pruim Top.
5. De verplante Bellarmira
mirabelpruim.
6. Onze generatieboom met
17 appelrassen naar de 17 kleinkinderen.
7. Detail van de laatste
omentingen op de generatieboom. Al bij al is het een tamelijk goed gevormde boom gebleven. Onderstam M7.
8. Reinette Hernaut. Die heb ik rechtstreeks van de kwekerij Adams in Ruisbroek. Spijtig zijn ze al lange tijd met fruitbomen gestopt. De heer Adams vertelde mij hoe zijn vader in 1939 (?) dit ras, door een van zijn medewerkers, de heer Hernaut op een stort in Anderlecht gevonden, verder gekweekt heeft. In het Pajottenland spreekt men van de dubbele Speeckaert.
9. De breed groeiende Bramleys
Seedling met ernaast rechts op de voorgrond de hoog opgeschoten amandel Robijn.
De, wat ik noem de
Ontario-Falso op MM106, werd zon 20 jaar geleden geënt. Het is een vruchtbaar,
maar beurtjaar gevoelig ras, middelmatige of iets kleinere vruchten die vrij
vlug geel kleuren, matig van smaak, die integraal naar de sapverwerking gaan. De
naam van het echte ras is nog niet achterhaald.
De boom is klein gebleven,
maar goed breed uitgegroeid. Twee jaar geleden heb ik er een parkeerboom van
gemaakt. Ik heb de meeste takken doorgezaagd en kroonenting toegepast met een
twintigtal rassen.
Vorig jaar (2de
groeijaar) droeg de Pomme Rose reeds
een paar vruchten. Half december vorig jaar heb ik de saptrekkers, die waren
blijven staan, weggesnoeid. Straks gaan de sappen volledig naar de enten in hun
derde blad. Wellicht zullen er al een paar vruchten meer te plukken zijn.
De enten zelf worden na de vorst nog wel wat bijgeknipt.
De fotos
1.De parkeerboom
2. Cornish Gilliflower
3. Pearappel De ent groeit precies als een perenboompje! Hoe zien de vruchten er uit?
We hebben een zeer koude
nacht achter de rug. Gisteren om middernacht -13°C, vanmorgen -14.
De thermometer om iets voor
10 u
Parallel met onze weg
loopt de Berkemei. Trouwens toen we hier in 62 kwamen wonen was ons
huisnummer: Berkemei, 16! Toen was er in het dorp nog maar één verharde weg!
Dit is de zuidkant. Daar
wonen onze naaste buren.
Aan de noordkant heb je de
Mollenhoeve (gelegenheidsonderkomen, geen vaste woonst), waar een genevertje
altijd klaar staat.
Let op het prachtige silhouet van de linde.
Zijn vleeskoeien houden er blijkbaar niet van om in de
donkere stal te blijven.
De sneeuw vormde de aanleiding om het huis vanuit de diverse richtingen
te fotograferen.
1. Vanuit het westen
2. Idem
3. Vanuit het zuiden
4. Idem
5.Vanuit de zuid-oost kant
6. Van oost naar westkant
met het afdak waaronder ik de
appelen bewaar. Bij een lichte vorst worden ze afgedekt met een oud tapijt.
Komt er een vorstperiode, dan verhuizen de bakken naar de nevenliggende kelder.
Deze verhuis deden we dit jaar met Kerstmis bij het begin van de vorstperiode.
Het is 12 jaar geleden dat we zon strengere vorstperiode kregen. Er zijn jaren
geweest dat de vruchten de ganse winter onder het afdak bleven.
7. De oude veranda aan de
noordkant
8. de noordkant aan de
westkant
9. Naar het noorden zie je
een stukje van de schuur met op de voorgrond de verplante, geënte okkernoot
Broadview. Erachter liggen de weiden van de Mares. Zie de 3 vorige winterse landschapsfoto's van de Schijnvallei.
Ik heb net volgend bericht naar de Mailgroep Tuinieren gestuurd. Misschien zijn er onder lezers van de blog personen met ervaring betreffende aardperen?
'In tegenstelling met Corpus teel ik al dertig jaar
aardperen.
Maar met het aanleggen vorig jaar van de aardgasleidiing
door mijn tuin ben ik het witte ras kwijtgespeeld. Nog vroeger heb ik ooit ook een
dik roodachtig ras gehad.
Anderzijds heb ik nog wel een rood ras. Dit ras geeft elk jaar
mooie , gele bloemen, die ook in een siertuin niet zouden misstaan (cfr kleine zonnebloem).
Vanzelfsprekend zijn de knollen kleiner dan de witte, die het slechts in een
zeldzaam jaar tot wat bloeien brengen.
Ik begrijp niet goed waarom men niet direct de webstek voor
het bestellen van de rode, de Baltische - en de Canadese aardperen kan geven?
Tussen haakjes van de beide laatste heb ik nog nooit gehoord. Heeft iemand
hiermee ervaring?'
(Tussen haakjes: ik heb net de buitenthermometer gezien en die duidt al - 11° C aan!)